EEN VOLKSDWALING.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maandenf 1.—
Franco per posl1.40;
Afzonderlijke Nommcrs..0.02.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven,
PRIÏS' 1)EK A DVEliTËiN'T'IEJV
Van 16 regelsf 1.Q5,
Iedere regel meern 0.17i.
Grootere letters naar plaatsruimte.
Dat volk, dat de beste wetten bezit, zal ook
in de gunstigste omstandigheden verkeeren, zich
in een aanhoudend toenemenden voorspoed mogen
verheugen, zich in éen woord gelukkig gevoelen.
Nu is het maar de vraag wat „de beste wetten"
zijn, en daarop zouden wij zonder eenige aarze
ling willen antwoorden: die wetten, welke ge
maakt zijn met het oog op de verstandelijke
ontwikkeling van het volk, waarvoor zij moeten
dienen. Het is dus niet voldoende dat een volk
goede wetten bezit, het zal ze ook moeten be-
grijpen, zullen zij geen doode letter worden.
Immers zonder de rechte kennis eri begrip van
haar inhoud zal men ze niet öf zelf kunnen na
komen öf door anderen kunnen doen eerbiedigen.
Mocht men aannemen dat alle wetten aan dien
eisch voldeden, dan zoüden de wetboeken van
fik volk een afspiegeling zijn van zijn beschaving
a ontwikkeling. Hel is echter verre van daar,
én eigenlijk is dat zeer verklaarbaar. De meeste
wetten zijn aan de groote volksmenigte onbekend,
bij den een leh gevolge van gebrek aan belang-
sSelling, bij den ander uit hoofde van gemis van
tijd om er zich van op de hoogte te stellen. Dat
gfeldt vooral ook van die welke haar toepassing
■inden in de dagelijksche voorvallen van het gë-
fone leven, en dan niet zelden tot schade en
ïhande van den delinquent. Zoo b. v. zou het
fker de eerste maal niet zijn dat een handwérks-
tnan bij een patroon werkzaam, voor een particulier
Eenig werk verrichtte tegen geldelijke belooning
fn zoodoende zich zonder opzet schuldig mkakt'é
an schending van de patentwet. Onbekendheid
ael een wet moge in zulk een geval een ver
achtende omstandigheid zijn, straffeloosheid echter
rengt zij niet mede.
Onkunde van de wet doet ons ook niet zelden
in deren schade, ja den dood berokkenen', en nóg
ïoo heel lang is het niet geleden dat daarvan
weer een treffend voorbeeld aan het licht k\Vam.
£r bestaan zekere volksmeeningen die, van
Et-ad tot mond voortgeplant, met hardnekkigheid
*orden vastgehouden ondanks het betoog van
foeer ontwikkelden, die ze trachten uit te roeien.
Daaronder behoort ook deze: dat het niet ge
oorloofd zou zijn een drenkeling zotïdèï voor-
Eennis der politie uit het water te halen. Waaraan
deze meening haar ontstaan heeft te danken, wetèn'
zijniet, misschien wel daaraan dat enkele malen hij,'
flie een drenkeling op het droge bracht, verdacht
*erd van het plegen van moord en dientengevolge in
ongelegenheid kwam. Wal wij wel weten is, dat
die volksdwaling reeds menigeen, die nog te
redden zou zijn geweest, het leven kostte. Zoo
oog onlangs. Te Sliedrecht viel een 73jarige we-
dawe in het water. Eén daar passeerend schipper,
Ier goeder trouw meenende dat dadelijke hulp
bem niet vrijstond, snelde naar den burgemeester
het naar zijn begrip vereischte verlof te be
komen.' Bij zijn terugkomst werd de vrouw nog
°p dezelfde plaats gevonden en opgehaald, doch
fcj overleed onder de pogingen, te laat tot haar
behoud aangewend. Zonder het dwaze geloof van
schipper aan de door ons vermelde volks
lening1 zou dus hoogstwaarschijnlijk een men
senleven gered zijn. Zeker, de man is niet
5trafbaar voor den rechter, maar toch wel voor
'k rechtbank der zedelijkheid. Immers, aangeno
men voor een oogenblik dat er zulk een zonderlinge
^et bestond, geen enkel ontwikkeld man, wien
js hart op de rechte plaats zit, zou aarzelen
haar bij de eerste gelegenheid de beste te schenden
ondanks de daarbij bedreigde straf, die, zoo hij er
al een mocht ondergaan, zeker niet zwaar zoll
zijnv Onze schipper heeft in dit geval meer be
wijs gegeven voor de (gewaande) wet dan van
menschelijk gevoel.
