FEUILLETON. Wectel N°. 3991. Woensdag 12 Februari. JAM DE ZWERVER. I {Wordt vorvtlgd.), xV ItJl V» H°ogitj LEIGSfH DAGBLAD dkzbr courant. Voor Leiden per 3 mmanden Franco per post Af«mwWiiika J.OO. 3.86- 0.05. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVKHTKNT1 EN. Voor lederen regel/0.15. Grooterc lottere neer de pUetemimte die «ij beeleau. S LEIDEN, 11 Februari. lij de Tweede Kamer der Staten-GeDeraal is ekomen een wetsontwerp tot verandering der ins tussoben de gemeenten Schiedam en Delfs- I ven en "Ide gemeente Charlois, waarbij wordt 1 orgesteld die greDS te veranderen als volgt De tegenwoordige grensscheiding tusschen Schie- un en Dellshaveu en de Nieuwe Maas wordt, dezelfde richting als thans, zuidwaarts door ns trokkeni tot het midden van deD thalweg der \euwe Maas, vaD welk punt de grens tusschen hiedain en Charlois westwaarts dat midden Igl tot waar dit de tegenwoordige grens raakt, t oostwaarts de grens tusschen Dellshaveu en - mrlois tnede langs het uiidden van genoemden *ilweg loopt tot de tegeuwoordige grens tusschen arlois en Rotterdam. [n de memorie van toelichting, tot dit ontwerp toegd, wordt o. a. gezegd, dat iu verband met - voorgenomen doorgravtug van de Ruigplaat de Maas bij üelfsliaven en met de daataan 'bonden afdamming van de Kous, het weosche- 1091 kis, dat die plaat, voor bet zuidelijk gedeelte, het- lk nu tot Charlois behoort, mede tot Delfsha- - i gebracht worde. Bleel de grensscheiding als thans is, dan zou ua de doorgraving de haven ar het grootste deel tot Dellshaveu, doch de )nd dier haven tot Charlois behooren; eeu toe- li nd, waarvan de bezwaren voor ieder duide- k ziju. u Door Gedep. Öiateu vau Zuid-Holland werd - 500 in deD aanvang van 1872 eeue wet ont- - jrpeu tot verandenug der gemeentelijke grens- m q iu de Maas, voor zoover dit voor het doel 12 odig weid geoordeeld. Dit omwerp werd even- al, na overleg vau het Departemeut vau Bin- Iul. ZakeD uiet deu hoofdingenieur van deu water- at iu Zuid-Holland en met het Departement a Financiën, door Gedep. Staten gewijzigd od ofdzakalijk vastgesteld, gelijk hel thans wordt .orgedrageu. Alleen bleek, dat de grens der ge- eente Rotterdam geene verandering behoefde ondergaan, zoodat dan ook het bestuur dezer meenteuiet iu de zaak betrokken werd. Uit de overgelegde rapporten, omtrent het euwe ontwerp ingevolge art. 181 der gemeente- et ingewouneu van de raden en van commis si! uit de ingezetenen der belanghebbende gemeen- n, blijkt, dat slechts twee bedenkingen zijnin- ibracht. De gemeente Charlois verlangt, dat haar schade- irgoediug voor het te verliezen grondgebied ge wen wurde. Behalve dat de schade, in verlies 'in eengeringe som wegens opcenten op de pClondbelastiug gelegen, onbeteekeud zal zijn en en bet oog heelt op de voordeden, die de naar groud later zal kunnen hier te wijzen op de beslissing, Waoor de wetgevende macht herhaaldelijk genomen, iWit in gevallen als hier vau geeneschadevergoe- ing sprake kan ziju. Wat de hedenkiug der gemeente Dellshaven etrelt, die de geheeie plaat, ook het kleine deel, ml ellshaven overgaande [Itllleveren, valt 1.11 hetwelk tot Schiedam zal overgaan, tot haar ge bied wenscht gebracht te hebben, het overgelegd schrijven vau den hoofdingenieur van den water staat in Zuid-Holland van 12 December jl. zal doen zien, dat aan dien wensch geen gevolg be hoort te worden gegeven en het doortrekken van de grenslijn tusschen Schiedam en Delfshaven in dezelfde richting uoodig is, opdat de grens scheiding vaststa. De Minister van Binnenlandsche Zaken heeft den 22slen Januari jl. aan bet Provinciaal be stuur van Zuid-Holland eeue missive gericht, van den volgenden inhoud //Met den inhoud der cir culaires vau het Departement van Binnenland sche Zaken van 11 Januari 1870 N°. 