LEIDSCH DAGBLAD. N°. 4394. A0. 1874. Woensdag 10 Juni. vSbss c VA- PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maandenf 1. Franco per posl1.40. Afzonderlijke Nommers0.02. Deze Ctnirant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. l'RIJS DER ADVERTENTIES Van 16 regelsf 1.05. Iedere regel meern 0.17*. Groolere lellers naar plaatsruimte. STADS-BERICHTEN. Vergaderiug van den Gemeenteraad te Leiden, op Donderdag 11 Jnni, dc9 namiddags te twee uren. Onderwerpen 1°. Voordracht tot vaststelling van de jaarwedden en instrnctiën van den Directeur en den Boekhouder der Stedelijke Gasfa briek. (130 en 139). 2°. Verzoek van den pachter van het Leiderdorpsche hek be trekkelijk eene verbouwing van de pachterswoning. (131 en 138). 3° Idem van D. Pander, om een stoep te leggen. (133). 4° Idem van C. A Kuipers, om afschrijving van plaatselijke directe belasting (132). 5° Voordracht tot overplaatsing van den hulponderwijzer C. Van der Waals. (135). 6° Staat vau af- en overschrijving op de gemeente-begrooting, dienst 1874. (134 en 138). 7°. Verzoek van Mej. C. J. G. Van der Upwicli, om ontslag als hulponderwijzeres aan de school n°. 2 voor minvermogenden. (137) 8°. Idem van Mej. J M. Breuoissen Troost, als onderwijzeres aan de meisjesschool 2de klasse (140) Bekening van het Werkhuis over 1873 (136). EEN VERGELIJKING. Het hier te lande allerwegen gevierde kronings feest heefl ook in het buitenland ruimschoots stof tot bespreking opgeleverd. Fransche en Duit- sche, maar vooral Engelsche dagbladen verdiepten zich in beschouwingen over de toestanden in Nederland, over de reden onzer gehechtheid aan ons vorstenhuis en ook over de uitingen van ons volkskarakter bij onze feestvieringen. Kwam in die berichten veel onjuists, overdrevens, ja soms be lachelijks voor, over hel algemeen mocht de opinie over Nederland en zijne bewoners in het buiten land niet ongunstig heeten. Natuurlijk echter is het dat ook wij in die verschillende voorstellingen aanleiding vinden op onze beurt vergelijkingen te maken, wanneer zich daartoe de gelegenheid aan biedt, zooals dat thans het geval is. Een paar dagen geleden toch vierde men in Engeland het groote nationale feest bij uitnemend heid. Het was de zoogenaamde Derby-dag, waarop een groot deel der bevolking van Londen naar de vlakten van Epsom stroomde om er getuige te zijn van, of wel deel te nemen aan de groote jaarlijksche wedrennen, die geheel Engeland in beweging brengenwant, moge het voor een oogenblik ongerijmd schijnen van een nationaal feest te spreken, dat niet gelijktijdig door het geheele land, maar slechts op een punt wordt ge vierd, daar tegenover slaat dat zelfs uit ver af gelegen graafschappen en steden van Groot-Bri- tannië de meergegoeden zich naar de kampplaats begeven, terwijl zij die door afstand of bezigheden verhinderd waren er heen te trekken, toch door middel van telegraaf- en dagbladberichten deel nemen aan het feest des volks bij uitnemendheid, immers de Vertegenwoordiging, het Parlement komt dien dag zelfs niet bijeen. Men houde dan ook wel in het oog, dat alle rangen der maat schappij, tot de laagste toe, in de voor de wed rennen bestemde vlakten in overgrooten getale vertegenwoordigd zijn. Het zou onmogelijk zijn een Nederlandsch volksfeest te noemen, dat in alle opzichten met de Engelsche wedrennen kan vergeleken worden. Het eenige bij ons te lande telken jare terug- keerende volksfeest, waaraan door verschillende standen, ieder op zijne wijze, wordt deelgenomen, is de