LEIDSCH DAGBLAD. N°. 4566. Woensdag A0. 1874. 30 December. BERICH T. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maandenf 1. Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommers0.02. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVERTENTIES Van 16 regelsf 1.05. Iedere regel meern 0.171. Groolere letters naar plaatsruimte. Bij den aanvang van het Nlcuwejaar stolt de uitgever ieder, zoo binnen als bui ten de stad, in de gelegenheid om door middel van dit Dagblad zijn Nieuwjaars groet aan Familie, Vrienden en Begunstigers aan te bieden, tegen slechts 50 cents per advertentie van 6 regels, a contant. Door dezen maatregel meent hij een ieder, op eene zeer gemakkelijke, meer en meer gebruikelijke wijze, in staat te stellen vol gens zijne maatschappelijke betrekking bet compliment van den dag te brengen. Tot 31 dezer, 's namiddags te 3 uren, kan men die advertentiën aan ons Bureel bezorgen. DE UITGEVER. STADS-BERICHTEN. NATIONALE MILITIE. HL"RGEMEESTEK ek WETHOUDERS van I.EIDEN, Gelet op artikel 19 der wet vaa dea 19den Augustas 1861 Staatsblad n°. 72), betrekkelijk de Nationale Militie; llciinncrcu hen, die op dea lstcn Jaauari 1S75 haa 19de tt zullen zijn iDgclreden, ca alzoo de geborenen in het jaar 1856, alsmede hen, die eerst na bet intreden van hun 19de doch vóór het volbrengen van hun 20ste, ingezetenen zijn geworden, de verplichting tot het doen van de aangifte voor de Nationale Militie, in «lv maand Jauuari 1875. Zij geven daarbij kennis: Dat, wie moet worden ingeschreven en wie voor ingezeten wordt gehouden, omschreven is bij do artt. 15 cn 20 van ge- tioemde wet, dus luidende: Art. 15. Jaarlijks worden voor dc militie ingeschreven alle mannelijke ingezetenen, die op den lsten Januari van het jaar hun 19de jaar waren ingelredeu. Voor ingezeten wordt gebonden: 1°. bi), wiens vader, of, is deze overledeo, wiens moeder, of, zijn beiden overleden, wiens voogd ingezeten is volgens de wet van den 28stcn Juli 1850 Staatsblad n°. 44); 2rt. hij, die, geen ouders of voogd hebbende, gedurende dc laatste, aau het in de eerste zinsnede van dit artikel ver nielde tijdstip voorafgaande, achttien maanden in Nederland verblijf hield; 3°. hij, vau wiens ouders de langstlevende ingezeten was, al is zijn voogd geen iDgczclcn, mits hij binucn het Rijk ver blijf houdt. oor ingezeten wordt niet gehouden de vreemdeling, bcboo- rende tot cenen Staat, waar de Nederlander niet aan den ver plichten krijgsdienst is onderworpen, of waar ten aanzien der dienstplichtigheid het beginsel van wedcrkecrighcid is aange nomen. Art. 20. Hij, die eerst na het intreden vau zijn 19de jaar, doch vóur het \olbrengen van ziju 2Ustc, ingezeten wordt, is verplicht, zich, zoodra dit plaats heeft, ter iuschrijving aan tc geven bij Burgemeester en Wethouders der gemeente, waar de inschrij ving, volgens art. 16, moet geschieden. Dat, wie niet wordt ingeschreven, is bepaald bij art. 17, van den volgenden inhoud: Voor de militie wordt niet ingeschreven: 1°. de in een vreemd Rijk achtergebleven zoou van een inge zeten, die geen Nederlander is; 2°. dc in eeD vreemd Rijk verblijf houdende ouderlooze zoon van een vreemdeling, al is zijn voogd ingezeten; 3°. dc zoon van den Nederlauder, die ter zake van 's lands dienst in 's Rijks Ovcrzeesche Bezittingen of Koloniën woont. Dat, iu welke gemeente men moet worden ingeschreven, te vinlca is iu art. 16 der wet, waarbij is verordend: De inschrijving geschiedt 1°. van een ongehuwde in de gemeente, waar dc vader, of, is deze overleden, de moeder, of, zijn beiden overleden, de voogd woont; van een gehuwde cn van een weduwnaar iu de gemeente waar hij woont; van hem, die geen vader, moeder of voogd heeft, of door dezen is achtergelaten, of wiens voogd buitenslands ge vestigd i9, in dc gemeente waar hij woont; van den buitenslands wonenden zoon van een Neder lander, die ter zake vau *9 lands dienst in een vreemd land woont, in de gemeente, waar zijn vader of voogd het laatst Nederland gewoond heeft. Voort9, dat, door wie de aangifte moet worden gedaaD, te Gnden is in art. 18, houdende het voorschrift: Elk, die volgens art. 15 behoort te worden ingeschreven, is verplicht zich daartoe bij Burgemeester en Wethouders aan tc 2\ 3°. 