183 (8de Afd.) en 17 Maart 1870 No. 160 (2de Aid.), die ik mij heb laten voorleggen, kau ik mij uiet vereeoigen. Ik verzoek U tus die circulaires, betreffende het vragen vaD 's Konings goedkeuring op be- sluiteD der Slateo, waarbij subsidië'n worden toe gekend, als ingetrokken te beschouwen. Voor stander der autonomie zoowel der Proviuciale Staten, als der Gemeentebesturen, ben ik van oordeel, dat de Regeering zich in de huishouding der Provincie of Oeuieente uiet behoort te men gen, dan wanneer de wet haur dit uitdrukkelijk voorschrijft. Dit laatste nu is hier het geval niet. De bewoording //regelen" in artikel 131 der Pro vinciale Wet, meen ik strikt te moeten opvatten in den ziD van stellen vau regels; zoodat daar mede niet op elk besluit omtrent eeu of anderen bijzonderen post van uitgaaf gedoeld wordt. Sub- 8idiëu of andere bepaalde uilgaven, waartoe de Staten besluiten, behoeven dus geene andere goed keuring, dan die, welke op de begrooting, waarin zij moeten verschijnen, gevraagd wordt. De goedkeuring der begiooting houdt tevens de goedkeuring der daaiiu uitgetrokken suüsidign in. Gisteren heeft in den Haag de uitwisseling plaats gehad der acten van bekrachtiging: 1». op het handels- en scbeepvaart-tractaat, den 18den November 1871 tusschen Nederland en Spauje gesloten, en is daarbij naar aanleiding van art. 7 vaD gezegd tractaat bepaald, dat het zelve in beide rijkeu op den 15den Maart 1873, en in hunne wederzijdsche koloniën en overzee sche bezittingen op 1 Juni 1873 in werking zal treden; en 2°. op de consulaire overeenkomst, iDS' gelijks tusschen de beide rijken den 18den Novem ber 1871 gesloten. Tevens is daarbij uitgewisseld een protocol, betreffende de juiste bedoeliDg der artikelen 3 en 1 van de voorschreven overeen komst. Wij kunnen schier geen woorden vinden, krach tig genoeg oui den kunstavond van gisteren te beschrijven. Zooals men weet werd in onzen schouwburg ten tooueele gevoerd de opera van Mozart: Don Juan, door het Hoogduitsche opera gezelschap van Rotterdam, ouder directie vau den heer Jean Ptlaging. Niet dat >vij dit gezelschap voor bet eerst in dezen winter hoordeu en dus het nieuwe ons onwillekeurig meesleepte; Diet dat wij de mon- teering van den Duitschen regisseur boven die van den FraDschen verkiezeu, maar de uit voering zelve en de eisch der waarheid die gisteravond van honderde lippen vloeide, noopt ons tot de bekenteois dat wij in langen tijd geen opera zoo prachtig uitgevoerd hebben gehoord. Een vorig jaar, meenen wij, gaf de heer Pfla- ging hier ook eens de Don Juan, maar die voor- sielling kon in geen vergelijking komen met deze. In deze uitvoering toch was nu letterlijk alles goed; de koren vooral zongen met eeD zuiver heid en eenheid die aller aandacht wekte en verrukking teweeg bracht. Het orkest, dat zwaar bezet was, muntte uit door zuiverheid en kracht; iedere noot werd met zekerheid weergegeven en klonk als glas; reeds dadelijk na het eindigeD der ouverture gaf dan ook het zoo talrijk opgekomen publiek zijne ou- dubbelzinnige goedkeuring duidelijk te kenuen. En nu de artisteu; wie zullen wij bet eerst noemen oui haar of hem onzen welverdienden lof toe te kennen? Wij weten het niet, want allen waren even goed op hunne plaats. De drie dames frl. Gayer, als Donna Anna, frl. Löscher, als Donna Elvire en frl. Scbmidtler, als Zerine, verwierven elk een prachtig bouquet, waarvan twee afkomstig waren van het bestuur van den schouwburg eu de andere van heeren studenteD. De heer Riibsam, als Don Juan, genoot bij her haling de eer van teruggeroepen te wordeD, zoodat hij het aria: «Treib der Champagne" u. s. w. zelfs nog eens ten gehoore moest brengen. De heer Weiss, als Leporello, was mede uit stekend en verdient ten volle den naam van een goed komiek te zijnhet gemakkelijke en losse in ziju spel is onverbeterlijk. Geen wonder dus, dat, in weerwil van de massa toeschouwers die aanwezig was, alles doodstil was en men geen adem hoorde, wan neer er gezongen werd; maar na elke schoone scène waaraan Don