N". 3960. Dinsdag A0. 4 873. 7 Januari. LEIDSGH r.q [I q" prijs dezer courant. Voor leiden p« 8 miandenƒ8.00. Fnneo por poot8.85. Aftondcrlgk» Nommer»..11.o 0.0S. l)eze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. prijs der advertenties. Voor lederen regelri'Ji Grootere letten naar de plaatsruimte dio tij beslaan. LEIDEN, 6 Januari. Ondanks het adres van den kerkeraad der Hervormde gemeeote, en de waarschuwing der R. C. geestelijkheid, welke laatste gisteren openlijk hare afkeurende slem in den voormiddagdienst deed hooren, zijn er in Leiden helaas nog menschen die verdorven genoeg zijn om op Zondag-avond den Schouwburg te bezoeken, getuige de eivolle zaal bij de uitvoering der vereeniging Harmonie, die stout genoeg was Lazaro de Veehoeder op te voeren. Deze voorstelling was bestemd, om meer in het openbaar het lOjarig bestaan der vereenigiDg te vieren. Wat de uitvoering betreft, moeten wij in de eerste plaats in 't oog houden dat de leden Van Harmonie geen tooneelspelers van beroep, zijn zoo- dat daD ook gewis velen met ons voor den goeden afloop van deze feestvoorstelling groote vrees had den. 't Was gewaagd, Lazaro op te voeren, maar ou dat moeielijke stuk zoo flink van stapel liep, ichten wij Harmonie voor meer van dien aard ipgewassen, en Deemt onder de geschied bladen Ier Vereeniging deze feestavond een eervolle daats in. Dat wij aan hem die de titelrol vervulde, onzen of toebrengen, spreekt van zelfvooral muntte ;ijn spel uit, toeD hij aan het raam zijner gevan genis, wachtte op het teeken dat Juliano leefde. Judaël verdient evenzeer eene gunstige ver- nelding. Hij hield zijn valsche karakter getrouw 'ol en wist door gepaste bewegingen aan elke modeling hare waarde te geven. Ook mogen wij uliano, den vaandrig, niet vergeten, want zij, ie deze rol vervulde, trok aller aandacht. Haar ebarenspel was uitmuntend en haar uiterlijk eheel in overeenstemming met de rol die zij ervulde. Cosmo de Medicis heeft aanspraak op nze erkentelijkheid door de eervolle plaats die ij onder de hoofdvertooners innam. De hertogin Tativa de Medicis had enkele goede oogenblikkeo. let overige mannenpersoneel werkte flink mede m de voorstelling wei te doeD gelukken, waar ader bijzonder uitmuntte Galeotto, de vertrouw eling van Judaël. Het eenige waarop aanmer ing gemaakt kan worden is, dat het veelvuldig jbruik van „dezelve" eu „hetzelve" op den duur inderlijk wordt. De costumes wareD prachtig a hébben veel bijgedragen om het effect te ver- Dogen. De bruiloft van Kloris en Roosje beviel eveneens :er goed; de coupletten van Thomasvaêr waren renwel niet geestig genoeg en misten den toon tn een nieuwjaarswensch. De toespraken van relis en Elsje zijn zeer goed geschreven en Brden gepast voorgedragen. De gcheele bruiloft p verder zonder stoornis af. lammer dat een ernstige ongesteldheid den be- ïermheer Baron van Heemstra van Froma en bersburen verhinderde bij de uitvoering tegen- tordig te zijn. De Vereeniging mag met voldoening op hare ;elegde loopbaan terugzien. Met zulke goede menten toegerust hopen wij dat zij ons nog nigen genotvollen avondkil schenken. Naar wij vernemen is het aan de commissie voor den Schouwburg gelukt het zoo gunstig be kende tooneelgezelscbap uit Rotterdam, onder directie der heeren Albregt van Ollefen, tot het geven eener voorstelling over te haleD, welke zal plaats hebben op Maandag 13 Januari en bestaan uit: Bartelmans lijden, levenstafreel in vijf bedrijven en Jobin en Nanette, comédie-vaudeville in 1 bedrijf. Zoowel om de goede reputatie der directie, als om de keus der stukken, kunnen wij bet publiek gerust aanraden van deze gelegenheid gebruik te maken. Eene ontzettende gebeurtenis heeft hedenmor gen zeer vroeg in het huis van Militaire Deten tie plaats gegrepen. Een der gedetineerden, ze kere S., die als een zeer zedeloos en gevaarlijk mensch bekend stond, en als kok fungeerde, werd door den bewaarder v. d. R. op eene zedeloos heid betrapt, die hier niet kan genoemd worden. De