r. 3831.
A°. 1872.
-ft.
Dinsdag
6 Augustus.
;d
Feuilleton van liet „Leidsch
Dagblad".
SCHETSEN UIT ENGELAND.
LUINJ
voerd.
LEIDSCH
r r'
12.5,
r H i.
r 7.001 y;
Ctwih.
/«.ooi.ygi
-
DAGBLAD
PRIJS DKZKR COUKANT.
U Voor Leiden per 3 8.00.
dol.fi;, Franco per post.8.85.
28 .tor Afwnderliika Nommer».0.05.
00.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
PRIJS DER ADVKRTKNTIKN.
Voor lederen regelƒ0.15.
Grootera lotton uear de pluteroiicte die fg beslaan.
Lelden, 5 Augustas.
70.
l.OOi
-Hl
"tok' Leverde onze Hoogere Burgerschool gunstige
aresultaten op met betrekking tot het examen A
63.00 voor Indische ambtenaren, niet minder bevredigend
)qQ,l'l is de uitkomst van het eindexamen, dat door 7
>2 leerlingen der Leidsche Hoogere Burgerschool is
kalrer afgelegd, daar toch aan allen het verlangde di
ploma werd uitgereikt. Hunne nainen zijn
G. W. Eekhout, G. van Driel, F. H. A. Dries-
11 sen. Th. Brongersma, H. Treub, J. Rutgers van
t der Loeff, W. van Wijk en W. F. H. van Amerom.
56 Hedenmiddag werd er in de Hartenstraat door
een jongen van 12 jaar een diefstal gepleegd van
*7» drie nieuwe manden uit een winkel. De eigenaar,
hiervan verwittigd, zette den jongen achterna,
die al spoedig de manden wegwierp, doch het
mocht hem niet gelukken den dader in handen
H te krijgen.
H Het volgend ingezonden stuk, dat voorkomt
in de Delftsche Courant, nemen wij over, omdat
hetgeen de inzender, de officier-van-gezondheid,
te Delft, v. d. Stok, constateert, ook te dezer stede
voorvalt, en zijne opmerkingen in ieder geval
zeer behartigenswaardig zijn:
Onlangs de oostzijde van den Verwersdijk pas-
seerende, zag ik ter hoogte der Doelenstraat een
slager aan den waterkant een sterk gevulde koe
pens op verschillende plaatsen opensnijden. Deze
bewerking geschied zijnde, werd hare inhoud,
beslaande uit eenige kilogrammen consistente fae-
cale stoffen, in het water geworpen en het om
hulsel afgespoeld. De kracht der gewoonte ver
oorzaakte, dat die persoon in het geheel niet be-
tj vreesd scheen voor toch zeker wel bestaande po-
litie-verordeningen, want het geheel geschiedde
met eene onverstoorbare kalmte. Voorzeker was
het voor hem, die met de leiding dier onlledi-
ging en afspoeling belast was, wel de gemak ke-
lijkste methode, maar tevens ook het eenvoudig
ste middel om de reeds kwalijk riekende grach
ten nog meer verpestende reuk te doen versprei-
den. De weinige stroomsnelheid veroorzaakte dat
zulke stoffen, op de plaats waar zij geworpen
worden, blijven liggen; daarbij nu gerekend,dat
door velen de grachten dezer stad voor eene mest
vaalt worden aangezien, zoo verwondert het mij
niets en wordt het feit geheel verklaarbaar, dat
bij dag op verschillende plaatsen zwavel- en kool-
waterstofgassen al borrelend opstijgen, terwijl des
avonds het water als met eene couche van kleine
vuilwit schui mende blaasjes bedekt is. Als die
vele personen wisten welk kwaad zij hunne
mede-inwoners met het werpen van vuilnissen
in het water deden, waarschijnlijk zou het dan
minder gebeuren en zeker niet op zoo groote
schaal als het geval hierboven vermeld. Zoolang
zij eyenwel niet tot de overtuiging gekomen zijn
dat die stoffen, in rotting overgaande, voedster-
lingen zijn voor miasmatische en contagieuse ziek
ten, dient er door anderen voor te worden ge
zorgd, dat het water niet onzuiverder worde ge
maakt dan het reeds is. Op welke wijze nu laat
ik aan anderen ter beslissing over; het boven
staande deel ik alleenlijk mede, om verouderde
misbruiken, die tot niets anders leiden dan tot
benadeeling van den algemeenen gezondheidstoe
stand, uit den weg te ruimen.
Gedurende de maand Juli 1S72 zijn in de
Leidsche volkskeuken afgeleverd 4181 portiën.
