de statuten van de Amsterdamsche Vereeniging
tot het bouwen van arbeiderswoningen, en binnen
kort zal eene vergadering worden gehouden van
de voorloopige Commissie, die deze Vereeniging
heeft in het leven geroepen, tot het kiezen van
een definitief bestuur. De plaats, waar de woningen
zullen worden gebouwd, is nog niet bepaald.
In de heden door de N. H. M. gehouden
koffieveiling is alles verkocht tot gemiddeld 11 /a
cent boven taxatie.
Tot lid van den gemeenteraad te Amsterdam
is heden gekozen Jhr. Mr. "W. Roëll.
Uitslag der herstemmingen voor leden van
de Tweede Kamer: Delft (buitengewone vacature
tot September) uitgebracht 2495, gekozen Jhr. F.
De Casembroot met 1380, Dr. C. J. Vaillant had
1116 stemmen; (voor de gewone aftreding) 2496
geldige stemmen, gekozen Jhr. F. De Casembroot
met 1381, Dr. C. J. Vaillant verkreeg 1117
stemmen. Utrecht: uitgebracht 2237, gekozen
J. N. Bastert met 1136; Mr. N. P. J. Kien, aftr.
lid, bekwam 1101 stemmen. Arnhem: uitge
bracht 2739, geldige 2728; gekozen Mr. J. H.
Geertsema met 1426Mr. A. F. De Savornin
Lohman verkreeg 1302 stemmen. Almelo: uit
gebracht 2110, gekozen Mr. J. R. Corver Hooit
met 1077; Mr. S. J. baron Van Pallandt verkreeg
1021 stemmen.
De Ned. Bank had op 21 Juni bij een
muntmateriaal van f 138,332,961.62 voor eene
som van f 103,749,519.80 minder aan bankbil
jetten in omloop dan waartoe zij gerechtigd
is, terwijl het muntmateriaal op zijne beurt
46,204,079.15 meer bedraagt, dan in verhouding
tot de schuldvorderingen tot dekking noodig zou
wezen.
Z. M. heeft benoemd tot notaris binnen
het arrond. 's-Hertogenbosch, standpl. de gem.
Loon-op-Zand, J. A. Bessers, candid.-not. aldaar;
den luit.-ter-zee 1ste kl. A. J. Visser eervol ont
slagen als lid van den raad van tucht voor de
koopvaardij te Amsterdam.
Gemengd Nieuws.
Het prov. gerechtshof van Noord-Hol
land vervolgde gisteren de bekende zaak der valsche
munters. Mr. J. W. Tydeman Jr. verkreeg als
verdediger der tweede besch., de vrouw van W.
Bolhoven, het woord. Spr. wees uitvoerig op den
zedelijken dwang waaraan zij van de zijde van
haar man had blootgestaan, die haar zelfs met
mishandeling gedwongen had hem het misdrijf te
vergemakkelijken door het koopen van compositie
lepels en tot het, in omloop brengen der valsche
muntstukken. Pleiter beriep zich o. a. op enkele
getuigen, die getuigenis hebben afgelegd omtrent
de dronkenschap van den man en de mishandeling
zijner vrouw, alsmede van het proces tot echt
scheiding, door haar tegen hem in het vorige jaar
gevoerd; ten slotte concludeerde pleiter tot vrij
spraak wegens de niet toerekenbaarheid harer
handeling. Na dit pleidooi begon Mr. D. Mesritz
met aan te toonen dat de bekentenis van de derde
besch. door geen aanwijzingen nader bevestigd
was, dat ook niet bewezen was dat zij het eerst
de valsche muntstukken in omloop had gebracht,
hetgeen toch voor een veroordeeling een vereischte
isdat ook deze besch. onder den dwang van
haar overleden man, wiens gedrag bekend is,
gehandeld heeft en dat niet bewezen was dat deze
beschuldigde wist dat de door haar uitgegeven
muntstukken valsch waren. Voor het geval het
hof zich met deze zienswijze niet kon vereenigen,
voerde pleiter de reden aan, waarom volgens hem
bij dit misdrijf ook verzachtende omstandigheden
in aanmerking konden genomen worden. Art. 5
der wet van 17 September 1870 was voor plei
ters meening een gewichtig argument. Ten laatste
voerde Mr. Ph. A. Haas Az. voor den vierden
besch. het woord. Pleiter beweerde dat ook de
bekentenis van dezen beklaagde op zichzelf stond,
en toonde op uitvoerige wijze aan dat volgens de
wet ook op dat misdrijf verzachtende omstandig
heden toe te passen waren. Na re- en dupliek
werd de uitspraak op 29 dezer bepaald.
