bij de administratie der posterijen hunne functiën zullen uitoefenen als volgt: de commies 3de kl. Jhr. A. H. J. Bowier ten postk. te Amsterdam, de commies 4de kl. E. W. Hildebrandt ten postk. te 's-Hertogenbosch, de surnum. S. "Wybenga ten postk. te Harlingen, en de surnum. G. J. Balfour van Burleigh ten spoorwegpostk. Amsterdam-Em- rnerik-Bentheim. Z. M. heeft benoemd tot notaris binnen het arrond. Utrecht, standpl. de gem. Maarssen, S. Brouwer, cand.-notaris te Abcoude; den luit.-ter- zee 1ste kl. T. Spree, op zijn verzoek, ter zake van ongeschiktheid voor den militairen dienst, wegens lichaamsgebreken, met den laatsten Juli e. k. op pensioen gesteld, onder toekenning van a. een pensioen van f 1125, b. van eene verhooging ter somma van ƒ375 'sjaars, wegens verblijf in milit. dienst in 's Rijks overzeesche bezittingen en koloniën en tusschen de keerkringenmet den 6den Aug. bevorderd tot luit.-ter-zee 1ste kl., den luit.-ter-zee 2de kl. O. G. A. J. Moreau; aan den off. van administr. 3de kl. F. H. A. Pool, op zijn verzoek, met den laatsten Juli e. k. eervol ontslag uit den zeedienst verleend; met den 6den Aug. bevorderd tot off. van administr. 3de kl. den scheepsklerk J. Mets; den paardenarts 3de kl. F. Meyer, van het leger hier te lande, overgeplaatst bij dat in Ned.-Indië, en benoemd tot paardenarts 2de kl.; bij het personeel van den pharmaceutischen dienst van het leger in Ned.- Indië benoemd tot apotheker 3de kl. F. H. Eyd- man, civiel apotheker. Gemengd Nieuws. Gistermiddag te ruim vier uren is het zesjarig jongentje L. v. d. L. in de Gorte straat door een met een paard bespannen wagen overreden, ten gevolge waarvan het kind het linker dijbeen gebroken heeft. De heer Dr. Aal- bersberg verleende spoedig heelkundige hulp. Het ongeval is ontstaan doordien het knaapje op den wagen geklommen en toen deze keerde er afge vallen is. Waarschijn lijk zou, indien de voerman niet direct maatregelen had genomen, het kind geheel everreden zijn geworden. Een met verlof te Amsterdam aanwe zig soldaat van het koloniaal werfdepot te Har derwijk poogde Maandag-middag, alvorens naar zijn garnizoen terug le keeren, zijne vrouw dood te schieten. Hij werd daarin door ter hulp snel lende buren verhinderd en later door de militaire macht in hechtenis genomen. Het knaapje, dat te Amsterdam door een tramwagen is overreden, is aan de gevolgen bezweken. Hij behoorde niet tot de passagiers, maar was op den wagen geklauterd, om een eindje gralis mee te rijden. Gisteren in den vroegen morgen werd J. B. gevankelijk van Winkel naar Alkmaar ver voerd. De man, die reeds meermalen met de justitie kennis maakte, doch steeds een veroor deeling wist te ontkomen, wordt nu beschuldigd van poging tot moord op zijn schoonvader P. W. te Noordscharwoude in diens woning op Zondag 25 Juli 11. Hij kwam daar, volgens zijn zeggen, naar zijne kinderen zien, die er zich sedert acht dagen met de moeder bevonden, omdat hij laatst genoemde gedreigd had te vermoorden. Nauwelijks in huis gekomen, vloog hij den ouden man, wien hij sedert lang een doodelijken haat toedroeg, aan, en zou hem hebben geworgd, indien niet de huis houdster tijdig tusschen beiden getreden ware en de vrouw intusschen buren te hulp geroepen had. Dezer dagen ging le Nieuwe-Pekela een koopman met anderen de weddenschap aan, dat hij 25 glazen jenever zou uitdrinken. Na 't gebruik echter van een veertiental glazen is hij geslikt. Uit 's-Hertogenbosch wordt gemeld: De strepen en plassen bloed, die de bewoners van eenige straten alhier Maandag-ochtend bemerkten, leidden tot de ontdekking, dat een koelsier in beschonken toestand een paard, waarmede hij des nachts van een rat was thuis gekomen, met een mes verscheiden diepe wonden in de zijde had toegebracht. Wat den wreedaard tot .deze daad bewogen heeft, is onbekend. De zaak is in han den der justitie. Betreffende het gebeurde in het artil lerie-park te Arnhem, waar een schildwacht een artillerist heeft doodgeschoten, meldt de Arnh. Ct. nog het volgendeOfficieel is omtrent deze zaak niets bekend gemaakt en zal er waarschijn lijk niets bekend worden. Alles bepaalt zich tot geruchten. Wij