DAGBLAD,
N°. 4535.
A0. 1874.
Maandag
23 November.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maandenf 1.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommersn 0.02.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
TRIJS DER ADVERTENTIES
Van 16 regelsf 1.05.
Iedere regel meorn 0.17J.
Groolere letters naar plaatsruimte.
STADS-BERICHTEN.
jURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN,
Gezien de adressen van: 1°. Weyland en De Fremery,
zieders, waarbij zij aan de Gedeputeerde Staten dezer
tincie verzoeken om in hunne fabriek aan de Oude
;t een stoomwerktuig van drie paardekrachten te mogen
plaatsen; 2°. Jolianna Yermey, huisvrouw van
Irnelis Sloos, winkelierster, om petroleum te mogen be-
iren m haar huis aan de Oranjegracht n°. 93; 3°. Alber-
De Neef, smid, om vergunning tot het plaatsen van
vuring in zijn huis aan de Korte Langegracht n°. 19;
Willem Frederik Milders, broodbakker, houdende
zoek om een bakoven te mogen plaatsen in zijn huis
de Groenhazengracht n°. 55°. Willem Breiumer,
houder, daarbij verzoekende orn paardenmesl te mogen
aren in een gemetselden hak in het perceel in de
Irmstraat n°. 8; 6°. Izaak Hou weling, koopman; 7°.
jlomon Louwrier, koopman; 8°. Johannes Hermanns
ndwehr, broodbakker; en 9°. Gerardus Wilhelmus
,a der Drift, koopman, allen om brandstoffen te mogen
gen, respectievelijk in de Prinsensteeg n°. 1, in de
enesteeg n°. 35, in de Heerensteeg n°. 2 en aan de
delstegracht n°. 8;
Gelet op art. 4 van het Koninklijk besluit van 31 Januari
Staatsblad n°. 19) in verhand met dat van 29 April
4 Staatsblad n°. 39);
Men te weten, dat tot het hooren der eigenaars en be
iers van de naast bijgelegene en belendende panden,
leo opzichte der inforrna'.iên de commodo et incommodo, door
Bargerneester en Wethouders zal worden gevaceerd op
bet Raadhuis dezer gemeente, op Donderdag den 26sten
[November aanstaande, 's voormiddags te elf uren; zullende
de belanghebbenden verplicht zijn hunne bezwaren tegen
die verzoeken op dien tijd in te brengen, terwijl, bij ver-
Brn daarvan, zij gehouden zullen worden zich tegen de
jvilliging niet te hebben verzet.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
v. d. BRANDELER, Burgemeester.
E. KIST, Secretaris.
Leiden, den 21sten November 1874.
De BURGEMEESTER van LEIDEN,
Gezien art. 21 der wet van 4 December 1872 {Slaatsblad
134);
Brengt ter kennis van de ingezetenen dat in de afge-
open week geen personen aan de Mazelen zijn overleden.
En geschiedt hiervan openbare kennisgeving door plaa t-
ig in de Leidsche Courant.
De Burgemeester voornoemd,
v. D. BRANDELER.
Leiden, 21 November 1874.
LEIDEN, 21 November.
De minister van binnenlandsche zaken brengt
er algemeene kennis, dat de commissie, belast
iel het afnemen van het praktisch examen van
fulp-apotheker, volgens art. 8, en van het examen
'an apotheker, volgens art. 9 der wet van 1 Juni
865, zitting zal houden op Maandag 23 November
k. en volgende dagen te Leiden.
