LEIDSCH DAGBLAD. N°. 4638. A0. 1875. Donderdag 25 Maart. NOG AIET VASTGESTELD. PRIJS DEZER COURANT Voor Leiden per 3 maandenf 1. Franco per postn 1.40. Afzonderlijke Nomraersn 0.Q2. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven, PRIJS DER ADVERTENTIEN Van 16 r;cgcl$.f 1.05. Iedere regel pieor0.174. Grootere letters naar plaatsruimte. Zij, die zich met 1 April a. s. op deze courant abonneeren, ontvangen de nog verschijnende nummers tot dien datum gra tis. Van het kwartaal MaartMei worden dan alleen de maanden April en Mei tegen 67 ets. in rekening gebracht. STADS - BERICHTEN. De BURGEMEESTER van LEIDEN doet te weten dat de opgaaf van de herziening der belastbare opbrengst van de gebouwde eigen dommen in deze gemeente, voor de wijken V en VI, van heden af gedurende dertig dagen op de Secretarie alhier voor de belanghebbenden ter inzage is nedergelegd, en dat de Commissie voor de herziening zitting zal houden op Woens dag 7 April aanst., des namiddags van 1 tot 3 uren, in een der lokalen van het (Raadhuis, tot het geven van inlichtingen aan belanghebbenden. En geschiedt hiervan openbare afkondiging door plaatsing in de Leidsche Courant. De Burgemeester voornoemd, v. d. BRANDELER. Leiden, 23 Maart 1875. Nog op het laatste oogenblik vóór de feest viering van Februari kwam ook het plan voor het nieuwe academiegebouw uil de in die dagen zoo bij herhaling geopende doos van Pandora te voorschijn, tot niet geringe verwondering van allen, die zich hadden teleurgesteld gezien in hun ver wachting dat het driehonderdjarig jubilaeum onzer academie ook zou zijn opgeluisterd door het leg gen van den eersten steen voor den nieuwen tem pel van Minerva. Voor die verwondering blijkt thans maar al te veel grond aanwezig te zijn geweest: 't was niet alleen een onverwachts verschenen, maar ook een niet definitief vastgesteld plan, zooals uit de laatste kamerdebatten is gebleken. Immers de Minister van Binnenlandsche Zaken heeft in de avoridzit- ting der Tweede Kamer van Vrijdag 11. verklaard, dat later de meest mogelijke publiciteit zal wor den gegeven aan het „definitief aan te nemen" plan. Indien er werkelijk zooveel gegronde bezwaren bestaan tegen het ontwerp, dal bij gelegenheid van de Februari-feesten ter bezichtiging was ge steld, mogen wij onze sladgenooten gelukwenschen, dat er alsnog op kan en zal worden terugge komen. Onwillekeurig echter rijst de vraag: Is het niet zonderling, dat eerst n u van alle zijden be denkingen worden gemaakt? Bevoegde beoordee laars toch hadden na den 8sten Februari tijd ge noeg om hun opinie over het plan te kennen te geven, zonder dat zij juist tot het einde van Maart behoefden te wachten. Zooveel is zeker dat al de thans; ook in dagbladen, geopperde aanmer kingen de oningewijden hebben verrast. Die bedenkingen zijn grootendeels van aeslhe- tischen aard en dus, al naar gelang van ieders eigenaardig schoonheidsgevoel, altijd eenigszins subjectief. Nu is 't maar de vraag of het voor- loopig plan bepaald aandruist tegen de hoofdbe ginselen der schoonheidsleer, natuurlijk in dit bijzonder geval toegepast met hel oog op het doel van het academiegebouw, de plaats waar het zal worden opgericht enz. Hoe uiteenloopend echter de meeningen in dat opzicht zijn^ kan blijken uit de in de Tweede Kamer gevoerde discussiën. Niet ten onrechte werd dan ook de bewering van een der leden dat het gebouw, volgens het plan van den ontwerper, den heer Metzelaar uitgevoerd, veel zou hebben van een strafgevangepi^, door den Minister weerlegd met de opmerking dat zij geheel in strijd was met de meening van hen, die van oordeel wah'en dat de vestibule oneven redig veel te groot was; immers kolossale afmetin gen van den hoofdingang en het voorportaal zal men 't allerminst tot de eigenaardigheden van een gevangenis kunnen rekenen. Bij twee zoo tegen strijdige oordeelvellingen is het de vraag of alle op- en aanmerkingen juist zoo bijzonder goed gemotiveerd zijn. Meer gewicht zouden wij hechten aan die, welke vervat zijn in het hoofdartikel der N. R. Ct. waarvan wij in ons nommer van Maandag een uittreksel mededeelden, vooral indien het waar mocht zijn, dal het nieuwe gebouw niet alle musea zou bevatten. Hoe gewenscht het nu ook moge zijn, dat de Qprichtjng van het nieuwe universiteitsgebouw zooveel mogelijk bespoedigd worde, zou het zeker nog meer zijn te betreuren, indien het niet be antwoordde aan de eischen van doelmatigheid en aesthetiek, of wellicht beide tegelijk. Maar dat gevaar is, dunkt ons, te voorkomen. Nederland verheugt zich in het bezit eener cornmissie van rijksadviseurs. Zoo aan iemand, dan zeker a,an haar moet de bevoegdheid worden toe gekend om te beoordeelen of het plan-Metzelaar bij de uitvoering eenige wijziging behoort te ondergaan. Zoo ja, dan is hel de vraag: zijn die wijzigingen van zoo ingrijpenden aard, dat daar door de leidende gedachte, die den ontwerper heeft bezield, verloren gaat; of niet? In het laatste geval zal men gerust tot de gewijzigde uitvoering kunnen overgaan, in het eerste geval