meenen echter zeker te weten, dat het geweer van den schildwacht niet geladen was, maar eerst door hem geladen werd toen, ondanks zijn bevel aan de beide artilleristen om de zakken en het kistje, die zij op een kruiwa gen hadden geladen, op het terrein te laten, zij zich daarmede verwijderden. De schildwacht had consigne te waken dat men niets van het terrein medenam; de artilleristen schijnen last gehad te hebben genoemde voorwerpen te halen. Verder ver haalt men, dat de schildwacht bekend stond als een eenigszins zonderling, in zich zelf gekeerd man, zoodat, toen de manschappen in het wachthuis, waar zij juist aan het schaften waren, het schot hoorden, onwillekeurig de gedachte bij hen rees, dat hij zich zeiven had doodgeschoten. Een van de militairen liep naar buiten, maar zag hem op zijn post; eerst door het toeschieten van een aan tal personen, meerendeels pleizierreizigers, welke zich in de nabijheid bevonden, en den schildwacht schenen te lijf te willen, begreep hij dat er iets gaande was. Nog verhaalt men, dat de tweede artillerist, die met den ongelukkigen kameraad de zakken had gehaald, dezen toevoegde: „pas op, die man zal op ons schieten ik heb hem, geloof ik, zien laden." Een oogenblik later zonk de ander met den uitroep „o God! o Godineen, en eerst toen hoorde zijn kameraad het schot vallen. Op de vraag van een officier aan den schildwacht, of hem ooit was geleerd of gelast wat hij gedaan had, gaf hij ten antwoord: dat z'yn begrip van zijn karakter als schildwacht dit medebracht. Eindelijk vertelt men, dat het onderzoek van de zaak is afgeloopen en eene beslissing genomen: de schildwacht is door den krijgsraad vrijgesproken, maar de zaak is voor het hoog militair gerechts hof gebracht. Een opzichter in de porselein- en aardewerkfabrieken te Maastricht heeft Zondag avond zich op de rails van den Grand Central in de nabijheid der stad te slapen gelegd, waar schijnlijk in hoogst beschonken toestand. In dien toestand bleef hij onopgemerkt, zoodat Maandag ochtend een goederentrein den ongelukkige door midden heeft gereden. Gisterochtend is het stoomschip Stad Middelburgmet 150 passagiers uit Sheer- ness komende, bij het binnenstoomen der haven te Vlissingen tegen een stoombaggermolen aan gevaren, ten gevolge waarvan laatstgenoemd vaar tuig onmiddellyk is gezonken; de bemanning is nog intijds gered. K e c h t z a k e n. Z. M. de Koning heeft ongunstig beschikt op het request, door den voormaligen directeur der Overijselsche Bank, Jacob Wolff, ingediend tot bekoming van gratie. KOLONIËN. BATAVIA, 19 Juni. Uit Samarang wordt bericht dat de Euro- peesche fuselier Lagerman, gewezen grenadier bij het leger in Holland, op zijn sterfbed aldaar be kend heeft, dat hij de moordenaar van mevrouw Van der Kouwen was. Men zegt, dat de over ledene vele aanwijzingen gedaan en onderscheidene ophelderingen gegeven heeft. Het vonnis van den raad van justitie te Samarang, waarbij de doodstraf tegen mevrouw Kallenberg was uitgesproken, is door het hof be krachtigd; de gouverneur-generaal heeft het fiat executie geteekend. Door den gouvern.-generaal van Ned.Iodië zijn de volgende beschikkingen genomen Civiel Departement. Benoemd: Tot adjunct-inspect, der statistieke opname van Java, Jhr. J. F. W. Van der Willige von Schmidt auf Altenstadt; tot presid. der wees- eo boedel kamer te Soerabaya, F. W. Macaré; tot tolk voor de Chineesche taal te Pontianak J. J. Roelofs; door den landraad te Tangerang (Batavia) tot boiteng subst.-griff. bij die rechtb. Mr. J. W. Van Goens; door den landr. te Grisse, tot. bniteng. snb.-grif. bij die rechtb. Mr. H. J. Altmanndoor den resident van Probolinggo tot eersten klerk, tevens vendnscbrijver op het adsistent-resid.- kantoor te Kraksaaü, G. P. A. Du Pui; tot hulponderwijzer: aan de openb. lagere school te Toeban (RembaDg) Th. A. Den Daas, te Snmanap J. Klaiver, te Ngawi R. Oosterlo, te Padang- Pandjang J. Jqüus, aan de openbare 4de lagere school te Soe rabaya C. De Gast; tot 3dcn hulponderwijzeraan de openh. 2de lagere school te Batavia D. J. Pont, aan de openb. 5de lagere school te Soerabaija N. Rijnbende, aan de openb. 