Wij vestigen de aandacht op de brochure
an Dr. L. W. E. Rauwenhoff betreffende het
lervormde Weeshuis, bij S. G. Van Doesburgh
ilhier verschenen. In een woord aan de Leidsche
burgers stelt de schrijver hen op de hoogte van
öeze bij de gemeenteraad aanhangige zaak, die de
belangstelling der burgerij in hooge mate verdient,
en besluit als volgt:
Zoo pleit, dunkt mij, alles voor de verwerping
aan het voorstel der Gecommitteerden. Mocht
evenwel het streven naar bezuiniging in den Ge
meenteraad alle andere overwegingen doen zwijgen,
dan heb ik ten laatste nog een vraag
Zoo al niet het beschreven recht, dan schijnt
toch de billijkheid te vorderen, dat de Gemeen
teraad zijn eigen beschikkingen over de afloopende
subsidie ten opzichte van het Weeshuis, lot het
einde toe getrouw nakome. Maar vindt men geen
bezwaar om zich willekeurig aan die verplichting
Ie onttrekken, wil men tot eiken prijs van de uit
beering der subsidie worden ontheven, waarom
dan ten minste niet aan de Regenten gevraagd
01 zij, met behoud van het burgerlijk karakter
hunner instelling, hunne administratie zonder sub
sidie willen voortzetten?
De Regenten konden zich dan tot de burgerij
wenden met verzoek om contributiën, die hen
daartoe in staat stelden. Waarschijnlijk zouden zij
niet worden teleurgesteld. Een aantal leden der
Herv. Gemeente geven, behalve hunne giften in
de kerken, een jaarlijksche contributie aan de
Diaconie. Wij hebben nu uit de meiledeelingen
van den Kerkeraad vernomen, dat de Diaconie
reeds in 1873 in staat was, de renten van een
kapitaal van f 40,000 af te zonderen voor
de verpleging der weezen. Men mag niet onder
stellen, dat die gelden onttrokken zouden worden
aan de armbedeeling, en men moet dus wel aan
nemen, dat de Diaconie vermogend genoeg is om
zulk een belangrijk jaarlijksch bedrag voor andere
doeleinden af te slaan. Dit ontheft ons, leden der
gemeente, van de verplichting om haar door vaste
contributiën te steunen en velen zullen, evenals
ik, gaarne wat zij vroeger aan de Diaconie gaven,
op het "Weeshuis overdragen, indien dit van de
stedelijke subsidie werd beroofd. Althans het kon
beproefd worden, of de Regenten bij de gemeen
teleden geen vergoeding konden vinden voor de
weggevallen subsidie. Wij zouden dan wel reden
hebben ons te beklagen over geleden onrecht,
maar liever dit, dan dat het Weeshuis kwam
onder een bestuur, daf minder waarborgen oplevert
voor een goede opvoeding der verpleegden.
Toch, laat ons hopen, dat het daartoe niet zal
behoeven te komen, dat het voorstel, in het
belang der weezen door den Gemeenteraad
zal worden verworpen.
Gedurende deze week zijn dagelijks in het
Werkhuis alhier opgenomen van 7991 vol
wassen personen en van 2835 kinderen.
Den 2den December a. s. zal het inwijdings
feest plaats hebben van het gebouw voor Kunsten
en Wetenschappen in Den Haag. Daartoe zullen
250 heeren en dames dilettanten medewerken.
Als solisten zullen optreden mevr. Offermans van
Hove, hofzangeres van H. M. de Koningin der
Nederlanden, sopraan; mevr. Storm geb. Mauve,
alt; de heer B. J. De Goey, tenor; en de heer
G. A. J. Goudal, baryton. Het programma zal
aldus worden samengesteld: 1Inwijdings-cantate,
W. F. G. Nicolaï (woorden van Dr. Wap). 2.
Psalm 145, Joh. J. H. Verhulst. 3. De vliegende
Hollander, R. Hol. 4. Motett, A. Seiffert. Als
directeur treedt op de heer L. Jahn, vroeger
orkestmeester en directeur van den kon. Franschen
schouwburg in Den Haag.
Te Voorschoten zal a. s. Woensdag eene
openbare vergadering gehouden worden om de
vraag te bespreken of aldaar eene bouwvereeniging
kan worden gevestigd. Men verneemt dat reeds
47 aandeelen a f 100 zijn geplaatst.
Het stoomschip Koning der Nederlanden,
van Batavia naar Nieuwediep, is gisterochtend
het Suezkanaal ingegaan; het stoomschip John
Bramall is den 14den dezer van Rotterdam te
Batavia aangekomen.
De gewone audiëntie van den minister van
financiën zal op Donderdag 26 dezer niet plaats
hebben.