Wetten te maken, berekend naar de bevatte
lijkheid van mannen als hij, zou een onbegonnen
werk zijn. Wat dan? Men moet de minder ont
wikkelden trachten op te heffen tot de eenmaal
bestaande wetten. Daarom verdient het zeker toe
juiching, dat naar aanleiding van het voorgevallene
vanwege het gemeentebestuur van Sliedrecht werd
afgekondigd dat drenkelingen ook zonder verlof
der politie mogen gered worden.
Uitroeiing dier valsche begrippen bij het aan
komend geslacht, voorlichting der ouderen, zie
daar de weg die moet leiden om tooneelen te
voorkomen, zoo treurig als het boven aangehaalde
en die waarlijk geen vleiend staaltje opleveren
van de ontwikkeling der volksklasse bij ons te
lande. Daartoe mede te werken behoort zeker tot
de roeping der dagbladperszij vooral is in staat
invloed uit te oefenen ook op de meening des
volks, dat meer en meer naar haar stem zal
hooren naarmate ten gevolge der uitbreiding van
het onderwijs, zij die niet kunnen lezen, steeds
meer tot de zeldzaamheden zullen behooren.
LEIDEN, November.
In de gisteren gehouden zitting der Prov.
Staten is óonform het voorstel van Gedep. Staten
besloten, afwijzend te beschikken op een adres van
het zich noemend „Comité door de besiuren van
al de betrokken gemeenten benoemd lot bevor
dering der belangèn van den geconcessióneerden
spoorwëg van Monster' over 's Gravesande enz.
tot Zoétermeer," betreffende den aanleg van een
buurtspoorweg in het Weslland, alsook omtrent
de aanvragen om subsidie ten behoe\e van scho
len in de gemeente Naaldwijk, Groote Lindfc en
Katwijk.
Uit Katwijk wordfc gemeldHet ongunstig
advies van Gedeputeerde Staten van Zuid Holland
op het verzoek van den Raad van deze gemeente
aan de Prov. Staten tot bekoming van subsidie
voor het lager onderwys, heeft een zeer onaan-
genamen en pijnlijken indruk in de gemeente ge
maakt. Er scheen wel reden te zijn om een andere
beslissing te wachten. Aan de Ged. Staten toch
was het bekend, dat de financieele toestand der
gemeente zeer moeiehjk is; dat er op de perso-
neele belasting eene heffing van 60 opcenten voor
de gemeente bestaal; dat er bovendien een hoof
delijke omslag van ongeveer /"6000 geheven wordt,
en dat die belasting voornamelijk door een be
trekkelijk zeer klein deel van de ingezetenen,
waaronder zeer weinige gegoeden, moet worden
opgebracht.
Het stoomschip Ceylon met de mail uit
Indië en China, werd gisteren te Brindisi ver
wacht.
Bij de Remonstranlsch Gereformeerde ge
meente te Rotterdam is het volgend drietal
gemaakt: dd. A. P. G. Jorissen te Delft, B. Tide-
man Jzn. te Hoorn en H. W. Kalff te Amersfoort.
