Donderdag A°. 1872. [SCHETSEN UIT ENGELAND. N°. 3717. 21 Maart. I ?evj LËIDSCH DAGBLAD PRIJS DEZER COURANT. Voor Leiden per 3 maanden..7.ƒ3.00. franco per postm 2SZ Afzonderlijke NommersB 0.0J Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering ran Zen- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS UKK ADVKRTKNTIKJJ Voor ieder en ïegel.'.ï....ï."770.1s. Grootere letters naar de plaatsruimte die xij beslaan. STADS-BERICHTEN. its. HER-IJK. IbüRGEMEESTER en WETHOUDERS yjln BEIDEN, jGezien het besluit van Gedeputeerde Staten der Mforincie Zuid-Holland, van den 9den Januarij 11., 11 Provinciaalblad n". 3), houdende bepaling m de tijdstippen van den her-ijk der maten en ge- rriten in de verschillende gemeenten in deze pro vincie, voor het jaar 1872; Herinneren den ingezetenen dezer gemeente hunne itrpligting, overeenkomstig art. 15, lett. a, der Wet n den 7den April 1869 Staatsblad n°. 57), tot het [doen her-ijken van alle reeds in gebruik zijnde maten, |gl wigten en weegwerktuigen, onder mededeeling dat f d artoe door den ijker zitting wordt gehouden in het lij taal van den ijk, op de Aalmarktnaast de Gemeente- Afviheek, en wel: ^Loor wijk VIII, op 21, 22, 26, 27 en 28 Maart, telken dage van des morgens 9 tot des namiddags 3 uren ■Eindelijk wordt ter kennis van de belanghebbenden gebragt, dat volgens besluit van den Minister van Staat en van Binnenlandsche Zaken, van den 6den December 1871, n°. 201 (12de afd.), de letter Din den gewonen drukvorm, schuin gesteld, bestemd is tót jaarletter zoowel van den ijk als van den her-ijk. ■Eu geschiedt hiervan openbare kennisgeving door aanplakking en door plaatsing in de Leidsche Courant Burgemeester en Wethouders voornoemd, v. d. BRANDELER, Burgemeester. y. PUTTKAMMER, Secretaris. Leiden, 17 Januarij 1872. Leiden, SO Maart. De weduwe T. alhier, van wie ook in het Vieuws van den Dag van den 15den Maart werd nelding gemaakt, is, na in hare woning te zijn eruggekeerd, eergisteren weder weggegaan. De bolitie zal zich, naar men van goeder hand ver leemt, deze zaak aantrekken. I Bij het bestuur der 's-Gravenhaagsche Werk- liedenvereeniging is een door 21 leden ondertee- keode brief ingekomen, inhoudende een voorstel tot oprichting eener broodfabriek van de leden der Vereeniging. Het bestuur heeft besloten in lichtingen te verzoeken aangaande de kansen van welslagen, en zal niet verzuimen dit onderwerp in liet oog te houden. Door de regeeringen van Pruisen, België, Frank rijk en Turkije zijn staatscommissiën benoemd ter behartiging der belangen van inzenders op de Weener Tentoonstelling in 1878. Vooral in België schijnt men veel werk daarvan te maken. Bij Koninklijk besluit, medegedeeld in den Moni- kur, zijn 71 personen, specialiteiten op ieder ge bied van nijverheid en kunst, als leden dier com- issie benoemd. In Nederland zijn reeds eenige mbinatiën werkzaam als eventueele sub- nimissiën van een voortdurend in de geboorte jnde hoofdcommissie! [Ned. Ind.) Den 8den Juli a. s. zal te Londen hetinterna- ODale Congres betreffende het gevangeniswezen Worden gehouden, tot welks bijeenroepiug in het AraerikaaDSche congres van dien aard in 1870, jinciunati de eerste spoorslag gegeven werd. Ten behoeve van bedoeld internationaal congres is bijzonder werkzaam geweest Dr. Wines, secre taris van het New-Torksch genootschap voor het gevangeniswezen, die eene opzettelijke reis te dien einde in Europa gedaan heeft. Dr. Wines, van een aanbevelings-schrijven van den President Grant voorzien, begaf zich eerst naar Engeland, en bezocht daarna de hoofdsteden der overige landen van Europa. Hij bracht te Londen eene Commissie van uitvoering tot stand, vond bij Re geering, maatschappijen en bijzondere personen een welkom onthaal, en gaf van zijne reis ver slag in een geschrift, dat tot inleiding van het congres dienen kon: International Congress on the Prevention and Repression of Crime, including Penal and Reformatory Treatment (London, 1871.) Niet al leen zullen de Regeeringen zich op dit Congres