LEIDSCÏÏ DAGBLAD. N°. 4548. A0. 1874. Dinsdag 8 December. TRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maandenf 1. Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommers0.02. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven, PRIJS DER ADVERTENTIES Van 16 regels.f 1.05. Iedere regel meern 0.17J. Groolerc lellcrs naar plaatsruimte. STADS-BERICHTEN. Vergadering van den Gemeenteraad van Leiden, op Donderdag den lOden December 1S74, 'snamid dags te twee uren. EtN ünküstbaktwd verschijnsel. In den laalsten tijd heeft zich velen zullen het met ons hebben opgemerkt bij ons te lande een allertreurigst verschijnsel voorgedaan, dat, mocht het ook in vroeger dagen voorkomen, tegenwoordig een steeds grooter omvang schijnt aan te nemen. Het geldt hier een misdaad, die meer liepaald ten plattelande wordt gepleegd, het vergrijp tegen de levende have van anderen, het verminken van vee in de weide. Nauwelijks heeft men het bericht van een dergelijk misdrijf in de nabijheid van zekere gemeente gelezen, of reeds een paar dagen later wordt van een andere plaats hetzelfde vernomen. Zoo werd nog onlangs eon jonge koe bij Terwispel de tong uit de keel ge sneden, korten tijd nadat men elders niet minder dan elf paarden op pijnlijke wijze van de staarten had beroofd. Kortom, een nauwkeurige opgave van al dergelijke in de laatste maanden gepleegde feiten zou, wij zijn er van overtuigd, een schrikbarend hoog cijfer opleveren. Die snelle uitbreiding van het kwaad is zeker voor liet grootste gedeelte toe te schrijven aan de straffeloosheid, waarmee het in den regel begaan wordt, een natuurlijk gevolg van de moeilijkheid of liever de onmogelijkheid om gedurende den nacht het vee in de uitgestrekte weiden te bewaken. De waarschijnlijkheid van ongestraft te zullen blijven verleent voor den lafaard aan de misdaad iets aanlokkelijks, iets besmettelijks; want laf zijn ze ongetwijfeld die zich tot zulke vergrijpen verlagen. Niet altijd evenwel schijnt voor het feit dezelfde beweegreden te hebben beslaan. Zoo heeft zich het geval voorgedaan dat men een schaap in de weide doodde en zich met de beste gedeelten verwijderde, natuurlijk om ze tot een wellicht lang ontbeerd voedsel te gebruiken. Hier zou men dus de zaak als diefstal kunnen beschouwen, evenals bij het af snijden der staarten van paarden, dewijl paarden haar een kostbaar artikel is, dat een aanzienlijke geldswaarde vertegenwoordigt. Veelal echter ook dragen die misdaden het kenmerk van laffe wreedaardigheid, van louter zucht om weerlooze dieren te kwellen en te ver minken zonder dat daarvan het geringste voordeel het gevolg is. Dan eerst begint zulk een daad voor de rechtbank der zedelijkheid het toppunt van strafbaarheid te bereiken, dan levert zij het bewijs van algeheele demoralisatie, des te bedenkelijker omdat het hier bewoners van het land geldt, bij wie men wel eens wil beweren dat bij voorkeur eenvoud en reinheid van zeden heerscht, terwijl rnen dan ook in het algemeen mag aannemen dat in de groote steden meer misdaden worden gepleegd dan ten plattelande. Ook uit een ander oogpunt moet het misdrijf van dierenverminking tot de hoogst strafbare worden gerekend. Het spreekwoord: wie in het veen is ziet op geen turfje," moge voor de meeste standen in de maatschappij van kracht zijn, voor den veehouder zeker niet. Algemeen bekend is hef toch welk een hooge waarde de boer aan zijn levende have hecht, zoodat men wel eens gekscherende beweert dat een hoer zich het ver lies van een rund meer aantrekt dan dat van zijn vrouw. Dit in aanmerking genomen, kornt rnen licht tot de gevolgtrekking dat bij dergelijke wandaden de zucht orn op den eigenaar zijn wrok te koelen ten grondslag ligt. Dat zulk een onedele beweegreden de daad zoo mogelijk nog onzedelijker doet worden, zal wel geen betoog behoeven. Voeg hierbij het feit dat een dergelijk wanbe drijf nog kort geleden plaats greep, dus in een tijd van het jaar dat slechts weinig runderen althans des nachts in de weide blijven, en men zal ons toestemmen dat het kwaad diepe wor tels heeft geschoten. Wat te doen om het te bestrijden? Ziedaar een vraag wier beantwoording niet zoo heel ge makkelijk is. Toch meenen wij dat daartoe een poging zou kunnen worden aangewend. Meerma len reeds hebben wij gewezen op de verkeerde richting die onzes inziens somtijds door vereeni- gingen tot bescherming van dieren wordt gevolgd, waar zij blijk geven van een ziekelijke overgevoe ligheid, of wei de belangen van den mensch willen achtergesteld zien bij die van het dier. Hier, waar het weerlooze dier op wreedaardige wijze door lafFe onverlaten wordt gepijnigd ook ten nadeele van den mensch, hier waar het een onrustbarende opeen stapeling van wandaden geldt, die tot schande strekken van een landbouwend volk, welks grootste rijkdom in zijn veestapel bestaat, hier is voor die vereenigingen een ruim veld van exploitatie geo pend. Door b. v. premiën, desnoods zeer hooge prerniën uit te loven aas hen, die eenige aanwij zing omtrent de daders van zulke, een beschaafde maatschappij