LEIDSCH DAGBLAD. 4120. Donderdag A0. 1873. 17 Juli. Iets middeleeuwsch. 1 PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden1. per postn 1.40. Wonderlijke Nommcrsn 0.02. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven, PRIJS DER ADVERTEN1TEN Van 16 regelsf 1.05. Iedere regel meern 0.174. Groeitere letters naar plaatsruimte. Tot de heilzame vruchten der beschaving be hoort zeker in de eerste plaats de afschaffing der slavernij, die heden ten dage uit de koloniën der beschaafde rijken van Europa is of wordt geban nen en zelfs in de buiten Europa' gelegen staten, vooral door Engeland, zooveel mogelijk geweerd wordt. En toch, de bewoners van datzelfde Britsche rijk zien, in hun ijver om hunne natuurgenooten «le zoo onschatbare vrijheid te verzekeren, maar al te zeer voorbij dat zij zeiven gebukt gaan onder een slavernij, waaraan niemand zich nog ooit ge heel heeft kunnen onttrekken de slavernij der gewoonte. De laatste dagen hebben er een sterk sprekend voorbeeld van geleverd. Volgens de dagbladberich- ten toch is het alleen aan de tusschenkomst der politie te danken geweest, dat honderden, ja wel licht duizenden Britten zich niet hebben verlustigd in de aanschouwing van een internationaal hanen gevecht, dat te Weaverham zou worden gehouden, bij welke gelegenheid 34 levende hanen in beslag werden genomen. 't Is een onoplosbaar raadsel, hel menschelijk gemoed. Men trekt te velde tegen alles wat naar wreedheid zweemt en een bewijs levert van ruw heid van zeden, men wordt lid van een maat schappij tot bescherming van dieren en houdt hanengevechten en bokspartijen. Juist aan ■de overzijde van het Kanaal wij geven het toe vindt men bij voorkeur dergelijke eigen aardige afwijkingen, waarom men niet ten on rechte den Engelschman het woord excentriciteit naar het hoofd werpt, maar in dit geval schijnt er veeleer te moeten worden gedacht aan het volgen eener oude gewoonte. De hanengevechten toch zijn een misbruik van zeer ouden datum en waren ook bij ons eenmaal in zwang evenals in Italië, ja somtijds hoort men er bij ons te lande nog wel eens van gewagen als het gedeelte van het programma der volksver maken van een of andere afgelegen plattelands gemeente, evenals een enkel nieuwsblad ons er soms aan herinnert dat barbaarschheden zooals katknuppelen en dergelijke zoogenaamde uitspan ningen ook heden ten dage nog niet ten eenenmale tot de onmogelijkheden behoqren, evenmin als tooverheksen en geestenbezweerders voor sommige eenvoudige lieden hebben opgehouden te bestaan, waarvan nu en dan een rechterlijke vervolging nog weleens het bewijs levert. Reeds de Grieken en Romeinen hadden hunne hanengevechten. Daartoe werden die dieren op bijzondere wijze afgericht en, in tegenstelling met de. leeuwen- en tijgergevechten, waarvoor men de aanstaande kampvechters uithongerde om ze met des te meer verwoedheid op hun tegenpartij te doen aanvallen, werden de hanen goed gevoed, ten einde ze des te sterker te maken en door over vloed van bloed de hun van nature eigene drift en strijdlust te verhoogen. Daarmede nog niet tevreden, liet men ze knoflook eten, daar men immers de mensch is vernuftig ook in het wreede, had opgemerkt dat dit hun woede deed toenemen zoodia zij onder het bereik van eikaars adem waren gekomen. Bovendien bevestigden de Grieken aan de pooten van den haan-kampvechter nog daartoe vervaardigde sporen, ongetwijfeld van me taal, ten einde de slagen van het woedende dier 4es te beter te doen treffen. Wanneer men nu