LEIDSCH DAGBLAD. JV°. 4451. A0. 1874. Zaterdag 15 Augustus. STADS-BE RICHTEN. Een navolgenswaardig voorbeeld. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maandenf 1. Franco per postn L40. Afzonderlijke Nommers0.02. Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVERTENTIE!*: Van 16 regelsf 1.05. Iedere regel meer0.174. Grootere letters naar plaatsruimte. PATENTBLADEN. De BURGEMEESTER, Hoofd van het Gemeentebestaur van Leiden, doet te weteu dat de ingevulde patentbladen, over het dienstjaar 1874/75, voor de wijken IV en V, bij het College van Zetters, in een der vertrekken van het Raadhuis dezer gemeente, verkrijgbaar zijn dagelijks, de Zondag uitge zonderd, van des middags twaalf tot twee uren, en wel tot en met den 19den Augustus c. k., terwijl na het verstrijken van dien termijn, de onafgehaalde patentbladen van die wijken, ter uitreiking moeten worden afgegeven aan de deurwaarders der directe belas tingen alhier, die voor hunne moeite mogen eischen tien cents, zonder meer. En wordt deze door plaatsing in de Leidsche Courant afge kondigd. De Burgemeester voornoemd, Leiden, 14 Augustus 1874. v. d. BRANDELER. PATENTBLADEN. De BURGEMEESTER, Hoofd van het Gemeentebestuur van Leiden, doet te weten dat de ingevulde patentbladen over bet dienstjaar 1874/5, voor wijk VI, bij het College van Zet ters, in eender vertrekken van het Raadhuis dezer gemeente, verkrijg baar zijn dagelijks, de Zondag uitgezonderd, van des middags twaalf tot tioee uren; wordende de belanghebbenden uitgeuoodigd de aanslagbiljetten mede te brengen. En wordt deze door plaatsing in de Leidsche Courant afge kondigd. De Burgemeester voornoemd, Leiden, 14 Angustns 1874. v. d. BRANDELER. Het tweede punt, behandeld in de zitting van den Gemeenteraad van 30 Juli 11., waarop wij nader de aandacht willen vestigen, is de voor dracht betrekkelijk de tolheffing aan den Rijns- burgervliet, niet zoozeer om het bijzonder geval, waarvan hier sprake is en waarover vrij wat zou te zeggen zijn, als wel om het beginsel, dat daarbij in hel spel is. Wie genot wil hebben van de voordeelen, die de tijd, waarin hij leeft, hern aanbiedt, moet be ginnen met zich te schikken naar de tijds omstandigheden en met zijn tijd weten mee te gaan. Dien eisch uit het oog te verliezen geschiedt slechts ten koste van de welvaart van den be langhebbende of, op grooter schaal, van geheele gemeenten, ja rijken. Daarom zal men wèl doen met steeds het oog te houden op hetgeen in zijn omgeving geschiedt en, waar men de sporen van buitengewonen bloei opmerkt, zich rekenschap te geven van de aanleidende oorzaak van dat ge lukkig verschijnsel. Onder de steden, die in de laatste jaren de grootste uitbreiding hebben ondergaan, komt naast de hofstad en de tweede koopstad des rijks onge twijfeld een eerste plaats toe aan Gelderlands hoofdstad. Dat haar schoone omgeving velen der latere inwoners heeft aangelokt, is buiten twijfel, maar niet minder heeft daartoe zeker ook bijge dragen de milde geest, waarvan zoo menige maat regel getuigt, die het bewijs levert dat men het er den ingezetenen zoo vrij en daardoor ook zoo aangenaam mogelijk tracht te maken. Een besluit, nog zeer kort geleden door den Arnhemschen gemeenteraad genomen, levert een sprekend bewijs van de waarheid onzer bewering. In het laatst der vorige maand nl. werd door dat college vastgesteld dat, te beginnen met 1 Januari 1875, het bruggegeld voor de schipbrug over den IJsel te Westervoort