DAGBLAD. N°. 4748. A0. 1875. Vrijdag 6 Augustus. Multapatiors plan tot bestrijding van het drankmisbruik. LEIDSCH PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maandenf 1. Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommcrs0.02. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVERTESTEEN: Van 1—6 regelsf 1.05. Iedere regel meern 0.174. Grootere letters naar plaatsruimte. STADS-BERICHTEN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN, Gezien art. IS der Wet van den 14den September 1S66 Staatsblad n°. 138), hoadende bepalingen betrekkelijk de inkwar tieringen en het onderhoud van het krijgsvolk, en de transpor ten en lcverantiën, voor 's konings legers of vestingen gevorderd; Doen te wetcü dat de lijst, bevattende de namen der inwoners, die voor het verleencn van inkwartiering en onderhoud in aan merking komen, is opgemaakt, op de kleine pers van het raad huis aangeplakt en van heden, gedurende VEERTIEN DAGEN, op dc secretarie dezer gemeente voor een ieder ter inzage wordt nodergelegd. ^En eeschiedt hiervan openbare kennisgeving door plaatsÏDg in dc Lcidsche Courant. Burgemeester en Wethouders voornoemd, v. d. BRANDELEIt, Burgemeester. E. KIST, Secretaris. Leiden, 5 Augustus 1875. PATENTBLADEK. De BURGEMEESTER, Hoofd van het Gemeentebestuur van Leiden, doet tc weten, dat de ingevulde patentbladen over het dienstjaar 1875/6, voor de wijken I, II cn III, bij het College van Zetters, in een der vertrekken van het Raadhuis dezer gemeente, verkrijgbaar zijn dagelijks, des namiddags van twaalf tot twee uren, en wel tot en met deu 7den Augustus e. k. terwijl na het verstrijken van dien termijn de onafgehaalde patcntbladcn vau die wijkco ter uitreikiDg moeten worden afge geven aan de deurwaarders der directe belastingen alhier, die voor hunne moeite mogen eischen tien cents, zonder meer. En wordt deze door plaatsing in de Leidschc Courant afge kondigd. De Burgemeester voornoemd, v. d. BRANDELER. Leiden, 5 Augustus 1875. i. Dat het misbruik van sterken drank bij ons te lande een schrikbarende hoogte heeft bereikt iedereen stemt het toe en de steeds toenemende opbrengst van den accijns op het gedisteleerd kan ten bewijze strekken van de treurige waarheid, dat het in dat opzicht van kwaad tot erger gaat. Zelfs de taal, die trouwe afspiegeling van het ■volksleven, draagt het kenmerk van de diep inge wortelde kwaal. „Hij is aan den drank" is een uitdrukking, die ieder Nederlander verstaat; het bijvoeglijk naamwoord „sterk" is reeds overbodig geworden om aan te duiden dat A. of B. ver slaafd is aan het gebruik van dat vocht, dat bij uitnemendheid „d e drank" schijnt te worden genaamd. Algemeen was tot dusver de klacht over het meer en meer toenemen der schier nationale ondeugd; even algemeen ook de overtuiging dat er weinig of niets tegen valt uit te richten. Die woorden van moedeloosheid werden opnieuw vernomen, toen Multapatior alle weidenkenden opriep om zich om hem te scharen ter bestrij ding der volkskwaal. Toch gaf menigeen gehoor aan die roepstem en het vertrouwen in den wakkeren leidsman werd niet beschaamd. Mul tapatior heeft getoond dat hij een man is, die de hand aan den ploeg weet te slaan, en in een dezer dagen te Amsterdam ge- gehouden bijeenkomst van geestverwanten zijn de grondslagen gelegd voor een vereeniging, wier leden volgens een reglement door een voorloopige commissie ontworpen en „Grondwet" genaamd, Multapatiors plan van bestrijding tot verwezenlijking zullen trachten te brengen. Welk is dat plan? In nommer 2 zijner brochures over dat onderwerp heeft de moedige kampvechter voor het welzijn van zijne landgenooten het ont wikkeld, en, moge het menigeen hier of daar aanleiding geven tot op- of aanmerkingen, voor hem, wien het nog onbekend is, mag het zeker j de moeite waardig worden geacht het dertigtal bladzijden van het kleine geschrift te doorloopen. De middelen, die Multapatior zich voorstelt aan te wenden tot bereiking van zijn doel, verdeelt hij in vier categorieën: 1°. Hulpmiddelen, voorvloeiende uit den invloed van godsdienst en wijsbegeerte. Uit den aard der zaak spreekt het, dat de werkzaamheid in deze richting hoofdzakelijk aan de godsdienstleeraars van verschillende gezindten moet worden overge laten, terwijl het gevoel van eigenwaarde moet worden opgewekt en vooral het onderwijs in beiderlei opzicht een belangrijke factor worden geacht. Doch pogingen van bovengenoernden aard lijden de ondervinding leert het maar al te dik wijls schipbreuk. Daarom neemt Multapatior de toevlucht tot 2°. Hulpmiddelen ontspruitende uit de tusschen- komst van de Staatsmacht. Daartoe rekent de schrijver: een speciale en partieele wet tegen openbare dronkenschap; bijzondere bepalingen ten opzichte van het patent, te verleenen aan drank- verkoopers, dat rnoet worden geweigerd aan alle rijks-, provinciale en gemeenteambtenaren; verhoo ging van dat patent en van den accijns op het gedisteleerdbestrijding van het misbruik bij land en zeemacht. v 3°. Hulpmiddelen, ontstaande uit het initiatief van het individu. Vooreerst verlangt Multapatior dat z'y, die tot het door hem ontworpen Bond toetreden, het voorbeeld van matigheid geven, die deugd overal zooveel mogelijk