onteerende gruwelen geven, zou men allicht op het spoor van de wanbedrij vers kunnen komen. Wij geven toe dat het stelsel van beloo ningen uit te loven in 't algemeen is af te keu ren, maar in dit geval is de toepassing zeker wenschelijker dan dat het kwaad blijft voort woekeren. Is eenmaal een schuldige gevonden, dan twijfelen wij niet of de rechter zal op hem een straf weten toe te passen zoo streng als de wet slechts eenigszins toelaat, als een afschrikkend voorbeeld in het belang van den n ijveren landbouwersstand, die nog steeds de kern van ons volk uitmaakt, in het belang ook der zedelijkheid, die door dergelijke wandaden maar al te diep geschokt wordt. Wellicht dat dit onderwerp door het bestuur van een of andere vereeniging tot bescherming van dieren belangrijk wordt geacht om op een ver gadering in het thans aangebroken winterseizoen een onderwerp van discussie uit te inaken. LEIDEA, 7 December. Bij de heden gehouden openbare verkoo- ping van Cokes op het raadhuis alhier van par tijen van 100, 50, 10 en 5 hectoliters waren de hoogste prijzen ƒ51.00, 25.50, ƒ5.40 en/2.70; de laagste 51.00, ƒ25.50, ƒ5.10 en 2.60. Vrydag 18 dezer des morgens te 11 uren zal alhier ten bureele van den kolonel garnizoens-commandant aan de Morscbpoort de aan besteding plaats hebben van het verbeteren van het excercitieterrein, genaamd het schuttersveld. Naar men verneemt zijn de heeren: Mrs. De Stoppelaar, voorzitler der arrond.-rechtbank te Middelburg, Haakman, subst.-officier van justitie te Haarlem en Van Bemmelen, rechter te Leiden, door de Nederlandsche regeering aanbevolen voor het lidmaatschap der gemengde internationale rechtbanken in Egypte, thans werkelijk door den Khedive tot leden dier rechtbanken benoemd, en zullen zij zich binnenkort naar de plaats hunner bestemming begeven. Aan de Leidsche hoogeschool is bevorderd tot doctor in de letteren de heer G. Van Hel bergen, geb. te lJhorst; aan de Utrechtsche tot doctor in de rechten de heer O. F. Greven, van Zwolle. Machtiging verleend om het cijfer in het vroeger aan hen uitgereikt onderscheidingsteeken voor langdurigen dienst als officier te doen ver wisselen is o. m. aan: den luit.-generaal Mac Leod en aan den generaal-majoor A. G. Schön- stedt, dat van veertig in vijf en veertig; den majoor C. J. Van Orsoy Veeren, dat van dertig in vyf en dertig; dat van twintig in vijf en twintig, aan de majoors D. F. IC. Hardenberg, W. G. Weier en W. A. baron Mulert tot de Leemkule van het 4de reg. inf.; dat dan vijftien in twintig, aan de kapt. W. G. F. Van der Plas en D. J.A. Millioen van het 4de reg. inf., aan de kapt. P. L. Berail en A. J. F. Egter van het reg. veld-artil- lerie. Het onderscheidingsteeken voor 45 jaren Ned. dienst als officier is toegekend o. m. aan de kapt. L. E. Gerdessen, J. Lammerse, N. H. A. Camp, J. F. Roels en M. H. J. M. Van Son, van het 4de reg. inf.; aan de kapt. L. H. C. Van der Sluys Lehr, M. A. Luyken Glashorst en J. A. Frieswijk van het reg. veld-art. Naar wij vernemen zal de rederijkerskamer „Borger" te Warmond op den 15den December e. k. haar vijfjarig bestaan feestelijk herdenken. Het programma zal bestaan in losse voordrach ten, als:Bange dagen feestelijke uren, van J. M. E. Dercksen; De Aanhaling, van J. VanLennep; Een Tweegevecht tijdens de regeering van Lode- wijk XIV, van Gerard J. Spoor; Bij den dood van een Landmeisje, van Slessah, en in het op voeren van de blijspelen: Een proces in den dop, 2 afd., van J. M. E. Dercksen en Uit Indië terug, 1 bedrijf, van D. F. Van Heyst. Terwijl wij den werkenden leden goed succes toewenschen, durven wij aan de heeren en dames die de feestviering met hunne tegenwoordigheid zullen vereeren een alleraangenaamsten avond beloven. Professor L. C. Van Goudoever vierde gis teren zijn 25-jarig hoogleraarsambt in de genees kunde aan de Utrechtsche hoogeschool; hij ont ving van zijne leerlingen en oud-leerlingen een salon-ameublement ten geschenke. Voor eene serenade heeft hij bedankt. In de Vrijdag-avond gehouden vergadering der Amsterdamsche afdeeling van het Ned. Too- neelverbond deelde het bestuur mede, dat zich voor de tooneelschool elf deelnemers hebben aan gemeld, waarvan vier werden afgewezen twee omdat zij te oud en twee omdat zij te jong waren. Na aflegging der gevorderde proeve weiden zes meisjes en één knaap toegelaten. Hun leeftijd loopt van 1316 jaar. Binnenkort worden nog twee jongens verwacht. De audiëntie van den minister van oorlog zal op a. s. Donderdag niet plaats hebben. De minister van oorlog, gevolg gevende aan een voorstel van den inspecteur van den genees kundigen dienst, heeft bepaald dat de militaire apothekers voortaan zullen kunnen deelnemen aan de rij kunstige oefeningen van officieren van onbe reden wapens en diensten die gedurende de winter maanden in sommige garnizoensplaatsen gehouden worden. De heeren C. J. Schotel Jr., P. Dorland, J. L. P. Lapra, K. J. Prakken, J. Wilhelmus, J. Pasman, J. B. Lont, A. J. Beaudoux, F. W. Van

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1874 | | pagina 1