N°. 3879.
A0. 1872.
Dinsdag
1 October.
Feuilleton van hot „Leidscli
Dagblad".
SIBYLLA'S HANDSCHRIFT.
PRIJS DEZER COURANT.
Voor Icideo p«r 3 maandenƒ8.00.
Franoo per port8.85.
Afaonderlgke Nommentt 0.05.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
PRIJ8 DER ADVERTENTIEN.
Voor lederen regel......0.11.
Grooten latten uur da pluterumte dia lij bealun.
Lelden, 80 September.
De Tweede Kamer der Staten-Generaal heeft
Zaterdag in de afdeelingen haar ODderzoek aange
vangen over de ontwerpen van wet uitmakende
de Staatsbegrooting voor 1873. Te 3 uren is er
eene openbare zitting gehouden.
De Commissie uit de Tweede Kamerader Sta
ten-Generaal in wier handen is gesteld het Ver
slag omtrent den toestand der Rijks-Academie
van Beeldende Kunsten te Amsterdam over 1871
heeft het volgende gerapporteerd
Het verslag geeft een goed overzicht van den
toestand der Academie en treedt in vele bijzon
derheden omtrent het onderwijs, de kweekelin-
gen, de gebreken en behoeften van de nogjeug-
dige instelling voor hooger onderwijs in de beel
dende kunsten. Daar het Verslag gedrukt aan de1
leden is rondgedeeld, meent de commissie die
bijzonderheden niet te moeten herhalen. Zij kan
zich daarom bepalen tol de mededeeling1'. dat
bet aantalleerlingen op verblijdende wijze is
toegenomen2*. dat de resultaten van het onder
wijs aanvankelijk reden van tevredenheid geven,
wanneer inen althans in aanmerking neemt den
lonen tijd, waarin de Academie werkzaam is
geweest en de langdurige vertraging van bet on
derwijs veroorzaakt door het gebrek aan een
eigen gebouw. Bovendieu schijnt te blijken1*.
dat er behoefte is aan een geschikt persoon om
den directeur en secretaris :van de commissie van
toezicht in het administratieve werk en in dé
correspondentie behulpzaam te zijn; 2*. dat de
hulpmiddelen van het onderwijs, met name het
pleisterkabinet, dringend aanvulling en vernieu
wing eisohen; 3". dat eene (aanzienlijke verlaging
an In t leergeld wenschelijk iemaar bovenal
'1°. dat de leerstoel in de schoonheidsleer en
unatgeachicdeuis spoedig worde vervulden 5°.
at een eigen gebouw voor de Academie meer en
meer noodzakelijk wordt.
De Commissie heeft voorgesteld haar VerslBg
Ie doen drukken en ronddeelen en eep afschrift
te zenden aan den Minister van Binnenlandscbe
Zaken.
De Commissie uit de Tweede Kamer in
wier blinden is gesteld het Postverdrag, den ISden
November 11, tusschen Nederland en Spanje ge-
loten, heeft daaromtrent rapport uitgebracht,
waarin zij o.. a. zegt, met genoegen kennis geno
men te bebbeo van het Postverdrag, waardoor
eene dagelijksche uitwisseling van brieven en an
dere voorwerpen, tot het vervoer per p03t behoo-
rende, wordt verzekerd. De Commissie is over
tuigd, dat hierdoor in eene lang bestaande be
hoefte wordt voorzien-en heeft tenslotte voorgesteld
het Postverdrag voor kennisgeving aan te nemen,
haar verslag te doen drukken en ronddeelen en
afschrift, te zenden aan den Min. van Buiten—
andsche Zaken.
Nog heeft de commissie haar rapport uitge
bracht omtreot het regeeringaverslag van het be
heer en den staat der West-lDdisqbe kolpniën en
de Kust van Guinea over 1871. Onder de
door die commissie kort behandelde punten, komt
er een voor met opzicht tot de Nederlandsche
bezittiogen ter Kuste van Guinea, welke tbpDs
aan Groot-Britaunië ziju afgestaan. De commissie
heeft zich echter van opmerkingen onthouden,)
ook, omdat het in te dienen verslag, omtrent die
overgaaf, daartoe wellicht eene betere gelegenheid
zal aanbieden. Ten slotte heeft .zij der Kamer1
voorgesteld, dat de Kamer genoemd regeerings-
verslag voor kennisgeving aanneme, dit verslag
der commissie late. drukken en ronddeelen en in
afschrift aan de regeering mededeele.
duidelijk blijkt. Imtners zoodanige uitstrooraiug
kon zeer bevorderlijk zijn aan het ontworpen plan
van een haven te Katwijk, en wanneer dan de
spoorweg van Woerden langs Leiden ook daarheen
werd gelegd, zou dit plaD van zeer groot belang
zijn voor de Rijnstreek en vooral voor Leiden,
deplaats die zoo uitmuntend voor den bionén-
landscben handel geschikt en gunstig gelegen is.