De Commissie van beheer en toezicht over
de droogmaking der plassen in Schieland, beoosten
Rotterdam, heeft in het gebouw van het provin
ciaal bestuur in Den Haag aanbesteed het verka
velen der hooge landen van Ommoorden en van
de daarin aanwezige droogvallende gronden,
genaamd „de Veenderij" en „hel Peunegal" in
de gemeente Hillegersberg. Voor dit werk waren
10 biljetten in&ekom'en. Minste inschrijver was
de heer L. Brand Dz., te Harcïinxveld, voor 17l41
Aan het Ministerie van Binrienlandsche Zakep.,
werd gistéren aanbesteed: het maken vaneen hoofd
gebouw op het station buiten de Deifysche Poprt
te Rotterdam met daarmede in verband, staande
werken. Daarvoor waren 15 biljetten van in
schrijving ingekomen. Het minst hadden inge;
schreven de heeren F. Engel en D. A. Van Kre
velen Dz., te Rotierdam, voor 344,099.
Vanwege de directie der Rijnspoorweg
maatschappij wordt bericht:
Nadat het recht van verdediging zijn vrijen
loop heeft gehad, wordt ons omtrent den stations
dienst te Gouda het navolgende nader medege
deeld. Het personeel bestaat uit een stationschef
met twee adsislenten voor den buitendienst, een
klérk mét adsistent voor het administratieve werk,
vijf wissel wachters, eën voorman met drie stations-
arbeidèrs, een portier en twee bestellers, buiten
en behalve het tijdelijk aanwezige treinpersoneel
en het personeel belast met het onderhoud van
den weg. Er zijn 43 wissels, waarvan er bij de
drukste treinbeweging slechts 8 behoeven bediend
te worden, in een tijdsverloop van 15 a 20 minu
ten. Gedurende den thans afgeloopen zomerdienst
kwam de eerste trein te'Gouda aan 's morgens
te 6.55, en vertrok de laatste trein van daar
's avonds te 10.50. Behalve eene dienststaking
gedurende den nacht van alzoo circa acht uren,
gaf deze dienst onderscheiden tusschenruimten tot
verpoozing over dag.' Een wisselwachter te Gouda
geniet in zijn eerste jaar van dienst 8.05, in
zijn tweede jaar f 8.75 "en in zijn derde jaar
f 9.45 's weeks, behalve kleeding, toelage van
40'/4, 433/4 a 47'/4 's weeks te zijnen behoeve
in het Ondersteunings-fonds, en extra-loon in
geval van buitengewone dienstverrichting.
- Door <den Minister van Oorlog is thans
ook bepaald, dat de miliciens, die een jaar bij
het bataljon mineurs en sappeurs in dienst staan,
evenals bij de infanterie-regementen, tot sergeant
milicien kunnen aangesteld worden, indien zij daar
voor de bekwaamheid bezitten.
Bij de nadere overweging in de afdeeling
der Kamer van de begrooting van het Departe
ment van Oorlog voor 1874, en wel zooals deze
door den nieuw opgetreden Minister is gewijzigd,
toonde de overgroote meerderheid zich ernstig
bezwaard om aan de begrooting, althans in den
tegenwoordigen definitieven vorm, haar zegel te
hechten, zoolang niet afdoende waarborgen waren
verkregen, dat eindelijk iets wezenlijks tot her
vorming van ons krijgswezen zal worden gedaan.
Z. M. heeft Th. Jans, te Breda, benoemd
tot kapt. command, bij het corps uit de vereeni-
ging tot bevordering van 's lands weerbaarheid
Godevaart Montens, onder de leusVoor Vaderland
en Oranje; aan Dr. P. Wellenbergh, te Oisterwijk;,
en aan H. G. Ter Haar, med. et art. obst. Dr.
te IJselstein, vergunning verleend tot het aannemen
en dragen van de medaille voor niet strijdenden,
ter herinnering aan den oorlog van 18701871,
hun door Z. M. den Duitschen Keizer, Koning
van Pruisen geschonkenF. Wijgersrna, gepens.
lste luit. der inf., thans mil. wachter op het fort
bij Honswijk, benoemd tot broeder van den Nederl.
Leeuw; vergunning verleend aan J. C. Van
Schermbeek Jr., hoofdcommissaris van politie in
Den Haag en commissaris van Rijkspolitie, tot
het aannemen en dragen van de versierselen van
ridder der Pruisische orde van de Kroon 3de kl,
en aan A. F. Beukman, commissaris van politie