in aanmerking neemt dat de strijd van twee hanen in den gewonen natuur staat dikwijls reeds eindigt met den dood of de verminking van een der beide partijen, zal men licht begrijpen hoe verwoed de hanengevechten worden met daartoe afgerichte en toegeruste die ren, en wij vragen of zulk een schouwspel thuis hoort in een beschaafde maatschappij. Ook de eerste christenpredikers zagen er al het ongeoorloofde van in en trokken er tegen te velde, maar konden niet beletten dat zij in de middeleeuwen allerwege in zwang bleven. Wel hadden wij dus hel recht ze het uitvloeisel van een oude gewoonte te noemen, waarvan de oor sprong waarschijnlijk in het Oosten moet worden gezocht, althans in China en Perziëzyn zeinheemsch, en ook de Maleier in onze Oost-Indische bezit tingen weet mee te spreken van het genot dat een hanengevecht oplevert voor hem, die barbaarsch genoeg is er zich in te verlustigen. De beschaafde Nederlander op Java zal dat moeielijk kunnen te gengaan, zoolang hij zelf nog gehoor geeft aan de uitnoodiging van een aanzienlijk landheer of rijkgewoekerd Chinees om, en dat nog wel met dames, een tijgergevecht op zijn landgoed te ko men bijwonen, of deelneemt aan het afmaken van een troep door gebrek aan voedsel verdwaalde en door de inlanders ingesloten buffels, wat men dan nog wel „jacht" gelieft te noemen. Zij, die steeds den mond vol hebben van lof over den ouden tijd, vergeten het maar al te dikwijls, dat vele van de thans nog heerschende misbruiken het uitvloeisel zijn van in dien tijd gevolgde gewoonten. Die tegen te gaan is de roeping van elk, die ware beschaving op prijs stelt en wars is van alle barbaarschheid, die zich onder ver schillende vormen nog zoo menigvuldig voordoet, met hoeveel snelheid wij dagelijks ook vooruitgaan op uen weg van het schoone en goede, dat wij wel niet geheel en al kunnen bereiken, maar toch zooveel mogelijk moeten trachten te naderen. LEIDER 16 Juli. Bij de gisteren gehouden verkiezing voor leden van den Gemeenteraad zijn ingekomen voor de vacature, ontstaan door het tusschentijds bedan ken van den heer Prof. J. G. G. Evers, 612 stem biljetten, waarvan 20 van onwaarde, zoodat de volstrekte meerderheid was 297. De heer H. G. Juta verkreeg 188 en de heer H. A. Schmier 123 stemmen, zoodat tusschen beide heeren eene herstemming moet plaats hebben. De heer Mr. L. D. Suringar had 121 en de heer Mr. F. Canter Alta 103 stemmen. Voor de vervulling der vacaturen, ontstaan dooi de periodieke aftreding van 8 leden, zijn uitge bracht 603 geldige stemmen; alzoo was 302 stemmen de volstrekte meerderheid. Herkozen de heeren Mr. C. Cock met 559, Mr. R. Th. Bijleveld met 540, P. L. C. Driessen met 535, J. 1. van Wensen met 535, H. P. C. Stoffels met 502, Mr. J. T. Buys met 456, B. F. Krantz, met 417 en H. N. Veefkind met 331 stemmen. Verder werden uitgebracht op de heeren H. A. Schmier 133, Mr. F. Canter Alta 128, N. J. Sanders 23, H. C. Juta 21, Mr. L. D. Suringar 18, M. S. Reyst 17, Mr. C. W. J. J. Pape 15 en H. L. A. van Campen 13 stemmen. Voor de verkiezing van.twee Raadsleden in de gemeente Leiderdorp zijn van de 127 kiezers op gekomen 7J. Herkozen werden de heeren H. Roest met 64 en G. Van Geer met 54 stemmen. Verder verkregen de heeren J. L. Hoos 11 er» J. J. Koning 7 stemmen. Eén briefje werd van onwaarde verklaard. Vrijdag jl. had te Delft, na afloop der re petitie voor het muziekfeest, eene geïmproviseerde uitvoering plaats in de Waalsche kerk. Op bij zonder verlangen van mevrouw Valentine