FEUILLETON. HET SCHIJNGELUK. N°. 4045. Vrijdag A0. 1873. 18 April. ft. LE1DSCH DAGBLAD PRIJS DEZER COURANT. Voor Leiden per 8 maanden. Franco per po»t A/xonderlyke Nommert ƒ3.00. ,8.85. „0.05. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVKRXENTIK.N. Voor iedtren ragvlƒ0.16. Grootero lotton noar de plaataroimto die ry beolotn. LEIDEN, 17 April. Heden werd hier bijna algemeen gevlagd, ten iijke van instemming met de oprichting van een todbeeid voor van fier Werf. Wij koeslereD dus een goede verwachting, wat opbrengst der heden voor dat doel gehoodeo illecte betrelt. Ondanks hetgeen wij in ons nummer van eer- (itereu zeiden, blijft het Haagsche Dagblad ons jslag van de vergadering der lalgetneene con- rvatieve kiesvereeniging, afkomstig van een pion" noemen. 't Is een ongerijmdheid. Wanneer onze welwjl ode berichtgever niet lid ware van de kiesver- oiging, zou de beschuldiging van spionage schijn tn waarheid kunnen hebben. Thans, nu hij echts mededeelt wat in zijn eigen kring ge- iiiedde, kan hij hoogstens een ondienst hebben wezen aan het Haagsche Dagblad, dat op de ver- gering faire is genomen. Wij willen echter het stelsel van het Haagsche lad niet volgen en ons tot vage algemeenheden palen. Daar het ons slechts te doen is om de [aarheid en wij het volste vertrouwen stellen in Omen berichtgever, hebben wij on6 tot hem ge ilt met het dringend verzoek, in het belang der aatheid, ons te vergunnen zijn briefje, dat ten [gé/eide van het veelbesproken verslag diende onderteekend was, in exlento te mogen publiek aken. Wanneer die schrijver den moed heeft opeulijk Jet Haagsche Dagblad te herinneren, wat het trou- ens, beter dan wij, weet, dan kao het conser- tieve orgaan den strijd met den spion-zelven uit- aken. Onder voorzitterschap van den heer inspecteur an het lager ouderwijs in de provincie Zuid- kolland zijn gisteren in het gebouw der lees- y.icbting in den Haag de voorjaarsexaaiens aaD- 'nangen voor ben die verlangen acte te ver- Irijgen tot het geven van lager onderwijs. Er Irerden 10 onderwijzers voor de Fransche taal jeëxamineerd. Onder het examen is een candi dal vertrokken. Afgewezen zijD 7toegelaten 2, heerend. P. Hoffmann en A. J. Verbeek. De examens van 25 hulponderwijzers zijn gis teren aangevangen en worden heden voort— ;ezet. He Naar wij vernemen is er sprake van, om de DvaliedenhuizeD te Bronbeek en te Leiden op heffen eu in plaais van opneming in die ge- achten, de gepensioneerden door booger peo- itieo of gageinent in staat te stellen, zeiven in os onderhoud te voorzien en meer vrijheid te eoieten. De hoofd- en andere officieren bij die stellingen zouden dan, voor zooverre zij daar- ie geschiktheid bezitten, weder in activiteit bij iet leger bier te lande of in Iudië kunnen ge- eld worden. Bronbeek zou alsdan voor een ge- leeskundig of ander museum worden ingericht. m Men zegtdat aan heeren Regenten van het Hofje van Nicolaes vaü Beresteyn, waar drie familiestukken door Frans Hals bewaard wor den, ten behoeve van een kabinet in het buiten land, eene aanzienlijke aanbieding is gedaan voor het meest beroemde en bekende dier drie doeken, dat ook nu reeds iu het studieboek van Prof. Unger is afgebeeld. Men verneemt evenwel, zeker tot grooie vreugde van alle kunstminnaars in Nederland, dat Regenten bet gedane aanbod, hoe vorstelijk ook, van de hand hebben gewezen en niet gezind zijn, van den kunstschat van het gesticht afstand te doen. Dus is, door het besluit van Regenten van het Hofje van Beresteyn, het behoud van een der beste doekeu van Frans Hals voor Nederland verzekerd, en daarmede een voorbeeld gegeven, dat door vele bezitters vud kunstwerken mag worden ter harte genomen. («- Ct.) De Ami du Limbourg meldt, dat de heer Loos, bisschop (der Oud-Roomsche Klerezy) vau Utrecht, twee jeugdige Oud-Ratholieken uit Pruisen, de heeren F. Strucksberg en Gatzetueijer, tot pries ters heeft gewijd. Na eenigen tijd bij den