N°. 3663. Donderdag A°. 1872. 18 Januari. STADS-BERICHTEN. Ijl icon.- LEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT. Voor Leiden per 3 maanden3.00. Franco per post....3.85 Afzonderlijke Nommers0.05. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zen- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVKKTKNÏIKN. Voor ioderen regel0.16 Grootere letter« naar de plaatsruimte die zy beslaan. EUDt HER-IJK. i1b;h BTTRGE MEES TEE en WETHOUDERS van LEIDEN, Gezien het besluit van Gedeputeerde Staten der o provincie Zuid-Holland, van den 9den Januarij 11., n*. 11 Provinciaalblad n*. 3), houdende bepaling - -van de tijdstippen van den her-ijk der maten enge- RTRiwigten in de verschillende gemeenten in deze, pro- p. Pivincie, voor het jaar 1872 fiennneren den ingezetenen dezer gemeente hunne .verpligtmg, overeenkomstig art. 15, lett.-a, der Wet van, den 7den April 1869 Staatsblad n°. 57), tot het ■doen her-ijken van $lle reeds in gebruik zijnde maten, gebleïtgewigten en weégwerktuigen, onder 'mededeeling dat daartoe door den ijker zitting wordt gehouden in het lofeaal van den ijk, op de Aalmarkt, naast de Gemeente- Apotheeken wel: voor de gewone gewigten, benevens de maten en strijkers, voor wijk I, op den 22sten Januarij, voor wijk II, op den 22sten en 24sten Januarij, voor wijk III, op den 25sten, 26sten en 30sten Januarij, voor toijk IV, op den 31sten Januarij, lsten, 2den en 6den Febr narij, voor wijk V, op den 7den, 8sten, 9den, 13den, 14den 'eÜ ltiden Februarij, vodr wijk VI, op den 16den, 20sten, 21sten, 22sten, - 23sten, 27sten, 28sten en 29steu Februarij en 1 Maart, voör wijk VII, op den 5den, 6den, 7den, 8sten, 12den 18den, 14den, loden en 19den Maart, - voor wijk VIII, op den 20sten, 21sten, 22sten, 26sten, 27,sten en 28sten Maart, r voor de buitenwijk, op den 29sten Maart. - Vooh de gewigten voor fijne weging, in gebruik bij - medicijnbereiders, goud- en zilversmeden, speciehan- - del^ars, beleenbankhouders en verdere in goud en -- zilver handelende personen, - voor Wijk I, II, III, IV en V, op den 2den en 3den April, - voor wijk VI, VII, VIII en de buitenwijk, op den 4den en 5den April, j, telken dage van aes morgens 9 tot des namiddags 3 uren; en wijders tot 30 September, iederen Zaturdag van - 9 tot 1 uur. Tevens worden de belanghebbenden er op gewezen dat zïj verpligt zijn hunne maten en gewigten, behoorlijk droog en schoon, bij den ijker, op voor- schrevèn dagen, tot het ondergaan van den ner-ijk te bezorgen;; b.$at zij die zulks verzuimen of daarin verhinderd worden, voormelde maten en gewigten vóór den lsten October nog aan den ijker op dè daarvoor aangegeven dagen, ter her-ijking moeten aanbie den en c. dat, na het eindigen van den termijn van den her ijk, het gebruiken of voorhanden hebben van maten en gewigten, niet voorzien van de vereischte stempelmerken, volgens art. 29 der boven aangehaalde wet, verboden en strafbaar is. Eindelijk wordt ter kennis van de belanghebbenden - gebfa^t, dal volgens besluit van den Minister van Staat en van Binnenlandsche Zaken, van den 6den December 1871, n°. 