zou vervallen, bij welk be richt door sommige dagbladen de opmerking werd gevoegd, dat daarmede de laatste toegang tot die stad, waar tot dusver nog tol werd geheven, vrij was verklaard. En ongeveer ter zelfder tijd werd in den gemeen teraad van de eerste academiestad des lands, die juist door haar hoogeschool een brandpunt van beschaving en verlichting mag heeten, beraadslaagd over den vorm, waaronder men de heffing van een sinds lang bestaanden tol, dien aan den Rijnsburger vliet, zou bestendigenwant dat die maatregel een verlaging van het tolgeld ten gevolge zou hebben, sproot waarlijk niet voort uit de zucht om den toegang tot de stad te vergemakkelijken, maar wel uit den drang der omstandigheden, daar men tot dusver een tarief had gevolgd, zoo hoog, dat de toepassing daarvan onuitvoerbaar scheen en de inning tot allerlei moeilijkheden aanleiding gaf. Wij zullen niet stilstaan hij de vraag hoeveel schade de gemeentekas heeft geleden door de aan den pachter reeds toegekende vergoeding, of hoe veel nadeel zij nog zal lijden door de tegemoet koming, volgens het in eeri latere raadsvergadering genomen besluit nog aan den pachter te verleenen evenmin willen wij nagaan of ondanks dat alles tegenover den functionaris de billijkheid is in acht genomen, ook al moge men met grond kunnen beweren dat er naar recht werd gehandeld. Maar wel willen wij vragen of het handhaven van tol rechten een middel is, geschikt orn den bloei en de welvaart eener gemeente te bevorderen; en dan meenen wij met grond een ontkennend ant woord te kunnen geven. Handel en nijverheid, die belangrijke factoren voor den voorspoed van elke stad in het algemeen en van Leiden als fabriekstad en hoofdmarkt van den veestapel in het bijzonder, zullen daar de hoogste vlucht nemen, waar zij 't minst aan belemmering zyn onderworpen, en die onuitput telijke bronnen zullen, zoo zij ongestoord kunnen vloeien, ook voor de gemeentekas heel wat rijker vruchten afwerpen dan het gunstigste pachtcon- tract van den drukst bezochten tol kan opleveren. In onzen tijd van versnelde middelen van ver voer ziet de producent, die vroeger dikwijls ge dwongen was zijne waren op een bepaalde plaats ter markt te brengen, zich een ruime keuze van débouchés geopend. Een gemeente die werkelijk haar belang begrijpt, moet dan ook niet aarzelen hem tot zich te lokken door hem den toegang zoo gemakkelijk mogelijk te maken. Daardoor zal zij tevens hare eigene ingezetenen de gelegenheid openen om de vruchten ook van hun arbeid op 't voordeeligst om te zetten. Schromen wij niet wat uit het oogpunt van kunst jammer genoeg is onze poorten af te breken waar stoffelijke belangen dat schijnen te gebieden, dan mogen wij ook niet inconsequent genoeg zijn orn den verruimden toegang toch weder te belemmeren door de daarachter gelegen tollen te laten bestaan. Moge de door de omstandigheden geboden aan vankelijke verlaging van den tol aan de Rijnsburger- vliet de voorbode zijn van de spoedige afschaffing van al de tollen, die als zoovele Chineesche muur tjes uit een lang verleden onze goede stad in een al te nauw keurslijf houden gesloten. LEIDEN, li Augustus. In de tweede helft der maand Juni zijn aan het postkantoor alhier de volgende brieven gezon den, die wegens onbekendheid der adressen niet konden bezorgd worden: Andriese, H, Kruger, F. R. P. K.oritschoner, P. Van der Zeeuw, Van Vlooten, Mej. Van der Heiden, J. Van der Snoek, A. De Bruijn, J. Van Stekelenburg, Hoeps, J. F. Versluis, Wed. F. F. Houwens-Tooren, allentè AmsterdamB. Th. Wilke, Delft; E. M. Meijer, Drachten; A. Levij. 