heer Loos te hebbeD doorgebracht, zijn zij thans naar hun land teruggekeerd. De opbrengst van 's Rijks middelen bedraagt in het eerste driemaaodelijkscho tijdvak van dit jaar weder ruim ƒ200,000 meer dan in het vorige jaar en is reeds circa 475,000 boven de ramiqg. Deze gestadige klimming is nog belangrijker te achten omdat het recht van successie, altijd een wisselvallige post, ƒ200,000 beneden de raming en meer dan 400,000 beneden de opbrengst vaD bet vorige jaar bleef. Toevallig is de opbrengst der directe belasting, waarin vervroegde of ver traagde betaling zooveel wijziging kan breDgen, in dit tijdvak gelijk met de raming en de opbrengst van het vorige jaar. Deze kunnen dus buiten de rekening blijven. Dit maaki hel overzicht gemak kelijker, want zij zyu toch nagenoeg stationair. In dit gedeelte van ons belastingstelsel bestaat geen elasticiteit van eenige beteekeuis. Tot de be lastingen, die weder tot de vermeerderde opbrengst hebben bijgedrageu, bebooren de in- en uitgaande rechteu, de accijns op de suiker in groote mate, de accijnzen op bet gedistilleerd en op het geslacht en de registratie-rechten. De opbrengst der poste rijen, der telegrapbie en der loodsgelden bleel nagenoeg stationair. der betaalde stortiDgen na overlijden vóór het be paalde jaar, verhoogd met 4 pCt. voor admini stratiekosten; voorts het tarief „Tijdelijke Verze kering": jaarlijkscbe premiën ter verzekering eener som van ƒ100 bij het overlijden van eeuen persoon, wanneer dit overlijden plaats heeft in een tijdsverloop van 125 jaren, verhoogd met 7 pCt. voor administratiekosten, strekkende laatst genoemd tarief ter vervanging van een reeds vroeger goedgekeurd; en de algemeene voorwaar den bij die tarieven behooreDde. O e*j ra w ;o PO -• P ff Cl p r s p e IC 3T 5 3 P CT 3 p o 5' g s 5 5 CR CR* CD c? O D rt O o p Q- - c cv- D O» D Q ro B 2. c O 3 O' T co c ca. CD CO O <1 ss- <x> Q a o 2. 2- 3' o a -i g s- s- o O a o o o o o co" "O "O g 3 c o *5- f 3 O. 8. CO CD CR 0- a D CR CR to Oi GO O O t— ~-i co "o "co o O V» •fk. J OO CO o O cc UO Oh O O O» 0 pr co h- at Cm CO O «o O c O to b» o co o o a o* Üt o o* w C7» O o I— to O o co 9 -K 2. 1 O 5É w oj-O S- J? f S 8 2 a ®v r* I 2- cn T3 g 8» 03 o S* B s* 2: O co 5» O CJ* O BT 5 r" S 00 00 o 0 SS o o S CO CO O I "to 5 "co M g g SO S O O "-a CO 0 (Jt 05 00 OO O O O co a O OO H-i CJT -O w -a O CD CD to O cc Oh t O G O co "co D_r o j *-> to ^2 O W p> 01 03 s. o o bi o "or rr O O CD O -J Bij Zir. Ms. besluit van 2 April 1873, zijn goed gekeurd dedoorde Levensverzekeringmaatschappij Nederland ontworpen tarieven voor stortingen in eeos en jaarlijkscbe premiën, ter verzekering van een kapitaal van ƒ100, te ontvangen: a. bij de bereiking van een vooraf bepaalden leeftijd of wel bij vroeger overlijden, verhoogd met 5 pCt. voor administratiekostenb. na een vooraf be paald aantal jaren, met verbeurte der betaalde stortiDgen na overlijden vóór het bepaalde jaar, verhoogd met 354 pCt. vour administratiekosten c. na een vooraf bepaald aantal jareD, met teruggave Uit dezen staat blijkt alzoo, dat de Nederland- sche Bank op 15 April bij een muntmateriaal van 111,709,006.13» voor eene som van 86,603,790.01 minder aan bankbiljetten in omloop had dan waar toe zij gerechtigd is, terwijl het muntmateriaal op zijne beurt 34,641,516.00' meer bedraagt, dan in verhouding tot de schuldvorderingen tot dekking noodig zou wezen. Z. M. heeft benoemd tot griffier bij het kan tongerecht te Oldeberkoop Mr. H. Meinesz, advocaat en candidaat-notaris te Amsterdam-, te Raalte Mr. A. T. Miquel, advocaat te Utrecht. Z. M. heeft Mr. D. Roessingh, bij besluit vaD 16 Jan. jU, N». 