yt Terder door het bestaan der exclusive het beginsel der inmengiDg wordt geconstateerd is duidelijk. Wij zullen straks nagaan, op welke wijze de mogendheden bet, naar onze meening, in practijk moeten brengen. Met eenigen schijn van waarheid zou men kunnen tegenwerpen, dat, zooal de andere mo gendheden zich op de geschiedenis mogen beroe pen om zich in de verkiezing te mengen, Italië niet in hetzelfde geval verkeert. Natuurlijk: een rijk, dat nog geheel in zijne wording is, kan zich evenmin op zijne historie beroepen als een zuige ling in staat is, zich over te geven aan de genoeg lijke herinneringen van zijn afgelegde levens baan. Maar wauneer men bedenkt, dat het raison d'être der inmenging nu niet meer, zooals onder het absolute régime gelegen is in rivaliteit der vorsten, maar in het welzijn der verschillende natiën, dan vragen wij of hier bij analogie niet tot het recht van Italië mag besloten worden, als zijnde een staat, die op gelijken voet met de andere mogendheden in het nieuwe stelsel is opgenomen, die het meest van allen belang bij de zaak heeft, en per slot van rekening des verkie zende den knoop zou kunnen doorhakken? Men verlieze ook vooral niet uit het oog, dat het recht van inmenging in de pauselijke aangelegenheden door de Curie (natuurlijk van haar bijzonder standpunt) in de laatste jaren zoo welsprekend mogelijk is gehuldigd. Het verdrag van 15 Sept. 1864 tusschen Italië en Frankrijk, dat bestemd was om aan de Fransche inmenging een einde te maken, verwekte zooveel ergernis bij de heeren te Rome, dat zij zich lucht moesten verschaffen door Europa onder de vervlockiugen van den syllabus te ver pletteren. Sedert de wereldlijke macht aan Pius IX ontnomen is, houdt men niet op, nu bij deze, dan bij gene inogenhheid hulp te zoeken. Ja, zelfs toen Frankrijk nog geheel verpletterd van den worstelstrijd daarneder lag, schaamde men zich niet om de kleine, weerbarstige vingeren der onnoozele schooljeugd te gebruiken tot het onder- teekeneu van petitiën, die, indien er gevolg aan gegeven ware, Frankrijk in een nieuwen oorlog met Italië en Duitschland hadden moeten wik kelen. Eu nu vragen wij, indien men het hoofd der kerk, bij iedere wankeling, bij iedere moge lijkheid dat het van zijn zetel zal nedertuimeten, door vreemde tusschenkomst wil doen ondersteu nen, of men dan aan die vreemde tusschenkomst het recht mag ontzeggen, ook een woordje mee te spreken, wanneer die zetel opnieuw moet bezet worden? Het is nu eenmaal een zwakheid hulp verschaft, gaarne onderzoekt, wien hij helpt, om te weten of er soms kans bestaat, dat de ge redde man hem later zelf te gronde zal richten. Dat nu de Curie haar steun niet zoekt bij de haar vijandige machten is zeer natuurlijk; dom is zij niet; maar terwijl zij aldus het beginsel der tusschenkomst erkent, kan zij het waarlijk niet kwalijk nemen, dat andere mogendheden dat beginsel in hun belang toepassen. Hebben de mogendheden belang bij het gehalte van den nieuw te benoemen paus? Waarlijk, indien niet de volledigheid en de ge regelde gedachten-loop het verei6chten, zouden wij aarzelen, zulk een nuchtere vraag (sit venia verbo) te beantwoorden. Wij hebben toch slechts te wijzen op de berichten, die dagelijks uit ver schillende landen tot ons komen, om aan te too- nen, welk een verderfelijken invloed de man van het Vatikaan door één enkele, hetzij dan uit zwakheid, heerschzucht, eigenwaan of bekrompen heid verrichte daad kan uitoefenen. Sedert den 18den Juli 1870 is Europa terug gegaan tot de barbaarsche tijden van vervolging om der wille des geloofs. Wij zijn, zooals prof. Tachini het in zijn „Roeping der Italiaansche gees telijkheid" zoo helder aantoont, weder gekomen tot de ontkenning van de sociale gelijkheid in het practische leven, tot de negatie van het recht der natiën, zelfs van het recht om een natie te