kermismaar een nationaal feest als het Engelsche hebben wij niet, en gelukkig; want het is onzedelijk in de hoogste mate. De Derby dag toch moge voor velen slechts een dag van uitspanning zijn, voor een groot aantal aanwe zigen is hij dikwijls maar al le noodlottig. Wij willen niet spreken van de halsbrekende proeven van kracht en behendigheid, afgelegd door de jockey's, van wie het in legenovergestel- den zin zou kunnen heel en: gewogen en te zwaar bevonden; immers hoe geringer het gewicht van hun lichaam is, hoe gemakkelyker zij het door hen bereden paard hel behalen der overwinning maken, ofschoon het naar luid van sommige be richten niet zelden gebeurt dat door toevoeging van bezwarende voorwerpen het gewicht der ver schillende mededingende berijders gelijk wordt gemaakt, die niet zelden, zells reeds bij de voor afgaande proefritten, bij het springen over hinder nissen of door andere omstandigheden op nood lottige wijze den dood vinden; die onheilen, hoe betreurenswaardig ook, zijn zeldzaam en treffen slechts weinigen. Maar het groote kwaad, het onzedelijke der wedrennen is gelegen in de ontzet tend hooge weddenschappen waarbij ook talloos vele bezoekers betrokken zijn, die overigens geen werkdadig aandeel aan den prijskamp nemen. De nationale Engelsche feestdag is voor velen, geringen en aanzienlijken de laatsten niet het minst een dag, die hen van een groot deel van hun vermogen berooft, ja sommigen tot den bedelstaf brengt, en aan de overzijde van het Kanaal verstaat men de kunst op éen dag het zelfde uit te werken, waarvoor aan de vroegere speelhellen van Duitsche badplaatsen soms een geheel zomerseizoen noodig was. Nu moge het waar zijn dat de wedrennen van de aanzienlijken uilgaan, niettemin blijft de Derby dag de nationale feestdag, waarop ook geringeren door weddenschappen belangrijke sommen gelds verliezen of op onzedelijke wijze winnen. Heil dan onze kermissen met al hare gebreken In vergelijking van de Derby-wedrennen kunnen zij een onschuldige uitspanning heeten, en zij zou den dat inderdaad geheel zijn, speelde de sterke drank ook daarbij geen zoo groote rol. Wie dien kanker helpt bestrijden meent het goed met zijne landgenooten en zal er toe bijdragen dat men onze volksvermaken, mogen ze al dan niet van meer verheven aard zijn, althans niet zedenbe dervend kan noemen gelijk 't het nationale feest aan de overzijde van hel Kanaal is. LEIDEN, 9 Juni. Aan de Prov. Ov. en Zw. Cl. wordt uit Leiden bericht „Ik las zooeven in uw blad een uit het Vader land overgenomen schrijven, betreffende het taai en letterkundig congres, benevens uwe bemerking, „dat u redenen hebt om aan te nemen dat uw eerste bericht juist was." Daar het bedoelde be richt, door mij aan u ingezonden, door vele bladen overgenomen is, acht ik het noodig, tegen het in verdenking brengen van die mededeeling door den schrijver in het Vaderland op te komen. Hoe gaarne die schrijver mij een démenti zou toewenschen, en hoe betreurenswaardig hij het niet doorgaan van het congres moge vinden, het feit is daar, het besluit is genomende bron, waaruit ik de mededeeling putte, is te goed, dan dat ik voor een démenti zou vreezen. Ik heb echter niet, zooals de schrijver in het Vad. doet voorkomen, gesproken van „toetreding als lid van het congres", maar wel van „weinig deelneming, door het comité ondervonden, gebleken uit de niet vele antwoorden, ingekomen op de invitatie- brieven ter vervulling eener spreekbeurt." Of de commissie het recht heeft, om die reden