bewaarder maakte daarvan onmiddeltjk rap port bij de politie, maar werd eenige oogen blik ken later door S. met een mes in den buik gewond eu overleed kort daarna. Spoedig was natuurlijk de geheele politie op de been; de commandant en de adjunct-commandant ver schenen vergezeld door de wacht. Men trachtte zich nu vati den moordenaar meester te maken, maar deze had zich in dien tijd in de keuken geposteerd, zoodanig, dat hij van drie zijden ge dekt was en alleen van voren kon worden aan gevallen. Met hetzelfde wapen, waarmede hij den moord had gepleegd, verweerde hij zich nu als een razende en bracht een der andere bewaar ders een gevaarlijken messteek tusschen de ribben toe. Daarna ontblootte hij zijn borst en riep: „Commandant, laat mij doodschieten of ik steek mij zelf dood." Toen de commandaut bleef aar zelen, voegde hij de daad bij het woord eo bracht zichzelven eene zeer gevaarlijke wonde toe. Eenige oogen blikken later was ook de moordenaar een iijk. Gelukkig nog bad dat alles plaats terwijl de overige gevangenen zich nog in hunne slaap cellen bevonden, zoodat er door hen van de ge heele zaak niets is gezien. In het militaire invaliedenhuis alhier heeft gistermorgen de invaliede Leeflang door ophan ging een einde aan zijn leven gemaakt. Uit welke oorzaak is ons niet bekend. Id het eerste nummer van Ons Onderwijs, orgaan van het Nederlandsch Onderwijzers-genootschap, wordt namens het hoofdbestuur van het genoot schap door de heeren A. van Otterloo en H. W. Bloem, te Amsterdam, o. a. bericht: Als plaatsvervanger van het tijdschrift Ons Onderwijs en van bet Correspondentie-blad zal dit blad bevatten: 1*. Hoofdartikelen over onderwerpen van paeda- gogie, onderwijs en schoolwezen. De medewer king van de leden des genootschaps zal ons daarbij hougst welkom zijn. Polemiek is niet uitgesloten, maar moet den toon aauslaan, die aan 'torgaan van ons genootschap voegt, en mag dus alleen zaken, niet personen bedoelen. 2". De handelingen der algemeene vergadering, benevens alle verslagen, memoriën en berichten, die het hoofdbestuur wenscht ter kennis van de leden te breügen; bovendien de verslagen, be richten en verdere stukken, welke de geweste lijke vereeniging, districts-vereenigiogen ofafdee- lingeD, laDgs dezen weg, tot hunne leden of tot het genootschap willen richten. 3". Nieuwstijdingen en opmerkingen betreffende de school en het schoolwezen, zoo binnen- als buitenslands. De zorg voor dit officiëel gedeelte is opgedra gen aan de bestaande commissie Van redactie, versterkt met de beide secretarissen van het hoofdbestuur. De 4*. rubriek: Advertentiën, dié echter in be trekking tot school en ouderwijs moeten staan, komt geheel voor rekening en verantwoording van den uitgever; de redactie heeft daarmede niets uitstaande, de titel„Orgaan dés Genoot schaps," is daarop niet toepasselijk. De besturen der afdeelingen, eb vooral der districts- en gewestelijke vereenigingen zullen beseffen, welk nut dit blad, uiteen administratief eu financieel oogpunt, voor hen opleveren kan. Daar het om de twee weken uitkomt, eb franco per post, onmiddellijk aan alle rechthebbenden, later, naar wij hopen, aan qlle leden wordt toe gezonden, zullen alle stukken en berichten, die zij in hunnen kring wensohen te verspreiden, laügs dezen weg, kosteloos, tijdig, spóedig en zeker tot hunne bestemming kotnen. Wij noodi- gen hen dus uit hunne beschrijvingsblrievën, rekening en verantwoording, verslagen, zelfs bunne oproepingen tot vergaderingen ons voor het blad toe te zendenalles zal tijdig en koste loos worden opgenoined, en waar zulks wordt verlangd, zullen van dergelijke stukken door den uitgever overdrukken voor geringen prijs Worden afgeleverd. -b Men meldt uit Moerdijk aan de N. li. Ct.: Met zekerheid kan ik u mededeelen, dat de in omloop zijnde geruchten, als zou de predikant dezer gemeente in de waarneming van zijn ambt geschorst wezen, onjuist zijn. Tot en met 1 Januari jl. werden nog steeds de godsdienstoefeningen