Het zware on weder van gisteren heeft, naar
wij vernemen, hier ep daar nog al schade aan
gericht. Nieuwkerke, in de Haarlemmermeer,
moet geheel afgebrand zijnte Voorburg, Voor
schoten en Lis9e zijn boerderijen in de asch
gelegd.
In deze gemeente heeft de bliksem zijn weg
langs den afleider van het stadhuis genomeu.
Te Delft is de toren der Nieuwe kerk, door
den bliksem getroffen, in brand geraakt.
Z. M. de Koning heeft zich, bij het vernemen
van dien brand, terstond'naar Deitt begeven en
is aldaar gebleven, totdat Z. M. zich overtuigd
had, dat het gevaar gewekeD was.
De Commissaris des Konings indeze provincie,
Mr. C. Fock, was eveneens bij den brand tegen
woordig.
In antwoord op de uitdaging van de Redactie
van 't Huisgezin, zond de heer J. H. vau Lennep
té' Zeist haar bet volgende per briefkaart:
«De ondergeteekeode meent de onwaarschijn
lijkheid en dus ook de twijfelachtigheid
van „het gebeurde" te Lourdes en te Salette
te kunnen bewijzen uit het feit, dat op eene dier
plaat'seD door den beweerden ziener der ver
schijning uojficitcl" drank wordt verkocht."
Zoo als men weet, zouden op genoemde plaat-
sen wonderen hebben plaats gehad, en heeft dé
redactie vau bet Huisgezin 500 uitgeloofd aau
hem, die het tegendeel bewijzen kon.
Het Vaderland deelt heden mede dat de heef
Calisch, bet lid der redactie van dat blad, die
op het Landbouwdiner te Scheveningen in zijn
feestdronk, namens de pers, door de opgewondpn
jongelui aan de feesttafel werd gestoord, daarin
aanleiding heeft gevonden om zijn ontslag te nemen.
Wij voor ons gelooven dat daartoe geen aanlei
ding bestond.
Wanneer de heer Calisch, zonder mandaat na
mens de pers heeft gesproken, dan inoge dit
eenigszins onvoorzichtig zijn geweest, een reden
om zijn ontslag te nemen ligt o. i. daarin niet.
Nu er sprake is van een plan, door den beer
Huët te Delft ontworpen, tot het aanleggen van
een haven te Katwijk-pan-Zee, nadert men meer
en meer tot het gewenschte doel om déar door
het plaatsen van een sterk werkend stoomgemaal
Rijnlands boezem van het overtollige water te
ontlasten, waaraan de behoefte in dezen tijd zoo
Op de derde bekroningslijst der tentoonstelling
van de Hollandsche Maatschappij van Landbouw
komen o. a. nog voor: Tweu-kuispinken,geboren
in 1871;, van iDlaDdschiras, prijs van betbestuor,
W, Clay, Haarlemmermeer; stierkalveren, gebo
ren in 1872, van iolandsch ras, 2de prijs, P. van
der Voort, Alketnade; vetgeweide koeien, geboren
in 1868 of vroeger, prijs van het bestuur, VV. C,
Biben, Voorschoten; niet gevraagd rundvee: prij
zen van bet bestuur,/rijstier, W. Clay, Haarlem
mermeer; voor rammen behaalde P. Vromesteijn,
te Leiderdorp, eeo lsten eu twee 2de prijzen;,
voor schapen D. Niekerk, te Leidscheodam, een
prijs van 't bestuur, M. D. v. d. Hoeff, te Oegst-
geest, eeo 2den, Vromesteijn een lsten prijs;
voor lammeren van der Hoeff eeo lsten. en Sden
Vifomesteyn een 2den prijs; voor hamels Vrome-
steyn een 2den en 3den prijs; voor varkens van
der Hoeff een lsten.
Het provinciaal gerechtshof ,iu Zuid-Holland
heeft benoemd totre.chters-couimissarissen.voorde
instructie der strafzaken bij de arrondissements
rechtbanken in die Provincie, voor den tijd van
twee jaren, ingaande 1 October 1872; in bet ar
rondissement 's Gravenbage, Jhr. Mr. S. M. S, de
Savornin Lohtnau; Leiden, Mr. F. Cauter Adta
Rotterdam Mr. J. van Heukelom eu L. Bahama;
Dordrecht Mrs. J. Dulrij van Haaften; Gorcum
Mr. A. H. van Tienhoven en Brielle Mr. W. J.
Karsten.
