FEUILLETON. Dinsdag lO December. N°. 3939. A0. 1872. het Gouvernement der Nationale Verdediging. LEIDSCH AGBLAD. PRIJS DEZER COURANT. Voor Leiden per 8 maandenƒ8.00. Franco per post„8.86. Alzonderlyke No mm er»a 0.06. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DEB ADVKRTKNTIH3N. Voor Meren regelƒ0.16. Grootere letten neer de pleetiraimte die s\j bealun. LEIDEN, 9 December. De miliciens lotelingen van de lichting 1872 die niet moeten dienen tot aanvulling van het incompleet aan vrijwilligers onder de wapenen, tullen den lsten Januari e. k. in het genot van onbepaald verlof huiswaarts keeren. Op een deswege gedaan voorstel van den heer kolonel garnizoens commandant, heeft de Mi nister van Oorlog goedgevonden te bepalen, dat, voor de gehuwde militairen van het garnizoen alhier, die uit gebrek aan lokaliteit niet in 's Rijks gebouwen kunnen worden gehuisvest en uithoofde ':vau dien in de stad woningen huren, van af den lsten dezer maand, die huur voor rekening van het Rijk zal komen, waarvan de betaling kwar- taalsgewijze aan de verhuurders, door de admi- uistratie vau een der corpsen, zal geschieden. De 1ste luitenants J. Hamming en A. A. baron Bentiuk van het 4de regiment, infanterie, zijn bij Z. M. besluit van den 4den dezer N°. 25 in I rang en anciënniteit overgeplaatst bij het regi ment grenadiers en jagers, terwijl de Minister vau Oorlog eerstgemelden officier bestemd heeft voor de bataljons grenadiers en laatstgemelden voor de bataljons jagers. Naar wij vernemen is de Beestenmarkt gepacht voor f 1067 's jaars door C. van Cazant, koopman alhier. Zaterdag-avond omstreeks halftien is er brand ontstaan in het dak der woning vun v. Z. in de Witte-Rozenlaan, onder de gemeente Soeterwoude, terwijl de bewoners naar de stad waren om bood schappen te verrichten. Bij hunne terugkomst begon het dak le branden en onmiddellijk was de spuit n°. 3 van Soeterwoude iu aantocht, die echter geen water behoefde te geven, daar de bewoners en buren inmiddels zeiven den brand üebluscbt hadden. Naar wij vernemen is door den bevigen wind de Warmonder schuit op hare reis herwaaris op de Lee omgeslagen, terwijl de schipper en zijn knecht naar den wal zijn gezwommen en de in het water geraakte goederen zijn gaan op- visschen. De schouwburg was gisteravond bij de volks voorstelling weder goed bezet en geen wonder, want Dertig jaren, of het leven van een dobbelaar werd gegeven, een stuk waar velen meed weepen, doch dat niet in onzen smaak valt, niet alleen omdat het een spectakel-stuk is uit de oude doos, maar ook omdat het verschrikkelijk zwart ge kleurd is en geene bevrediging geeft voor het hart. Het boeide de toeschouwers zeer en maakte hun medelijden gaande met de arme Amelie, die zoo veel lijden moest door het onverbeterlijk slecht gedrag van haren man, George. De uitvoering was in de meeste opzichten goed te noemen. De heer Spoor en mevr. Valois, als George en Amelie, speelden hunne rollen met zorg. De heer Wijnstok zal het niet als eene hate lijkheid jegens hem beschouwen, wanneer wij aangeven dat hij in de rol van Warner minder op zijDe plaats is; hij is genoeg acteur om te weten dat een man als Warner geslepen en valsch moet voorgesteld worden. Die drift en dat ge jaagde in het spel van den heer W. begrijpen wij niet; hij miste alle sluwheid, en al deden zijn woorden een slecht karakter kennen, in mimiek, beweging en spel was daar weinig van te merken; Warner wekte de verontwaardiging niet op. De overige vertooners brachten het hunne toe bij, om de uitvoering te doen slagen en niet het allerminst de jongejuffrouw Sophie Spoor. Dat lieve, kinderlijke in haar spel was waarlijk treffend, terwijl zij in alles eene gepaste vrijmoe digheid openbaarde. Wel voldaan verliet ieder den schouwburg. Bij de zeldzaamheid dat de arbeid onzer weten schappelijke