LEIDSCH DAGBLAD. N°. 4632. A0. 1875. Donderdag 18 Maart. S T A I) S - B E RI C'H T E N. UIT DE HOOFDSTAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maandenf 1. Franco per posln 1-40. Afzonderlijke Nommers0.02. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven, PRIJS DER ADVERTENTIES Van 16 regelsf 1.05. Iedere regel meern 0.17 J. Groolerc letters naar plaatsruimte. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN, Gezien art. 11, '2de alinea, der Verordening van 4 Mei 1872, op de openbare scholen voor gewoon lager onder wijs voor on- en minvermogenden Gemeenteblad. n°. 10); Doen te weten, dat de inschrijving van nieuwe leerlingen -op de openbare scholen voor on- en minvermogenden zal plaats hebben van den 8sten tot en met den '20sten Maart e. k. in de schoollokalen in de Rijnstraat, in de Brande- wijnsteeg, op de Binnenvestgracht aan het Plantsoen en op de Marendorpsche Achtergracht, des voormiddags van half neg en t.ol negen uren, en des namiddags van half twee tot \twee uren, behalve op Zaterdag-namiddag en den Zondag. Burgemeester en Wethouders voornoemd, v d. 6RANDELER, Burgemeester. E KIST, Secretaris. Leiden, 4 Maart 1875. DE BURGEMEESTER der GEMEENTE LEIDEN herin nert bij deze den Geestelijken en Studenten in de Godgeleerdheid, die reeds bij de Nationale Militie zijn ingelijfd, alsmede hun die daartoe kunnen worden opge roepen, dat zij tot het bekomen der ontheffing van den werkelijken dienst, bedoeld bij de 1ste zinsnede van art. 127 der wet van den 19den Augustus 1861 (Staatsblad n°. 72), verplicht zijn, tusschen den 20steu Maart en den Isten April dezes jaars hymne aanvrage, met het daarbij behoorende bewijsstuk, bij hem Burgemeester in te dienen. Do Bargemcester voornoemd, v. d. BRAN DELER. Leiden, 17 Maart 1875. „Tijd is geld'1 de waarheid van dat spreek woord onzer zoo bij uitnemendheid nijvere naburen aan de overzijde van het Kanaal wordt door niemand ook ten onzent betwist, doch maar al te dikwijls vergeten dat tijd nog meer, dat tijd ook ontwikkeling, beschaving is of, juister gezegd: lijd kan dienstbaar gemaakt worden aan het ver krijgen van geld, ontwikkeling en beschaving. Het groote geheim, om dat met vrucht te doen, is gelegen in een geschikte verdeeling van den tijd. Hoever men het daarmee brengen kan, willen wij door een sprekend voorbeeld aantoonen. Een tweetal jaren geleden was in de hoofdstad des Rijks een quaestie aan de orde van den dag, die, hoewel in de eerste plaats van localen aard, toch in hare gevolgen ook op het geheele land een niet onbelangrijken invloed uitoefende. Het gold de vraag, of de groote koopmansbeurs, tot dien tijd van halfdrie tot halfvijf gehouden, voortaan een uur vroeger zou worden geopend en gesloten. Die vraag werd in toestemmenden zin beantwoorden het daaruit voortvloeiende besluit trad den Isten Juni 1873 in werking. En het gevolg, meer be paald voor de hoofdstad? De avondkantooruren vervielen en, zooals dat op de meeste buitenlandsche handelsplaatsen het geval is, eindigden de werk zaamheden op de cornmercieele bureelen voortaan te zes uren. Terwijl men evenveel werk verrichtte als te voren, was dat nu vroeger geëindigd, omdat men ook vroeger begon. De handelsgeëmployeerden kregen hunne avonduren beschikbaar en gevoelden er nu behoefte aan, die aangenaam en tevens nuttig te besteden. Die wensch werd verwezenlijkt door de oprichting eener Vereeniging, waaraan men terecht den naarn „Vervroegd Beursuur" schonk, ter herinnering aan het heuglijk besluit van Amsterdams gemeenteraad, dat