zijn. Indien de aartsvijand van Rome's heersch zucht, Ulrich van Hutten, in onze 19de eeuw leefde, dan zou hij zich om dezelfde reden bij een Döilinger aansluiten, die hem noopte om de partij van Luther te kiezen, na hem eerst beschouwd te hebben als een kwezelenden monnik. Doch terwijl de kerkelijke omwenteling der 16de eeuw haar oorzaak vond in de werking des tijds, die langzamerhand van de katholieke kerk een jam merlijken poel van misbruiken had gemaakt, zijn de tegenwoordige twisten zonder eenig raison d'être, zonder eenigen natuurlijken aandrang in het leven geroepen, doordat enkele heerschzuchtige intriganten door een gewelddadig en onzinnig dogma huune macht hebben willen verzekeren. In naam nu van zulk een onbegrijpelijke aan matiging worden godsdienstige onverdraagzaam heid, ongehoorzaamheid aan 's lands wetten, on rust en twist tusschen de burgers en de staten van Europa aangestookt. Conflicten tusschen de regeering en de geestelijkheid in Duitschland, conflicten in Frankrijk, conflicten in Oostenrijk, conflicten in Italië. Hier is de onfeilbaarheids partij verwoed op de regeering omdat zij de oud- katholieken beschermt daar weder gemor onder de oud-katholieken en liberalen, omdat de on feilbaarheids-mannen worden voorgetrokken. En tusschen de burgers onderling vervloeking, haat en nijd, alles in den naam van een godsdienst, waarvan het de schoone roeping is om de men- schen in vrede en vriendschap bij elkander te brengen. Een man als pater Hyacinthe wordt in Frankrijk vervloekt en geloochend door een baat- zuchtigen broeder, die de banden des bloeds op offert aan de vrees om zijn aanzien en populari teit te verliezen. Mannen als Döilinger, Friedrich, Michaud worden door kerels als Veuillet, Mar- gotto en meer dergelijke maatschappelijke gift mengers door liet slijk gescheurd. De banden des huwelijks worden verbroken omdat de priester, die ze heeft gelegd, niet verkiest te gelooven dat graaf Mastai Feretti onfeilbaar is geworden, sedert hij den naam van Pius IX heeft aangenomen. Het eene kind wordt op de school als de pest van het an dere geweerd, omdat zijn vader niet tot de in- faillibilisten (het kind weet niet of dit dieren of menschen zijn) behoort. Priesters worden in den ban gedaan omdat zij zich niet willen onderwer pen aan het besluit van een slaafsch en omge kocht concilie. Verzet tegen de regeeringen wordt door den zwakhoofdigen grijsaard in zijne toe spraken op het Vatikaan gepredikt, en dat de „geloovigen" deze wenken niet laten verloren gaan, bewijst het centrum in den rijksdag, en het gedrag van een Crementz, een Namzanowski of hoe die mannen heeten mogen. Kortom, het de creet, dat den lSden Juli 1870 ouder duisternis, donder en bliksem is afgekondigd, heeft op de Europeesche mogendheden de woedende elemen ten van twist en burgeroorlog uitgestort, P. B. Lelden, 35 Juli. Uit 't Weekblad van Voorne en Putten teekent 't L. D. op, dat het er financieel treurig voor het te Brielle op te richten asyl uitziet. Die appreciatie hangt voor een goed deel af van het standpunt, waarop men zich plaatst. Naar wij vernemen is er tusschen de 70,000 en (80,000 voor de zaak beschikbaar en komen nog altijd giften in. Nu is het plan der commissie om het asyl te doen bestaan uit „Vrije woningen" en daarvoor is met de genoemde som toch nog al wat te doen. Zoo heel treurig staat het er dus, naar het schijnt, niet mede. (Utr. Dbl.) Te Meppel zijn Dinsdag met gunstig gevolg geëxamineerd 6 vrouwelijke candidaten voor apo thekersleerling, zijnde de dames S. Brandon, J. Lalare en A. C. M. de Wit Beukers, alle van Am sterdam; H. M. G. Betting, van SaudpoortJ.H. -jD Van de 12 geëxamineerden zijn tot hiertoe 10 toegelaten. Onder de eereleden, door de academie van beeldende kunsten te Munchen dezer dagen be noemd, komt volgens de Weser-Zeitung voor een onzer landgenooten, namelijk de heer Alma Tadema. De Commissaris des Konings in de provincie Zuid- Holland brengt ter kennis van belanghebbenden, dat wegens te verrichten herstellingen aan de brug in de traverse van den Rijks grooten weg der lste klasse u°. 