f 100 's maands; overtocht naar Batavia als gouvernemenls-passagier 1ste klasse. De hulponderwijzeressen moeten zich schrifte lijk verbinden tot de onverwijlde teruggave aan 's lands kas in Ned.-Indiê van alle gelden, welke aan haar en te haren behoeve zullen zijn voldaan zoo wegens graficatie voor' uitrusting als wegens overtocht naar Indië, bijaldien zij binnen vijf jaren na hare aankomst op Java anders dan ten gevolge van wel bewezen ziels- of lichaamsgebreken, buiten eigen toedoen ontstaan, uit 's gouvernernents dienst worden ontslagen. Op de hulponderwijzeressen in Ned.-Indiè zullen van toepassing zijn de daar te lande bestaande of nader vast te stellen reglementen, zoo op de verloven, wachtgelden, enz, als op de burgerlijke pensioenen en het weduwen- en weezenfonds van burgerlijke ambtenaren in Nederlandsch-Indië. De gemeenteraad van Roermond heeft be sloten, het artikel der instructie voor de onder wijzers aan de openbare scholen, waarbij hun het schrijven en leveren van artikelen voor couranten verboden was, te wijzigen in den geest als door den minister van binnenlanasclie zaken werd gewenscht. Vanwege het ministerie van koloniën wordt in de St.-Ct. meegedeeld een staat van nalaten schappen afkomstig van burgerlijke ambtenaren en van gewezen militairen, berustende bij de wees kamers te Batavia, Samarang, Soerabaja en Ma kasser, waarvan de saldo's, als minder dan f'250 bedragende, door de daarop rechthebbenden, onder overlegging van de vereischte bewijzen van erfrecht, kunnen worden opgevraagd en ontvangen bij het ministerie van koloniën in Nederland. De minister van financiën heeft bepaald, dat de volgende ambtenaren bij de admin. der posterijen hun functiën zullen uitoefenen als volgt: de commies 2de kl. J. G. Plooster ten postk. te Gorcunr; de commies 3de kl. N. A. C. Hinlo- pen ten postk. in Den Haag. J De kapt. der inf. J. P. Jonxis, die van het leger hier te lande tijdelijk bij dat in Oost-Indië is gedetacheerd, zal den 13den dezer de reis naar Java aannemen met het stoomschip Voorwaarts. De ritmeester op nonact. H. G. J. Völker is weder bij het 4de reg. huzaren te Deventer in activiteit gesteld; de ritnr. C. D. H. Sethe van het 4de reg. huzaren bij het 3de te Haarlem overgeplaatst; de 1ste luit. F. L. J. Battaerd van het 2de reg. inf. op zijn verzoek op nonact. ge steld; de kapt. der inf. J. C. Valter weder bij het 5de reg. inf. in activiteit gesteld. Gisteravond laat is de hertog van Tetuan, minister van Spanje aan ons hof, vergezeld van zijn secretaris, in Den Haag aangekomen. Z. M. heeft aan den voor den dienst in Oost- Indië bestemden soldaat G. Grout, van het kol. werfdepot, op zijn verzoek, vergund het dragen der Fransche medaille voor het deelnemen aan den veldtocht tegen Oostenrijk in 1859; benoemd lot ridder 4de kl. der Milit. Willemsorde den fuselier P. Bondaz (zich vroeger noemende P. Chaffard), wegens zijn gedrag bij de gevangenneming van den hoofdmuiteling Pasirah van Samban, in 't Ben- koelensche, op 2 Oct. 1873; en bepaald, dat ter zake der krijgsverrichtingen aan de Mesikoerivier (Westerafdeeling van Borneo), in Januari en Febru ari 1874, eervol zullen worden vermeld de lste luit. der infanterie G. J. H. Van der Geugten en L. L. A. Maurenbrecher en de fuselier R. Lepping. Gemengd Nieuws. Als een staaltje van eerlijkheid melden wij, dat den heer S., die heden in het goederenbureel van het spoorwegstation alhier f 70 aan papieren