4°. geven tusschen den lsten en den 31sten Januari. Bij ongesteldheid, afwezigheid of ontstentenis is zijn vader, of, is deze overleden, zijne moeder, of, zijn beiden overle den, zijn voogd tot het doen van die aaDgifte verplicht. Nog doen Burgemeester enWethouders tc weten: Dat tot deze inschrijving zitting wordt gehouden op het Raad huis, van des voormiddags 10 tot des namiddags 3 uren op Maandag 11 Januari, voor de bewoners van de wijken 1, 2 en 3; Dinsdag 12 - - 4 en 6; 0 Woensdag 13 - 6; 0 Donderdag 14 7 0 Vrijdag 15 8 en 9 of de buitenwijk. Eindelijk, dat de geboorte-acten, die dc bclaoghebbcnden, bij de inschrijving, onder opgave der woonplaats van den inge schrevene, behooren over te leggen, dagelijks, de Zon- en Feest dagen uitgezonderd, zijn tc verkrijgen ter Secretarie dezer ge meente (afdecling Burgerlijke Stand), van des voormiddags 10 tot des namiddags 3 uren, wanneer tevens voor hen, die hier niet zijn geboren, aanvrage ter verkrijging dier acten kan wor den gedaan. En wordt deze door plaatsing in de Leidsche Courant van den 16den, den 23sten en den 30stcn dezer maand afgekondigd. Burgemeester en Wethouders voornoemd, v. d. BRAN DELER, Burgemeester. E. KIST, Secretaris. Leiden, 15 December 1874. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN doen te weten, dat de Gemeenteraad, ingevolge art. 265 der wet van 29 Juni 1851 Staatsblad n°. 85), in zijne vergadering van lieden, het 3de Suppletoir Kohier van de plaatselijke directe belasting voor het jaar 1874, heeft vastgesteld en dat Kohier alsnog ter Secretarie dezer gemeente gedurende acht dagen, voor een ieder ter lezing is nedergelegd; ter wijl binnen dien tijd elke op dat Kohier aangeslagene, krachtens de 5de zinsn«de van bovengenoemd wetsartikel, zijne bezwaren tegen den aanslag, bij verzoekschrift op ongezegeld papier, bij de Gedeputeerde Staten dezer provin cie kan inbrengen. En geschiedt hiervan afkondiging door plaatsing in de Lcidsche Courant. Burgemeester en Wethouders voornoemd, v. d. BRANDELER., Burgemeester. E. KIST, Secretaris. Leiden, 29 December 1874. LEIDEN, 29 December. Ten behoeve van de weduwen en weezen der slachtoffers van het ongeluk op de Maas heeft Z. M. de Koning aan den burgemeester van Rot terdam de som van f 150 doen toekomen. De minister van binnenlandsche zaken heeft voor het jaar 1875 benoemd tot secretaris bij den geneeskundigen raad voor Zuid-Holland, Dr. C. P. Pous Koolhaas, in Den Haag. Gisleren werd in Den Haag de constitu- eerende vergadering van de Vereeniging voor lijken verbranding in Nederland gehouden. Tot leden van het voorloopig bestuur werden met bijna algemeene stemmen gekozen de zes oprichters en Prof. Oudemans te Delft, die belast werden met het ontwerpen der statuten, op de volgende grond slagen a. Men zal aandringen bij de wetgevende macht op een wijziging van de wet op het begra ven, zoodat ook het verbranden van lijken worde toegelaten, b. Men zal trachten juiste begrippen te verspreiden omtrent het begraven en verbran den van lijken. En c. Men zal trachten, zoodra de wet de vrijheid geeft om de lijken te ver branden. kapitaal bijeen te brengen voor de op richting van lijkovens. Het voorloopig bestuur zal, zoodra zich minstens 1000 leden aangemeld heb ben, een tweede vergadering bijeenroepen, om over de concept-statuten te beraadslagen en ze vast te stellen. Z. M. heeft herbenoemd lot burgem. van Hete- ren, G. M. Ramondt; van Benschop, Hoenkoop, Pols broek en Willeskop, J. A. Van Bumavan Heerde, A. F. H. Van Trooslenburg de Bruyn; aan J. Rijser, serg. bij het corps min. en sapp. van het leger in Ned.