werktuigkundigen, teekenaars, opzichters enz.
•2'. een tot het huren van een huis voor de
areaux van den genoemden iDgenieur.
Over deze voorstellen zal in de Raadsvergade-
jgop aanstaanden Dinsdag beraadslaagd worden.
i1vgj-ezoïvoeiv.
Geachte Redacteur!
Heb de goedheid den ongenoemden schrijver
M Uw hoofd-artikel over het Brielsche Munu-
nt te doen weten door middel van Uw Dag-
d, dat ik de eer zal hebben hem de afbeel-
g te laten zien van het ontwerp-monument,
door hem zoo gehefljen al veroordeeld wordt, of-
oon hij het niet gezien heeft. Hij schrijft U
at de zaak zijne volkomene sympathie heeft";
elnu ik wil hem in de gelegenheid stellen het
ttvorpeu gedenkteeken te zieu; dan zal ik hem
iiuststellen dat het niet is „een zeemeermin, een
aadselachtig wezen half vleesch en visch, die
ien getracht heeft in een nimf te herscheppen,"
het evenmin is „eene schroomvallige nimf,
aau het geslacht der bedriegelijke Sirenen ver
want," en hein tevens bekend maken met den
eeldhouwer, die volgens den ongenoemden
ihrijver „een ongerijmd ontwerp" heelt vervaar-
gd; dan zal hij niet langer behoeven te „twij-
ëlen of er in Nederland éen kunstenaar van
uaam te vinden is, die het vaderschap van dit
misgeboorte openlijk zal willen aanvaarden."
oor 't oogenblik zij 't genoeg hem te doen we-
q, dat die beeldhouwer meer is dau een der
irvaren teekenaars, die gereed slaan de onrijpe
voortbrengselen hunner verbeelding vorm te ver-
eeuen, onbekommerd voor de bezwaren eeuer
jraktische uitvoering en onbekend met de eischen
rau het materieel." De ontwerper toch is ieuiaud
ie met het materieel en de techniek beter be-
snd is dan de ongenoemde beoordeelaar en de
idergeteekende tezaameen man die in éen
oord verstand heeft van de kunst, welke hij
Eoefent, en die zoo buitengewoou veel kunst
eeft gezien, dat hij niet verlegen behoefde te
jn „hoe het water zou worden uitgedrukt," iets
aarmee de ongenoemde beoordeelaar blijkbaar
ertegen 'zou zijn; hoe dit door de ouden ge-
hiedde, hoop ik hem tevens te leeren, als hij
iet eeu bezoek vereert
Uw d.d.
W. N. DC RIED.
Leiden, 17 December 1871.
koloniën.
I BATAVIA, 10 November.
Aan 't Mail-overzicht van het Bat. Handelsblad
lontleenen wij
Elk oogenblik kan de Siatneesche oorlogs-stoo-
Imer, die een afgezant des Eonings van Siam
maar Batavia moet brengen, in 't zicht komen,
d met hem de olifanten-ordes, die door som-
ligen reikhalzend worden verbeid. Onder de
edecoreerden noemt men ook den kapelmeester
er stafmuziek en den vuurwerkmaker.
Bet onderzoek naar de herkomst der valsche
ankbiljetten is een sehrede gevorderd door de
rrestatie van een Chinees, als Europeaan ge
leed, een echte chevalier d'induslrie, omtrent wien
ider onze plaatselijke berichten eenige bijzon-
trheden worden medegedeeld. Behalve valsch
mkpapier zijn hier ook valsche halveguldens-
ukken in omloop.
De regeeriDg heeft eenige uitbreiding gegeven
an het korps ambtenaren van de telegrafie,
och bijna alleen iu de lagere betrekkingen,
oodat voor de meesten hunner de betrekking
an telegrafist eerste klasse de maarschalksstaf
ordt.
In de vorige week is hier van Glasgow aan
tonen de nieuwe stoomboot Gouverneur-Generaal
ijer van de Nederlaudsch-Indische stoomvaart-
aatschappij. Dezer dagen heeft de Gouverneur-
eneraal dat vaartuig bezichtigd en er een
ejeuner gebruikt. Ook de Kosmopoliet IU genoot
e eer, door den Opperlandvoogd bezocht te
'orden.
De aanleg van den Spoorweg Batavia-Buiten-
)rg vordert slecht uit hoofde van de onteige-
ings-processen. De exploitatie van het gedeelte
atavia-Koningsplein gaat zeer goed; gedurende
'ctober jl. zijn gemiddeld 1500 menschen daags
srvoerd; de ontvangsten bedroegen ruim /5400.
Van de Buitenbezittingen is niets bijzonders
i melden.