2de lagere school te Padang P. M. Heymans; tot hulponderwijzeres aan de openh. lagere school te Batavia, mejuff. C. E. Von Schooten. Ontslagen: Eervol, uit 'eland9 dienst, met behoud van recht op pensioeD, de gewezen griffier bij den landraad te Magelang J. C. Beek. Benoemd: Bij den residentie-raad te Benkoelen tot lid, H. Th. Ziesel; ontslagen: eervol, wegens vertrek, als lid, J. Flikkcnschild, onder dankbetuiging. Inge trokken: Op verzoek, het aan den ambtenaar J. C. Beek, laat stelijk griffier bij den landraad te MagelaDg, wegens meer dan 15 jaren onafgebr. dienst in Ned.-Indië, verleend tweejarig ver lof naar Nederland. Departement van Oorlog. Bevorderd: By de infanterie, tot majoor, F. J. Boom; tot kapt., W. J. O. Kalshoven, R. De Lannoy en H. Wetsclaar; tot lsten luit. G. B. Blom, J. M. Sanders, J. C. M. Wijmer, F. C. Luyke en G. H. L. F. O. Ilgen; bij de cavalerie: tot ritm. W. A. Post, tot lsten luit. J. Bakkers. BÜ1TJGIVLAND. >uitschland. Volgens een gerucht zou de Duitsche gezant te Parijs bij den Franschen minister van builenland- sche zaken bezwaren hebben geopperd tegen zekere bevelen van den Franschen minister van oorlog, generaal De Cissey, aan de legerhoofden, betref fende de aanstaande groote manoeuvres. Sommige Berlijnsche correspondenten, ofschoon het slechts onder de noodige reserve mededeelende en nadere berichten afwachtende, meenen dit gerucht niet onvermeld le mogen laten. De algemeene vergadering der vereeniging van Duitsche spoorwegbesluren te Bremen heeft zich vereenigd met het voorstel harer commissie om voor stukgoederen en wagenladingen één tarief vast te stellen op den grondslag der gewichts eenheid van '100 kilo. Het ontwerp voor een nieuw exploitatie-reglement, voornamelijk hande lende over schadevergoedingen van de eene spoor wegdirectie aan de andere enz., werd in zijn ge heel aangenomen. De Börsenzeilung bevestigt het gisteren aan de Beurs verspreide bericht, dat het aanmun- ten van goudgeld voor rekening der regeering beperkt is. België. De weezenverpleging heeft in den gemeente raad van Brussel het onderwerp eener belangrijke discussie uitgemaakt. Door den heer Delecosse is een rapport uitgebracht over eene enquête, inge steld naar den toestand der weezen, zoowel van die welke in gestichten worden verpleegd als van die welke bij parliculieren zijn uitbesteed. De resultaten van dit onderzoek waren betrekkelijk bevredigend; intusschen kwam de heer Delecosse tot de volgende conclusiedat de uitbesteding verre is te verkiezen boven de plaatsing in een gesticht, doch op deze voorwaarden, dat 1°. een strenge inspectie geregeld gehouden worde, en '2«. voor een voldoend onderwijs worde zorg gedra gen, zoowel ter algemeene ontwikkeling der weezen als tot het aanleeren van een vak of ambacht. De beer Allard verklaarde dat deze conclusie, op een practisch onderzoek steunende, evenzeer op theoretische gronden de eenig juiste was. Het toezicht moest echter uitgebreid en verscherpt worden, terwijl tevens een belangrijke verhooging der geldelijke tegemoetkoming aan de pleegouders dringend noodzakelijk was. Eene motie, waarin die denkbeelden neergelegd waren en waarmede de heer Delecosse zich vereenigde, werd daarna met algemeene stemmen door den raad aangenomen. JsSpanje. De correspondent der Indép. te Madrid schrijft o. a. het volgende: 't Is mogelijk dat men zich hier in dit opzicht illusies maakt, maar algemeen gelooft men aan het einde van den burgeroorlog vóór 't volgend jaar. Intusschen legt de regeering met gestrengheid haar besluit betreffende de per sonen en goederen van Carlistische families ten uitvoer. Voor een paar dagen is alhier de secre taris of de penningmeester der Carlistische junta in hechtenis genomenop eene som van niet minder dan ruim 12 millioen is bij hem beslag gelegd, welk geld naar 't schijnt uitsluitend af komstig is van de bijdragen door de partij voor de geestverwanten in het noorden afgestaan. Reeds lang vroeg men zich af, hoe don Carlos en zijne cabecillas toch aan 't geld kwamen om de ontzag lijke kosten te dekken, welke onvermijdelijk aan.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1875 | | pagina 2