geld verloor, dit geld een half uur later door een beambte, die het gevonden had, werd ter hand gesteld. Zondag-middag kon men op het Spui bij de Kapelsbrug in Den Haag een bloedig hon dengevecht aanschouwen. Een kolossale Newfound lander worstelde met een anderen hond en had hem op eene wreedaardige wijze bij de keel. De meester van den aangevallene bleef een tijd lang rnet leedgevoel die mishandeling aanzien, totdat hij eindelijk eensklaps een geladen revolver te voorschijn haalde en op den Newfoundlander losle. Deze liet zijn prooi niet los, al stond hij nog eenige malen bloot aan de kogels. Eerst toen hij op een gevoelige plek was gewond, liet hij zijn slachtoffer glippen, dat ijlings met zijn meester huiswaarts toog. De viervoetige aanvaller zag er nu erbarmelijk uit; het bloed gutste hem uit het lichaam; hij wist niet waarheen zich te wenden, en daar de talrijke toeschouwers vreesden dat de hond, na den vuurdoop dien hij ondergaan had, dol was geworden, achlte een politieagent het noodig het dier te vatten, en toen het hem ontliep, een sabelslag toe te dienen, terwijl een jager van het garnizoen ook reeds met getrokken sabel er jacht op maakte. Het deerlijk gewonde dier wist echter te ontsnappen en snelde de straten door, gevolgd door eene talrijke menigte. In de gisteren gehouden terechtzit ting van de arrond.-rechtbank in Den Haag heeft de subst.-officier van justitie Mr. Roest conclusie genomen in het appèl van den burgemeester van Den Haag tegen den heer Van Lennep, waarbij het betreft eene vordering van terugbetaling van hoofdelijken omslag, welke door den kantonrech ter den heer v. L. was toegewezen. De ambte naar van het O. M. betoogde hoofdzakelijk, dat de heer v. L. geen bewijs heeft geleverd dat diens hoofdverblijf niet in Den Haag is geweest, het geen hij als oorspronkelijk eischer gehouden was te doen, en kon zich derhalve met het vonnis van den kantonrechter niet vereenigen; weshalve hij de rechtbank adviseerde, dat vonnis te ver nietigen en alsnog de vordering van den nu ge- inlimeerde af te wijzen. Over vier weken zal de rechtbank uitspraak doen. De gefailleerde koopman Izaak Wolff, wiens zaak naar de terechtzitting van het prov. gerechtshof te Zwolle is verwezen, is niet, zooals vermeld werd, de vader van Jakob Wolff, maar diens oom. Dezer dagen had in de buurtschap Herten in de gemeente Wijhe een treurig voorval plaats. Terwijl de daglooner B. op 't land werk zaam was en zijne vrouw even naar de schuur gegaan was, kwam hun eenig kind, oud 2'/2 jaar, te dicht bij het vuur, ten gevolge waarvan de kleederen vuur vatten. Toen de moeder terugkwam, was het kind geheel met brandwonden overdekt; een paar uur later was het een lijk. Uit Hattem wordt gemeld: Eenige arbeiders van hier zijn werkzaam te Mastenbroek, nabij Zwolle, en hebben in de week hun nacht kwartier bij een boer aldaar. LI. Zaterdag-ochtend stonden zij gereed om weder naar hun werk te gaan op de zoogenaamde Deel, toen een hunner aldaar een geweer zag staan. Niet wetende dat het geladen was, nam hij het in handenonver wacht ging het schot af en de lading zware hagel trof een ander, die zich bij de pomp stond te wasschen, in den rechterarm. De gewonde is terstond per wagen naar hier vervoerd, doch schijnt door dat vervoer en door bloedverlies mede nog zeer veel te hebben geleden, zoodat hij in beden- kelijken toestand verkeert. De dader is een jong man van 23 jaren, die alhier zeer gunstig bekend staat. Gisteren in den vroegen ochtend werd uit het kanaal te Meppel opgehaald het lijk van de wed. S. d. V. 