Door den Gouverneur-Generaal van Nederl.-
idië zijn de volgende beschikkingen genomen
Civiel Departement. Verleend: Een tweejarig
irlof naar Nederl. wegens ziekte, aan den assist.-
üid. van Amoenthay (Zuider-en Ooster-afdeeling
>u Borneo) tevens veodutn. aldaar, J. J.Meijer,
lo deu assist.-resid. van Martapoera (Zuider-
j Oosterafdeeling van Borneo), tevens vendum.
laar, G. A. van Delden en aan den 3den com
nes bij de algem. rekenk. C. Moesman; een
feejarig verlof naar Europa, wegens ziekte, aan
'a advoc.-generaal bij het hooggerechtshof van
ederl.-lndië, Mr. B. G. Straeter, en aan den 2den
iminies bij het depart, van financien A. P. J.
egelberg; een tweejarig verlof naar Nederland,
agens ziekte, aan den assist.-resid. en magistraat,
'ens fiscaal te Palembang Mr. C. A. O. van
attenburch; aan deu contr. der 1ste kl. bij het
ianenl. bestuur in de resid. Palembaug J.H.H.
wnseiff, en aan deu ambtenaar op wachtgeld
Haring, laatstelijk gezagvoerder van den gou-
vernements stoomsleper Kapitein van Os-, aan den
bisschop van Colophon i. p. i., apostolisch vicaris
en pastoor te Batavia P. M. Vranken.
Benoemd: tot assist.-resid. van Martapoera
(Zuider- en Ooster-afdeeling van Borneo), tevens
vendum. aldaar, de secr. dier resid. W. Broers;
tot assist.-resid. van Amoenthay (Zuider- en Ooster-
afdeeling van Borneo), tevens vendum. aldaar, de
contr. der 1ste kl. bij het binnenl. bestuur in die
resid. O. M. de Munnick; tot lsten subst.-griffier
bij het hooggerechtshof van Nederl.-Indië, de 2de
subst.-griffier bij dat hof Mr. R. W. Craandijk;
tot 2den subst.-griffier bij het hooggerechtshof van
Nederl.-Indië, de 3de substit.-grilïïer bij dat hof
Mr. G. van der Jagt; tot griffier bij den omgaan-
den rechter in de eerste afdeeling, de ambten,
op wachtgeld Mr. S. van Gigch, laatst, substit.-
griffier bij den raad van justitie te Soerabaya;
tot inspecteur vau het lager onderwijs voor Eu
ropeanen en met dezen gelijkgestelden, in de
tweede afdeeling, de inspecteur van het lager
onderwijs voor Europeanen en met dezen gelijk
gestelden in de derde afdeeling J. M. Rosskopf,
en in de derde afdeeling, de hoofdcommies bij het
departement van onderwijs, eeredienst en nijver
heid H. Veuger Kuiper; tot contr. der 2deklasse
bij de landelijke inkomsten en cultures, H. J.
Costing, laatstelijk die betrekking bekleed heb
bende, onlangs van verlof uit Nederl. teruggekeerd;
tot telegrafist der 3de klasse J. H. Neijndorff,
laatst, die betrekking bekleed hebbende, thans
klerk op het resid.-kantoor te Pekalonganmet
bepaling, dat hij wordt werkzaam gesteld bij het
telegraafkantoor te Soerakarta; tot assist.-resid. en
magistr., tevens fiscaal te Palembang, de ambt.
op non-activiteit N. Altheer, laatst, secretaris van
het gouvern. Celebes en onderhoorighedentot
postcomm., chef van het postk. te Pontianak, F.
F. Pietersz, thans postcouim., chef van het postk.
te Singkawang; tot postcomm., chef van het postk.
te Singkawang, H. F. A. Peltzer.
Ontslagen: Op verzoek, eervol, uit 's lands
dienst, de klerk bij het depart, van binnenl. be
stuur VV. J. Muller; uit zijne betrekking, de postc.,
chef van het postk. te Pout.anak, J. M. Steffen.
Departement van Oorlog. Ontslagen: Eervol,
uit Zr. Ms. militairen dienst, met behoud van
recht op pensioen, de kapit. der inf. J. L. B.
Grampré Molière; op verzoek, eervol, uit Zr. Ms.
militairen dieDSt, wegens volbrachten diensttijd,
met behoud van recht op pensioen, de 1ste iuit.-
kointn. der lijfwacht dragonders van Zijne Hoog
heid den sultan te Djokdjokarta J. A. KalkhoveD,
met vergunning om de aan den laatst door hem
bekleeden rang verbonden activiteitsuniform en
onderscheidingsteekenen te blijven dragen
Bevorderd: Bij deu militairen geneeskun
digen dienst, tot officiereu van gezondheid der
2de klasse, de off. van gezondh. der 3de klasse
A. M. J. Bolsius, J. Timmermans en J. P. L.
Fischer.
Verleend: Een tweejarig verlof naar Ned.
wegens ziekte, aan den lsten luit. der genie, G.