Hoe hoog de waarde van den bloem-
bollengrond is, bleek dezer dagen te Haarlem uit
den verkoop van eenige perceelen, ter grootte
van nog niet 2 hectaren, welke voor de som van
32,175 in andere handen overgingen. Een woon
huis met bloembollengrond, groot H. A. 1.48.30,
gelegen onder Heemstede, bracht 25.500 op.
Het prov. gerechtshof heefthedenin
de Leidsche zaak, waarvan gisteren mededeeling is
gedaan, en waarin Mr. F. Was als advocaat is
opgetreden, de vrijspraak der drie eerste geïnti
meerden gehandhaafd, doch het vonnis der Leidsche
rechtbank vernietigd ten aanzien van den eersten
geïntimeerde, en J. G. Van L. schuldig verklaard
aan rebellie en veroordeeld tot drie dagen gevan
genisstraf in eenzame opsluiting te ondergaan.
Gisteren is de eerste haringjager te
Vlaardingen binnengevallen met 44 ton volle- en
343/4 ton maatjes-haring.
Drie manschappen van het garnizoen
te Grave, de tamboers Moka en Weyts benevens
de hoornblazer Von Hecke, zijn Vrijdag-ochtend
gedeserteerd. Reeds des nachts hadden zij de boot
van het veer van het slot losgerukt en wilden
daarmede de Maas oversteken. Dit werd door den
veerman bemerkt, waarop zij terugkeerden. De
veerman maakte hiervan den volgenden ochtend
rapport. De deserteurs hebben toen opnieuw de
kazerne verlaten, zijn, na zich ontkleed te hebben,
met hunne kleedingstukken boven het hoofd, op
een ondiepe plaats beneden de stad door de Maas
gewaad, en de provincie Gelderland ingegaan.
Volgens een veel verspreid gerucht,
zou er veel kans bestaan, dat het oud adellijk
kasteel Sinderen met zijn fraaie omgeving, nabij
Varsseveld, voor rekening van Duitsche Jezuïeten
werd aangekocht om tot klooster te worden in
gericht.
Te Wierum, nabij Dokkum, had dezer
dagen een voorval plaats, dat zeker afschuwelijk
mag genoemd worden. Twee visscherlieden waren
met elkander in een twist geraakt, die zoo hoog
liep, dat de een den ander den neus heeft afgebeten.
Op 12 Juli e. k. zullen te Groningen
vanwege het ministerie van financiën op afbraak
worden verkocht de bekleedingsmuren en het
kruitmagazijn in de linie van Helpman (de bui
tenwerken) bij de stad. Deze afbraak bevat onge
veer 2630 M3 metselwerk, waarvoor ongeveer
7900 M3 grond zal moeten verplaatst worden.
Gisterochtend vond men nabij Almelo
in een sloot het lijk van den twintigjarigen land
bouwerszoon J. N. 't Gerucht loopt, dat men hier
aan zelfmoord moet denken.
De arbeider G. H. te Aver eest maakte
Zaterdag-avond door ophanging een einde aan zijn
leven. Ziekte en huiselijk verdriet schijnen hem
er toe gebracht te hebben.
Te Triest heeft men een chignon-
oploopje gehad. Het gerucht liep in de stad dat
een tweetal jonge meisjes in het stadshospitaal
aan de typhus gestoi'ven waren ten gevolge van de
groote hitte, haar door de zware chignons op
't hoofd veroorzaakt. De directie van 't hospitaal
zou aan 't gemeentebestuur verzocht hebben, voor
't vervolg het dragen van de zware chignons te
verbieden. Voorts zei men dat het bestuur reeds
zulk een verbod had doen rondtroramelen. Toen
nu jl. Woensdag een paar rnodistes uit haar
magazijn kwamen, riep een bediende van een kleer
makerswinkel haar toe: „Weg met den chignon
Deze kreet vond spoedig navolging en in korten
tyd was er een groote menigte op de been, waar
onder tal van oude vrouwen, die de meisjes ach
tervolgden en haar, zoowel als andere die zich op
de straat bevonden, de chignons van 't hoofd
trokken. De wacht, die spoedig aanrukte, maakte
aan de wanorde een einde. Des avonds echter
tusschen 7 en 8 uur herhaalden zich de buiten
sporigheden op onderscheiden plaatsen, en ver
scheidene chignons moesten op 't slagveld blijven,
terwijl ook een reeks van slepen afgetrapt en
stukgelrokken werden. Een achttal rustverstoor
ders werden dientengevolge in hechtenis genomen.
Bij nader onderzoek blijkt dat de gemeentelijke
afkondiging, die tot al deze drukte heeft geleid,
betrekking had op het hier en daar weder ver
schijnen der pokken.