't Is onbekend hoe zij te water is geraakt. Sommigen opperen het vermoeden, dat zij, uit bekommering over haar achteruit- gaanden financieelen toestand, zich van het leven zou hebben beroofd. Zij behoort lot eene fatsoenlijke burgerfamilie. Omtrent een kindermoord, te Uden- hout gepleegd, wordt gemeld, dat de verdachte, P. v. d. S., bekend heeft dat zij haar pasgeboren kind den hals had afgesneden en daarna onder haar bed verborgen. Op het oogenblik van het onderzoek verkeerde het kind in een verren staat van ontbinding; evenwel kon men de snede in den hals nog zeer goed waarnemen. De ontaarde moeder is naar het huis van arrest overgebracht. Zondag-morgen had te Esch een vreeselijk ongeluk plaats. C. Maas, werkzaam op het buiten Beukenhorst, nam voor den weg- wachter, die te Vught naar de kerk was, den dienst waar bij den eersten trein uit 's Hertogen bosch. Waarschijnlijk heeft hij zich te dicht bij de rails bevonden, want hij kwam in aanraking met de machine, die hem een vijf-en-twintig pas ver weg slingerde. Ernstig aan het hoofd en den arm gewond, was hij terstond een lijk. De hooge raad heeft in zake den ge wezen boekhouder bij de stadsbank van leening te Zierikzee, M. Rinkier, wegens verschillende feiten door het hof van Zeeland tot zes jaren tuchthuisstraf veroordeeld, de voorgestelde cassatie- middelen ongegrond verklaard en het beroep mitsdien verworpen. Omtrent de ontdekking van steen- kolenlagen in Limburg deelt de Limb. Cour. roede, dat de aanwezigheid van kolen niet gecon stateerd wordt door de ondernemers van exploitatie- maatschappijen, maar dat, zoodra men bij het boren op een kolenlaag stuit, de arbeid gestaakt, het boorgat verzegeld en het onderzoek voortgezet wordt op een naderen dag, te bepalen door den heer Bogaert, ingenieur der mijnen, in wiens tegenwoordigheid dat onderzoek plaats heeft. Het doodvonnis van den moordenaar Freuth, wiens in een spoortrein gepleegd misdrijf indertijd is meegedeeld, is Vrijdag jl. in de ge vangenis te Olmülz voltrokken. Het is de eerste maal sedert langen lijd dat een ter dood veroor deelde in Oostenrijk geen gratie ontvangen heeft. INGEZONDEN. Mijnheer de Redacteur Ik ben maar een eenvoudig burgerman en niet gewoon in de courant te schrijven. Maar nu voel ik mij toch ge drongen iets te zeggen over het concert, dat verleden Donderdag door Toonkunst werd gegeven. Toen ik de advertentie voor dat concert in de krant had gelezen, dacht ikoch, het zal voor mij niet wezen. Die vervelende concerten met die lange symfonieën en slaperige piano- of vioolsolo's, daar moet ik niets van hebben, en mijne vrouw dacht er ook zoo over. Die »zeer gunstig bekende dilettant" zal ook wel tot de soort behooren, die door sommigen zoo hoog wordt bewonderd, rnaar waarvan ik het fijne niet kan genieten. Men zit daar zoo stijf naast en achter elkander op rijen stoelen en de verveling staat op ieders gelaat te lezen. Maar enfin, wij dachten: het kan meevallen, wij zullen er samen heengaande meisjes, Rosalie en Willeraien, hadden er geen lust in en wilden het er volstrekt niet op wagen. Nooit echter ben ik zoo aangenaam verrast geworden als dien avond. Reeds de eerste uitroep mijner vrouw, toen zij een blik door de half geopende deur wierp: «Gut, man, ze zitten aan groene tafeltjes" bracht mij in opgewekte stemming. Maar