12, op zijn verzoek, eervol ont slagen als notaris te Grootegast (arr. Groningen), opnienw tot die betrekking benoemd. Z. M. heeft benoemd tot plaatsverv. kantonr. te Heusden W. F. Mensing, ontv. der reg. en dom. aldaar. Z. M. heeft benoemdbij den provincialen staf tot provincialen adjudant in Friesland, den majoor J. H. Wichers van het 5de reg. infanterietot ma joor prov. adjudant in Overijsel, den kapitein F. A. Loggere van het 7de reg. inf. Bij den plaat selijken staf tot plaatselijkcn command, der 2de kt. te Breda den kolonel C. B. Vod der Breggen, command, van het 3de reg. inf.tot inaj. plaatsel. command. 3de kl. te GroniDgen, den kapit. M. A. Raphels, van het 7de reg. inf.Tot kapit. plaatsel. adj. 1ste kl. te VlissiDgen den Isten lnit. F. Sie- meriock, van de divisie Kod. marechaussèe van Noord-Brabant en Zeeland; tot 2den luit. plaat- selijken adj. van de 2de kl. te Venlo den serg. F. A. De la Porte, van het 6de reg. inf. Bij het wapen der infanterie: bij den staf van het wa pen: tot luitenant-kolonel den majoor F. J. Pfeif fer van dien staf, chef van het bureau personeel en militaire zaken bij bet Departement van Oor log. Bij het 1ste reg., tot muj. de kapits. H. J. Herbig van het 6de en A. J. de Koff van het 8ste reg.; tot lsten luit. den 2den luit. P. W. Van de Velde, van het corps. Bij het 2de reg., lot kapit. van de 3de kl. den lsten luit.-adjud. E. P. A. Van Heekeren, van het corps. Bij bet 3de reg., tot command, van het corps den luit.—kol. C. M. H. Pel, van het 6de reg.tot luit.-kol. dén inaj. P. J. De Vassy, van het 1ste reg. Bij het éde reg.: tot lsten luit. den 2den luit. C. Bakker, van bet corps. Bij het 5de reg., tot maj. den kap. J. J. F. Jaussens, van het corps; tot kapit. 3de kl., den lsten luit. E. J. F. Franck, van het Instruc.-Bat. en den lsten luit.-adj. L. van Os, van het 8ste reg.; tot lsten luit. den 2den tuit. M. C. B. De Groot, van bet corps. Bij het 6de reg., tot luit. kol. den maj. P. M. Netscher, van het Iste reg. Bij bet 7de reg., tot kapit. 3de kl. den lsten luit.- adj. H. Vermeulen van bet 1ste reg., en den lsten luit. G. J. P. D. Muller, van het corps. Bij het 8ste reg., tot kapit. 8de kl. den lsten luit.-adj. M. J. W. v. VlierdeD, van bet 1ste reg. Bij het instr.- bat., tot lsten luit. den 2den luit. S. Lantinga, van bet corps. Z. M. heeft C. de Jong, thans ontv. der dir. bel. en ace. te IJselmoDde c. a., benoemd tot ontv. der zelfde middelen te Cbarlois. BINNENLAND. Den Haag, 16 April. Gisteren beeft men ont dekt dat op het kantoor van den heer gemeente ontvanger (afdeeling hoofdelijken omslag) op het raadhuis een kast of lessenaar was verbroken en dqaruit eene som van ƒ220 was gestolen. Den i2den dezer heeft het Rouiuklijk Insti tuut voor de taaL, land- en volkeukunde van Nederlandsch Indië in den Haag eene algemeene vergadering gehouden. Door het Bestuur werd een omstandig verslag geleverd van den staat en de werkzaamheden in het vorig jaar, waaruit bl(jkt dat het Instituut in hoogst gunstigen toestand ver keert. De financiën laten toch toe de uitgave te bezorgen van zeer kostbare werken. Afgescheiden van het door het Instituut uitgegeven tijdschrift, worden in het verslag de volgende afzonderlijke werken vermeld, die thans ter perse zijn: Babad Tanah Djawi, of Jaoaansche Kroniek, bewerkt door den hoogleeraar Meinsma; het reisverhaal des hee ren Von Rosenberg naar Nieuw-Guinea; en een werk van Dr. G- Schlegel, tolk der Chineesche taal te Batavia, getiteld: Uranographie Chinoise. Ter vervanging van de heeren Bacbiene, Du- moulier en floflman, aan wie de beurt van af- {Vervolg.) Voor Raoul een onderwijzer verlangende, die itipt naar zijne aanwijzing moest te werk gaan, tad mijnheer van Saint-Loup van twee of drie jverige, arme leermeesters, van gestrenge zeden 0 zonder familie, die hem waren aanbevolen poor iemand op wien hij kon staat maken, den peer Hubert gekozen. Deze inoest, volgens de be tekening des vaders, voor zijn zoon de onderwij- ter, de mentor en de vriend zijn. Hubert toonde zich reeds eenige maaoden in 11e opzichten bet vertrouwen vaD zijn heer waar- fig; hij voerde letterlijk de vaderlijke voorschrif ten uit, maar hij kon er niet in slageD het kind de eerste