Juan zoo rijk iswas het applaudissement daverend en aanhoudend. Zeker is het dus dat allen een genotvollen avond heb ben gesmaakt; een avond dien wij misschien, tot onzen spijt, dezen winter Diet weer te genieten zullen krijgen. Wat baat het dus of wij al zeg gen tot wederzien? De algemeene tentoonstelling der Hollandsche Maatschappij van Landbouw zal in de laatste week der maand September a. s. in het Paleis yoor Volksvlijt te Amsterdam wordeD gehoudeo. Het programma, dat binnen kort ter perse gaat, bevat eeu aanzienlijk bedrag aan uitlovingeD. Dat programma wordt aan al de leden der Maat schappij rondgezonden, terwijl het buitendien nog verkrijgbaar zal zijn bij deD Secretaris-Penning meester der maatschappij, den heer P. F. L. Waldeck te Loosduinen. Volgens een bij het Departement van Marine ontvangen telegram is Zr. Ms. schroefstoomschip Citadel van Antwerpen, onder bevel van deu kapi- leiu-luiteuant-ter-zee J. W. Binkes, den 7den dezer Ie Batavia aangekomen. Add boord was alles wel. Blijkens eene mededeeling van de Britscbe postadministratie heeft de pakketboot den 2den Februari jl. van Ustende naar Dover vertrokken, vertraging ondervonden, iD dier voege dat de Nederlandscbe depêches voor Paramaribo en Cu- rafao met tijdig genoeg te Londen zijn aange komen om met de West-Indiscbe post, die den 8den Februari jl. uit Londen is vertrokken, te worden verzonden. De Minister van Financiën maakt bekend dat Dij hem ontvangen is eene som van f 2.50, door een onbekeDde, onder bet postmerk Berchem van dezer, tot voldoening van te min betaald suc cessierecht ingezonden. De keurige reproductie der schilderij van ChaplinDream on Sweet Babe, door zoovelen dezer dagen in het magazijn vau den beer VV. T. Werst (firma Jacs. Hazenberg Corusz.) bewonderd, werd heden ook bezichtigd door Z. K. H. Prins Alexander, die hel magazijn met HD. bezoek vereerde, 6D mede zijne bewondering over dit kunststuk te kenneo gaf. In de heden gehouden verkooping van Cokes op het Raadhuis alhier, vau partijen van 1ÓÖ, 50, IU en 5 hectoliters waren de hoogste prijzen f 45.0U, f 22.50, f 4.60 en 2.30. Laagste prijzeD 45.00, f 22.50, f 4.50 en 2.25. Z. M. heeft aan P. vaD Roojeu, te Amsterdam, als blijk van Zr. Ms. goedkeuring en tevreden heid wegens de redding van eeD drenkeling op 19 October 1871, en van een ander op 25 Juli 1872, toegekend eene gratificatie van 10, alsmede een loffelijk getuigschrift. Z. M. heeft aan F. van der Ree, op zijn ver zoek, eervol ontslag verleend als burgemeester der gemeente Grootegast. Z. M. heeft benoemd bij de rustende schutte rijen in de provincie Zuid-Holland, 2de bataljoD, lste compagnie, tot lsten luit. P. Alkemade, thans 2de luit. bij 2de comp.2de comp,, tot 2den luit. J. Nachenius, thans schutter. Z. M. heelt aan J. J. van Lidt de Jeude, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als burge meester der gemeente Wadenoijen, en tot burge meester dier gemeente benoemd P. C. van der Willigen. Z, M. heeft Jhr. A. L. E. de Stuers, thans secretaris vau legatie hij het gezantschap te Wee- nen, overgeplaatst naar dat te Brussel, en Jhr. Mr. D, A. W. van Tets beDoemd, tot Secretaris van legatie bij het gezantschap te Weenen. Z. M. heelt aan den heer D. Abro eervol ont slag verleend als eersten tolk en waarnemend kanselier bij het Nederlandsch consulaat te Smirna, en als zoodanig benoemd den heer M. Abro. J pli jtü u:l UI Vervolg'), «Ik heb u uiet tegengegaan iu uw genegeu- eid," zeidu hij tot zijne dochter, „als Jan inder daad weer een man was gewoiden gelijk ioder '/uder, dan zou ik mijn toestemming niet gewei gerd hebben; maar ik laat u zelf oordeeleu, waar L,at alles op zou uitloopeu. Laat hem jagen zoo- rieel hij wil, en vergeet hem. Als men zoo mooi als gij eu geld heelt bovendien, drommels! an zult gij aan minnaars geen gebrek behoeven «a, lijden." n! Eèlise moest toestemmen dat hij gelijk had en "rist