doen vertegenwoordigen, maar ook genootschap pen tot verbetering der gevangenen, en in 't al gemeen zullen allen, die zich het gevangeniswezen tot doel van hunne studiën hebben gemaakt, daarbij tegenwoordig kunnen zijn. W. v. h. R Behalve aan professor Opzooiner is, naar wij vernemeD, ook aan den hoogleeraar Donders het professoraat te Straatsburg aangeboden, doch heeft ook de laatste de Utrechtsche hoogeschool niet willen verlaten. (Hbl.) Onze correspondent te Roosendaal verzoekt ons het volgende schrijven uit Utrecht op te nemen: Prof. Opzoomer, wiens geschokte gezond heid, na een hevige ziekte in den laatsten zomer, lang veel te wenschen overliet, heeft nu zijn colleges hervat. Zijn niet gaan naar Leiden heeft velen verrast. Die de zaak van nabij kennen en dus kunnen beoordeeleu, keuren het volkomen goed. Om te Leiden op te treden, moest hij zich sterk en krachtig gevoelen; hij kon het niet doen met een geschokte gezondheid die zijn geest drukte. Voor zijn komen te Leiden was veel meer noodig dan voor zijn blijven te Utrecht. Het maakt mij altijd weemoedig, te zien dat onze groote mannen heengaan of in kracht afne men. De weinigen, die ons land nog bezit, wor den al minder; en waar zijn de mannen die hen waardig zullen vervangen? In dit opzicht geloof ik, dat ons volk erg achteruitgaat. Uitstekende persoonlijkheden worden steeds zeldzamer. Aan onze academies, ten minste aan de Utrechtsche, wordt weinig en slecht gestudeerd, vooral door juristen en theologanten. Spoedig eene carrière te krijgen en verder zooveel mogelijk geld te ver dienen, is vrij algemeen het hoogste ideaal. Mij dunkt, ook in de predikantenwereld blijkt deze vermindering van het gehalte der personen reeds sterk. Te Leiden, de kweekplaats onzer wetenschappelijke theologen, ontvangt geen enkele faculteit minder toevoer van studenten dan de theologische. Te Utrecht wordt een groot aantal dominé's gekweekt, maar van wie ik voor 't grootst gedeelte vrees, dat zij onze predikanten over eeDige jaren zullen doen zijn (ook wat hun invloed op de maatschappij betreft), wat thans de Roomsche pastoors zijn, geheel iets anders dan strijders in de eerste gelederen van vooruitgang, beschaving, letterkunde enz. Welke mannen wor den nu reeds bij voorkeur in onze grootste ge meen ten beroepen Vad. Hedenmorgen is aan den Bosch kant te 's-Gra- venhage opgevischt en vervolgens naar het Gast huis overgebracht het lijk van den sedert 3 Maart jl. vermisten koetsier B. Men vermoedt dat hij dien avond in dronkenschap in het water is geloopen. De vorige week heeft te Zwolle rondgezwor ven zekere G. J. van Vorden, die, geen woon plaats of middelen van bestaan hebbende, weoschte opgezonden te worden naar een bedelaarsgesticht. Toen dit niet geschieden kon, nam hij een deken weg van de uitstalling op de stoepen der woning van een winkelier. Hij is thans, krachtens bevel van den rechter-commissaris van strafzaken, voor- loopig in verzekerde bewaring gesteld. Te Vuren hadden verleden week de veld wachter en de oude jager van den heer Viruly last ontvangen, om het beddegoed van een aan besmettelijke pokken overleden persoon te gaan vernietigen. In plaats van hieraan te voldoen brachten zij het naar Gorkum en boden het aldaar te koop aan. De politie kreeg er echter spoedig kennis van, en de veldwachter werd voorloopig gedurende 3 maanden in zijne betrekking ge schorst. Als een staaltje op hoe zonderlinge wijs men op 1 April zoo al Neêrlauds onafhankelijkheid meent te kunnen gedenken, bericht men van geloofwaardige zijde uit Leerdam, dat aanvankelijk plan bestond aldaar een groote drijfjacht te organiseeren van oude jufvrouwen op een kaal geschoren, vet met zeep besmeerd varken. De koenste en rapste van haar zou eigenares van het te vangen dier worden. Juist de groote deel neming (100 oude tantes meldden zich in een ommezien aan) deed de commissie van het fraaie plan afzien. In verband met de kosten, dreigde de pret al te kortstondig te zullen zijn. Men schrijft aan het Hbl. het volgende: Aan den lsten luitenant de Ras, van het 8ste regiment infanterie, die in de maand September des vorigen jaars naar Algorië is vertrokken ten einde deel te nemen aan de expeditie van het Fransche leger tegen de in opstand gekomen Arabische stammen, is bij Koninklijk besluit eene verlenging van verlof voor den tijd van twee maanden verleend. De drie Nederlandsche officieren, lste luitenants Schoenmaeckers, Haverdroeze en de Ras (beide eerstgenoemden thans op de terugreis naar het vaderland), hebben met de mobiele kolonne onder bevel van den generaal Leverdo een zeer belang rijken en vermoeienden tocht, zuidwaarts buiten de Fransche bezittingen tot Goleah volbracht. De oproerlingen van een der machtigste Ara bische stammen, de Chambas genaamd, zijn in een gevecht geheel uiteengedreven en op de vlucht geslagen, waarna de kolonne naar Laghouadt is teruggekeerd. Tot die verwijderde streken in de woestijn van Sahara waren tot nu toe geeue Fransche troepen doorgedrongen. De Kamer van Koophandel en Fabrieken te Deventer heeft zich met een uitvoerig adres tot den Minister van Staat en van Binnenlandsche Zaken gewend, ter zake van het door de maatschappij tot exploitatie van Staatsspoorwegen op 1 Januari jl. ingevoerd goederentarief. De Kamer heeft daarbij hare bezwaren ontwikkeld, zoowel tegen het tarief voor het vervoer van ijl- en vracht goederen, als tegen dat van bestelgoederen. Naar men verneemt, weigeren de ouderlingen der Hervormde gemeente te Maassluis hunnen bijstand aan den predikant P. J. R. Laan, bij het afleggen der geloofsbelijdenis door zijne leerlingen, op grond van de ten zijnen opzichte gedane uit spraak door de Algemeene Synode, bij vonnis dd. 31 Januari jl., aan welke uitspraak door het Classicaal Bestuur te Rotterdam tot heden geeue uitvoering is gegeven. De Kerkeraad der Nederduitech Hervormde gemeente te Amsterdam heeft besloten, den ge denkdag der inneming van den Briel op 1 April e. k. kerkelijk te vieren. Vermits aldaar op dien dag, zijnde Paasch-Maandag, na 12 uren een fees telijke optocht zal gehouden worden, is tevens besloten den morgendienst, in plaats van gelijk gewoonlijk te 10 uren, te 9 uren te doen aan vangen en, in plaats van de namiddagbeurten, vroegbeurten te 7 uren te doen plaats vinden. Blijkens circulaire van den heer Troncin du Mersan, oprichter en voorzitter der Société nati onale d'encouragement des travailleurs industriels, zat te Parijs, in het Palais de l'Industrie, van 15 Juli tot 15 October of uiterlijk 1 November van dit jaar, eene internationale tentoonstelling voor handwerksnijverheid gehouden worden. Zij zal 10 groepen bevatten, als voor: voeding, kleeding, woning, huisraad, gereedschappen en werktuigen, zedelijke en stoffelijke ontwikkeling, inrichtingen tot nut van den werkman (statuten, reglementen enz.), volksgeneeskunde en gezond heidsleer, varia, geschiedenis van den arbeid eu den arbeider. Wat uit het buitenland koint, is vrij van in komende rechten. Alle ingezonden voorwerpen moeten te koop en van prijzen voorzien zijnmaar zijn deze met opzet te laag gesteld, dan worden de voorwer pen niet geplaatst. Alles moet vóór 1 Juli te Parijs zijn ontvangen. Van den koopprijs komt 5 pCt. aan de Société te goed. Den lsten September zullen de bekroniog-me- 1811 1. Bt| oten r 221 Portal ische b. ?2.U| t». /- ist-er» pM( «borg, fl. V- 0. B»1 Woenedi| 11—lt ik«n op iT. Bel Hy i feuilleton van liet „Leidsch Dagblad". naar het fransch van U. TT A. I E. IV. De opvoeding. Vervolg Een hoofdgebrek is het overmatig gebruik van v'jnvijftig jaar geleden was dronkenschap aan Ie orde van den dag, zooals over 't algemeen "j de hoogere standen; nu zij bij deze laatsten ■'eel verminderd is komt zij ook hier zelden voor. ïoe laatste gunstige omstandigheid is deze: de student, evenals de schooljongen blijft goed pro testant; hij is godsdienstig of heeft ten minste ïerbied voor den godsdienst. Van honderd jonge- jui, die een mijner vrienden in de gelegenheid ls geweest te polsen, waren er slechts twee 