4 buiten de Zuidpoort te Brielle, de gemeenschap door die poort zal zijn gestremd van den 2den tot en met den 17deu Augustus aanstaande; en dat gedurende dien tijd de pas sage kan worden genomen langs de Singels door de tangepoorl en Kraaipoort aldaar. Bij beschikking van den Minister van Marine van den 24sten dezer, is aan den opperschipper in het vaste corps dek- en onderofficieren J. J. Sporrij, dienende aan boord van Zr. Ms. wacht schip te Willemsoord, toegekend de gouden me daille voor 50 jaren eerlijken en trouwen mili tairen dienst. Bij beschikking van den Minister van Kolo niën, van den 23sten Juli 1872, zijn W. J. van Dorp, J. J. C. van den Abeelen, M. F. van Schaik en C. M. Haccou, gesteld ter beschikking van den Gouverneur-Generaal van Nederlandsch Indië, om te worden geplaatst als machine-opsteller bij de fabriek voor de marine en het stoomwezen te Soerabaya. De luitenant-ter-zee der 2de kl. H. H. Bowles wordt met den Oden Augustus aanstaande ge plaatst aan boord van Zijner Majesteits schroef stoomboot Citadel van Antwerpen, en zulks ter ver vanging van den luitenant-ter-zee 2de kl. J. W. F. ridder Huyssen van Kattendijke, wiens plaatsing, aan boord van genoemden bodem, met gemelden datum, wordt ingetrokken. Z. M. heeft aan de na te melden officieren bij de dd. schutterij, op hun verzoek, eervol ontslag verleend, als: bij die te Rotterdam, aan J. van Vollenhoven Azn. en D. A. Lamme, als kapit., laatstgenoemde onder gehoudenheid tot het vol brengen van de op hem uit kracht der wet nog rustende verplichtingen als gewoon lid der schut terij bij de reserve, met al de gevolgen daaraan bij de wet gehecht, en aan S. T. Chabot, als 2den luit; bij die te Leiden, aan M. van Kaathoven, als 2den luit; bij die te Vlissingeu, aan H. F. Suyck, als kapit., uit hoofde vau verandering van woonplaats; bij die te Leeuwarden, aan F. J. Haversinidt, als kapitein. Voorts zijn bij de schutterijen benoemdbij die te Rotterdam, tot kapit. H. de Jongh en M. Zeewoldt, beiden thans lste luit; tot lsten luit. J. van Alphen en J. van Vollenhoven, beiden thans 2de luit; tot 2den luit. J. C. Nijgh, A. Havelaar, en F. L. Gransberg, allen thans serg; bij die te Vlissingen, tot kapit. J. H. Will, thans lste luit; bij die te Zeist, tot lsten luit. Dr. J. W. C. Ermerins, thans 2de luit; bij die te Leeuwarden, tot kapit. P. F. de Jonge, thans lste luit; tot lsten luit. J. Winkeler, thaus 2de luit; tot 2den luit. M. B. de Boer. Z. M. heeft aan S. van Driel, op zijn daartoe gedaan verzoek, eervol ontslag verleend als-plaats- verv. kantonrechter te Woubrugge. Z. M. heeft benoemd tot griffier bij het kan tongerecht te Ootmarssum Mr. J. P. B. van der Mandere, advocaat te Utrecht. Z. M. heeft aan den kapit. luit.-ter-zee J. A. H. Hugenholtz vergunning verleend tot het aan nemen en dragen der versierselen van ridder der orde van het Legioen van Eer, hem geschonken door den President der Fransche Republiek. Z. M. heeft, met ingang van 1 September 1872, benoemd tot apotheker der 3de kl. bij den mi litairen geneeskundige dienst in Nederlandsch Indië, de voor die betrekking opgeleide kweeke- lingen der pharmacie K. B. van Dort, L. E. Hek- meijer en J. A. M. Bressier. BI IV IV IV JLi AIV JL>. Oudshoobn, 23 Juli. Sedert lang reeds was deze dag bepaald tot een schoolfeest. Een tweetal hee ren, gesterkt door eenige anderen en de com missie tot bevordering van getrouw schoolbezoek, hadden besloten Dinsdag na de gewone kermis een kermisfeest op groote schaal aan de jeugd te bereiden. Hiertoe waren die heeren door milde bijdragen der ingezetenen in slaat