de stichting mogelijk had gemaakt. Het ligt niet op onzen weg, hier de namen te vermelden der beide heeren, die in deze het initiatief namen en met een drietal andere han delsspecialiteiten het voorloopig comité vormden, evenmin als wij in bijzonderheden zullen stilstaan bij alles, wat voorafging, eer den 17den November '1873 de concept-statuten werden goedgekeurd en door de 172 handelsgeëmployeerden, die tot de nieuwe Vereeniging toetraden, een definitief hoofd bestuur werd gekozen. Liever willen wij in korte trekken constateeren, van welk een verbazend snellen vooruitgang het eerste jaar van het bestaan der instelling, het jaar 1874, getuigt. Het aantal gewone en buitengewone leden was op den Isten Januari van dit jaar tot 301 ge klommen, terwijl dat der honoraire leden, in Maart van het vorige jaar ongeveer 50, op dat tijdstip met een tiental was vermeerderd. Dat de jeugdige Vereeniging zich in veler be langstelling mocht verheugen, daarvan kunnen de namen der verschillende sprekers, die in het af- geloopen jaar achtervolgens in de algemeene bijeenkomsten optraden, het bewijs leveren. Sprak de hoogleeraar Mr. S. Vissering voor haar over „kapitaal, crediet, rente en interest", een onder werp bijzonder geschikt om de stof tot bespreking- voor de leden van zulk een Vereeniging uit te maken, dezen streefden ook naar meer algemeene ontwikkeling en vonden in die richting bevredi ging door het optreden van mannen als de heeren Pierson en Quack, Lemcke en Gosschalk, Ten Brink en Gram, De Veer en Valès, terwijl een tweetal kunstbeschouwingen den leden een paar aangename avonden verschaften. Weldra deed zich bij hen de behoefte gevoelen, om ook zelf op verschillend gebied werkdadig op te treden, en zoo ontstonden achtervolgens de af- deelingen Boekhouden en Handelsrekenen, Letter kunde, Debating-club, Gymnastiek en Schaakclub. Een aangenamen indruk rnaakl de uit het ge heele verslag sprekende toon van erkentelijkheid voor de van verschillende zijden welwillend ver leende hulp. Trouwens daarvoor bestond alle reden niet alleen dat het gemeentebestuur der hoofdstad aan de Vereeniging tijdelijk het gebruik van de zoo genaamde militiezaal afstond, maar ook verschil lende consuls en haridelscorporatiën, boekhandelaars en uitgevers, redactiën van dagbladen en tijdschrif ten schonken haar menig blijk van welwillendheid. Wel een bewijs dat menigeen het loffelijk doel der stichting toejuichte, en terecht. In die Vereeniging toch, lhans in een fiksch gebouw in de Doelenstraat gevestigd, begroeten wij een heuglijk verschijnsel op maatschappelijk gebied. Haar ontstaan legt getuigenis af van een bij onze talrijke handelsgeëmployeerden meer en meer ontwakende zucht naar nog iets anders dan bestoven handelsboeken en geestdoodende becijfe ringen; van het besef dat er, naast het debet en credit der koopmansrekening, nog een debet en credit van hoofd en hart bestaat, waarvan de balans ook nu en dan dient te worden vereffend. Dat de handelschefs door hun welwillende me dewerking hebben getoond, dat ook zij dat begrij pen, strekt hun tot eer en zal hun tevens ten bate komen; want tijd is geld, maar ontwikkeling van het verstand en veredeling van het hart door een gezellig en nu en dan ook leerrijk samenzijn verhoogeri de geschiktheid voor het werk en den lust om het te verrichten; zij leeren met den tijd te woekeren en zijn dus ook geld. Moge dat be sef meer en meer in alle standen der maatschappij doordringen LEIDEN, a 7 Haart. Z. M. heeft aan den hoogleeraar Dr. G. D. L. Huët