raadscommissie ad hoc de door haar ontworpen voorwaarden voor de verpachting van de restau ratie ingediend, welke in handen gesteld zijn der commissie van bijstand in het beheer dier in richting, om consideratie en advies. Het contract bevat o. a. de volgende bepalingenTot de te verpachten restauratie behooren het geheele sousterrain van het Hoofdgebouw; de geheele daarop volgende rez-de-chaussée; het geheele ter ras, voor zoover dat zich voor het gebouw aan den zeekant uitstrekt de groote eetzaal en neven zalen met al de keukens en offices; de ijskelder. De pachter bekostigt de verlichting. De stad be houdt aan zich de exploitatie van de Curzaal; bals, concerten, vertooningen en leeszaal worden van stadswege geregeld en bekostigd, die daarvoor de entreegelden bepaalt en ontvangt, en verschaft voor haar rekening gedurende het badseizoen 's wekelijks drie uitvoeringen op het terras. Ook neemt de stad voor haar rekening drie vuurwerk avonden in ieder badseizoen. De verpachting ge schiedt voor den tijd van 10 achtereenvolgende jaren, aanvang nemende op 1 Januari 1874 en eindigende op 31 December 1883. Overeenkomstig de conclusie van het Openb. Min. heeft gisteren de Iiooge Raad (burg. Kamer) uitspraak gedaan in de zaken van 1° de Twent- sche bankvereeniging B. W. van Blijdestein en C0., gevestigd te Amsterdamen 2° E. Posno, tegen den Staat der Nederlanden. In deze zaken betrof het eene vordering tot schadevergoeding wegens het verloren gaan van brieven met kost baarheden en geldswaarden. De Hooge Raad heeft bij zijn arrest den gedaagde, den Staat, akte ver leend van zijn gedaan aanbod, om aan de eiscliers te betalen eene som van f 25, geoordeeld dat hij met de voldoening daarvan kan volstaan, en voorts den eiscliers hunne verdere vordering ontzegd en hen veroordeeld in de kosten. De Staats-courant behelst het proces-verbaal der uitwisseling van de akten van bekrachtiging op het tractaat, tusschen Nederland en België geslo ten den 13den Januari 1873, uitgewisseld te Brus sel 18 Juni jl. De Staatscourant behelst een decreet van de Spaansche Regeering, om de uitbreiding van den smokkelhandel te keer te gaan, waarvan art. 1 luidt: De kapitein van elk schip, met goederen of met ballast aan boord, komende uit den vreemde, onverschillig of de lading bestemd is voor door voer, entrepot, om overgeladen te worden of voor oogenblikkelijk verbruik, zal voorzien moeten zijn van eene verklaring (manifest), geviseerd door den Spaanschen consul ter plaatse van herkomst, of, zoo zich aldaar geen Spaansche consul be vindt, door de plaatselijke autoriteiten. Schepen, komende uit Spaansche vrijhavens of uit de Spaansche overzeesche bezittingen, zullen een ma nifest moeten hebben, geviseerd door den inter ventor van het register of der douanes. Dit mani fest zal de geheele lading zonder eenige uilzon dering moeten vermelden, en voor elke reis zal slechts éen manifest kunnen geviseerd worden. Het besluit treedt in werking op 5 Juli voor schepen komende uit Europa, Azië, Afrika aan de Middellandsche Zee, Afrika aan den Atlantischen Oceaan tot aan Kaap Mogador en de Kanarische eilandenop 5 September voor schepen komende van Cuba, Puerto Rico en de Amerikaansche ha vens aan den Atlantischen Oceaan van Groenland tot en met de Golf van Mexico; op 5 October voor schepen van overal elders komende. Met ingang van den lsten Juli aanstaande, worden de tariefprijzen voor het verkeer met Noord- Arnerika, Cuba enz. eenigszins gewijzigd. De sein- kosten van een enkelvoudig telegram zullen na dien dag, van alle Nederlandsche kantoren, be dragen bijv. naar New-Yoik en Boston f 27,40, naar Baltimore, Philadelphia en Washington 28.95 naar Chicago f 32.10, naar San Francisco f 35.20. Met ingang van den 22sten dezer, en voorts zoo lang het badseizoen duurt, zal het telegraaf kantoor te Scheveningen ook des Zondags open zijn van des morgens 7 tot des avonds 9 uren. Z. M. heeft aan den heer J. F. R. S. Van den Bossche, gepens. lid in den Raad van Ned. Indië, te Duizel, verlof verleend tot