FEUILLETON. DS KERSTBOOM. N°. 4033 Woensdag A0. 1873. 2 April. j.EIDMH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT. Voor Leiden per 8 meendenƒ8.00. Frenco per port8-86. Afzonderlijke Nommen0.05. l)eze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DffiR ADVKRTKNTIKN. Voor iediren regel/0.1I. Grootore letten Daar de plaatsruimte dia zij LEIDEN, 1 April. I Voor de verkiezing van een lid voor de Tweede Kamer voor het hoofdkiesdistrict Leiden zijn heden 652 stembriefjes alhier ingeleverd. Ernstige polemiek uiet het Haagsche Dagblad is bijna onmogelijk wij hebben gisteren reeds gezegd boe dat orgaan onze beschouwingen beantwoordt eu dit onineemt ons dan ook gewoonlijk den lust otn verloogen van dal blad te ontzenuwen. Heden echter is het Dagblad fatsoenlijk genoeg om bet van een dwaling terug te brengen. Al dadelijk merken wij op dat het Dagblad weer niet goed gelezen of begrepen heeft; bet bad anders gezien dat wij zeiven niets van de auti-liberalen bij de stembus vroegen of ver wachtten en dat onze verzoenende politiek met bet oog op de toekomst, niet voor éen dag, werd aanbevolen. Wil het Dagblad nu toch absoluut oneerlijke kansberekeningen veronderstellen ons stiekt dit niet tot schande, het Dagblad niet lot eer. Maar wanneer men in onze oprechte woorden geen verkeerde bedoelingen legt, dan zal men geheel andeis lezen. Wij hebben niet gezegd dat wij ons „in de conservatieve beginselen wel vinden" kunnenwij hebben betoogd dat de conserva tieven, in eerlijkheid en wanneer zij niet naar portefeuilles jagen, zich wel met de liberale be ginselen moeien kunnen vinden. Het onderscheid is nog al groot; wij wijken geen streep van ons standpunt, maar biedenden conservatieven de hand, om zich met ons te ver- eenigeu, te meer daar er, in ons oog, slecbts schijnbaar verschil tusschen hen en ons beslaat en hun felle strijd tegen ons dus verkeerd is. Als het Haagsche Dagblad nu eens goed, zonder onze woorden en bedoelmgen te verdraaien, onze vikelen wilde lezen en begrijpen, dan zou het iijü stelsel van verdachtmaking wellicht laten laren. Trouwen», wij begrijpen zeer goed dat het hoofdorgaan der conservatieven niet zeer inge nomen kan zijn met ous voorstel, en wanneer wij dan ook hebben gesproken van uitersteD, die wij liever niet aan onze zijde zich zagen scharen, dan hadden wij wel het eerst het oog op de Dagblad-manneo. Bij de heden gehouden verkooping van Cokes op het Raadhuis alhier, van partijen van 100, 50, 10 en 5 hectoliters, waren de prijzen als volgt ƒ45, f22.50, ƒ4 50 en ƒ2.25. Van Regenten van het Evang. Luth. Weeshuis lïernemen wij met genoegen, dat de belangstel- ng in het Oratorium Bonifacius van den heer Sicolaï zoodanig is, dat zeer zeker de uitvoering zal plaats hebben, en wel waarschijnlijk op den Ibsteu April a.s.; dit is afhankelijk van de bui- ^lienlandsche solisten, die medewerken. Honderd- lillen hebben reeds aanvraag om plaatsen gedaan, kan degenen, die bij bet aanbieden der lijsten mochten zijn overgeslagen, wordt alSDOg de gele genheid tot deelneming en teekening aangeboden bij den heer J. J. Eggers, firma Schreuder en van Baak, Botermarkt, toten met 12 April a. s., a f 1.49 per plaats, na welken tijd de lijsten zullen wor den gesloten, en verder voor zoover er plaatsen zullen beschikbaar zijn, de toegangsprijs op 1.99 wordt gesteld. De dagen tot het bespreken van plaatsen zullen nader in de Leidsche bladen wor den bekend gemaakt. Z. M. heeft benoemd bij de dienstdoende schut terij alhier tot kapt. A la suite A. A. van der Spruyt, thans kapt.