trachten te bevor deren en dronkaards uit hun dienst ontslaan. Ofschoon hij hulde brengt aan hen, die de leus „afschaffing" in hun vaandel hebben geschreven, en hen beschouwt als de keurbenden in den door hem te voeren strijd, stelt hij en o. i. terecht algeheele afschaffing niet als een eisch voor toetreding tot het Bond. De zedelijke dwang, door het vorderen van algeheele onthouding uitgeoefend, zou een groot aantal personen buitensluiten, die niettemin waardige leden van het Bond zouden kunnen zijn. Omtrent hen die, ofschoon tot het Bond toegetreden, zich schuldig maken aan onma tigheid, zal een raad van eer en discipline uit spraak moeten doen. Langs dien weg kan men er allengs toe kornen het publiek verachting van, maar tevens medelijden jegens den dronkaard in te boezemen, en daartoe mag de dronkenschap, ook waar zij zich bij beschaafde standen voordoet, niet oogluikend door de vingers worden gezien. In dat opzicht kunnen alle superieuren een gun- stigen invloed uitoefenen op hunne onderhoorigen, vooral wanneer de stoffelijke belangen der laatsten worden behartigd door hun b. v. in plaats van fooien en drinkgelden penningen of kaarten uit te reiken, die inwisselbaar zijn tegen levensmid delen, kleederen en onschadelijke dranken. Tevens echter en dit vooral is een loffelijk beginsel rnoet men den dronkaard niet aan zijn lot over laten, maar hern zooveel mogelijk trachten te ge nezen ook in zoogenaamde dronkaardshospitalen, gelijk er reeds in Amerika bestaan. Dronkenschap toch is niet slechts een ondeugd, maar ook een ziekte, waartegen de ondervinding en de uit spraak van bevoegde geneeskundigen bevestigen het wel degelijk met goed gevolg geneesmid delen zijn aan te wenden. LEIDEN, 5 Augustus. De brieven te verzenden per stoomschip Prins van Oranje naar Padang en Batavia kun nen ten postkantore alhier bezorgd worden tot 6 Augustus te middernacht, drukwerken en mon sters tot zes uren 's namiddags. De examens ter verkrijging van akten van bekwaamheid voor het middelbaar onderwijs voor het jaar 1875 zullen afgenomen worden in den loop der maand October a. s. Zij, die zoodanig examen wenschen af te leggen, moeten zich vóór 15 Sep tember schriftelijk aanmelden aan het departement van binnenlandsche zaken, en daarbij nauwkeurig opgeven tot welk examen zij toegelaten verlangen te worden, met aanwijzing van letter en nommer der programma's. Tot leden van den gemeenteraad zijn ge kozen: te Aarlanderveen de heer J. H. Ruting; te Alphen de heeren G. L. Piek, A. Oosthoek, B. Erkelens en P. H. Schoutenherkozen te Bode graven de heeren A. Breekland en W. P. Brunt, gekozen de heer A. Moons; herkozen te Wad- dinxveen de heer J. Zwart, gekozen de heer K. Jonkheid. Het Nederl. stoomschip Sumatra, van Ba tavia naar Nieuwediep, is volgens een particulier telegram met schade aan de machine te Gibraltar binnengeloopende Hampton, bestemd van Ba tavia naar Rotterdam, is 1 dezer van Port-Said vertrokken. Aan den heer G. Zwaardemaker, te Am sterdam, is door de commissie van den Neder- landschen boekhandel voor de internationale ten toonstelling te Philadelphia opgedragen om ten behoeve van die tentoonstelling van alle dag- en weekbladen en tijdschriften, welke in Nederland verschijnen, proef-exemplaren van al de in 1875 verschenen nummers of afleveringen bijeen te brengen. Hij wenscht zoodanige exemplaren vóór 15 Augustus te ontvangen. In de circulaire, waarin hij van een en ander kennis geeft, zegt hij, dat hem officieus is medegedeeld, dat aan een eskader onzer vloot bepaaldelijk is opgedragen om het transport van de vruchten der Nederlandsche kunst en nijverheid, welke te Philadelphia zullen worden tentoongesteld, daarheen te begeleiden en alzoo door de tegenwoordigheid onzer koninklijke marine aan de Nederlandsche inzending meer luister bij te zetten. Op Terschelling worden ijverig pogingen aangewend tot het oprichten van eene „Noord en Zuiderzee-visscherij" op groote schaal. Een der zeeofficieren van den torpedodienst te Nieuwediep is bestemd om met een officier der artillerie in Denemarken de proeven met tor pedo's, die eerstdaags aldaar zullen genomen wor den, bij te wonen. Na een kortstondige ziekte is de heer Mr. A. A. Van der Vreecken, raadsheer in het prov. gerechtshof van Limburg, gisterochtend te Maas tricht overleden. Door de maatschappij tot ontginning en vervening der peel genaamd „Helenaveen" zijn aan de Ned. herv. gemeente van Helenaveen ge schonken vier perceelen land, gelegen onder de gemeente Deurne, ten einde daarop te bouwen alles wat ten gerieve der kerk of van den tij de- lijken predikant door het hervormd kerkbestuur noodig of dienstig zal worden geacht. Aan de gift is echter de uitdrukkelijke voorwaarde verbonden, dat op den geschonken grond geene gebouwen rnogen worden gesticht, bestemd om daarin eenige nering uit te oefenen. Gisternamiddag is het nieuwe gebouw van het Roomsch-katholiek jongensgesticht onder patro naat van den H. Laurentius, aan den Binnen weg te Rotterdam, ingewijd. Deze plechtigheid werd verricht door monsgr. G. G. Bongaerts, buitengewoon geheim kamerheer van den Paus en deken van Rotterdam.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1875 | | pagina 1