'erklaarde vrijdenkers, behoorden zeventig tot het liberale Protestantisme Broad church), de an deren tot beide schakeeringen, de High church en de Low church, van welke de eerste met hare plechtigheden en praal het puseyismus nabij komt, de andere geheel calvinistisch en eenigermate iconoclast is. Er zijn drie studiejaren. In het eerste jaar wordt het op school geleerde herhaald en hier en daar aangevuld. De eerste twee examens betreffen vooral grammatica en linguistiektwee of drie Grieksche en Latijnsche schrijvers, Griek- sche en Latijnsche opstellen in proza of verzen, eenige vraagstukken op Bijbelsch gebied. In het derde jaar worden dezelfde onderwerpen behan deld, maar grondiger, uit een ander, een critisch, historisch en phtlosophisch oogpunt beschouwd. Daarna heeft de student de keus tusschen drie eind-examens: een voor de wiskunde, een voor natuurkunde en natuurgeschiedenis, een voor het recht en de staathuishoudkunde. Een niet geslaagd student gaat naar een ander college en begint van voren af; na de twëede mislukte poging verlaat hij gewoonlijk de univer siteit. Er zijn twee soorten van studenten: 1' Zij die naar eerambten dingen en daardoor tot hooge posten aan de universiteit, de Kerk en elders ge raken. 2°' Zij, die evenals in Frankrijk de meer derheid vormen, en wier eerzucht zich niet ver der uitstrekt dan tot het verkrijgen van een graad' zij nemen slechts deel aan de conferentiën met den tutor, niet aan den cursus der professoren, en bepalen zich tot een minimum van studiën. Deze opleiding vormt vooral wiskundigen (voor namelijk te Cambridge) of humanisten (scholars). Maar sedert tieD jaar wijkt men eenigszins van de routine af; de hedendaagsche wetenschappen eD de moderne denkbeelden vinden ook daar hun weg. Nieuwe leerstoelen zijn opgericht, andere hebben hun onderwijs uitgebreid. Vergelijk daartoe de geschriften van Stanley, Jowett, het beroemde boek getiteld Essays and ReviewsMax Müller, de indianist, behandelt hier de geschie denis en de philosophische taalstudie. Dat alles is slechts de schors; van meer ge wicht is de bekendheid met de inborst, de gees tesrichting, de heerschende neiging vast het jonge mensch. Hoe leven die jongelui, waar hebben zij liefhebberij in? Om daarop te antwoorden, zou ik nog een maand of zes hier moeten blij ven. Bij gebrek aan persoonlijke ervaring ver wijs ik u naar een drietal zedetafereelen, die mij aanbevolen zijn Pendennis van Thackeray Tom Brown at Oxford, en een kleinen, vroolijken, door den schrijver geillustreerden romanAdven tures of M. Verdant Green. Het voornaamste punt is dat, daar Oxford en Cambridge de verzamel plaatsen zijn van aanzienlijke jongelui de heer schende toon er in overeenstemming is met het karakter en den stand der daar wonenden: eene Engelsche hoogeschool is in vele opzichten een club van adellijke of ten minste rijke jon gelui. Velen die tot rijkdom gekomen zijn zen den er huui)6 zonen alleen heen om aanzienlijke kennisseD op te doen; ik heb reeds aangestipt dat enkele arme stndenten of van burger-afkomst bevriend trachten te worden met hunne adellijke makkers, die hun later een post livingkunnen bezorgen. Zelfs aan de Universiteit wordt het onderscheid van stand in aanmerking genomen. In enkele collegies hebben zij die van adel zijn eene afzonderlijke tafel, eene bijzondere klee ding, onderscheidene kleioe privileges. In eene groote Fransche school zou men zich zoo iets Diet kunnen verbeelden! In St. Ambrosius (zoo verhaalt de schrijver van Tom Brownwaren een troepje arme studenten, zoogenaamde servitors, die gedeeltelijk uit eene beurs studeerden, eu door hunne rijke en adellijke makkers zeer uit de hoogte werden behandeld. Tegenwoordig zijn er geen servitors meer. Bij ons, aau de po lytechnische school, zijn de leerlingen onbekeud met de namen der „boursiers", zij berusten bij eene commissie die hen uit kieschheid verzwijgt. Dit spruit voort uit den geest van gelijkheid.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1872 | | pagina 1