het aannemen der decoratie van ridder van de 3de kl. der Prui sische orde van de Kroon, met het Roode Kruis, hem door Z. M. den Duitschen Keizer, Koning van Pruisen, geschonken. Z. M. heeft benoemd tot ridder der orde van den Nederlandschen Leeuw In Ned. Indiëden resid. van Kedirie C. Bossclier; den hoofdinspec teur der cultures J. P. Zoetelief; den hoofdinge nieur, chef van den geographischen dienst, Dr. J. A. C. Oudemans; den heer J. A. Krajenbrink, vroeger ingenieur van den waterstaat daar te lande, thans landhuurder in de residentie Kra- wang en lid der Kamer van Koophandel en Nij verheid te Batavia; en den heer S. Van Hul- stijn, super-intendant der Ned.-Indische Stoom vaartmaatschappij. In Suriname den administra teur van financiën in die kolonie J. A. T. Co- hen Stuart; terwijl tot ridder derzelfde orde, bij het leger in Nederlandsch Indië zijn benoemd de onder-intendant der 1ste kl. (majoor) F. J. D. Noordhoek Hegt; de luit.-kolonel der art. C. H. A. Raedt van Oldenbarneveld, thans met verlof hier te lande, en de luit.-kolonel der inf. K. F. Schultze. GEMENGD NIEUWS. Uit 's-Hertogenbosch meldt men van 18 dezer: Reeds gedurende een paar weken open baart zich te Gemert onder de wevers een geest van verzet tegen de fabrikanten in linnen en ka toenen goederen (de zoogenaamde bontjes.) Zij vragen eerstens een cent loon meer per oude el en willen ten andere niet langer verplicht zijn hunne winkelwaar in winkels te halen, door den fabrikant aangewezen of zelfs gehouden. In het begin bestond het verzet bijna alleen in morren en drinken, maar de kapitein der maréchaus- sées oordeelde het toch reeds noodig op Zon- en feestdagen de brigade te versterken. Zondag 15 dezer werden echter bij zes fabrikanten in bontjes eenig glasruiten ingeworpen, maar den 16 ontstond eene samenscholing van minstens 200 wevers. Een der belhamels, die de werklieden tot dadelijkheden trachtte bewegen en luide riep„vooruit, vooruit werd gearresteerd, waarna de kapitein der maré- chaussées uit Eindhoven de troep deed uiteendrijven. Later werden nog eenigen gearresteerd. Gisteren werkte geen enkel wever; eenigen werkten niet, uit onwil, de anderen uit vrees, dat de eersten hun werk zouden komen vernielen. Gemert telt ruim 400 wevers en 9 fabrikanten in bontjes. Uit Bloemendaal wordtgemeld: Men is hier in 't algemeen en op de buitenplaatsen in 't bij zondér verontrust door de verschijning van iemand, die uit de gevangenis te Hoorn is ontslagen, of volgens sommigen ontvlucht. Deze man moet te Heemstede, Overveen, en Bloemendaal, door ernstige bedreigingen, overal vrees aanjagen, zoodat 's nachts patrouilles rondgaan en overdag stille wachters, om hem in handen te krijgen. Hij ging vroeger met een hondekar, waarin potten en pannen, rond en moet heeten Jacob Hoogeveen. De hoofdcommissaris van politie in den Haag verzoekt in het Politieblad, te worden bekend gemaakt met de verblijfplaats van F. A. Horrmann, oud 55 a 56 jaren, gepensioneerd kapitein van het O.-I. leger, krachtig gebouwd; draagt een knevel, een gouden lorgnet en stevigen wandelstokis net gekleed, veelal lichtkleurig en met het eereteeken van langdurigen officiersdienst in het knoopsgat. Deze persoon, ook te Amsterdam gewoond hebbende, houdt gedurende de laatste jaren nu en dan in den Haag verblijf, vanwaar hij onlangs weder spoorloos verdwenen is, toen aldaar opnieuw geruchten en klachten ontstonden van pogingen door hem ondernomen tot aanslagen tegen de eerbaarheid, ter zake waarvan hij in Duitschland tweemalen tot gevangenisstraf is ver oordeeld. Dezer dagen werd uit Rouaan aan Fi garo geschreven, dat aldaar een onbekende dame, men meende eene Engelsche, met een knaapje, in het hotel Victoria was afgestapt. Zij was den volgenden dag uitgegaan, doch niet teruggekeerd, en men had later in een kast, op de door haar bewoonde kamer, het lijk van het kind, naar men vermoedde door vergif gestorven, gevonden. Onder dagteekening van den 12den dezer is thans uit Rouaan aan hetzelfde blad te dezer zake bericht, dat de naam