schrijvers in het buitenland gewaar deerd wordt, verdient het vermelding dat dezer dagen bij Ulmer te Ravensburg verschenen is eene Hoogduitsche vertaling van Het Blad, eene bota nische bijdrage door den heer H. Witte, hortu- lanus te Leiden, in eenige afleveringen van het Album der Natuur geplaatst. Het Duitsche boekske wordt ingeleid door eene voorrede van Dr. E. Lucas, directeur van het pomologisch instituut te Reutlingen. Blijkens den Delftschen Studenten-Almanak voor 1873, bedraagt het getal ingeschrevenen aan de polytechnische school: voor civiel ingenieur 112, voor bouwkundig ingenieur 68, voor werktuig kundig ingenieur 17, voor mijtieningenieur 3, voor scheeDsbouwkuDdie ineenieur 5„1vnor ou, voor ijker 9 en voor verschillende studievak ken 19; te zamen 266. Daar er echter 74 voor ineer dan 1 vak zijn ingeschreven, bedraagt het totaal der ingeschrevenen 192. Men verneemt uit Voorst, dat de heer Schim mel penninck van der Oye, lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal en oud-Minister van Binnenlandsche Zaken, op zijn landgoed de Poll ernstig ziek ligt. Een aanval van beroerte heeft hem getroffen. Zijn toestand schijnt hopeloos. De Koninklijke goedkeuring is verleend aan de statuten der Handvverkers-Productievereeni- ging „Arbeid en Vlijt," gevestigd te Amsterdam, ten doel hebbeude het verbeteren van den zede lijken en stoffelijken toestand der Israël, hand werkslieden, in tegenstelling van den werkkring der internationalen; zij is voor den tijd van 29 jaren en 11 maanden opgericht. zoodat er op een gedeelte der lijn storing of op onthoud schijnt te zijn. De gewone audiëntie van den Minister van Financiën en van den Minister van Oorlog zal op Donderdag den 12den December niet plaats hebben. De luitenant-ter-zee der 2de klasse W. A. Kok, laatst behoord hebbende tot de zeemacht in Oost- Indië, en den lsten dezer van daar in Nederland teruggekeerd, wordt met dat tijdstip op non-acti viteit gesteld. Met ingang van den Ssten dezer zal het rijks- telegraafkantoor te Harderwijk op Zon- en feest- dageu open zijn van 8 tot 9 uren voor- en van 12 tot 3 uren namiddag. De diensttijd op werk dagen blijft onveranderd. Het telegraafkantoor, dat ten behoeve van het beheer over den telegraafdienst, in het gebouw van het departement van financiën in de Park straat te 's-Gravenhage is ingericht, wordt met ingang van den lOden dezer, gedurende den tijd dat het voor zijne bestemming in gebruik is, namelijk op werkdagen van 9 uren voor- tot 4 uren namiddag, ook voor het bijzonder telegra- pbiscb verkeer beschikbaar gesteld. BINNENLAND. Volgens telegram vau 3 December uit Alexandrië, zou het stoomschip Print Hendrik denkelijk den volgenden dag de reis van Port Said naar Java voortzetten. Deze telegram is drie dagen onderweg geweest) Kleuwedlep, 7 December. Heden arriveerde alhier een detachement van 60 man suppletie- troepen, waaronder 4 onderofficieren, onder be vel van den kapt. der art. W. C. de Jongh en het uiedegeleide van den off.-van-gez. J. D. JH. detachement vertrekt met de stoomboot Koning der Nederlanden naar Batavia (via Suez). Den Haag, 9 December. Iu alle aldeelingeu van de Tweede Kamer der Staten-Generaal is heden onderzocht het gewijzigd wets-ontwerp houdende eene nieuwe rechterlijke inrichting. Burgemeester en Wethouders hebben deu Gemeenteraad aangeboden eene lijst van aanbe veling ter benoeming van een leeraar in het boek houden aan de Hoogere Burgerschool. Daarop zijn geplaatst de heeren J. C. Mensing, alhier, A. J. Kikkert, te Haarlem en C. G. van der Meulen, te Amsterdam. In de zitting van aanstaanden Dinsdag zal de benoeming plaats hebben. Aan den Gemeenteraad is dezer dagen aan geboden het jaarlijksch verslag omtrent het be heer van de Gemeente-badinrichting te Scheve- ningen. Vooreerst wordt daarin hulde gebracht