toen wij ons precies als de andere menschen aan zulk een tafeltje neerzetten en weldra een paar ken nissen vonden, die gezellig bij ons plaats namen, kende onze opgeraimdheid geene grenzen, aWat spijt het mij, dat ik mijne breikous niet mee heb genomen", riep mijne vrouw, >ik zal er stellig de volgende maal aan denken." In de drukte van ons gesprek had ik mijn sigarenkoker al voor den dag gehaald en wilde juist opsteken, toen mijn oog viel op de bordjes »men wordt verzocht hier niet te rooken." De waarschuwing was waarlijk niet over bodig en speet mij geweldig. Dit is dan ook het eerste verzoek, dat ik door middel van uw blad aan de Commissie van het concert wilde doen. Laat ons toch vrij om eens op te steken, dat bevordert de gezelligheid in hooge mate, en wij zijn het zoo gewoon op Zornerlust, waar wij 'sZondags een enkele maal heengaan. Maar de verrassingen waren niet ten einde, het programma verschafte er ons meer dan een. Gelukkig zagen wij, dat geen lange vervelende symfonieën werden gespeeld of andere slaperige stukken, waarbij mijne oogen nooit open kunnen blijven. Neen, heel wat rijker was ons programma. Een potpourri, een wals, een polka, een raarsch, alles wat mij maar lief en aangenaam klinkt, was hier te vinden. Zag ik ook een stuk aangekondigd van dien ouden Beethoven, wiens naam alleen den slaap in mijne oogen brengt, ook dat viel mee. Want hetzelfde stukje, dat Rosalie wel eens op de piano speelt, werd nu door het orkest uitgevoerd, maar zooveel mooier, dat ik maar niet kon begrijpen, hoe rnen dat stukje nog op de piano durft spelen, waarvoor het, dunkt mij, in het geheel niet geschikt is. De grootste verrassing op het programma was echter de „zoo gunstig bekende dilettant." Ik had gedacht aan een violist of pianospeler, desnoods een zanger, maar dat het een trompetter zou zijn, had ik niet durven droomen. Want gij moet weten, ik dweep met de trompet, geen instrument gaat bij mij daarboven. Ik ben het geheel eens met het versje, dat Willemien wel eens voorleest: Hoor ik op Sempre een waldhoorn, Of ook wel een Turksche trom, Dan moet ik bitter weenen, En ik weet zelf niet waarom. Precies in dienzelfden toestand bevond ik mij, de aandoe ning was op ons aller gelaat te lezen. Daarom eere aan de Commissie, die ons zulk eene aangename verrassing heeft bereid, moge zij nog lang werkzaam zijn in dienzelfden geest, en ons op vele zulke prachtige concerten onthalen. Nog een verzoek. Toen wij thuis kwamen, vroegen onze dochters meesmuilend, of wij ons niet verveeld hadden. Maar toen wij in opgewonden stemming vertelden van al het genot, dat wij gesmaakt hadden, draaiden zij bij en berouwde het haar zeer, dat zij niet mee waren gegaan. Ik ben rnaar een burgerman, maar heb er gaarne een paar kwarljes voor over, om mijne kinderen wat fraais te laten hooren, wat toch altijd goed werkt op hare ontwik keling. Zij wilden dan ook gaarne een volgend maal meegaan, maar vroegen of er geene gelegenheid tot dansen was. Ik moest bekennen, dat dit nu zoo niet geweest was, maar een volgend maal gemakkelijk zou te verkrijgen zijn. Wij zijn er toch zoo gezellig bijeenoch, als we allen een handje helpen, dan is de boel gauw aan kant, tafeltjes en stoelen opgeruimd, en het orkest behoeft maar op dezelfde wijs een uurtje door te spelen en wat zouden wij een plezier hebben. Daarom ben ik weer zoo vrij ook

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1875 | | pagina 2