-effectief; tot kapt. J.J. Krantz, thans 1ste luit.; tot lsten luit. Mr. H. J. Hama ker, thans 2de luit.; tot 2deu luit. Mr. A. J. de Geus, thans sergeant. De Keizer wijdde een geruimen lijd aan de be zichtiging van het Nederlandsche gedeelte. De ScheveniDger moest bem worden voorgesteld, hetgeen door den heer PolleD, den Nederlanscben commissaris, geschiedde. Onder de menigte inzendingen worden vele uit Nederland vermeld: visschen voor den handelen op spiritus, uit de Noordzee en Madagascar, inge zonden door den heer Pollen uit Scheveningen; broeitoestellen voor zalmeieren, ingezonden door het Genootschap Natura Artis Magistra, harpoenen en andere werktuigen, bij de walvischvangst ge bruikelijk, uit Leiden eu Rotterdam. Gisteravond, omstreeks te 9 uren, ontstond in de Kamp een vrij hevige kloppartij lusschen een zevental infanteristen eu zes huzaren, met wie zij in gezelschap waren en die, reeds eenigszins beschonken, nog een herberg wilden binnengaan, hetgeen de eersten wilden beletten. Een der infanteristen ontving een messteek aan 't voor hoofd, waarop zijn makkers de huzaren, die het op een loopeu zetten, achtemasnelden, ten einde hen aan de inmiddels gewaarschuwde hoofd wacht te doen inrekenen. Een der huzaren, die zijn kameraden op de Mare reeds zag gearresteerd, wilde de patrouille ontvluchten en sprong in de vaart. Doch naar de overzijde gedreven, werd hij er, tegen wil en dank, door een paar burgers uitgehaald en Daar de kazerne gevoerd, waar hem de tijd wel zal worden gegund om zijne natte kleedereu te laten drogeD. Meu schrijft ons uit Katwijk: Ten gevolge van de vele regens in het laatst van het vorige en in het begin van dit jaar ge vallen, staan er in deze gemeente tusschen de duinen nog vele laag gelegen gronden eenige voeten onder water. Kou men voor eenige weken het vreemde schouwspel waarnemen, dat er op dat tot ijs gewordeD water schaatsen gereden werd, gisteren kon men er de voorzeker niet. minder vreemde verioouing zien, dat daarin eenige jongens aan het zwemmen waren. De Weser-Zeilung geeft een overzicht van de vis- scherij-tentoonstelliDg, thans te Berlijn gehouden, Het blad roemt de tentoonstelling zeer, zoowel wat betreft de rangschikking der voorwerpen, en het lokaal, daartoe gebezigd, als om de keur van belangrijke inzendingen. Wat bij liet groote publiek zeker meer dan het overige de aandacht trekt, is de „flinke, eenvoudige, voorkomende Scheveningscbe visscher in zijn eigenaardige klee derdracht, die het toezicht heeft op eeu gedeelte der voorwerpen, uit Nederland ter tentoonstelling ingezonden. Hij is de eenige in zijn soori, want men treft wel zeer nette bustes van Sleeswijker visschers ter tentoonstelling aaD, maar geen ware visschers zouals de Scbeveningei Wij vernemen dat Jhr. A. H. des Tombe, kolonel van het 1ste regiment huzaren, zijn eervol ontslag heeft aangevraagd. (Vod.) Naar men verneemt, aal de hoogleeraar J. J. van Oosterzee van Utrecht de openingsrede uit spreken bij het noordelijk zeodiogsfeest, dat dezen zomer te Oranjewoud zal worden gehouden. Men schrijft aan de N. B. Ct. d.d. 3U Maart: Te Moerdijk heeft de loop der zaken onver wacht eene wending genomeo. Hedennamiddag zou Ds. Bange van Hoog-Zwaluwe de predikbeurt waarnemen. Toen hij daar kwam, om de beurt als ringpredikant te vervullen, werd hij daarin verhinderd. De geschorste predikant Ds. Koeken had reeds den predikstoel beklom inen. Alzoo was Ds. Bange belet de godsdienstoefening te leiden. Het is thans duidelijk, dat Ds. Koeken met zijn aanhang alles waagt, om de kerk en hare goede ren zich toe te eigenen. Zeer waarschijnlijk is 't ook, dat zulk eene ongehoorde verstoring of ver hindering der godsdienstoefening uiet ongestraft zal blijven. Opmerkelijk is het, dat de heer Koe ken, die in een door den Standaard gepubliceerden brief aan het cl. besiuur anderen „gelddieven" Doeint, in den loop der vorige week door zijn in vloed den secr.