aan de nagedachtenis van den tot bijzonder leed wezen der commissie van bijstand over het ge meentebadhuis op 9 September 11. bezweken di recteur, den heer J. F. Dierx. Onmiddellijk na zijn overlijden werd de heer F. J. Schoor tot waar nemend directeur door B. en W. aangesteld, wiens bestuur in het laatste gedeelte van bet badseizoen door de commissie en vele bezoekers zeer wordt geroemd. Ook aan den overleden secretaris, den heer O. Seelenhorst, wordt wegens zijne nauwgezetheid en bekwaamheid waarmede bij zijn arbeid ver vulde, rechtmatige hulde gebracht. Wat betreft het bezoek van het badhuis dit hield gelijken tred met dat van verleden jaar. De commissie erkent, dat wat den dienst van het terras betreft, daarover wel eens billijke re denen van klacht zijn ontstaanbet grootste be zwaar daarin is gelegen in de moeielijkheid om geschikte hulpbedienden te bekomen, en vooral ook een bekwaam chef de terrasse, die met tact en beleid op den dienst weet toe te zien. Het aaotal buitenbaden van Juni tot October heeft bedragen 48.259 en dat der binnenbaden en douches 4.156; du9 tot een gezamenlijk bedrag van 52.415dit is 6.974 meer dan in 1871. Het meeste aantal buitenbaden werd genomen in de maand Augustus, ui. 18.333. Ten aanzien van de amusementen vermeldt de Commissie alleeo, dat de bals minder bezocht zijn geweest dan vroeger, doordien de aanzien lijke bewoners van 's-Gravenhage zich daarop niet vertoonden, tengevolge van het gemis aan een parketvloer. De gezamenlijke ontvangsten be dragen f 193.088.14 tegenover eene uitgaaf van f 169.647.73 zoodat er een saldo aanwezig is van f 28.440.41. De consumptie bracht op f 46,671.95; de table d'höte en diners 38,143.35 en het terras f 44,374 32. Uit een en ander mag do gevolgtrekking wor den afgeleid, dat de exploitatie in 1872 zeer gun stige uitkomsten heelt opgeleverd. De Hollandsche Maatschappij van Land- hauVieu1- nticu üezer'ie uren te houden, behandelen 1. het voorgestelde ge wijzigd huishoudelijk reglement der aldeeling; 2. een voorstel omlreut het houden van verlotin gen 3. idem tot het houden eener bloementen toonstelling en 4. mededeelingen enz. Door den admiraal Sir Harris, buitengewoon gezant, en gevolmachtigd Minister van Hare Brit- sche Majesteit bij het Nederlandsche Hof, is gis teren een diplomatiek diner gegeven, waarop o. a. de Minister van Buitenlandsche Zaken, baron Gericke, tegenwoordig was. Botterdam, 8 December. Het vertrek van het stoomschip Koning der Nederlanden naar Batavia is uitgesteld tot Dinsdag-middag. Gisteren is alhier met feestelijk Vertoon de laatste paal ingeheid voor het spoorwegwerk aan het Westnieuwland. De Rotterdainsche Diergaarde heeft weder, na de vorige opgave, de volgende fraaie en kost bare geschenken ontvangen: van den heer Hugo Buuge te Buenos-Ayres 1 Amerikaansche struis; van de heeren Batenburg Co. 2 Perzische vet- staart-schapen van de heereu Kerdijk Pincoffs 1 zeer groot exemplaar van den madrilaap en 2 zeeschildpadden van de Westkustjvan Afrika; van deu heer E. F. L. Mollinger 2 pauwiezen uit Su- TfllEBS EN Den 17den September 1871 werd de heer Thiers, President der voorloopige Fransche republiek, toegelaten in de commissie voor de parlementaire eDquête nopens de daden van bet Gouvernement der nationale verdediging. Ziet hier een getrouw verslag van die bijeen komst. De president der commissie, de heer Saint- Marc Girardin: Mijnheer de President, de com missie wenscht te vernemen wat gij in de eerste plaats van den 4den September weet, vervolgens de bijzouderheden van de vaderlandslievende zen ding, waarmede gij u hebt willeu belasten in de maaand September, evenals der onderhandelingen waarmede, gij u bezig hieldt, toen de 31ste Octo ber tusschenbeide kwam; en eindelijk de positie, waarin gij u bevonden hebt zoowel te Tours als te