201 (12de afd.), de letter D, in den gewonen drukvorm, schuin gesteld, bestemd is tot 'jaarletter zoowel van den ijk als van den her-ijk. En geschiedt hiervan openbare kennisgeving door aanplakking en door plaatsing in de L,ei>d$chc Courant. ~i - h>ov Burgemeester en Wethouders voornoemd, - v. d. BRANDELER, Burgemeester. - v. PUÏTKAMMER, Secretaris. Leiden, 17 Januarij 1872. Db,, BURGEMEESTER der gemeente LEIDEN, doet te weten, dat bij hem is ontvangen, eene op- gave aanwijzende de uitkomsten van de meting en "sobattihg der gebouwde eigendommen en dat die ge durende dertig dagen ter. inzage van de belangheb- benden, ter Secretarie dezer gemeente is nedergelegd. En wordt deze door plaatsing in de Leidsche Cou rant afgêkondigd. De Burgemeester voornoemd, v. d. BRANDELER. Leiden, 17 Januari 1872. 1871 t. 8el- Lelden, 17 Januari. aten Hefcu is heden de derde dag dat over de met Engeland gesloten tractaten in 't algemeen, en Portui'0Ver ^at tot a^stan(^ van onze bezittingen ter iache Kuste van Guinea in 't bijzonder, gediscussieerd 1 wordt. ^aa,r alle waarschijnlijkheid zal omtrent dit laat- «te waartoe zich de voornaamste bezwaren bepa- nten len, daar de beide anderen ook in de sectiën tot '"b weinig of geen bedenking aanleiding gaven he- u. den de beslissing vallen die met gespannen verwach- ort, o.ting in den lande wordt tegemoet gezien. Het is 1, ld lnu eenmaal zóo dat ons politiek leven niet best j gedijen kan zonder opvolgende agitatiën en nadat die over 't onderwijs, de koloniale quaestie, de -inkomsten-belasting, de missie te Rome en eenige 12 "rt andere li, hetzij voor goed of tot nader order ach- Woeiuciter den rug zijn, hebben wij onder de agitatie n—l'over ,jen vrijwilÜKen afstand van eenige bezit- eken op - tingen, op wier beheer weder ons gezag niet erg ij. Bel'6 roemen valt evenmin als de vroegere voordee- Hyflen uit geheel zuivere bron voortvloeiden. Maar men kan alles opschroeven en nu heet bet de eer, de waardigheid en het aanzien van ons land wordt prijs gegeven, ja dat bet een smet en schande voor ons land is dat wij die bezittingen, die ons jaarlijkscbe offers kosten zonder iets te rendeeren, en die nog voor een paar jaren zelfs op bloedige opofferingen is te staan gekomen," dat wij die kuststrook met eene half wilde be volking niettegenstaande ons 200jarig protecto raat, aan eene groote mogendheid afstaan die in staat en bij machte is om ook deze bezittingen tegelijk met de zijne te besturen en hare inwo ners gelijkelijk te beschermeti en wellicht voor goed een eind te rnakan aan de onderlinge twis ten en gruwelijke vijandelijkheden tusschen de negerstammen onderling. Men voege daarbij dat Engeland Iegelijk met de aanvaarding van dat niet zoo zeer aanlokkend bezit, bij een ander tractaat aan al onze geschillen in den Indischen archipel een einde maakt, en waarbij zoowel onze rechten op geheel Sumatra ten volle erkend als eene verhoqding tot de Britscbe bezittingen (sedert het tractaat van f821 steeds een milde bron van reclames en moeielijkheden) voor goed geregeld wordt, dan zal ieder onbevooroordeelde wel willen toestemmen dat de ook hier weder opgewekte agitatie kunstmatig is, hetgeen te meer in het oog springt nu b. v. de heeren Messchert, Hartseu, Huydecoper die nu zóo zeer aandrin gen op den plicht der Regeeripg tot ontwikkeling en beschaving vau den inlander, tot bescherming en gereede opoffering van materieele voordeelen, in dit opzicht een programma geven weinig stroo kende met hunne en der conservatieven leer en beginselen ten aanzien van de Javaantjes in ver band tot bet batig slot. Doch hoe dit zij, er kao ook over dezen afstand van de Kust verschillend gedacht worden. Men kan de strikte noodzake lijkheid verdedigen of betwisten, maar is dit nu weder een reden om het land in rep en roer te brengen, en gisteren reeds, toen het lot van 't tractaat nog