het congres niet te doen doorgaan, is eene zaak die zij zelve wel zal weten te verantwoordenmaar ik betwijfel het, of het publiek in zijn recht is, i wanneer het die commissie moeilijk valt wegens het nemen van bedoeld besluit, wanneer zij uit de gegevens meent te moeten opmaken dat het congres eventueel échec zou lijden." Eene advertentie in ons nummer van heden geplaatst bevestigt bovenstaand bericht, maar wij verklaren ronduit er niets van te begrijpen, daar toch voor eenige dagen in het Vaderland nog werd medegedeeld, dat vele Vlaamsche letterkun digen van naam het voornemen hadden het con gres bij te wonen. B. en Ws. hebben indertijd het bijeenkomen van het congres aanvaard en de Raad heeft er zijne goedkeuring aan gehecht; er moet dus een bepaalde, ons onbekende reden zijn, die de regelingscommissie tot het niet laten doorgaan van het congres heeft doen besluiten en wij betwijfelen of zij daartoe het recht heelt. Naar wij vernemen is het werk, waarvan de aanbesteding in de vorige week plaats had (het bouwen van 10 woonhuizen) door het be stuur der Leidsche Bouwvereeniging gejund aan J. Verbrugge te Waddingsveen, voor f 36,969. Ook de heeren leden der Leidsche Zang- vereeniging zullen, op uiinoodiging van den heer Botgorschek, medewerken aan de kunst ovatie, H. M. de Koningin op den avond \anden 17den dezer aan haar zomerverblijf het „Huis ten Bosch" te brengen. Uit Middelburg wordt van 7 Juni ge meld: Eergisteren erw gisteren had alhier hei iwee- daagsch muziekfeest plaats ter viering van het veer tigjarig bestaan der Zangvereeniging „Tot Oefe ning en Uitspanning". Zoowel de uilvoering van het oratorium „Bonifacius", tekst van mevrouw Lina Schneider, muziek van W. F. G. Nicolaï, op den eersten avond, als die van verschillende stukken op den tweeden, had met het beste succes plaats. Herhaaldelijk bewees het daverend applau- dissement, hoe verrukt het publiek was, dat zoo wel den heer Nicolaï, die op den eersten avond dirigeerde, als den heer Kirrwald, die op den tweeden avond directie voerde, met een regen van bloemenruikers hulde bracht. Maar ook de solisten mej. Weyringer, uit RotterdamB. J. De Goey, uit Leiden; Carl Hill, uit Schwerin, en J. Coster (dilettant), uit Middelburg en koor en orkest oogstten den meesten lof in, en zeker zal dil feest nog langen tijd eene aange name herinnering nalaten. In de jongste vergadering der Koninklijke Academie van Wetenschappen, afdeeling Natuur kunde, werd kennis gegeven van eene missive van den Minister van Binnenlandsche Zaken, dd. •4 dezer, houdende bericht van 's Konings bekrach tiging der door de afdeeling gedane keuzen van de heeren Dr. C. K. Hoffmann, Prof. T. Zaaijer, beiden te Leiden, en nrof. R. A. Mees, te Gro ningen, tot gewone, en van de heeren William Thomson, te Glasgow, en Dr. Otto Slruve, te Petersburg, tot buitenlandsche leden. Met ingang van 10 dezer zal het Rijks telegraaf kantoor te Katwijk open zijn op werk dagen van halfnegen voor- tot 1 uur namiddag en van halfdrie tot 7 uren namiddag; op Zon en feestdagen van 8 tot 10 uren voor- en van 4 tot 6 uren namiddag. De gewone audiëntie van den Minister van Binnenlandsche Zaken zal op Zaterdag 14 dezer niet plaats hebben. Voor het middelbaar onderwijs, zijn gisteren in Den Haag toegelatenvoor Fransch A. Ooms, van Parijs; voor boekhouden A. W. Lockhuis, van Almelo. Afgewezen 1 voor Nederl., 1 voor geschiedenis, 1 voor handelswetenschap en 1 voor

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1874 | | pagina 1