Het bericht van de Telegraaf, als zou zich eenê
commissie lot bevordering van landverhuizing
naar Colorado gevormd hebbeo wordt in dé N. rt. Ct.
tegengesproken door Dr. H. Hartogh Heys van
Zouteveen, die den Nederlatidscben landverhui
zer, die niet naar Californië zou willen gaaD,
eerder Jowa of Minnesota aanraadt.
Naar men zegt, zou de Regeering voornemens
zijn de derde inspecteursplaats bij het Middelbaar
Onderwijs, tot vóór eenige weken door den heer
Slariug bekleed, onvervuld te laten. Zij zou van
oordeel zijn, dat twee inspecteurs voldoende waren.
(VW)
In de plaats van wijlen Drl K.'Sybraüdi is tot
mededirecteur van Teylers-Stichtiüg benoemd de
heer W. van Oorde, predikant bij de Retnon*
strantsche Broederschap teHaarlem.
Men schrijft aan de N. R. Ct
De concessie voor den spoorweg van Rotterdam
langs Schoonhoven, Wijk-bij-Duurstede, Atneron-
gen, Rhenen, Wageningen enz. naar Arnhem lis
dezer dagen verleend aan de heeren van den
Ouwelant en Montijn. De storting van het waar
borgkapitaal kan men spoedig tegemoetzien
Bij concessionarissen bestaat het voornemen om
de lijn van Arnhem naar de Proisische grenzen
door te trekken, en haar met de bestaande spoor
wegen io verbinding te brengen.
De aandacht vau reederijen, zeeassurantie-maat
schappijen en van hen die veider op de uitrus
ting van handelsvaartuigen invloed kunnen oefe
nen, wordt bij vernieuwing-gevestigd op het be-
bestaan van kustsejnposten simaphoretin Dene
marken, Frankrijk, Italië, Noorwegen, Oosten
rijk en Portugal,-door welke de gelegenheid is
geopend'toti het wisselen van tijdingen met sche
lpen in. zee.
De overbrenging der berichten tusschen de
schepeu en de kustseinposten eu omgekeerd ge
schiedt, uitsluitend door middel der seinen, voor
geschreven in het „Algemeen Seinboek, ter diénste
vau alle natiën," uitgegeven té Rotterdam bij H.
Nijgh, "welke seinen door bijoa alle zeemogend
heden van Europa zijn aangenomen. Alleen de
scbepeo welke van deze seinmiddelen zijn voor
zien, zijn dus iu staat om zich laogS deeen weg
met de kust in' gemeenschap te stellen.
'Voor ieder' telegram dat door tiisscbenkomst
van een seinpost naar zee verzonden of'uit zee
ontvangen wordt is, boven het'tarief voor hét te-
iegraphisch verkeer met den Staat, waarin de
post ligt, eene sout van 1 gl. per enkelvoudig be
richt van 20 woorden verschuldigd, met opklim
ming VBD 50 cents voor elke 10 woorden daar
boven.
J' Bij verzending van tijdmgen naar kustseinpos-
ten worden de kosten, volgens den gewonen re
gel, van de afzenders geheven: die van uit zee
ontvangen berichten komen geboel ten laste der
geadresseerden.
Nadere inlichtingen omtrent den vorui en de
inrichting der telegrammen kuunen bijdeNeder-
landscbe telegraafkantoren worden verkregen.
Ct.).
Het Hoofdbestuur der vereenigiog tot bevor
dering van het volksonderwijs in Nederland, te
Leeuwarden, heeft de medewerking ingeroepen
der Ged. Staten van de provinciën, behalve die
van Friesland, strekkende om het daarheen te
leiden dat door middel van het alterum tantum,
evenals in Friesland geschiedt, de jaarwedden
der hoofdonderwijzers b. v. van f 500 en lager,
met eene toelage uit de provinciale fondsen worden
vërhoogd.
Aan den grooten internationalen toonelwed-
strijd, in het winterseizoen 1872-1873, die te
Gorcum zal gehouden worden en deu 15den Oc
tober e. k. zal aanvangen, zal door 14 vereeni-
gingen üït Holland én België worden deelgeno
men. Door elk daarvan zal een tooneelspel of
drama en een'blijspel worden opgevoerd.
NAAK HET EHOELSCH.
Vervolg.)
„Dan, moeder 1 acht ik mij verplicht u te ver
gezellen," sprak Kent droefgeestig.
„Kent, ge zijt hier knorrig en hatelijk gewor
den," zeide Alice scherp, „de lucht hier heeft u
geen goed gedaan."
„Misschien niet. Vergeef mij, maar 't valt mij-
hard van hier te gaan, waar wij zooveel goede
grienden hebben."