H. W. van Haeften.
bu1te1vland.
Frankrfjk.
De minister van oorlog. Zetel der Ver
gadering. Budget voor 1872.
Men is in Frankrijk vrij algemeen ontevreden
met den minister van oorlog. Men acht hem niet
berekend voor de moeielijke taak om niet alleen
de inrichting, maar ook den geest van het Fran-
sche leger te hervormen. Naar aanleiding van
de onbeteekenende explicatie door hem gegeven
aan den heer Pascal Duprat over de enquête
naar het gedrag van den maarschalk Bazaine,
zegt de Soir kort en bondig, dat zij een anderen
minister van oorlog verlangt. De Temps antwoordt
hierop, dat zij denzelfden wensch al zoo lang
gekoesterd heeft, doch geen mogelijkheid ziet,
een anderen minister te viuden. Is de Soir soms
gelukkiger? Wien zou zij dan tegenwoordig in
Frankrijk voor die gewichtige betrekking durven
aanbevelen? Den generaal Chanzy? Zijne positie
is nog nieuw, zijue verdiensten worden betwist,
zijn karakter is weinig bekend. Den generaal
Faidherbe Er loopen allerlei praatjes rond over
zijn persoon. Den generaal Ducrot? Hij is zenuw
achtig opvliegend en stemt, zooveel men verze
kert, met den heer Thiers overeen in zijne op
positie tegen den algemeenen dienstplicht. Den
generaal Desvaux? Zij, die hem in Afrika gekend
hebben, vertellen weinig goeds van hem. Den
generaal Bourbaki? Hij is de loyaalste man
ter wereld, maar weinig geschikt voor een der
gelijk reorganisatie-werk, en bovendien is de
herinnering aan de treurige comedie die hij als
instrument van Bazaine in het Zuid-Oosten heeft
moeten spelen, eene hinderpaal voor hem. Maar
schalk Mac-Mahon eindelijk? Hij is uitstekend op
een slagveld, maar als men hem de reorganisatie
opdroeg zou hij er zelf voor bedanken. De Temps
is dus van oordeel, dat men zich vooreerst maar
met deu generaal Cissey moet tevreden stellen.
Indien de publieke opinie hem maar zoover ziet
te brengen, dat hij zich met de Vergadering
krachtig tegen de atzouderlijke reorganisatie
plannen van den heer Thiers verzet, dan heeft
men in hem eeu vrij dragelijken minister van
oorlog. In allen gevalle zoo eindigde het blad
Quand on n'a pas ce que l'on aime,
II faut aimer ce que l'on a.
^Thiers heeft met de heeren Casimir Périer,
de Rémusat en Pothuau eene zitting van de com
missie van initiatief bijgewoond om aan te drin
gen op de verplaatsing der Vergadering naar
Parijs. Hij hield zoo als gewoonlijk eene zeer
lange redevoering, waarin al de voordeelen van
den maatregel, met betrekking tot den dienst, tot
de nationale belangrijkheid van Parijs als hoofd
stad, tot de zoo noodige satisfactie der publieke
opinie enz. enz. werden opgenoemd. De heeren
waarvan er slechts 8 of 9 voor den terug
keer naar Parijs gezind zijn, hebben den president
dood bedaard aangehoord, evenals de redevoering
in denzelfden zin der drie andere ministers en
die van den heer Humbert, indiener van een der
voorstellen, waarover de commissie heeft te be
raadslagen. Het andere voorstel is zooals men
weet van den heer Duchatel. De commissie is
vervolgens verdaagd tot Dinsdag, tegen welken
dag de heer Thiers op nieuw gehoor heeft ver
zocht.
Het financieele overzicht, dat aan de leden der
kamer is rondgedeeld, geeft een gunstige toekomst
aan voor het jaar 1872. Indien de nieuw voor
gestelde belastingen worden aangenomen, zullen de
inkomsten over 1872 bedragen 2429 millioen, terwijl
de uitgaven zijn begroot op 2415 millioen, zoodat een
batig slot van 14 millioen zou zijn te voorzien.
De som op de begrooting voor de opbrengst der
nieuwe belastingen geraamd bedraagt 247 millioen.
Daarvan zijn 90 millioen gerekend voor de
belasting op de grondstoffen, 65 voor de weve
rijen en spinnerijen, 20 millioen voor de suiker
en 10 millioen voor labrieksgoederen. De nieuwe
belasting op de roerende goederen zal niet meer
opbrengen dan 30 millioen.
Dnitschland.
De quaestie der rijks-oompetentie. De
nation, liberale partij in Pruisen.