-Indië, als blijk van goedk. en tevreden heid wegens de redding van een drenkeling uit de Atjin-rivier op 22 Dec. 4873, toegekend de zilveren medaille, alsmede een loffelijk getuigschrift aan Jhr. Mr. E. J. G. M. De ICuyper, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als lid van de comm. van adm. over de gevangenissen te 's-Her- togenbosch, en in zijne plaats benoemd Mr. M. A. Van den Acker, raadsheer in het prov. ger. van Noord-Brabantbenoemd tot rechter in de arr.- rechtb. te Appingedam Mr. J. Meinesz Gz., subst.- grift. bij de arr.-rechtb. te Assen; tot griffier bij het kanlonger. te Beetsterzwaag Mr. A. J. M. Bake, adv. te Utrecht; aan Mr. J. H. De Stoppe laar, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als pres. der arr.-rechtb. Ie Middelburg; J. L. E. I. Burgers, landmeter van het kadaster 2de kl., be vorderd tot landmeter Isle kl.Jhr. Mr. J. H. Singendonck, op zijn verzoek, eervol ontslag ver leend als adjunct-commies bij het departement van financiën. Bij kon. besluiten van 14 en 16 dezer is met 1 Maart 1875 hel getal van de thans bestaande directiën der registratie en domeinen van acht tot zes teruggebracht; is dientengevolge be paald, dat er, te rekenen van dat tijdstip, zullen zijn de navolgende zes directiën der registratie en domeinen, te weten: 1°. voor de provincie Zuid-Holland, 2°. voor Noord-Holland en Utrecht, 3°. voor Gelderland en Overijsel, 4°. voor Fries land, Groningen en Drente, 5°. voor Zeeland en het derde arrondissement (het arrond. Breda) en het vierde kanton van het 1ste arrond. (het kanton Heusden), der prov. Noord-Brahant, 6°. voor het hertogdom Limburg en het 1ste en 2de arrond. der prov. Noord-Brabant (de arrond. 's-Herlogenbosch en Eindhoven), met uilzonde ring van het 4de kanton van het 1ste arron dissement dier provincie (het kanton Heusden); is voorts bepaald dat H. J. Vonk, thans dir. der registr. en dom. voor Noord-Holland en Utrecht, standplaals Amsterdam, op die standplaats zal belast blijven met het beheer der directie voor de registr. en dom. dier beide provinciënen zijn benoemd tot dir. der registr. en domeinena. voor Zuid-Holland (standplaats Den Ilaag) J. L. Becking, thans voor Limburg; b. voor Gelderland en Overijsel, standpl. Arnhem, W. F. Gratama, thans voor Overijsel en Drente; c. voor Friesland, Groningen en Drente, standpl. Leeuwarden, H. H. Schotanus a Steringa Lemke, thans voor Friesland en Groningend. voor Zeeland en het derde arr. (arr. Breda) en het 4de kanton van het eerste arr. (het kanton Heusden) der prov. Noord-Brabant, standpl. Middelburg, E. H. F. W. Mathon, thans directeur der registr. voor Zeelande. voor Lim burg en het 1ste en 2de arr. der prov. Noord- Brabant (de arrond. 's-IJertogenboscb en Eindhoven) met uitz. van het 4de kanton en het eerste arr. dier provincie (het kanton Heusden) standpl. Maastricht, M. A. J. Losgert, thans directeur der registr. en dom. voor Noord-Brabant. Gemengd Nieuws. Als een bewijs dal men met de voor bereidende werkzaamheden voor een feest niet altijd tot het uiterste oogenblik wacht, vermelden we dat men reeds heden met het Physisch Laboratorium, op de Piuïne, begonnen is aan de openbare gebouwen de toestellen te bevestigen voor de illuminatie bij gelegenheid van het derde eeuwfeest der stichting van de Leidsche hoogeschool. Naar men verneemt, is Kloppers, die op den eersten Kerstdag in de Bierstraat in Den

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1874 | | pagina 1