niet eens beslist kon zijn, veel min dat het zich liet aanzien of die beslissing wer kelijk zou zijn teu gunste van den afstand, tot een petitionnement op te trommelen (gelijk Prof. Vreede in 't Ulrechtsch Dagblad doet) om den Koning te verzoeken lief tractaat zoo het door de Eerste Kamer mocht worden aangenomen niel te bekrachtigen en zoo doende, nadat de beide Kameis na njp beraad hunne goedkeóring aan dat verdrag zouden hebben geschonken, van het recht van veto gebruik te maken ook waar het geldt onze buitenlandsche betrekkingen en onze verhouding tot eene groote bevriende Mogend heid i Dat de agitateurs bet mogen verantwoorden; maar met volle recht heeft de heer Gericke gisteren, in zijne uitmuntende rede tot verdedi ging vau bet tractaat en van zijn onderling ver band met de beide andere overeenkomsten, met verontwaardiging van zich geworpen de aantij ging van conservatieve zijde alsof de Regeering de eer en de waardigheid des lands ten offer bracht. In liefde tot liet Vaderland, in naijver op zijne eer, aanzien en verdienste deed de Regeering niet onder voor een der leden van de Kamer, en liever zou 's ministers hand verdorren eèr hij iels zou ouderleekenen wat met die eer, dat aanzien en die waardigheid in strijd was. Dat was de bestraffende iuleiding hoe diplomatiek ook ingericht, die hij richtte tot hen en speciaal tot de heeren Messchert en Ilartsen die het tractaat genoemd hadden een schaniie voor ons land Ja, zóo ver van den weg raakte de heer Messchert in de zitting vaii Maandag, dat hij de tegenstel ling maakte tusschen liet feest van den Briel eu dezen afstand. Men.zóu den moed en de volharding der vaderen vieren voor de daden van 1572 en aan den anderen kant loslaten wat door de eDergie en de dapperheid der vaderen was verkregen. Dat die vergelijking ten eeuenmale mank ging heeft de heer Hein onmiddellijk aangetoond. Het zou alleen schande zijn wanneer wij werden ge dwongen die bezittingen af te staan, maar nie mand dwong onsde afstand Zou zijn eene geheel vrijwillige daad gegrond op de overweging van hetgeen ons belang eu tevens dat def bevolking medebracht. Wat had de natióbale feestviêring op 1 April daarmede uit te staan? Gelijk gezegd 'wordt de beslissing in de zitting van heden tegemoet gezien. Welke zij ook zijn moge, wij züllen haar met kalmte tegemoet zien en laten anderen de taak over om de gemoederen bij elke gelegenheid in beweging te brengen. Zooalt wij per telegraaf vernamen, heeft de 'Eerste Kamer in hare zitting van heden het trac taat tot afstand der Kust van Guinea aangenomen met 29 tegen 6 stemmen. Tegen stemden de heeren, Hartsen, Ryckevor- sel, Rhemen, Messchert, Huydecoper en de Voor zitter. Morgen is het Sumatra-tractaat aan de orde. - u.-f-i Heden werd op de stedelijke begraafplaats aan de Groenesteeg de laatste eer bewezen aan het stoffelijk overschot van den Hoog Edel Gestr. Heer J. C. F, Koch, ond-kolonel der infaoterie, voormalig kommandant-directeur van het Inva- liedenhuis, ridder der Nederiandsche orden enz.: Alvorens de kist in het graf uederdaalde, nam Ds Inckel het woord en sprak hoofdzakelijk het navolgende Mijn ambt brengt mij veelvuldig aan de rust plaats der dooden, maar wat nu in mijne ziel omgaat, is eene hernieuwing van hetgeen ik ge voelde, toen ik stond aan de groeve van mijn vader. Vo r 37 jaar, als jongeling, noemde ik hem reeds vader Koch, en een band van vriendschap en liefde werd tusschen ons gelegd, dien de tijd heeft bevestigd. Tóen ik