's-GravenhageMej. Huisman, Groningen; Van Diest, Haarlem; J. Wakka, Harderwijk; Burkens, J. Heskuik, Harlingen; W. Roest, Hazerswoude; Keerens, Nieuwveen; Mej. Jelkman, J. P. Koever mans, Mevr. C. M. Sloos, Mej. M. Visser, allen te RotterdamA. Zijdewint, SchagenBuman, Schiedam; Soerani, Soerakarta; J. Langelaan, Voorburg; W. J. Bierwolf, Zandpoort; Mej. Duif huis, (niet vermeld)Wed. Gaartman, id. Brief kaarten: G. Goster, Dordrecht; Floskam, Rotterdam; G. Ommering, Vlaardingen. Naar wif vernémen zal de Leidsche processie naar Kevelaar a. s. Maandag des morgens te 6.30 per extra-trein derwaarts vertrekken. Een werkje, dat zeker wel aftrek zal vinden, is bij Wartburg en C°. te Dordrecht verschenen. De schrijver er van, de heer J. H. Van Linschoten, verhaalt in aangenamen trant een „tot hiertoe ongekend feit" uit Leidens beleg, waarbij de hoofdrol vervult een Leidsch jongeling, die eerst tot de Spaansche zijde is overgehaald, doch weldra be rouw krijgt, ontsnapt, Oranje zijne diensten aan biedt, met eigen handen helpt aan het doorsteken der dijken en eindelijk met de schepen der Water geuzen naar zijne geboorteplaats terugkeert, waar hij met vreugde in de ouderlijke woning ontvangen wordt. Het boekje, getiteld „Verloren maar terug gevonden", zal doör Leidens jeugd vooral met graagte gelezen worden. De heeren Mrs. A. D. H. Hèringa en J. W. J. lJssel de Schepper zyn gesteld ter beschik king van dén gouv.-generaal van Ned.-Indië, om te worden benoemd tot rechterlijk ambtenaar daar te lande. De gewone audiëntie van den Minister van Justitie zal op Woensdag 19 Augsustus niet plaats hebben. Uit Den Haag wordt bericht, dat de heer Heemskerk Azn. gisteren naar Monlreux vertrok ken is. Naar aanleiding van den brief van de Kamer van koophandel en fabrieken (e Leiden, waarbij ondersteuning wordt gevraagd voor haar advies aan den Min. van Financiën, strekkende dat, met de afschaffing van den zeepaccijns, ook tot die op het zout worde overgegaan, heeft de Kamer te Sneek in hare vergadering besloten een adres van adhaesie bij den Min. van Financiën in te dienen. Op de alg. vergadering der Vereeniging tot bevordering van fabriek- en handwerksnijverheid in Nederland is gisteren na veel discussie o. a. aangenomen het volgende voorstel: „Naar aanleiding van de afschaffing van de suikerbelasting in Engeland en de mededeelingen der regeering aan de T>veede Kamer in het verslag dier Kamer over het wetsontwerp tot afschaffing van den zeepaccijns, stelt het hoofdbestuur der algemeene vergadering voor, te besluiten dat op de gevolgen van die afschaffing voor den bloei der Nederlandsche suiker-industrie nauwkeurig moet gelet worden, en dat zoo deze mochten blijken nadeelig te zijn, onverwijld bij de regeering stappen moeten gedaan worden tot wijziging onzer wetgeving op dit punt. Bij acclamatie werd besloten voor 1875 de algemeene vergadering te Middelburg te houden. Tot curatoren van het Haagsche gymnasium zijn door den gemeenteraad benoemd: Mr. J. J. Van Meerbeke, lid van den Hoogen Raad; de heer Obreen, chef der kaarten- en modellenver- zameling aan het Departement van Marine; Dr. Jonckbloet, lid van de Tweede Kamer; de heer A. N. M. Pit en Mr. O. W\ Star Numann, com mies-griffier bij de Tweede Kamer.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1874 | | pagina 1