niet wat te antwoorden. Zij bracht een deel Man hare nachten weenende en biddende door, lldle heiligen die zij kende smeekende om haar ■Pit, die. ongelegenheid te redden; maar zij kon r yet besluiten om onherroepelijk te breken en daardoor alle hoop te laten varen. „Kpm, kom!" zeide vader Marlijn op zekeren vond, «daar Lise zoo laDgzaam is in 't nemen van een besluit, moet ik er mij maar mee be moeien; dat liedje heeft nu al lang genoeg ge duurd 1" De eerste maal dat Jan weer op de hoeve van Tinei kwain, zat Eélise uiet zooals gewoonlijk onder den schoorsteenmantel, maar kookte de oude Marlijn alleen het eten voor de varkens. «Waar is Lise?" vroeg Jan, niet zonder eenigen angst, eu met eene bevende stem. «Zij is eeu beetje ziek," antwoordde de vader „maar al was zij wel, dan zuu het toch hetzelfde zijn, Jan.... zij zou u met verwachten." «Wat wilt gij daarmee zeggen?" «Dat Lise u niet meer spreken wil, en dat gij vergeelsche moeite doet met hier te komen." Deze wreede woorden, op een onverschilligen toon geuit, snedeD Jan zoo door het hart, dat hij op het punt was om een gil te geven, Hij hield zich evenwel in, en hernam, op zijne lippen bij tende, zoodat zij bloedden«En beeft Lise u ge last om mij dit te zeggen?" «Helaas ja, straks nog, op deze plaats, heeft zij mij gezegd: Als Jan komt, zeg dan dat hij heengaat, want ik wil hem niet meer spreken, Op mijn woord, zij heeft het precies zoo gezegd." «OI" zei Jan, met oogen die vlammen schoten, «zeg hem dat hy maar heengaat! En gelooft gij dat dit voldoende is om alles in orde te brengen, vader Marlijn?" ,,'t ls voorzeker hard, dat stem ik toe; maar Lise is vrij, niet waar? Wilt gij wat drinken om vau den scbnk te bekouieu?" «Dank u, dat zal van zeil wel gaaD.lk ga heen, maar ik zeg u geen vaarwel, vader Martijn, gij zult wel nader van mij hooren." Hij vertrok met een dreigend voorkomen, bleek en bevende van toorn, zonder dat de oude boer zien het minst daaraan scheen te storen. «Dat ziet er leelijk uit, mompelde de oude, in zijn handen wrijvend. «Die drommelsche Jan houdt voet by stuk en zal er niet van af te breDgen zijn, vrees ik. Het is niet genoeg dat hij niet meer hier komt, hij moet noodzakelijk het land ruimen; ik zal er eens over denkeu." Het duurde niet lang ol vader Martijn's gedach ten kenmerkten zich door feiteD. Onder voorwend sel van eene oude geit te verkoopen vertrok hij den volgenden dag naar Mormoiron, vergezeld van zijn kleinen herder, een jongen van veertien jaar, een kind uit het godshuis van Carpentras, maar een voedsterling vao zijne overleden vrouw en op de hoeve gehouden om deD broode. Deze jon gen heette Simon; hij was al zoo lang zwak en mager geweest, dat men hem den bijnaam had gpgeven van Quinze-Oncea (15 ons), en die naam droeg hij nog steeds, al was hij door deu tijd sterk en flink geworden. Quinze-Onces kon lezen noch schrijven, maar was reeds een goed herder. Hij was met het ge bergte goed bekend en weidde zijn schapen al tijd op de beste plaatsen. Het arme kind was nooit buiten het dorp geweest, en het denkbeeld naar Moruioiron te gaan met zyu meester vervulde hem tegelijk met vreugde en onrust. Als wy de geit goed verkoopen, zal er iets voor u over schieten, had vader Martijn gezegd. Eu Quinze- Onces, die nog nooit geld op zak had gehad, dacht den geheelen weg over aan die heerlijkheid, en was 't met zich zelf Diet eens wat er voor te koopen. «Wat zoudtgij het liefst hebben, Quinze-Onces?" «Ol meester, ik durf het niet zeggen." «Noem maar iets op, te Mormoiron is van al les te koop. Zoudt gij b. v. eeu mooi mes willen hebben?" «O ja, meester, een mooi mes I met een heft van hoornen dan een gat in het heft om er een touw door te kunneD doen en het om het middel vast te maken, anders mocht ik het eens verliezen «Drommels, weet gij wel dat zoo iets peperduur is!"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1873 | | pagina 1