gesteld. Dat het beoogde doel op flinke wijze bereikt is, daarvan droeg deze dag de zichtbare bewijzen. In den voormiddag vereenigde zich de school jeugd in de lokalen, alwaar aan hen, die in het afgeloopen schooljaar getrouw opgekomen waren, fraaie boekgeschenken werden uitgereikt. Na afloop daarvan werden broodjes eu een frissche drank met graagte gebruikt, terwijl het jonge volkje reeds haakte naar de buitenlucht, om daar alles te kunnen genieten wat het versierde feest terrein hun aanbood. Vooreerst was daar het Eldorado voor de jeugd een draaimoleu, voor dieü dag hun eigendom I wauw» WW gawwtW VunOUIIUUIUiVdy V>VU 1 f j. I 1_ twee masten met allerlei prijzen voor de geluk kige klimmers en twee draaiborden, waar iedere kinderhand gevuld werd met een stuk speelgoed, terwijl op de speelplaats een orchest zich deed hooren. Die speelplaats, ter grootte van 90 M1, geheel overdekt, keurig met vlaggedoek en wa penschilden versierd, bood bij de warmte een heerlijk rustpunt aan, en twee lange tafels met banken lokten de gasten (260 in getal) tot rusten en genieten uit. Onder spel en zang begon des namiddags het genot van vrij te kunnen eteu wat de broedertjes- kraam, daar geplaatst, maar oplevereu kon. Uren lang bleef de gedienstige pan aan 't werk, vijf honderd bordjes waren er met milde hand aan geboden. Een glas limonade werd iutusscheu met graagte geschonken en aangenomen. Inmiddels was professor Mullens in het school lokaal gereed om de jeugdige feestgangers eu vele aauschou wers op zijn toeren te vergasten, hetgeen hij lot aller genoegen deed. Kortom, het fraai versierde terrein was den ganschen dag het tooneel van de innigste pret, en met veel voldoening mag de feestcommissie op haar werk terugzien, want ieder moest getuigen nog nooit hebben we zoo'u prettig feest bijge woond 1 Zonder eenige verstoring of ongeluk eindigde het feest in den avond. Amsterdam, 24 Juli. De gemeenteraadszitting van beden liet weder geen verblijdende indruk ken achter. Vooreerst moest het publiek onge veer een uur wachten, eer 20 van de 39 leden het bij de gemeeutewet bepaalde cijfer van meer dan de helft der leden ter vergadering ■tegenwoordig waren. In de Raadszitting van he den is met 14 tegen 6 stemmen besloten, zich met het voorstel van Burgemeester en Wethou ders te vereenigen, om aan het comité voor den Noord-HollandschFrieschen spoorweg te antwoorden, dat de Raad geen aandeelen nam in industrieele ondernemingen en dat hij tot het verleenen van de subsidie geen termen aanwe zig achtte. Met 14 tegen 7 stemmen verwierp de Raad de volgende motie van den heer Nierop: „de Baad acht een spoorwegverbinding van de hoojdslad met hel oostelijk deel van Noord-Holland van hoog belang en is bereid die geldelijk le ondersteunen tot een bedrag en in een vorm nader te bepalen, na goedkeuring van een plan van uilvoering." Op de heden gehouden vergadering van de Koninklijke fabriek van stoom- en andere werk tuigen werd door het bestuur mededeeling ge daan dat slechts voor f 463,800 in de leeuing van (510,000 was ingeschreven. Daar dus (46,200 breekt stelde, het bestuur voor tot de liquj; te besluiten en dus de inschrijving niet aaut nemen. De heer van der Voort stelde voor' ae termijn van inschrijving te verlengen, doclj voorstel van de heeren Aug. Philips en Egie werd een poging beproefd de leening staaud vergadering vol te teekenen. Deze poging ge|tj Het geheele bedrag van (510,000 werd veije gen. De voorzitter weuschte de vergadering luk met dezen uitslag. Zaandam, 24 Juli. De eerstkomende zitting den Gemeenteraad zal zeer belangrijk zijige behandeling komt toch de vraag, of ook m.tei op de Hoogere Burgerschool zullen wordei|,01 gelaten. Onder de deswege ingekomen ad. is dat van den inspecteur voor het Midd- Onderwijs, den heer Steijn Parvé, bepaa gunstig, en zou deze er slechts dan in bert wanneer men in de gemeente op geene at,n! wijze aan meisjes voldoend onderwijs kon gevjHi De Commissie van toezicht op het Middeusi Ouderwijs adviseert met 4 tegen 3 stemmtP0' toelating. k De directeur der H. B. S. geeft geene zeik dige opinie, maar treedt in eene beschouwing81 gronden vóór en tegen, en raadt eene voort' delijke proefneming aan. Van het Dagelijksch Bestuur zijn de Wethot 1 tegen, de Burgemeester vóór de toelating. 