door Ds. Koeken geleid. Meer waarschijnlijk is bet hier ter plaatse in omloop zijnde gerucht, dat de heer Koeken gebruik zou hebben gemaakt van een hem toegekend recht, otn tegen een door het prov. kerkbestuur van Noord-Brabant genomen besluit te appelleeren, en dat het bedoelde besluit tot nadere decisie niet zal worden ten uitvoer gelogd. De quaestieuse zaak zal dezer dagen door de Synodale commissie in den Haag worden behan deld. Met zekerheid kan bericht worden, dat de op metingen voor den Noord-HollandschFrieschen spoorweg in de beide provinciën binnen zeer weinige dagen zullen voltooid zijn. (Pnrm. Ct.) In de (jebating-sociöty Vooruitgang te Amsterdam zat a. s. Woensdag, de vol ende stelling verdedigd worden „Grootere uitbreiding der emigratie alléén kan voor de toekomst de rust' der Europeesche staten verzekeren. Wenschelijk ware het dat, bij afzon derlijk depairtement, het ministerie de aaumoedi- ging tot en in zekeren zin de leicjing van de emigratie op zich nam." Men deelt aan de Schoonh. Ct. het volgende mede, in zake den moord in den Haag: „Een schipper te Vianen woonachtig, lag in het midden der vorige maand met zijn schuit bij den Haag. Op een avond, het was reeds laat, ontmoet hij, langs de Bocht van Guinea wande lende, twee mannen, die bem niet geheel onbe kend zijn, waarvan hij de een tegen den ander hoort zeggen: „wordt het jou niet te zwaar, wil ik het eens .dragen?" waarop de andere ant woordt: „neen, ik ;ken wel." De schipper denkt niet meer pan dje twee, doch toen hij na Verloop van een paar dagen te Vianen aankomt en daar de geschiedenis vpn den,moord iveimeerrit, herin nert hij zich, dpt pyne outmoeting in den Héag juist in (leDzelfden oaCht plaats had, waarin de moord \yas .gepleegd. Hij gaf,aan de bevoegde macht van zijn vermoeden kennis en kon daarbij opgqveo, |dat d^ twee roaünen, welke hij ontmoet had eu die hij -r: als schipper -z. meende te keqpen, zekere zandkoopmap de Jong en diens knecht waren, Of. dit een der draden geweest is, langs welke de justitie de Jong op het spoor is gekomen, kunnen wij, niet zeggen, doch is wel waarschijnlijk." Uit Amsterdam schrijft men ons dd. 4 Januari. Het bericht, opgepomen in uw geacht blad van eergisteren, betreffende het afluisteren door een vrouw van een gesprek tusschen twee misdadi gers, en het daardoor op heeler daad tietrappen van deze, toen zij inbraak en diefstal in een ma gazijn trachtten te volvoeren, heeft .zeker betrek king op dusdanig verhaal, dat hier ter stede al gemeen werd vêrspreid eD aanvankelijk ingang vond, doch later bleek een verziusel te zijn ge weest. Aanleiding hiettoe, zegt men, moet wor den gezocht in de omstandigheid, da' in het be wuste magazijn een groote ruit was gebrokeu, die vóór de reparatie met een plank was bespij kerd, waaruit praatlustige lieden bedoeld verbaal zoudèn' 'hebben gefabriceerd. U. D. Een correspondent bericht aan de Times het volgende: „De te New-York gevestigde Raad der Internationale, de opvolger van den bekendeu Lon- i i/ - L 'i i-f-*1; denschen Raad, heeft een schrijven gerjpht aan de Europeesche fèderatiën, afdeelingen en comité's der vereeniging, waarin verzocht wprdt, om on verwijld de Damen, adressen, beroepen, leeftijd en andere bijzonderheden mede te deelen aan gaande leden, die geschikt en geneigd zijn om als agenten der vereeniging werl^aam te zijn, opdat hun ten spoedigste.de noodige volmachten THIERS EN Gouvernement der Nationale Verdediging t Vervolg). e President der Republiek. Hij werd mij eerst 1 middags ter hand gesteld, op het oogenblik ik van de Parijsche vestingwerken kwam, (ir ik mij sedert des morgéns te 5 uren bevond. theer Mèritnée lag te sterven; dat was de voor- i.iendste man ter wereld. Ik was het niet eens t- zijne godsdienstige inzichten; maar toch was een der verstandigste en beste menschen die ■*tnmer gekend heb. Hij waé der Keizerin zeer !l:gen en gaf haar verstandigen raad, zonder bijoogmerk van zelf daarbij niet te trekken tide gunst, waarin