Bordeaux. De heer Thiers, President der republiek. Iodien gij het mij wel verguDt, zal ik met het begin aanvangen; dat zal de beste wijze zijn om u op de hoogte te brengen van inijn positie eD mijn daden voor, op en na den 4den September; en daartoe moet ik met een enkel woord de rol in berinnering brengen, die ik in de laatste tijden van het Keizerrijk heb gespeeld. Ik was tot mijn geliefkoosde studiën terugge keerd; ik maakte gebruik vau mijn vrijheid eu had de laatste deelen van mijn Histoire du Consulat et de l'Empire uitgegeven, toen de verkiezingen van 1863 werden verordend. Tot dien tijd had de liberale partij de politiek der onthouding gevolgd, doch langzamerhand be gon men in te zien dat die onthoudings-politiek een verkeerde staatkunde en in 't algemeen een moeielijk te rechtvaardigen gedragslijn was, want wanneer de burgers, wier overtuiging ernstig en gevestigd is, iets kunnen bijdragen tot de over winning hunner inzichteo, dan hebben zij het recht en zijn zelfs verplicht dat te doen. Men vroeg mij vau alle zijden of ik mij bij de verkiezingen van 1863 candidaat zou stellen; de een raadde mij dit aan, de andere daarentegen trachtte het inij te ontraden. In alle partijen en ten allen tijde zijn er ont houdingen geweest; 1863 bracht de nederlaag over de liberalen, die zich onder het keizerrijk onthielden. Bij die gelegenheid had bij den hertog de Broglie, den uitstekenden vader van den tegenwoordigen hertog de Broglie, een vergadering plaats, die veel opschudding teweegbracht en die op onwaardige wijze werd mishandeld door de schrijvers van het keizerrijk; een vergadering, waarvan ik deel uit maakte en waarvan ik steeds heb getracht den geest aan te duiden; maar te vergeefs; want als de par tijen er belang bij hebben een feit verkeerd voor te stellen, ontzien zij niets en leggeo er zich inet een onvermoeide volharding op toe. Ik weet het niet zeker, Mijnheer Saiut-Marc Girardin, of gij ook geen zitting hebt gehad in die vergadering. De heer Sainx-MjlRC Girardin. Neen,Mijnheer de President, ik maakte er geen deel van uit. De heer Thiers. Alle meeniugeu vonden noch tans haar vertegenwoordigers in die vergadering, Men vond er al dadelijk den hertog de Broglie, voorts den heer de Montalembert en tal van zijne vrienden, eeuige republikeinen van ouden datum, met name den heer Jules Simon en vele consti- tutioueele liberalen, voorstanders van een zeer liberale monarchie; dize laatsten waren in het bijzonder vertegenwoordigd in den heer de Lan- juinais. Verder bevonden er zich de heeren Guizot en de heer Glais-Bizoin zelf, die, als altijd, zeer werkzaam was. Op dat tijdstip was er een toenade ring tot stand gekomen tusschen alle ineeningen, en de zoo verschillende personen, die ik heb genoemd, konden zich bij elkander bevinden, zonder de minste ongelegenheid. Ik weet niet of de graaf Daru er zelf ook geen zitting in had. De hertog Daru. Ja, Mijnheer. De heer Thiers. Men besprak breedvoerig de vraag of men zich bij de verkiezingen al of niet zou kandidaat stellen. Ik, voor mij, had mij krachtig tegen onthouding verzet, maar terwijl ik die gedragslijn op anderen toepaste, viel het mij zeer moeilijk voor mijzelf een aodete rich ting te volgen. Mijn geheele familie verlaugde echter dat ik niet in het staatkundig leven zou terugkeereu. Ik bad dit dan ook reeds tijdens den Italiaanschen oorlog geweigerd. Destijds drong mij echter de stad Rijssel, waar ik laogen tijd met mijn gezin had gewoond, onophoudelijk een mandaat als afgevaardigde aan te neuien, doch ik sloeg ook dit af, daar ik geen lust had tot het afleggen van den eed voor het keizerrijk. De keizer bevond zich toen in Italië en ik wilde bem noch bestrijden, noch ondersteunen in een oorlog, dien ik overigens afkeurde. Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1872 | | pagina 1