In drie afdeelingen der Tweede Kamer is
bij de overweging van het wetsontwerp tot vast
stelling van de begrooting der Algemeene Lands
drukkerij de herbenoeming van den heer C. W.
Mieling tot directeur dier instelling ter sprake
gebracht. Terwijl men in een der afdeelingen te
kennen gaf die herbenoeming met genoegen te
hebben gezien, werd in een andere de wenscb
geuit, dat door den min. van binnenl. zaken eenige
inlichting gegeven werd omtrent de redenen, die
hem er toe gebracht hebben, na kennisneming
van het verslag der Commissie lot onderzoek van
dan toestand en het beheer der Landsdrukkerij,
den heer Mieling opnieuw als directeur aan te
stellen. In een derde afdeeling keurde men het,
zonder in een beoordeeling der verdiensten van
den betrokken persoon te willen treden, bijna
algemeen af, dal de minister onmiddellijk, slechts
een paar dagen na zijn optreden, tot de bedoelde
herbenoeming besloten heeft. Men kon die groote
haast, na al het gebeurde in deze zaak, niet
anders dan onstaatkundig noemen.
Ter bevordering van het nuttige doel, door
Amsterdams bestuur beoogd, namelijk het stichten
eener nieuwe gezonde stadswijk in den Binnen-
dijkschen polder, wordt onteigening door de regee
ring aangevraagd tot beschikbaarstelling van het
geheele terrein tot ophooging en doelmatige inrich
ting van stadswege.
De nieuwbenoemde muntmeester is niet op
even voordeelige voorwaarden aangesteld als zijn
voorganger. Een belangrijk deel van het munlloon
zal voortaan aan den Staat komen.
Uit de memorie van antwoord op de be
grooting van financiën blijkt dat de minister een
groot voorstander is van de oprichting van post
spaarbanken ook in Nederland, en dat hij in dien
geest een voorstel zal doen. Hij wil echter de
zaak zoo trachten te regelen, dat de nu bestaande
spaarbanken, die voor een groot deel uitmuntende
diensten bewijzen, en waarvan sommige zeer goed
zijn georganiseerd, niet langzamerhand verdwynen
of althans zich oplossen in Staatsspaarbanken,
maar integendeel zich nog krachtiger uilbreiden.
Het Donderdag-avond in den stadsschouw
burg te Amsterdam gehouden Caecilia-concert
heeft, na aftrek der onkosten, f 2280.50 opge
bracht ten voordeele van het Kunstenaarsfonds.
In eene door de Amsterdamsche gemeen
schappelijke vleeschhouwerij gehouden vergadering
zijn de statuten vastgesteld. De Maatschappij stelt
zich voor goed en gezond vleesch te leveren,
tegen comptante betaling, den prijs door de leden
onderling te bepalen, naar evenredigheid der
marktprijzen. Verder is nog bepaald dat de Maat
schappij als gevestigd zou worden beschouwd, indien
voor f 10,000 is ingeschreven, waarvan reeds
de grootste helft genomen was, nl. 553 aandee
len a f 10; het geheele maatschappelijk kapitaal
is bepaald op f 15,000. Nadat nog besloten was
de Koninklijke goedkeuring der statuten aan te
vragen, werden vijf commissarissen benoemd, en
tot administrateur de heer C. A. Gasman.
Er heeft zich te Amsterdam eene Commis
sie gevormd voor het oprichten van een gedenk-
teeken op het graf van den predikant Meyboom.
Bij beschikking van den minister van marine
is de student voor den milit. geneesk. dienst bij
de zeemacht J. W. Koster, op zijn verzoek, eervol
uit die betrekking ontslagen.
De Staats-courant bevat het besluit van den
7den November 1874, bepalende de plaatsing in
het Staatsblad van een additioneel artikel op het
tusschen Nederland en de Vereenigde Staten van
Amerika op 26 September 1867 gesloten postver
drag en op de addilioneele conventie van 10/29
Januari 1870. In dit artikel wordt bepaald, dat
het enkele port der brieven, die rechtstreeks tus
schen de beide postadministratiën door middel
eener lijn van stoornbooten zullen worden uiige-