„Kent!" hernam de moeder, „vroeger waart ge
i gehecht aan uw oud huis. Wat heeft u zoo
Jeranderd?"
vlk hechtte er veel aan in mijn jongenstijd(
naar dat was om uwentwil, moeder! ik zal met
„genoegen medegaan. Wanneer vertrekken wij
(met eene poging om vroohjk te zien).
„Aanstaanden Donderdag, dan gaan de Crawl
fords ook heen," zeide Alice nu, zeer vrieudelijk,
daar haar haaD koning kraaide.
„O, is het datf Lucia Crawford, uwe intime,
vertrekt, eu dus i9 uwe zon hier ondergegaan.
Nu wij zullen haar schijnsel volgen en ons amu
seeren met hare stralen op te vangen."
;„Gij zijt sarcastisch, lieve jongen, verlaat ous-
nu, Alice moet zoo laat niet opblijven."
Hij gaf zijne moeder een kus, en met een wel-
meenend „goeden, nacht" tot zijne zuster verliet
bij haar.
De Woensdag kwatn maar al te spoedig do
laatste dag van hun verblijf. Onderscheidene be
langrijke gebeurtenissen hadden plaats. Ouder
anderen verbreidde zich bet gerucht, dat kolonel-
Ducie en miss Waters geëngageerd waren. Maar
Alexandria gaf bare keonisseo geen bepaald ant
woord, als zij haar uithoorden omtrent de zeer
duidelijke attenties van den kolouel jegens haar.
Intusschen had hij haar. zijne vroegere vermom
ming bekend, en zijne ootmoedige belijdenis was
zoo gunstig opgenomen, dat hij geheel door haar
betooverd .was. i
En de arme Kent? Hij.kwelde zich met twij
felingen, of het toch wel eigenlijk zijn plicht
was out zijne moeder te vergezellen, nu dit oord
zooveel aantrekkelijks voor hem had, janhen»
liever was dan de geheele wereldy niet om zijn
schoonheid of lommerrijke boomen of frissche
koelte, maar het bevatte een bevallig meisje. Zij n
hart was ontwaakt, maar daarmede ook het
leedgevoel, dat hij yan hare verloviog met een
ander wist. Door verschillende woorden, die hij
van den generaal had opgevangen, vernam bij
de waarheid van zijn zusters mededeeling. Zij,
die hij zoo lief had gekregeD, behoorde aan een
hoogmoedig man. Er was, al9 door toovery, eene
schaduw over Kent's gelukkig leven gekomen,
cn de geest van Kaïn verhief zich in hem. Als
het maar beslist: kon worden door. willen en
kracht, wie zou het winnen
Troosteloos liep hij de du verlatene veranda op
en neer. Het was laat op den middag, geen der
heeren of dames was er te zien. Hij'stond daar
nog alleen met zijne onstuimige gedachten, toen
een slank figuurtje van achter de boomen, links van-
het huis, te voorschijn kwam. Hij-wachtte tot het
genaderd was, en haren hoed afzette om hare
gloeiende wangen te verkoelen.
„Waar zijt ge geweest?" vroeg.bij eenigsziDs
brusque,
„De boomen en struiken heb ik vaarwel ge
zegd," antwoordde zij, voortgaande met blazeD én
waaien otn de warmte, eo er niet op lettende
dat dé viooltjes, die haar hoed versierden, daardoor
naar alle kanten verstrooid werdeD.
„Vaarwel zeggen!" riep hij uit, bukkende out
de bloetnen bijeen te gareu.
was het schalksohe antwoord.
„Vaarwel?" vroeg bij andermaal, als io ge-
dachteu.
„Jal jal jal gij doof oud schepsell"
„Gaat gij dau werkelijk heeti?"
„JaP
„WaDneer? en waar?'en hoe?
/Wanneer? van avond; waarheen? naar de
maan, als 't ons daar bevalt; hoeP in eed lucht-
bol via de planeet Mars."
Eer hij haar weerhonden kon, liep zij weg, eu
strooide al hare bloemen voor zijne voeten. In
weerwil van zijne ergernis lachte hij' (óch in
zich zelf over hare koelheid. Ja, nu kon hij ook
geru6t heengaan. Maar waar ging zij heen P Zijne
moeder zou het' wel weten. Dadelijk ging hij
tot baar, en maakte de waardige dame wakker
uit 'eeD heerlijk dutje. Zij gaf hem echter eeu
zeer onvoldoend antwoord op al' zijne vrageu.
„Hoe zou ik dat'weteD, Keotl Ik'dénk'dat ze
naar huis gaan," sprak zij, betn zeer beteekenis-
vol aanziende.
1'1,/Ik hoorde vnn morgen nogniets1 van hun
besluit."
(Wordt vervolgd.)