-kerkvoogd dwong, zijn fondsen aan zijn „vrije gemeeDte" over te geven,en evenzeer dat zijne Eerw. uiet zijn diakenen weigert, èn archief van den Kerkeraad èn diaconiefondsen over te geven aan den consulent en de leden van het cl. be- sinur van Breda, die daar thans doen, wat des Kerkeraads is. Aan het dezer dagen verschenen openbaar jaarverslag o\er 187172 van de inrichting voor spraakgebrekkigeD (ook doofstomme en achter lijke kinderen), onder leiding van den heer F. ïntes Kingma, ontleenen wij: Gedurende het jaar 187172 werden 50 pa tiënten behandeld. Daaronder waren 28 manne lijke en 22 vrouwelijke; waaronder 14 in de inrichting woonden. Gedurende dat tijdperk heb ben 14 herstellingen plaats gehad, waarvan eenige openlijk zijn vermeld. Beschermheeren der in richting, die tevens door de ouders kunnen wor den geconsulteerd, zijn: Prof. Dr. C. B. Tilanus, te Amsterdam; Prof. Dr. L. U. van Goudoever, te Utrecht; Prof. Dr. J. P: T. van der Lilh, te Utrecht; Di. K. Klees Rzn., Dr. N. Meursinge, Dr. C. L. Wurfbain en Dr. J. J. F. H.T. Merku» Doornik, te Amsterdam; de drie laatstgenoemden zijn tevens geneesheeren der inrichting. Z. M. heeft S. van 't Haaff, op zijn verzoek, eervol ontslagen als burg. der gem. Noordwij- kerhout en aan J. Kwant, te Amsterdam, als blijk van Zr. Ms. goedkeuring en tevredenheid wegens de redding van twee kinderen uit het water aldaar op 15 Maart 1872, toegekend de bronzen medaille, alsmede een loffelijk getuig schrift. Z. M. heeft hij de rustende schutterij benoemd in de provincie Zuid-Holland, 4de bataljon, staf, tot lsten luit.-adj. M. van Kaathoven, vroeger 2de luit. bij de d.d. schutterij te Leidenbij de 2de compagnie, tot 2deu luit. J. M. van Houten. HET LANDBOUWFEEST. Vrijdag-avond was het, zooals reeds met een enkel woord gemeld werd, voor de Hollandsche maatschappij van Landbouw een dubbel feest de maatschappij vierde haar 25jarig bestaan, ter wijl tevens het 26jarig jubilé van Prof. A. H. van der Boon Me6cb als president werd herdacht. Bij het binnentreden der teestzaal werd men aangenaam verrast door de sierlijke drapeeriug, die werkelijk prachtig te noemen en te danken was aan den heer Onstenk, adj.-onderofficier bij het 4de reg. inf., alhier in garnizoen. Voor het orkest prijkte een rijkdom van banieren, vaandels en wimpels, in tropeeën, opgewerkt tot aan het vrij hooge plafond en doorweven met schilden, bloemen, heesters en gewassen; op den voorgrond was een gedeelte van de zaal als tuin ingericht, van waar ous de geureu der welrie- kendste bloemen tegemoet kwamen, terwijl recht over de grootsche tropee liet Nederlaudscb wapen en dal onzer stad prijkien, omgeven door natio nale- eu oraDje-vanen en gedrapeerd met groen en bloemen. Langs de wauden waren frissche guirlandes van groen geslingerd, overvloedig met bloemen en linten versierd, terwijl in eiken slin ger de wapens der verschillende afdeelingen prijkten, welke wandversiering zich weer aan sloot aan de zijstukken van de groote tropee. Het orkest was achter de groote tropee geplaatst en bezet door het maziekcorps van het 4de reg. onder leiding van den kapelmeester A. Grentzius. Te 7 uren precies werd het feest geopend met de welluidende tonen van het volkslied, dat on middellijk werd gevolgd, door een „Feestmarsch" voor deze gelegenheid gecomponeerd door den heer Grentzius. Deze feestmarsch is breed ge schreven en krachtig geïnspireerd. Alvorens tot het geven van verslag over te gaan, verzocht het bestuur den leden het cadeau voor deo geachten voorzitter Prof. A. H. van der Boon Mesch te bezichtigen, bestaande in eene groote zilveren medaille, met toepasselijke op schriften eu hangende aau eeu zilveren eiken- kraus, terwijl tijdens die beschouwing eene con cert-ouverture van Langots in liefelijke tonen door de zaal klonk. Vervolg iDat is niet voor ul" zeide bij, haar de wieg ■'«rukkende. Er lag meer dan toorn, tegelijk «8 verachtelijks in den toon, waarop hij sprak, toodat zij bleek werd, naar hare rood gedrukte 'and zag en sprak Bij hebt mij waarlijk zeer gedaan het schijnt ij haast raadzaam, u met uw slecht humeur leen te