Naar 't schijnt, is nabij Zuidland een aanvang
gemaakt met de opmetingen, ten behoeve van de
locaal-spoorweglijn Hellevoetsluis-Rotterdam.
Stoompost
Volgens de Gazette de Liège heeft de Nederland-
sche regeering aan het huis Em. en L. Nagant
te Luik, de vervaardiging opgedragen van een
aantal remmington-karabijnen, bestemd voor ca
valerie, genie en maréchaussee.
In de Kamper Courant leest men het volgende
gedicht
Bij het graf van Mr. J. R. THORBECKE, in
leven Minister van Staat en van Binnenlandsche
Zaken. Geboren te Zwolle, den 15den Januari
1798 en overleden te 's-Gravenhage den 4deu
Juni 1872.
Hier, in den schoot der aard',
Hier ligt in stille rust
Het stoff'lijk overschot
des grooten mans, wiens lust
Was, onvermoeid te zijn
in ijvTig plichtbetrachten.
Hier rust de Staatsman, die,
door kunde en wetenschap,
Atlengskens steeg tot op
den hoogsten Eeretrap
Waar ieder, groot en klein,
hem eeren moest en achten.
Geleerdheid, groot verstand,
en helderheid van geest,
Zijn steeds de Matadors
van zijnen Roem geweest;
Ook toeu zijn eerlijk hart,
in argeloos vertrouwen,
Gelijke rechten schonk
op kerkelijk gebied
Waarvoor hij werd beloond,
zóó, als wel meer geschiedt,
Met óntrouw, en met al
wat latter hem kon brouwen.
Dat waarlijk groot Genie,
altoos naar zin en wensch
Der Liberalen gids,
was echter ook een mensch,
Als ieder ónvolinaakt,
en dus ook met gebreken.
Daaronder was er één,
dat somtijds wrevel wekt;
Maar doorzijn' goeden wil
of edel doel gedekt,
Zeer zelden werd gezien,
zeer weinig is gebleken
Ja, rijk in kennis, en
uitmuntende in verstand,
Was hij, door Staatsbeleid,
de trots van Nederland.
Zóó heb ik hem gekend
een tal van vele jareD
Het deed mij daarom leed,
dat zijn vertrouwend hart,
Door huichelaars misleid,
somwijlen zat verward
In listen, die zoo vaak
de bron van klachten waren.
Maar desalniettemin
was hij als Staatsman groot,
En bleef hij Land en Vokst
getrouw tot in zijn dood.
's-Haqe, Juni 1872. VERITAS.
De Kamer van Koophandel en Fabrieken te
Zutfen heeft aan den Minister van Binnenland
sche Zaken, op diens circulaire betreffende het
Amerikaansch spek, als haar gevoelen to kennen
gegeven
1. dat, indien trichinen in het spek gevonden
worden, men reden heeft te veronderstellen, dat
die nog meer te verwachten zullen zijn in het
Duitsche dan in het Amerikaansche spek, van
wege den aard der voedingsstoffen voor die die
ren in de beide landen.
2. dat de Kamer geen geloof hecht aan het
bericht in dé Nordd. Algem. Zeitung. Immers is hét
bekend, dat in de Duitsche bladen vooral tegen
woordig veel geschreven wordt zoo ten aan
zien van den goederen- als effectenhandel met
het doel, om de prijzen van een of ander voor
werp op te drijven of te drukken.
3. dat de Kamer niet aarzelt om het een vdor-
deel te noemen, dat Amerikaansch spek in Eu
ropa wordt aangevoerd, en
4. dat deze aanvoeren meerendeels in Rotter
dam en Amsterdam, enkele malen ook in Har-
iingen plaats hebben.
Eindelijk, dat te Zutphen wel veel handel in
spek, maar tot dusver alleen in inlandsch ge
dreven wordt, zijnde het mesten van varkens in
het graafschap een voornaam bedrijf van den
kleinen landbouwer. N. Z. Ct.
Voor eenige dagen werd bericht, dat voor ge
meenschappelijke rekening van Nederland en Bel
gië eene vaste brug over de Maas, te Maaseyk,
zou worden gebouwd.
De Stoompost zegt'dienaangaande het volgende:
^Gelijk wij in ons nouuner 16 van dit jaar
mededeelden, zou bij de Nederlandsche regeering
reeds in 1871 eene aanvraag zijn ontvangen, om
concessie voor den aanleg der brug, ter plaatse
van het gemeenschappelijk door de Nederlandsche
en Belgische regeering geëxploiteerde veer.