voor meer dan 26 jaar henf te Leiden als kommandant van het Invali denhuis wedervond, was hij de eerste die mij de vriendenhand reikte, en op den dag zijns doods mócht ik een laatsten vriendenhanddruk ont vangen. Wel wonderlijk zijn Gods wegen. Nauwelijks was vader Koch, in het begin dezer eeuw, den krijgsmansstand ingegaan, of nabij Leiden, in het rijks-hospitaal meende hij den dood te zullen vindeu. Hen Duitsch geneesheer was zijn reddende engél Sn stortte nieuw leven in hem uit door met hepi te spreken vau zijne vaders en de zijueu, en nu op 87jdrigen leeftijd, in de nabijheid van Leiden, vond hij den dood. Hij ivas de braalste der braven. In de velden van Waterloo werden onder hem drie paarden doórsctlóféb. Zijn heldenmoed ontging niet aan het oog der bevelhebbershij was de eertte, wiens borst doör den édelen Prins Frederik der Nedérlahden versierd werd, met het Moed, Beleid en Trouw, later werd hij begiftigd met het kruis, waarop geschreven staat: De deugd adelt." Nederig bleef hij onder de eere, door menschen hem gegeven. Die "eere is nu voorbijgegaan, maar wat mijne ziel verheugt, lnj bézat de 'èere, die blijft. Hij was inëdsclr en christen in den völ- sieu zin des woords; honderdmaal stond hij tégenover dén dóód en vzëësde dien niet, en w aarom had hij géeiie vrees voor den dood Nooit ging hij dezen tegemoet zonder dat hét gebed over zijne lippen kwam, hetwelk hij als een eilgoeti van zijné inóèdët had meegenomen. Dal geloof bleef hein lot' 'ib den dood, God zij ge dankt, bij. Wat lnj was als vader en vriend dat getuigen de tranen van zijne schoonzoons eu kleinzonen, dat spreekt uit de deelneming van ons allen aau zijn graf. Zelfs in oiize Oost-Indische bezittingen w erd lnj als vrieud en weldoener dankbaar her dacht en een oud kolonel vau het Indisch leger brengt hem, den vaderlijken vriend, hier door zijne tegenwoordigheid een rechtmatige hulde. Vau hein, vader Koch, kan men zeggen; hij had het Woord begrepen: „AI zoó lief heeft God de wereld gehad, daarom draagt de wereld in het hart als Gods navolgers, als Zijn geliefde kinde ren. Zalig hij die in den Heer sterft, hij rust van zijn arbeid, zijn werken volgen hem na."'Nadat de kist in de groeve was Deergelaten en betrek kingen en vrienden, door hunne liefde gedrongen, den doode een bed hadden gespreid, sprak de majoor der geDie H. L. de Wijs, oudste schoon zoon, een woord van dank aan allen, waaronder generaal van Thieleu, de kolonel-kommandant der stad en verscheidene officieren, die den ont slapene de laatste eer hadden bewezen, een woord, hetwelk getuigde van warme dankbare liefde aan den vader, die blijft voortleven in het hart zijner kinderen. Niemand verliet onaangedaan de begraafplaats. (Tot aandenken aan het vijfentwintigjarig be staan der vereeniging Uit Liejde alhier, is van Z. K). H. Prins Frederik ingekomen de ruime gift V66 /^O - De gisterenavond gehouden tooneelvoorstelling van den heer Victor Driesseus werd door een vrij talrijk publiek bijgewoond en door een wei- bezet orchest opgeluisterd. De Avonturen van Peper- man zfjD kluchtig en de rol vau Peperman werd meesterlijk afgespeeld. De rijke koekbakker die met vrouw en dochter op reis zou gaan, gaf aardig de drukte terug van iemand die zelden op reis gaat en, pndanlfs al zijn voorzorgen, be stellingen enz. bijna nog te laat komt. Mevr. Verstraaten, als zijne yrouw, onder steunde hem door hare eenvoudigheid en ua- tuurlijk spel. Het geheele stuk is vol avonturen, tol een