alhier, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als lid en vice-president der commissie gedurende den tijd van een jaar, ingegaan 1 Aug. 1874, belast met het afnemen der geneeskundige examens, volgens art. 5 der gemelde wetbenoemd tot lid en vice-president dier commissie den hoog leeraar Dr. S. S. Rosenstein alhier, thans plaatsverv. lid, en tot plaatsverv. lid Dr. J. P. T. Van der Lith, hoogleeraar te Utrecht. Naar men verneemt heeft het bestuur van de studenten-ijsclub alhier besloten, tgdens de studentenfeesten in de maand Juni a. s. een gon- deltocht te houden met muziek, illuminatie en vuurwerk. De minister van marine brengt ter kennis, dat in Mei bij de directie der marine te Helle- voetsluis een vergelijkend examen zal plaats hebben van jongelingen, die als machinist-leerling der 2de kl. wenschen te worden aangenomen. Het getal der te plaatsen jongelingen zal zich tot twintig be palen. Ouders of voogden, die verlangen dat hunne zonen of pupillen tot dit examen wor den toegelaten, dienen, vóór of uiterlijk op den laatsten April, een op zegel geschreven verzoek schrift in aan het departement van marine. Al leen worden tot het examen toegelaten zij, die op 1 Januari van dit jaar het 15de levensjaar reeds en het 20ste nog niet zijn ingetreden. Bij de Nederd. herv. gemeente te Rotter dam is gisteren beroepen Ds. P. Huet, predikant te Dirksland. Gisteren heeft Dr. N. Beets te Utrecht in het groot auditorium van het Academiegebouw het hoogleeraarsambt in de godgeleerdheid met eene oratie plechtig aanvaard. Op den voorgrond stellende dat de studie van den mensch hem ten allen tijde in hooge mate had aangetrokken en dal daarom een leerstoel in die onderdeelen der godgeleerde wetenschap, welke den mensch tot onderwerp hebben, in zedeleer en kerkgeschiedenis, hem meest welkom was, sprak de hoogleeraar over karakter, karakterschaarschte en karaktervor ming in den tegenwoordigen tijd en in verband met. het hooger onderwijs. Eene groote menigte geleerden en academie-burgers woonde de plechtig heid bij. Het stoomschip Conrad, van Nieuwediep naar Batavia, is gisterochtend te 7 uren van Southampton vertrokken. Omtrent de Leeuwarden wordt aan het Utr. Dagbi. medegedeeld, dat het schip den 29sten Januari te Curacao is aangekomen, na achtervolgens Barbados, Martinique, Guadeloupe, St.-Martin, St.- Eustatius en St.-Thomas bezocht te hebben. Op 't eerste eiland werd door den gouverneur een cricket-partij ter eere der Hollandsche marine ge geven, die door 't ongunstig weder in een bal werd veranderd. De Engelschen zijn er ongezellig, 't geen zelfs op de vrijgelaten slaven is overge gaan, die lui en onbeschoft zijn, zoodat men ze met slokken van 't lijf moet houden. Bij Barbados viel een jong matroos boven uit 't tuig op den rand der boot en in zee, waar hij dadelijk wegzonk. Te Martinique heerschte de echie Fransche be leefde geest, dien men ook bij de negers terugvond. Op St.-Martin werd een officieel bal door den waarnemenden gouverneur, te St.-Thomas een partij door den Hollandschen consul gegeven. Overal werd de marine goed ontvangen. Te Curasao, waar 't schip enkele weken blijft, is dat zeker niet 't minst T geval. Van Curasao moet men naar La Guaira, om eenige pressie uit te oefenen dan naar Havanna, en vóór Mei moet 't schip thuis zijn, om waarschijnlijk spoedig naar d Oost te stevenen. In de openbare zitting van den gemeente raad te Schiedam, Donderdag jl. gehouden, is o. a.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1875 | | pagina 1