,/De Belgische regeering, tot wie de concessie
vragers zich mede hadden gewend, zou intus-
schen aan deze hebben te kennen gegeven,
dat eerst na de beslissing omtrent de richting van
de spoorweglijn van Maaseyk tot de grenzen, om
trent hun verzoek ware te beslissen.
,(In hoever beslissing van de zijde der Belgische
regeering genomen is, weten wij niet; dat ech
ter de beide regeeringen nu reeds, bijgevolg met
afwijzing van het verzoek om concessie, besloten
zouden hebben de brug voor eigen rekening te
maken, meenen wij met zekerheid te kunnen
tegenspreken."
Uit Borne schrijft men aan de Twentsche Cour.
Woensdag ontving zekere landbouwer een post
wissel, benevens eene kennisgeving, houdende
dat hij een aangeteekenden brief van 't postkan
toor kon afhalen; niet wetende wat dat alles te
beteekenen had, vroeg hij in de Harmonie alhier
om inlichting, en vernam daar dat hij op dezen
postwissel geld konde bekomen, alsmede een brief,
welke misschien geldswaarde zou bevatten, ter
wijl hij voor ontvangst zijn naam moest teeke
nen. Toen de man hoorde spreken van teekenen,
deinsde hij verschrikt terug en zeide: «dat doo
ik nooit, ze kriegt mie nig an 't schrieven: doar
zak mie wal veur waren ik wil er niks maer
von wetten, ik goa hen en stekke den boswessel
en 't breefken an 't kantoor in de busse dan
bink er of." Hoezeer men ook al het mogelijke
aanwendde om hein zijne verkeerde denkwijze
aan 't verstand te brengen, liep hij weg, zeggende
«ik bin hier ook al nig teregte."
Men schrijft aan 't Handelsblad uit Harderwijk
Onlangs werden door een regent van het Ge
reformeerd weeshuis aan deu muziekonderwij
zer B. de Vries alhier afgestaan eenige bladen
muziek. Bij onderzoek echter bleek, dat die bla
den bevatten het Evangelie van Johannes, op
muziek gebracht, dagteekenende uit den tijd der
Broeders des Gemeenen Levens. Deze bladen of
zoogenaamd Maagdenperkament zijn goed gecon -
serveerd, de woorden zóo net en gelijkmatig ge
schreven, dat zij drukwerk evenaren. Ongeveer
1668, toen ook in Harderwijk eene omkeering
in de godsdienstige gezindte plaats vond, werd
alles wat maar naar Roomsch riekte vernietigd.
Jn dit lot deelde ook het grootste gedeelte van
bovenstaand Evangelie en werd gebruikt voor
strooken om pakken, die nog in het weeshuis
aanwezig zijn. Het zou misschien voor een Ver
zamelaar van oudheden van belang zijn deze
strooken aan de vergetelheid te onttrekken.
Volgens het Athenaeum is men te Londen bezig
met den herdruk van een boek, dat in 1844 ge
drukt en uitgegeven is, maar dat nooit geschreven
was. De auteur van dit boek, inr. Lordan, die te
Romsey „de roemrijke kunst beoefende," heeft
het boek gezet, terwijl hij het werk samenstelde.
De titel is: „Colloquies, desultory, but chiefly upon
poetry and poets." Afgescheiden van zijne inner
lijke waarde, is het een curiositeit, zijnde het eerste
boek dat niet vooraf in copij gebracht is. Wij
kennen dergelijk voorbeeld, althans wat een oor
spronkelijk boek betreft, ten onzent niet, doch wij
hebben wel eens hooren verhalen van een Aui ster-
aai ié-
pCt>
9«t"
II
Plltsjj
usiiA
reO
ft*
In. II
pinten
3lm.
teribor
11.
kforti
6&C'
.lOS1
n róótf
eBfl
NAAK HET FRANSCH VAN
T Al Al JE.
VIII.
Fabrieken en Werklieden.
(Vervolg.)
Liverpool is een monster evenzeer als Man
chester monumentale kantoren en pakhuizen,
verbazend groote straten waarin de huizen even
als te Londen overladen zijn met gewelven, zui
len en pilaren, die den aanschouwer hinderen en
overstelpen. Vijfhonderd duizend inwoners, en
de haven is na die van Londen de meest bevolkte.