laten." Hij wendde zich zwijgend naar de deur, schelde 't Frederik verscheen. „Help gij de dame haren ^stel omdoen," sprak bij tot den bediende. Deze f'ioorzaamdezwijgend, bijna verbluft, liet zij aaukleeden, en de oude nam een kaars om ^r uit te laten. „Het heeft mij genoegen ge- tan u Wel te zien, doctor, verschoon mij, als ik soms in een beter onderhoud gestoord heb." Zij zag hem spottend aan, en sloeg een veel bekenenden blik op deu boom. Hij knikte en 4 mompelde langs bem been gaande: „Beer die gij zijt, kunt gij dan tegen een oude vriendin niet beleefd zijn?" en volgde den bediende. Toen zij weg was, ging hij eerst weer op zijn stoel zitten, stond echter spoedig op, kreeg de op tafel liggende kleine wieg en bracht die aan zijne lippen. „Maria," fluisterde hij, „Maria Toen hij opzag, was de oude teruggekomeu en stond, als wachtte hij op een bevel, in de kamer voor hein. Zijn heer liep verlegen de kamer op eu neer. „Verlangt mijnheer te soupeeren?" vroeg de bediende. „Neen, ik ik zal uitgaan, Frederik. Ik gij kunt mijn valies brengen de sneltrein gaat om elf uren, niet waar?" De grijze bedieode deed moeite om zich goed te houden en sprak zonder erg: „In welke rich ting?" Zijn heer trad op hem toe: „Ik weet het al, 't is goed." Hij zag den oude vriendelijk aan „Ik heb u nog niet bedankt, dat gij het onmo gelijke zoo spoedig mogelijk hebt gemaakt, Frede rik. Waar en hoe zijt gij, zoo laat nog, zoo spoe dig aan dien boom gekomen i" „Het boompje?" De oude keek eenigszins ver legen voor zich, „ik zou het niei gewaagd heb ben zoo'n nietig boompje als mijnbeer het niet bepaald gewild had. Maar ik had het giste* ren gekocht eu er de kaarsjes al aan gedaan, om iniju kleinzoon eeu aardigheid te geven." De jonge man keek bem verschrikt in 't ge laat. „Voor een kind voor het kind van uw dochter was de boom bestemd, Frederik? En gij hebt hem mij gebracht, en de arme jongen heeft geen pret gehad? En dat door mijne schuld! Door mijne dwaasheid 1 Wat kan ik er aan doen? Neem gauw den boom mee, Frederik, en breng hem naar uw kleinzoon 1 Maar wacht, koop hier nog wat lekkers en kaarsjes voor! Het was niet goed van u, Frederik! Gij hndt het mij moe ten zeggen gij hudt u liever moeten laten wegjagen, dan aan het urine kind neen, goed was het, toch goed misschien uw kleinkind zal het volgend kerstfeest wel rijkelijk schadeloos gesteld worden, als ja als Hij keek op zijn horloge en zag daarop den oude strak aan, die zijne hand, weder zooals vroeger, toen hem op een anderen toon gezegd werd, om den boom weg te brengen, doch dit maal bevend van aandoening, om den stam hield. Maar het scheen alsof bet anders moest zijn, want op hetzelfde oogenblik werd er andermaal aangescheld, en de bediende ijlde, als door een plotselinge blijde gedachte overweldigd, om open te doen, kwam echter na eene minuut teleur gesteld terug en reikte zijn heer zonder een woord ie spreken een visitekaarije aan. Deze las den naam eu mompelde: „landraad a. D. Ik ken den ouden heer van naam en bij gerucht, een zonderling, zeggen de menscbeu. Wat voert hem bij dit weer op kerstavond tot mij? Hij is welkom." Eene seconde verliep en de oude heer met zijn grijzen baard, die den vorigen nacht in de coupé der jonge dame in 't zwart had plaats genomen, trad binnen. Hij maakte een deftige buiging en vroeg „Ik hoop dat ik u niet stoor, doctor De aangesprokene sloeg voor den vorm een vluchtigen blik op de pendule en antwoordde: „Ik wilde van daag nog een reisje maken, maar de trein gaat eerst om elf uur, en ik heb dus nog een half uur over, dat tot uw dienst is, mijnheer." Hij gaf den gast een stoel, doch deze zeide, alvorens plaats te nemen: „Om elf uur? Moet gij op reis? En om elf uur? Dat is toevallig, ik moet ook met deozelfden trein. Mag ik vra gen, waarheeD 'Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1873 | | pagina 1