daarentegen zou het plan moeten worden afge keurd. Maar wat dan? Welnu, men schrijve een prijsvraag uit, ter mededinging ook voor het buitenland, en uit de ingekomen antwoorden doe de commissie van rijksadviseurs de keuze, die haar 't best voorkomt. Zooals de zaak thans staat, bekruipt ons on willekeurig de vrees dat hel Februari-plan ten gevolge van wijziging en nog eens wijziging ge heel verminkt zal te voorschijn komen uit de smeltkroes, waarin het moest worden gelouterd, en alle eenheid van gedachte zal missen. Dat nu moet. worden voorkomen. Naast Minerva komt een plaats loe, aan Apollo en zijne Muzen, naast de wetenschap behoort ook aan de kunst te worden geofferd. Beiden zijn bestemd om een schoon harmonisch geheel te vormen en elkander aan te vullen. Juist bij de stichting van het nieuwe academiegebpuw heeft de kunst een schoone ge legenheid om bevorderlijk te zijn aan de weten schap door tot de oprichting van een in alle opzichten onberispelijk;^, aan haar gewijden tem pel werkzaam te zijn. Moge daarvan weldra de Ruïne, bet bewijs leveren. LEIDEN, 24 Maart. Met den lsten Mei zullen eenige verplaat singen in het corps van den geneeskundigen,dienst plaats hebben. ,0. a. zal de officier van gezond heid 2de klasse Mestingh van Leiden naar Middel burg en de officier van gezondheid 2de klasse Plantenga van Helder naar Leiden verplaatst worden. Bij beschikking van 22 dezer is aan Van Leeuwen ,en Swerver te Alkmaar, van 2 April tot en met 14 Mei e. k., vergunning ver leend voor een sloombooldienst lot vervoer van vee voor het stoomgemaal de Lijnden (Vijfhuizen) naar Leiden en tusschengelegen plaatsen. Bij de Maandag te Dordrecht gehouden aanbesteding van het maken 1°. van een plaat ijzeren zinker, tot afvoer van rioolwater, door de Spuihaven, met de leverantie van alle daartoe benoodigde materialen, en 2°. van het maken der houten fundeering en van de fundamenten voor het te stichten Ziekenhuis, benevens de ophooging van het terrein in de zoogenaamde Schut,tersweide, met de leverantie van alle daartoe benoodigde materialen, was het laagst ingeschreven voor het eerstgenoemde werk door de Kon. Grofsmederij te Leiden, voor 10.-771, en voor het sub 2 ge noemde werk door den heer L. J. Van den Steenhoven, te Dordrecht, voor f 32.970. Hel Vaderland verneemt van goed inge lichte zijde dat er alle grond is om te verwach ten, dat de aanleg van den spoorweg van Leiden naar Woerden weldra verzekerd zal zijn. Van Multatuli's Vors tenschoo 1 verscheen dezer dagen bij G. L. Funke te Amsterdam de vijfde druk. Achten wij een aanbeveling voor dit in den laatsten tijd zooveel besproken en met succes op gevoerde drama overbodig, niet onbelangrijk vin den wij het, aan te halen wat de schrijver in zijn voorbericht bij dezen druk zegt: „Door den moed, den kunstzin, en ik durf hierbij voegen: door de vaderlandsliefde van de tooneeldirecteuren Le Gras, Van Zuylen Haspels is het stuk weg gerukt uit de vergetelheid waartoe sommigen 't ouder gewoonte schenen veroordeeld te hebben. Het is mij 'n ware behoefte, die hearèn openlijk dank te zeggen, voor 't opvoeren van m'n drama zoowel, als voor de wij ze waarop zij die taak volbrachten. Ook als zelf medewerkende ar listen hebben zij aanspraak op de erkentelijkheid van ieder die 't wel meent met vaderlandsche kunst en T daarmee samengaand nationaliteitsgevoel. Zéér in 't bijzonder oök breng ik hier hulde aan de artistieke wijs waarop de heer D. Haspels de rol van Koning George vertolkte. Die kunstenaar heeft door 'n eigenaardige opvatting van z'n rol daaraan eene waardigheid weten te geven, waar door de door mij begane fout in de karaktertèe- kening van George volkomen] wordt goedgemaakt, zóó zelfs dat ik thans niet wenschen zou die partij anders geschreven te hebben. Ziedaar 'n fortuintje dat niet dikwijls aan tooneelschrtjvers ten deel valtl Hartelijk dank!" Mej. R. L.t Haring, te Voorscholen, is be noemd tot leerares in de Fransche taal aan de middelbare school voor meisjes te Dordrecht. Het Nederl. stoomschip Voorwaarts, kapt. Graadt van Roggen, is 22 dezer te Padang aan gekomen; de Prinses Amalia, kapt. Fabritius, van Batavia naar Nieuwediep, is denzelfden dag des ochtends te Port-Said aangekomen en gister ochtend via Napels naar Nieuwediep vertrokken de Maas is gisteren van Vlissingen naar New- York vertrokken. Naar men verneetnt zullen HH. MM. de Koning en Koningin den Ssten April het jaar- lijksch bezoek aan Amsterdam brengen. In Berlijnsche hofkringen spreekt men, vol gens de Weser Zei lung, van een verloving tus- schen prins Alexander der Nederlanden en prinses Marie, de oudste dochter van prins Frederik Karei. Door het Bestuur der Vereeniging ter be oefening van de krijgswetenschap is aan de Tweede Kamer een adres ingediend, waarin het j verzoekt, dat zij bij de spoedig te wachten regeling van het hooger onderwijs wel moge willen be vorderen, dat de leer van het krijgswezen alsnog worde opgenomen onder de vakken, waarin aan

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1875 | | pagina 1