een geweerschot een einde aan zijn leven. Met
hem vielen nog eenige vijanden die zich dapper
geweerd hadden. De overige vijanden, die zich
onder het atappen dak verborgen hielden of die
zich buiten boord aan de prauw vastgeklemd
hadden, gaf ik zoo duidelijk mogelijk te verstaan
dal zij zich overgeven moesten. Hieraan, noch aan
mijne sommatie om van onder het atappen dak
te voorschijn te komen, werd gevolg gegeven en
zelfs boden de buiten boord hangende; vijanden
toen nog tegenstand met hunne klewangs. Het
geyojg van den tegenstand was, dat nog eenigen
gewond of gedood werden. Ik trachtte inmiddels
het atappen dak te verwijderen, hetgeen mij door
de stevige bevestiging onmogelijk was. Als laatste
hulpmiddel om de verscholenen, wier getal ik
niet kon berekenen, te voorschijn te doen komen,
liet ik een paar malen met den hartsvanger in het dak
steken, doch zonder gevolg. De avond inmiddels
snel vallende en door den stroom vrij dicht onder
den wal gezet zijnde, besloot ik het verder onder
zoek uit te stellen en nam de prauw op zoo kort
mogelijken sleper, na vooraf daarop eene wacht
geplaatst te hebben. Na een paar minuten roeiens
kwam de stoombarkas van de Timor opdagen,
welke mij op sleper nam. Bijna gelijktijdig met
de stoombarkas arriveerde de gewapende officiers-
sloep van Zr. Ms. stoomschip den Briel met den
officier-van-gezondheid '2de klasse J. Keyser, die
zieh dadelijk aan boord der prauw begaf. Door
de duisternis kon de noodige geneeskundige
hulp niet verschaft worden en werd dit uitge
steld tot aan-boord-komst van den Briel. Tot
mijn groot genoegen had ik geen mijner man
schappen verloren, hetgeen, daar het gevecht op
zulk een korten afstand gevoerd was, zeker ieders
verwondeiing moet gaande maken. De houding
en de bedaardheid der manschappen kan ik niet
genoeg prijzen. Vooral onderscheidden zich de
schiemansmaat A. van der Horst, de matroos
1ste klasse G. Sehoolenberg, de matroos 2de
klasse K.. Schipper, en de matroos 2de klasse J.
Guyken, terwijl deze vier manschappen; benevens
de matroos 3de klasse J. C. Janssen, tevens de
eerste waren, die het vijandelijk vaartuig enterden.
Den duur van het geheele gevecht schat ik op
een klein half uur. Door mijne sloep werden in
het geheel ongeveer honderd geweerschoten gelost,
terwijl de vijand zeker niet meer dan 00 schoten
in 't geheel gedaan heeft. De prauw is later ge
zonken.
Tot den heer Charles T. Liernur is 27 Nov.
door baron Schwarz Senborn, den algemeenen
directeur der Weener tentoonstelling, een schrij
ven gericht,, waarin de hoogste tevredenheid en
waardeering wordt betuigd met het pneumatisch
stelsel van afvoer, zooals het op de tentoonstel
ling was te aanschouwen. De Keizer van Oosten
rijk heeft den heer Liernur tot ridder der Franz-
Jozeforde benoemd.
Gisternacht is te Amsterdam overleden
den heer J. H. Burlage, ook in wijder kring bekend
door verschillende gedichten.
Een extra-nummer van het Politieblad
bevat de volgende kennisgeving: Dezer dagen is
bij de politie in Den Haag mededeeling ontvangen
van een der getuigen in den aldaar, in den nacht
van 13 op 14 Dec. 1872, gepleegden dubbelen
moord, dat haar in herinnering was gekomen
dat, behalve de vroeger opgegeven voorwerpen,
ook nog in de woning der weduwe Van der
Kouwen moeten zijn ontvreemde I gouden broche
met acht roode amathisten; waaraan een dito
strik met kwastjes, bezet met roode steentjes en
parels; 1 gouden vierkante broche, beschilderd
met de portretten van eene vrouw en een kind;
1 gouden kruis, bezet met juweelen steentjes en
parels, aan een dito halsketting1 groote gouden
broche, in den vorm eener slang, met balletjes
aan den onderkant, en een paar dito oorknop
pen; 1 gouden horloge met dito brochekettinkje
1 gouden medaillon met portretten van mevrouw
Van der Kouwen en een heer; 1 gouden lorgnet
1 paar juweelem oorhangers, peervormig; 1 paar
dito oorknopjes in goud gezet. De hoofdcommis
saris van politie in Den Haag verzoekt, onder
verwijzing naar vroeger bericht, opsporing, aan
houding en bericht.
Het getal miliciens van de lichting van
1-873, die met 1 Jan. met onbepaald verlof naar
huis gaan zal over die geheele lichting nog
r*ecn 1000 man bedragen.