der dame is Maria Anderson, en dat een Engelsch reiziger heeft verklaard den dag vóór dien, waarop bedoelde dame te Rouaan is aangekomen, met haar den overtocht van New- haven naar Dieppe en vervolgens de reis van daar naar Rouaan te hebben afgelegd, en dat hij haar vervolgens weder had ontmoet, vergezeld van den kleinen jongen, die zoo kort daarop haar slacht offer werd. Omtrent den brand in het schip Eliza and Alice deelt men nog de volgende bijzon derheden mede. Te ruim 10 uren rook de lste stuur man, die in zijn kooi lag, brandlucht. Haastig stond hij op, verbrak de zegels van het propdek, waarna hij een luik van het tusschendek opende. Pmok en vlammen vlogen hem hier te gemoet en plotseling zag hij zich den terugweg afgesneden. Hij spoedde zich nu naar een ander luik van het propdek, doch kon het niet openkrijgen. Gelukkig werden zijne angstkreten gehoord en aan den tweeden stuurman gelukte het hem te redden, hoewel reeds met ver schillende brandwonden bedekt. De kapitein kwam te halfelf aan boord en was reeds toen niet meer in staat iets van zijne papieren of bezitingen te redden. Hij stond met den stuurman op het groote luik. toen dit plotseling in de lucht vloog en de beide mannen kwamen in het dok terecht,.waaruit zij echter spoedig met een bootje werden gered. Toen men tegen '12 uren zag, dat het schip niet meer te redden was, hakte men er gaten in, ten einde het te doen zinken, doch de diepte was onvoldoende, het verschil bedroeg slechts F1 /2 voet, zoodat het bovengedeelte bleef branden. Toch is een gedeelte der lading, die onder water kwam, behou den gebleven. Het schip was slechts gedeeltelijk, van de lading en de goederen van den kapitein was niets verzekerd. De stuurman ligt tengevolge der bekomen brandwonden in het gasthuis. BUITENLAND. Groot-Britannië. In het Huis der gemeenten heeft de heer En- lield medegedeeld, dat de Regeering vernomec heeft, dat Italië, Oostenrijk en Duitschland eenr overeenkomst hebben gesloten tot afschaffing de visitatie van bagage aan de grenzen. De strei king dezer conventie kent hij echter niet officieel Italië. De Kamer der Afgevaardigden heeft het wets ontwerp wegens aanleg van zeven nieuwe spoor lijnen in Venetië, ter lengte van 450 kilometer, aangenomen. Spanje. Uit Madrid wordt gemeld, dat de Carlislen door Junguosa in de provincie Lerida zijn verslagen, en 33 dooden achterlieten. Er is eene commissie geconstitueerd, die belast is om binnen drie maanden een ontwerp aan de hand te doen tot reorganisatie van 't j leger. Volgens geruchten zou er eene ministerieele crisis ophanden zijn. De republikeinsche clubs van Barcelona hebben de afgevaardigden van Catalonië uitgenoodigd, om de Cortes, welke zij machteloos verklaren om een bondsrepubliek tot stand te brengen, te verlaten en zelf een Catalaanschen staat te grondvesten. Onder het opschriftMoord te Endarlaza. Onderzoekleest men in den Impartial Bayonne Het blijkt uit een onderzoek, door de Spaan sche autoriteiten te Irun en San Sebastian ge houden, dat de Garlisten, onmiddellijk nadat ze",- de zesendertig beambten in het tolhuis hadden geblokkeerd, besloten hadden ze allen van kantte maken. Tot tweemalen werd een parlementaire vlag van het tolkantoor geheschen. Een Franschman.i werkzaam bij de mijnen, maakte de Garlisten er' opmerkzaam op. Doch deze antwoordden „Wij'Ja hebben de vlag gezien, maar wij hebben last gekregen ze allen te dooden." Van de acht perso nen, die ontsnapten, werd er een door een geweer kogel gedoodtwee vonden in de rivier dec dood, omdat de bandieten vuur gaven op dej|J Franschen, die hen zochten te redden; de vy'FH overigen kwamen in Frankrijk en werden on-l der escorte naar de citadel van Bayonne I bracht. De andere 28 gaven zich over en legdeoM hunne wapens neer. Óp bevel van den pastoor Santa Cruz werden zij op 200 meter afstand* van de brug gebracht. Dóar ontdeed i hen van hunne uniformenvervolgens plaats men hen bij hoopjes naast elkaar, en daarop

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1873 | | pagina 2