De katoenpakhuizen staan langs de dokken als
een cyclopische muur, eindeloos en eentonig; zij
zijn de vergaarplaatsen van bijna al het katoen
van de wereld. Maar zij zijn nog niets, ver
geleken met de dokken. De Mersey, zoo breed
als een zeearm, verliest zich in het westen, de
schepen aan- en afvoerende. Zijwaarts, over eene
lengte van zes mijlen, varen deze de kanalen
binnen, met steen bekleede bekkens, soorten van
straten en pleinen in het water, die zich naar
alle zijden vertakken, om gerepareerd te wor
den of te lossen. Die menigte masten lijken wel
een bosch in den winter, dat zich uitstrekt zoo
ver het oog reikt en den horizon in het noorden
geheel verspert. Toch zijn die groote, talrijke
dokken niet voldoende voor 't aantal vaartuigen;
aan den ingang der kanalen liggen heele rijen
en hoopen op een plaats te wachten; daarom is
men bezig nog een rij dokken te bouwen te Bir
kenhead er tegenover op den anderen oever.
Dit schouwspel is, geloof ik, een der ineest
grootsche van het heelal. Enkele schepen meten
S500 a 4000 tonnen. Er ligt een steamer van 100
meter lengte. EeD voor anker liggend schip, de
Great-Britain, zal 1200 landverhuizers naar Australië
brengen. Gaat men in de droge dokken de trap
af om bij de kiel te komen, dan bemerkt men
dat de romp van het vaartuig 40 a 50 voet hoog
is. De wijd uitstaande en met koper bekleede
wanden hebben de sierlijke ronding van een zwem
vogel, die op de golven gaat rusten.
Van Birkenhead overziet men met éen blik de
geheele haven, het uitgestrekte riviervlak, dat
een geelachtigen glans heeft en zich bij een dau
wen mist vrij ontstuimig beweegt. De stoomboo-
ten gaan op en af en kruisen elkaar met een
stijve en mechanische beweging, als zwarte krab
ben. De zeilschepen varen lenig en buigend voort
als schoone zwanen. Daar komt een oorlogsschip
met zeilen en stoom, de George, met tachtig ka
nonnen, als een souverein aanzetten en allen maken
voor hem ruim baan.
Aan den anderen kant is de hemel bezoomd
met een eindelooze rand van masten en takel
werk, en van achteren heeft men de kolossale stad.
Wij gaan enkele werkplaatsen bezoeken, o. a.
die van Laird, fabrikant van ijzeren schepen.
Men zegt dat hij er in den tijd van dertig jaar
tweehonderd vijftig gebouwd heeft; 1500 werk
lieden, monsterachtige smederijen en gereedschap
pen, werven waarbeen het water door kanalen
wordt geleid. Op dit oogenblik ziet men op de
voornaamste werf de karkas van een rader-stea-
mer, 350 voet lang, die in de vaart zal komen
tusschen Londen en Dublin, met een snelheid
van twintig mijlen per uur. Hij zal tachtig a
honderd duizend p. s. kosten en in zes maanden
voltooid worden; het ijzeren vierkant, dat de
acht stoomketels bevat, bestaat uit metalen bal
ken, zoo dik als een meDschenlichaam.
Altijd dezelfde indruk, die van iets ontzaglijk
groots. Maar zijn arbeid en macht voldoende om
den mensch gelukkig te maken? Na het eten
blijft mijnheer B..., een groot koopman, aan
tafel zitten met zijne gasten, en doen zij een uur
of drie niets dan portwijn drinken, zonder een
woord te spreken. Een ander gaat zoodra hij er
tijd toe vindt, naar buiten om zich te ontspan
nen; hij is een hartstochtelijk varkensfokker.
Wanneer de mensch in zijn stand niet gelukkig
is, zoekt hij zijn troost in overpeinzingen. Men
wijst mij een plaats waar vier of vijf predikers,
meestal methodisten, 's Zondags in de open lucht
preeken voor eene groote schaar; de gedachte
aan het koninkrijk Gods, aan den Iiefdevollen
Jezus, den almachtigen vriend, is een toevlucht
voor het neerslachtig gemoed. Anderen zoeken
heul in de dronkenschap. „Dat Liverpool," zoo
leest men in A life for a life, door den schrijver
van John Halifax, „is een verschrikkelijke stad
„wat dronkenschap betreft. Andere steden mo-
„geu even slecht zijnde statistieken bewijzen
„het; maar ik ken geen plaats, waar de dronken -
„schap zoo openlijk en onbeschaamd beerscht,
„niet slechts in afgelegen straten en geuieene
„buurten, waar men haar verwacht, maar alom.'
„Nooit ga ik 's namiddags een spoorreisje maken,
„of ik tref ten minste een dronken heer aan, die
„in ziju waggon van de eerste klasse ligt te snur-
„ken, of in de tweede kla sse twee of drie dron-