1 's-Gravenhaqe, 25 Juli. De k les vereenJU Vaderland en Koning alhier, heeft in eene algeui vergadering van gisteren tot candidaten vooij lidmaatschap van den gemeenteraad gestel;e| heeren Mr. O. van Bell, raadsheer in het Ho,'ge Zuid-Holland eu J. A. Keureneer, bankier te Cj,} stede. i d De kinderen van de gezamenlijke Zoii.n scholen hebben eergisteren, onder begeleidirive onderwijzers en onderwijzeressen, den dagm^ gebracht op het buitengoed van den baro;,üg Pallandt, te Rijswijk, die hun daartoe wt|n lend de gelegenheid had aangeboden. Zij hejjC aldaar de naald ter herinnering aan den agj] van 1697 bezichtigd, werden vanwege den.^ van Pallandt onthaald en zijn daar tot 'si.\m£ onder verschillende spelen gebleven. Op we»ore huis, werd de vreugde van den dag verSi. door een hevige onweersbui en plasregen. iek Zierikzke, 23 Juli. In de gehouden vers®8 ring van den Gemeenteraad deelde de voorrsW de heer Mr. B. C. Cau, aan den raad mede,vei bij, niettegenstaande het verzoek van eeD fcem ingezetenen der gemeente om geen vevo.PrE geven aan zijn voornemen om zijn omsu'eb vragen als burgemeester van Zierikzee, heeóen meend bij dat voornemen te moeten volbsjud en dat hij zijn ontslag aan Z. M. den Fbru heeft aangevraagd tegen 1 September a. i teei 's-Hertogenbosch, 24 Juli. Naar wij vei.; De zal, op Maandag 29 Juli a. s.te Gennep **ee den overgegaan tot het leggen van den eri'81 steen aan het stationsgebouw der Noordbrabaien Duitsche Spoorwegmaatschappij. De steenlegging zal geschieden door denHF commissaris des KoDings in Limburg Mr.we' A. M. van der Does de Willebois, welke p 1 tigheid met eenigen luister zal gevierd woi8''* terwijl de stafmuziek der veld-artillerie uit,or8 hem deze festiviteit door hare tegenwoordig'* zal opluisteren. BPe De officieren, belast met het geven va«^e derwijs aan de cadets der infanterie van hetto^0< studiejaar, die met 1 September alhier In® 1 zijn de volgende: kapitein Munters, tactiek, tegie en duurzame versterkingskunst; lste ls^ri nant Wiertz, wiskunde; lsle luit. v. d. Oudenwe Pieterse, geschiedenis en artillerie; lste luite:6r< Cieremans, reglementen en practische oefeuin» lste luiteuant v. d. Nagel, rechtlijnig teekenten Aan eerstgenoemden instructeur is tevens"81 leidiDg der studiën opgedragen onder onmiddélfl toezicht van den commandeerenden officier 'e het 5de reg. infanterie. va ha IN GrEZOIV DEIV. mi De ingezetenen van Leiden en de Rijnstn^ zullen zeker met genoegen vernomen hebben na de mislukte pogingen van de heeren Koij'^. Kaptijn tot het tot stand brengen eener sptv wegverbinding tusschen Leiden en Utrecht groote kans bestaat op het verkrijgen eener i binding tusscben Leiden en het station Woeri van den Rijnspoorweg. Als concessie-aanvragers treden op de hee' Sloet van de Beele en Wiggers van Kerch toch mag men uit het bericht, voorkomende in' Vaderland van 24 Juli, afleiden, dat de zaak stand zat komen onder het voogdijschap van Rijnspoorweg-Maatschappij. Of dit wenschelijk is valt te betwijfeleD. 'h voornemen toch bestaat, om de lijn niet iD binding te brengen met den Hollandschen sp j- weg te Leiden, maar aldaar een eindstation» et de Koepoort te vestigen. Hierdoor en door de" binding met Woerden verkrijgt de lijn een sluitend locaal karakter, en voldoet niet aan bestemming, die zij als hoofdlijn tot verbind

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1872 | | pagina 5