hij bij haar deelde. Hij m mij dikwijls opzoeken. Men ieide hem dan 1 hij naar een vijand zich begaf, waarop hij i.'oordde, dat ik een vijand was vén niemand, eie belangen der dynastie mij weinig belang izemden en dat ik slechts Ontevreden was over de verkeerde wijze van behandeling van 's lands zaken. Daarin lag dan ook de grond voor de demarche, waarmede hij jegens mij werd be last, want hij kwam mij, zeer kort na de ont vangst van zijn brief, zelf een bezoek brengen. „Gij kunt raden waartoe ik hier kom?" vroeg hij tnij. „Ja, ik begrijp hel." „Gij zuudt ons een grooten dieDst kunnen bewijzen." „Ik kau er u geen enkelen doen." „Ja, ja, ik ken uw denkwijze; de dynastioken kunnen u niet bezighouden. Uwe gedachten zijn bovenal gericht op den staat der zaken. Welnu, de keizer is ge vangen; er blijft nog slechts eene vrouw en een kind ovérl Welk een gelegenheid om het ver tegenwoordigend gouvernement te grondvesten I „Na Sédan is er niets, volstrekt niets meer te doen." De heer Mérimée drtjng er Diet verder op aan; liij bepaalde er zich toe mij te zeggen, dat de keizerin verlangend was om mijn raad te ontvangen. Ik antwoordde, met al den eerbied, verschuldigd aan den toestand en het ongeluk der vorstiD, in wier naam hij het woord tot mij. voerde, dat ik niet zou weten welken raad haar te kunnen geven. „Er zijn drie onderwerpen," vervolgde ik, „waarmede men zich bezig houdt, en waarmede men zich moet bezighouden: het tegen woordige ministerie, de positie van den kei zer, over wiens pbdicatie men in 't openbaar redetwist, de richting, aau de leger9 te geven, bovenal aan dat van Metz. Op die drie punten weet ik uiet met welke raadgevingen ik de Kei zerin van dienst zou kunnen zijn. Wat het ministerie betreft, het is gevormd, slecht gevormd, maar onmogelijk te veranderen op dit oogenblik; en wanüeer men den raad kon geven bet Ie veranderen, zou men minstens daarbij de taak moeten aanvaarden om het te vervangen, wat ik, voor zooveel mij betreft, geenszins zou doen Wat den Keizer, wat zijn abdicatie aan gaat: er is slechts éen oprecht vriend, zooats gij, die daarin een raad kan verschaffen. Een advies van mijne zijde in zulk een onderwerp, zon on zin zijn. Wat eindelijk betreft de militaire on dernemingen wanneer ik met de leidiog van zaken belast ware, zou ik trachten, koste wat het wil, mij met maarschalk Bazaine in verbin ding te stellen, hem mijn advies mede te deelen, het zijne te vernemen en, wannéér wij het niet eens waren, dan zou ik zijn opiüie volgen, om dat hij op de plaats is en belast met de uitvoe ring der operaties, die men zou kunnen bevelen. Ik heb dus niets te zeggeD, niets te doen. De Keizerin zou er niets bij winnen mij te raad plegen; zij zou een misschien pijnlijken stap doen *n zonder nuttig resultaat voor haar. Ongetwij feld zou ik haar mijn eerbied niet ontzeggen, maar mij te roepen zou toch het slaken yan een noodkreet zijo zonder eenig goed gevolg." De heer Mérimée verliet mij zeer ongelukkig, want hij gevoelde dat ik gelijk had en eenige uren later schreef hij mij dat de Keizerin mijn eer biedig Voorbehoud waardeerende, toch uiet afzag van het vragen mijner raadgevingen. Des onde ren daags kwam de prins von Metternich een soortgelijke poging bij mij beproeven qls de heer Mérimée had gedaan, dat wil zeggentnij raad vragen. Ik herhaalde dat ik na Sédan niet wist welken raad te geven. Mijn onderhoud met den heer von Metternich was dus een wisseling van droevige opmerkingen, zonder eenig gevolg, Het oogenblik was gekomen, waarop wat men noemde de linkerzijde niet kon uitblijven hande lend op te treden. Terivijl ik van de keizerlijke familie de aanzoeken, die ik heb medegedeeld, wendden zich ook de ledeu der linkerzijde, met wie ik sedert acht jaren de meest vriendschap pelijke betrekkingen onderhield, bij parne de heeren Jules FaVre, Simon, Ferry, Ernest Picard, tot mij in een der bureaux van de Katner. Wordt vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1873 | | pagina 1