Naar men verneemt, bestaat bij den Mi
nister van Koloniën het voornemen om, indien
tot de oprichting eener Indische brigade besloten
wordt, die in het midden des Rijks te vestigen.
De pogingen vanwege verschillende gemeenten
aangewend om die brigade bij haar geplaatst te
zien, zullen dus hoogstwaarschijnlijk geen gunstig
gevolg hebben.
In de op 8 dezer gehouden jaarlijksche
vergadering van effectenhandelaren te Rotterdam
is tot lid van het Comité benoemd de heer
Jacques Berlijn, lid der firma wed. B. Polak
Co., in plaats van den heer M. Milders, die aan
de beurt van aftreding en niet herkiesbaar was.
Voorts is bij meerderheid van stemmen be
sloten, de Beurs, die te halfvier als proefneming
gehouden werd, voor vast te continueeren.
Daar voor het tegenwoordige een voldoend
aantal artilleristen voor het leger in Nederl. Oost-
Indië beschikbaar is, heeft de minister van oorlog
bepaald, dat tot nader order geen militairen van
dat wapen bij den Indischen dienst zullen over
gaan.
Gemengd Nieuws.
Te Utrecht is eergisteren een mili
tair van het koloniaal werfdepot gearresteerd, die
zich op een heimelijke wijze uit zijn garnizoen
te Harderwijk verwijderd had en naar het scheen
niet veel lust had orn aan zijne militaire ver
plichting te voldoen.
In de bekende zaak van de stad Arn-
sterdam tegen den pachter van den schouwburg,
den heer Driessens, is gisteren door het O. M.
geconcludeerd tot ontbinding van het contract. De
uitspraak is bepaald op den 15den December.
Het gebruik van aardkolen neemt in
Vlaanderen zoo de overhand, dat een eigenaar
van huizen met tuinen zijn huurders bij deur-
waardersexploit heeft doen aanzeggen, dat hij
verbiedt aarde uit hun tuin te verbranden, wijl
die aarde zijn en niet hun eigendom is.
Dinsdag-avond had eene 72 jarige
vrouw te Rotterdam het ongeluk in het water
der Wijnhaven te vallen. Het werd spoedig ont
dekt door een voorbijganger, die haar uit den
gevaarlijken toestand redde. In een nabijzijnd
koffiehuis gebracht, werd geneeskundige hulp inge
roepen en vervolgens werd de vrouw per vigilante
naar het Ziekenhuis vervoerd. Daar is zij kort
daarop overleden.
Te Zierikzee brak Dins dag -middag
tegen 12 uren alhier in de meestoof, genaamd
de PoMnesloofeen hevige brand uit. 't Geheele
gebouw stond in dikken i\ ok; 't gedeelte „de
toren" lag spoedig in puin. öe brandweer was
weldra op het terrein des ongevals en, daar
't bladstil was, mocht het gelukken 't overige
gedeelte van het gebouw te behouden. Het per
ceel was tegen brandschade verzekerd. De waarde
van de verbrande meekrap moet vrij aanzienlijk
zyn. Een vreeselijk ongeluk is bij dezen brand
geschied. Een jongeling van ruim 20 jaren, L.
Geelhoed, orn zijne oppassendheid algemeen be
mind, is by het instortend dak, waarop hij met
nog twee anderen stond, naar beneden gevallen
en omgekomen. De beide andere personen lieten
zich nog gelukkig naar den buitenkant afglijden.
Naar men verneemt circuleert te
Edarn een adres aan den Koning om gratie te
vragen voor den heer Van IJsselsteijn. Het adres
wordt vrij algemeen geteekend.
Aangaande den in hechtenis geno
men bewoner van het perceel, naast het afge
brande pakhuis in de Spuistraat le Amsterdam,
wordt nog gemeld, dat hij in dronkenschap zijn
vooral door het water reeds tamel'yk beschadigde
woning in brand wilde steken. Hij had daartoe
petroleum op den grond en op verschillende voor
werpen in een vertrek geworpen en trapte daarna
de lel brandende kachel orn. De vrouwelijke
huisgenooten riepen hulp, en zoodoende werden
verdere onheilen voorkomen.
Gistermiddag is nabij Den Haag op
den Rijswijkschen weg tusschen twee mannen, die
aldaar rnet een paar vrouwspersonen liepen, een
twist ontstaan waarbij de een den ander zulk
een hevigen slag op het hoofd heeft toegebracht,
dat hij naar het gasthuis moest vervoerd worden.
KOLONIËN.
BATAVIA, 8 November.
De cholera heerscht in ons midden. Totnogtoe
heeft die ziekte geen bijzonder kwaadaardig karak
ter gehad, maar zij verspreidt zich meer en meer.