dupl toe, maar die zoo aardig in elkaar geweven zijn en zoo gepast tot ontknQopiug leiden, dat men den schrijver bewonderen moet. In het stuk zelf zit uiets vap eenige beteekepis, maar het is koddig van het begin tpt het eind en heeft bovendien de verdienste dat er geen enkel woord in voorkomt, dat eenige.opzedelfjke beteekenis heeft. Wat de uitvoering betreft is Victor Driessens de spil waar alles om draait en zijn spel was zoo prachtig, dat hjj de algemeene bewonde iug wegdroeg. Huj gaf in alles blijken van zijp meesterschap in de mimiek en zoo ge trouw den rijk geworden burger vau Antwerpen terug, dat men werkelijk Peperman voor zich meende te zien. De medespelers hadden niet veel gelegenheid om uit te komen, met uitzondering van de heeren Stevens eu Kuyt, die beiden op de dochter van Peperman verliefd wareD en den koekbakker ais om strfjd voor zich zochten te winnen, waardoor dan ook de laatste alt bankier met de dochter trouwde. Hebben wij ons bedroefd bij de voorstelling van de Drie hoeden, evenzeer verheugden wij ons over deze werkelijk goede opvoering. Het ua- stukje: Drie jongens van de Brandspuit voldeed ook zeer goed. Gisterenavond omstreeks acht uren had alhier een droevig ongeval plaats. Een man, genaamd H., kwam gezond van zijn arbeid te huis, doch na verloop van 10 minuten trof hem een kramp op het hart en was hij een lijk. Hij laat een be droefde weduwe en kinderen na. Voor de beroeping van een predikant bij de Nederduitscbe Hervormde gemeente te Rotter dam, is een drietal opgemaakt, bestaande uit de heeren: J. W. Felix, Utrecht; G. J. van der Flier, Heemstede; J. P. Nonhebei, Middëlbürg. Tot leden van den Hapgschen gemeenteraad zijn heden verkozen de beer F. X. de Charro, oud lid van den Raad, met 815 en Jhr. J, JL. C- Fompe van Meerdervoort, geneeskundige, met 1115 stemmen, derhalve de candidaten van de Kiesvereeuigingen Vaderland en Koning en de Grondwet. Mr. Groen van Prinsterer te 's-Gravenhage, heeft aan de 288 onderwijzers hij 'tChristelijk nationaal ouderwijs, die hem of> zijn 70sten verjaardag een prafetïtalbum met hunne fotografische portretten hebben veree>d, al9 dankbetuiging voor de hem betoonde belangstelling aan' ieder hunner een verëei'end schrijven doen toekomen, tegelijk uiet een door hem reeds in 1818 uitgegeven werkje getiteld: Vrijheid, Gelijkheid, Broederschap. Toettbh- ling van de spreuk der revolutie. TegénOver1 dfen titel is geplaatst het, voor dit doel exprèsselljk vervaardigd fotografisch portret van den jubilaris. Het drieinuaudelijksch tijdschrift De Tuinbouw- Illustratie, eerlang door de firma E. H.Krelageen Zoon te Haarlem uit te geven, onder rödactie van J. 4. Krelage, werd dezer dagen vereerd met de mieekening op twee exemplaren voor Z. K. H. ITins Frederik der Nederlanden. Een inzender in de N. N.-Bode vestigt er de aandacht op, dat aan de kon. mil. acad. 38 lee raren zijn voor 81 kadets en vraagt, of het niet goed zou zijn, het instructiebataljon ook op de academie të plaatsen, ten eiDde allen van den overvloed van docenten kosteloos konden profi teered Den 20sten (eu niet den 27sten, zooals in som mige bladen gemeld is) zal in het Nieow'ediép, aan boord van T schip Bobertus Hendnkus overgaan een detachemont van 25 onderofficieféü en m'an- schappen, onder bevel van den van verlof naar Java terugkeerenden lsten luit. der iuf. de Grijs, en het medegeleide van den eveneens van verlof

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1872 | | pagina 1