plooi te geven, die somtijds over het getieele volgend leven beslist. Dat arme, lijdende schepsel, dat reeds werk geuoeg bad om zijn ongelukkig bestaan voort te ileepen, legde den gouverneur eene hoogst rnoeie- üjke taak op. Niet alleen kon en wilde het kind niet leeren, of zijn geheugen oefenen, of ware bet ook maar eenige minuten per dag zijne sla pende vermogens tot iets verstandigs bepalen, maar zijn karakter, gemelijk geworden door het lichamelijk lijden en de zwakke gezondheid, was weerbarstig; en daar mijnheer Hubert tegelijk den zieke moest verzorgen en den leerling onder wijzen, was hij niets dan de verschoppeling van den kleinen Raoul. De vader schreef intusschen lange brieven aan den onderwijzer van zijn zoon, om naar de vor deringen te ondervragenzijne aanbeveliogen strekten zich zelfs uit tot over de kleinste bijzon derheden en het besteden van ieder uur van den dag hij legde daarbij zulk een volkomen ver trouwen aan den dag en zulk een vaste hoop, dat mijnheer Hubert bem de volle waarheid niet durfde openbaren en zijne illusie uit goedhartig heid gaande hield. Onder de bepalingen die stipt opgevolgd wer den, behoorde, dat mijnbeer Hubert en zijn leer ling samen en geheel op zich zelf zouden wODen in een bepaald vertrek van bet groote kasteel van Saint-Loupzij moesten daar bediend wor- deu en mochten zich niet bemoeien met de luid ruchtigheid, die bij de gravin nu en dan beneden heerschte. De moeder, die wel van haar kind hield, maar wier eigenliefde als vrouw van smaak niet ge doogde met een kind voor den dag te komeD, zoo goed al9 mismaakt en idioot, had er nooit op aangedrongen, dat hij in de receptie-salons zou komen, en zoo werd het vraagstuk van dit afge zonderd bestaan opgelost door eene stilzwijgende overeenkomst der ouders. Hubert zag mevrouw van Saint-Loup geen drie maal in de week hij kwam haar begroeten bij bare aankomst op het kasteel, hij liet haar verlof vragen om afscheid van haar te nemen als zij weer Daar Parijs vertrok, eD wilde zij haar zoon zien, dan kwam altijd de eerste kamenier Raoul halen en bracht bem over een uur naar zijn gou verneur terug. Somtijds ontmoette Hubert haar in het park als hij inet zijn leerling wandelde; dan maakte bij een diepe buiging voor haar, waarop zij hem verwonderd aankeek, alsof zij wilde zeggen „Waar heeft mijn tnan dien beer van daan ge haald en nis zij alleen was of met weinig ge zelschap en bet kind een oogeublik medeuam, verwijderde hij zich bescheiden en ging voort met lezen. Die ontmoetingen waren trouwens zeer schaarscb, want de gravin wandelde bijna nooit aoders dan om de bloemperken en Hubert zocht het achterste gedeelte van het park op en het groote bosch, dat er als 't ware de voortzetting van was. Op de verdieping, door Raoul en zijn gouver neur bewoond, en aan het einde van een lange gang, was nog een vertrek, uit twee kamers be staande, die aan het zuiden op een breed balkon uitkwamen. Daar woonden sedert eenige maanden en jong meisje, krachtig eu gezond, met een eenigszins wankelenden gang, uiaar een leven- digen en schranderen blik, dat slechts zelden in den tuin kwam, en waarvan de andere bewoners van het huis voor den wiüter vau 1869 het be- staan nooit hadden vermoed. Dit jonge meisje, door de dienstboden eenvou dig juffrouw Sophronie genoemd, had tot gezellin eene geestelijke zuster met een knorrig uitzicht, die met baar aan den maaltijd deelnam en in een klein ijzeren ledikant in een aangrenzend kamertje sliep. Deze twee personen, vaD wier aankomst nie mand dan de intendant was verwittigd, waren eenige weken na de terugkomst der gravin te Parijs en kort voor het kerstfeest van 1869 aan het kasteel afgestapt. De non had een door den graaf van Saint-Loup geteekenden brief getoond, Daar aanleiding waarvan inen voor de jonge juffrouw en de non hare kamer in orde bracht. Wordt vervolgd

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1873 | | pagina 1