Te Palembang heeft de ziekte gelukkig niet lang
gewoed. Volgens telegram van 20 October jl. was
de cholera ter hoofdplaats geweken, maar zij
heerschte nog in enkele afdeelingen. De poeasa-
rnaand werkt met de ondragelijke hitte, gelijk
aan die van Bombay en Calcutta, de ziekte in
de hand. De inlandsche bevolking eet niet op den
dag, maar arbeidt toch en nuttigt dan verkoelende
of niet rijpe vruchten.
De expeditie, die vertrekken zou, is een
tiental dagen uitgesteld. De cholera, volgens den
een, de poeasa-maand, volgens den ander, omdat
men in deze heilige maand geen oorlog zou willen
hervatten, zou daarvan de oorzaak zijn. Ook rnoet
alles voor de expeditie nog niet gereed wezen.
Behalve de oorlogsvaartuigen zijn door het
departement dér Marine nog drie stoomschepen inge
huurd, om de vloot van ververschingen te voor
zien, zieken te evacueeren en de communicatie
tusschen de schepen onderling en met Poeloe
Pinang, Deli, Riouw, enz. open te houden. De
namen dier vaartuigen zijnhet Eng. stoomschip
St. George en de twee sleepboot en Smeroe en
Ardjoeno.
Van de hier beproefde getrokken stukken
zijn 2 op Willem I en éen bij de proeven op
Tjikarang gesprongen.
De kaartjes, welke thans aan de hoofdoffi
cieren en kapiteins der expeditionaire troepen zijn
uitgereikt, bewijzen dat onze troepen, toen zij bij
de eerste expeditie in de missigit lagen, op slechts
150 meter van den kraton waren, die door een
boschje voor hunne oogen verborgen bleef. Mede-
deelingen van spionnen wijzen op het bestaan van
een tweeden kraton, op den rechteroever der
Atjinrivier en slechts op een paar honderd meter
van dien op den linkeroever ook zouden oost
waarts van den mond der genoemde rivier langs
het strand verscheiden versterkingen zijn gelegen*
De generaal Van Swieten heeft in eene
circulaire aan de hoofdofficieren en kapiteins zijne
denkbeelden omtrent de te volgen vechtwijze mede
gedeeld. Hij wil vooral geen partieele gevechten
van kleine detachementen, maar wenscht tegen de
woeste aanvallen des vijands eene dichtgesloten
macht over te stellen rZflcrhet terrein zulks toelaat,
wil hij daarom de beginselen der linieschool, nl.
opstelling in twee liniën, onveranderd toepassen.
Door den Gouv.-Gen. van Ned.-Indië zijn de
volgende beschikkingen genomenCiviel Depar
tement. Ontslagen: op verzoek, eervol, uit
's lands dienst, de contr. 2de kt. bij het binnenl.
best, op Java en Madura E. Douwes Dekker;
op verz., eerv., de klerk op het ass.-res.-kantoor
te Modjokerto, W. Jellerna; eerv., wegens vertr.,
als buitengew. subst.-griJT., buiten bezwaar van
den lande, bij den landr. te Pekalongan W. F.
G. L. Van Soneerv., met behoud van recht op
per.s., de hulponderw. aan de openb. lagere school
te Magelang J. G. Van der Geugten. Door den
dir. van fin.: Op verzoek, eervol, wegens ziekte,
de cornm.-ontv. der in- en uitvoerr., tevens fung*
havenm. te Sampang O. J. Vincentie; eerv., met
behoud van recht op pens., de ass.-res. van Lebak,
tevens vendum. aldaar, A. W. F. H. Tuckerrnarin;
eerv., met behoud van recht op pens., de zout-
verkoop-pakhuism. te Palembang W. H. Van
Heerdt; op verz., eerv., wegens ziekte, met beh.
van recht op pens., de ambt. op non-act. J. G.
Frech, laatst, letterz. 1ste kl. tei landsdrukkerij;
op verz., eerv., wegens ziekte, de 3de comm. bij
de algem. rekenk. G. A. Grosmanop verz., eerv.,
de klerk ter alg. seer. P. T. M. A. De Visch
E'ybergen. Benoemd: tot contr. 1ste kl. bij het
binnenl. best, op Java en Madura, J. W. Middel
burg. Bij het binnenl. best, op Java en Madura
tot contr. 1ste kl., A. Salmon Vzntot contr.
2de kl., F. J. Th. De Haarttot ambt. ter besch.,
H. J. W. Van Lawick van Pabst. Bij het dep.
van fin. tot ref., C. E. Schrader, tot hoofdcomm.,
W. Van der Pijl, tot lsten comm., H. C. Fisser
en G. Roessingh van Iterson, tot 3den comm.,
G. F. Regensburg; tot kantoorchef 3de kl., A.
J. Pubion, tot kantoorchefs 4de kl., F. F. De
Korte en A. Stuur, tot tel. 3de kl. J. W. Roosen,