Degive Le Delier voerde de heer J. A. Klerk eenige orgel-compositiën van Handel en Bach uit, terwijl de heer A. J. Wetrens, muziekdirecteur te Lei den, een largo van Bach voor viool met bege leiding van orgel voordroeg, en mevrouw Degive Le Delier, als bewijs van erkentelijkheid aan de heeren Wetrens en Klerk, de door haar gezon gen alt-aria, Valer des Alls, uit het oratorium Judas Maccabaustot besluit ten beste gaf. Hoe wel slechts weinige oogenblikken te voren deze uitvoering was bekend geworden, hebben nog velen haar bijgewoond. Onder de inzendingen op de Ween er wereld tentoonstelling trekt algemeen de aandacht de hoogst smaakvolle uitstalling van toiletzeepen van de heeren Sanders en C°. alhier. Die zeepen worden bovendien èn om qualiteit èn om verscheidenheid der soorten zeer gewaardeerd. Hedenmiddag te halfvier had een meisje, dat op de Botermarkt speelde, het ongeluk in het water te geraken. De knecht van den heer B. Belt dit ziende, aarzelde niet, ofschoon hij niet zwemmen kon, de drenkelinge na te sprin gen en had het geluk haar te redden. De generaal Van Swieten heeft hedenoch tend met den trein van 8 uren Den Haag ver laten, ten einde zich naar Oost-Indië te begeven om aldaar het opperbevelhebberschap over de expeditie naar Atchin te aanvaarden. Onder hen, die zich aan het station bevonden, merkte men op eenige leden van den Raad van State, nl. de heeren Bachiene, baron Van Höevell, generaal Van Muiken, Heemskerk BzHH. Exc. de Ministers van Oorlog, Buitenl. Zaken, Justitie en Koloniën, sommige oud-ministers, de heeren Viruly Ver- brugge en Van Rees, den generaal De Stuers, majoor Voet, den gepensioneerden schout-bij-nacht Jhr. De Gasembroot, onderscheidene hoofd- en verdere ambtenaren bij het Ministerie van Kolo niën en officieren van het Indisch leger, alsmede den generaal-majoor J. C. J. Smits, commandant van het koloniaal militair invaliedenhuis op Bron beek, die opzettelijk naar de residentie was ge komen om zijn krijgsmakker, een hartelijk vaarwel toe te roepen. Even voor het vertrek van den trein bood eene der dochters van den heer Fransen van de Putten, den heer Van Swieten een frisschen bloem ruiker aan, dien de generaal onder de grootste blijken van erkentelijkheid en aandoening uit de handen der jonge dame overnam. Toen de trein zich in beweging stelde ontblootten de aanwezigen het hoofd en werd nog een laatste groete den vertrek kende toegewuifd en door hem beantwoord. De heer Fransen van der Putte, Minister van Koloniën, en de Commissaris des Konings in deze provincie, heb ben den generaal naar Rotterdam uitgeleide ge daan. Aan het station van den Hollandschen spoor weg aldaar werd de generaal opgewacht door den heer Joost van Vollenhoven, Burgemeester van Rotterdam, door den commandant der schutterij, den commandant van de mariniers, den comman dant der weerbaarheid, enz. Naar de stoomboot van den Staatsspoorweg vergezeld, werd de gene raal aldaar begroet door de officieren van de schutterijook de slafmuziek van de schutterij was er aanwezig. De gezamenlijke autoriteiten hebben den generaal uitgeleide gedaan lot aan gene zijde der rivier, vanwaar de generaal te ruim 9 uren de reis per spoor heeft voortgezet. Aangaande het stoomschip Prins Hendrik is bij de stoomvaartmaatschappij Nederland het volgend telegram, dato Aden 10 Juli, van kapi tein Oorl ontvangen: „Onmogelijk om hier een bodemstuk te gieten, zal een nieuw smeden

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1873 | | pagina 1