Gedurende en na den brand te Dublin
werden in de omliggende straten meer dan twin
tig personen opgeraapt in een toestand van be-
wustelooze dronkenschapzij werden naar 't hos
pitaal vervoerd, waar er twee kort daarop den
geest gaven, en verscheiden anderen thans hope
loos liggen. Zij hadden zich vol gedronken aan IMa
den door de straten stroomenden whisky. Tijdens gel
de ramp verdrong 't Dublinsche gepeupel zich, om de
't heete vocht met kommen, hoeden en schoenen UNc
op te scheppen; velen gunden zich zelfs lot schep- Itu
pen den tijd niet: zij wierpen zich plat op den Jvif
grond en slorpten uit de goten. |Mi
BUITENLA ND. pa
Frankrijk. "j
Bij de voortzetting der discussiën over de wet, ze
regelende de bevoegdheid der openbare staats
machten, heeft Buffet de heeren Louis Blanc en
Madier de Monljeaux beantwoord. De minister
verklaarde er zich over te verwonderen, dat zij n
hunne aanvallen niet liever tegen de constitutie p
van 25 Februari dan tegen het ministerieel ti
programma richtten. Hij protesteert tegen de be- d
wering, dat het ministerieel programma van 10 e
Maart eene beleediging der meerderheid zou zijn.
Wij zijn voor de nationale vergadering, zeide hij,
gekomen met de verklaring: ziedaar ons pro
gramma; keurt gij 't niet goed, dan zullen wij
onzen plicht welen te doen. Thans is 't nog tijd
eene interpellatie tot ons te richten, wanneer gij eene
discussie wenscht over de daden van 't ministerie;
wij zullen vragen dat die interpellatie terstond aan de
orde worde gesteld. Ten slotte verklaarde Buffet, dat
het ministerieel programma geene wijziging zou
ondergaan, zoolang hij aan de groene tafel zat.
Laboulaye betoogde dat alle goede burgers zich
om het in de tegenwoordige omstandigheden eenig
mogelijke gouvernement moeten scharen. Generaal
Dutemple bestreed het wetsontwerp, en viel daarbij
in krasse bewoordingen Mac-Mahon aan. Na twee
maal door den voorzitter tot de orde te zijn.
geroepen, ontnam de Kamer hem het woord. De
vergadering besloot vervolgens tot eene tweede
lezing der wel.
Gedurende de vijf eerste maanden van dit
jaar heeft de uitvoerhandel van Frankrijk bedragen
eene som van ruim 1608 millioen en de invoer-
handel circa 1392 millioen. Gedurende hetzelfde
tijdvak van 1874 hebben uit- en invoerhandel
gezamenlijk 193 millioen minder bedragen.
België.
In de Kamer heeft de minister gisteren den
brief voorgelezen van graaf Perponcher in antwoord
op de Belgische nota van 23 Mei. Prins Bismarck
(zoo wordt daarin gezegd) heeft met erkentelijk
heid de berichten ontvangen omtrent het zorg
vuldig onderzoek naar het gebeurde met Duchesne,
alsmede de mededeeling, dat de Belgische regee
ring haar strafwetboek in gewenschten zin zal
aanvullen. Ook de keizer is zeer voldaan en ver
wacht van de gelijktijdige behandeling van dit
onderwerp in Duitschland een heilzamen invloed
voor de openbare consciëntie; hij hoopt dat de
inmenging van Belgische onderdanen in inwendige
geschillen in Duitschland voortaan telkens voor
komen zal worden in denzelfden verzoenenden geest,
als waarvan de Belgische regeering in deze bewijs
leverde: een bewijs, waarvoor zij dank verdient.
In de zitting van den Brusselschen ge
meenteraad is Maandag na lange en zeer leven
dige debatten, met 14 tegen 12 stemmen besloten,
het verzoek van de voorbereidingscommissie der
tentoonstelling van reddingmiddelen en hygiene in
te willigen en haar te machtigen de voor de ten
toonstelling vereischte gebouwen in een aange
wezen deel van het park op te richten. Het mag
thans als zeker worden beschouwd, dat in 1876
deze internationale tentoonstelling te Brussel zal
worden gehouden; het belang der hoofdstad was
't vooral wat de heeren Allard en Trappeniers
als argument voor de inwilliging van het verzoek
der commissie deden gelden.
Ouitsclil and.
Volgens de Prov. Ztg. hebben Maandag te
Rheine, ten gevolge van het verbod van den bur
gemeester, op last van bet gouvernement, om
buiten de kerk eene processie te houden, onge
regeldheden plaats gehad, waarbij de burgemeester
Sprickmann, die orde en wet wilde handhaven,
door vijf steken, hern met messen toegébracht,
zwaar werd gewond.
Spanje.
Zal Sagasta minister van Alphonsus XII worden'?
Dit is de vraag waarmede men zich thans in