Het voorstel, waarmede de compagnie Schüt-
tinger-Barth in den Beierschen landdag den veld
tocht tegen het ministerie heeft geopend, moet
vrij onhandig zijn ingediend en verdedigd. Het
was eenigszins iDgekleed in den vorm van een
bevel aan den koning om aan zijne gezanten een
bepaalde instructie te geven, hetgeen zeer onhan
dig is, daar de ultramontaansche partij den koning
wel dient te vrind te houden om het tegenwoor
dige ministerie te doen vallen. De heer von Lutz
heeft natuurlijk het recht der Beiersche regeering
om zonder medewerking der Kamer van de bij
traktaat bepaalde voorrechten afstand te doen,
weder even als vroeger, verdedigd. Wij gelooveD
echter, dat er geen twijfel kan bestaan, of de
Beiersche, zoowel als de Wurtembergsche, Baden-
sche en andere particularisten hebben in deze
zaak volkomen gelijk. Immers in de constitutie,
die den 16den April 1871 voor het geheele rijk
geldend is geworden, staan met duidelijke woorden
de zaken opgenoemd, waarover zich de rijks
wetgeving zal uitstrekken.
Daaronder nu is het burgerlijk recht (over welks
generaliseering voor het geheele rijk, zooals men
weet, de quaestie loopt) niet vermeld op eenige
uitzonderingen na, die met name worden aan
gegeven namelijk: het obligatie-recht, het han
dels- en wisselrecht en de burgerlijke rechtsvor
dering. De andere takken der burgerlijke wet
geving zijn overgelaten aan de afzonderlijke staten.
Indien dus hierin verandering zal worden gebracht,
dan moet dit naar onze meeniug geschieden
door eene constitutie-verandering, wij begrijpen
zelfs niet dat het voorstel van Lasker, dat zoo
blijkbaar met de constitutie in strijd is, door den
rijksdag werd aangenomen. Eene constitutie-ver
andering komt in Duitschland, wat den rijksdag
betreft, evenals alle andere wetten tot stand. In
den bondsraad echter is een daartoe strekkend
voorstel, volgens art. 78 der constitutie, afgestemd
wanneer er 14 leden tegen zijn. Pruisen nu heeft
in den bondsraad 17 stemmen, Beieren, Baden,
Wurtemberg en Saksen t: zamen ook 17, terwijl
er 58 stemmen iu het geheel worden uitgebracht.
Indien dus de zaak bij wijze van constitutie
verandering moest worden behandeld, zou zij
zonder twijfel mislukken, en daarom doet Pruisen
al zijn best om ze als een eenvoudig voorstel
door te voeren.
Wat overigens de. inhoud er van betreft, zou
de invoering van gelijkvormige burgerlijke wet
geving over geheel Duitschland zonder quaestie
een nuttige maatregel zijn. De vraag is hier
maar, hoe men haar tot stand mag brengen.
De nationaal liberale partij in den Pruisischen
landdag telde bij het begin dezer zitting 104
leden, en is sedert door nieuwe verkiezingen
tot 114 aangegroeid. De leiders er van zijn de
H. H. v. Bennigsen, v. Hennig, Lasker, Lent,
Miquel en Oether.
telegrammen.
Parijs, 16 December. Gisteren heeft de com
missie voor het initiatief den heer Thiers gehoord
en heeft deze gedurende geruimen tijd het woord
gevoerd ten gunste van het verleggen van dén
zetel der regeering naar Parijs, een maatregel
welke voor de geregelde) en krachtige werking
van hetgouvernementgebiedend werd voorgeschre
ven. Hij betoogde dat er voor de Nationale Ver
gadering geen gevaar hoegenaamd in die ver
plaatsing gelegen was, en dat de terugkeer naar
Parijs het gouvernement kracht zou geven tegen
over het buitenland. „Men mag," zeide de heer
Thiers, „Berlijn den voorrang niet laten nemen;
het aanzien van Parijs is verminderd, en men
behoort er uiet toe bij te dragen om dat aanzien
nog meer te doen dalen, daar dit noodlottige ge
volgen zou hebbeu." Hij wees op de moeilijkhe
den, aan het verblijf te Versailles verbonden en
verzocht der commissie geen besluit te nemen
alvorens hem nog eens gehoord te hebben.
De commissie is tot aanstaanden Dinsdag uit
eengegaan.
De commissie voor het wetsontwerp betreffende
de verhooging der uitgifte van biljetten door de
Fransche Bank, schijnt de voorkeur te geven aan
eene leening.
Odessa, 16 December. Als een soort van ant
woord op Andrassy's vredesmanifest zal in Rus
land op 1 April van het volgende jaar een zeker
aantal soldaten met verlof huiswaarts worden
gezonden.
Madrid, 16 December. Volgens een mededeeling,
voorkomende in de Tienpo, de Argos en de Debate,
zal morgen een kabinetsraad worden gehouden,
waarin de vraag zal worden overwogen of de
Cortes ontbonden moesten worden of niet.
De Argos zegt, dat vele plaatselijke autoriteiten,
die volgens de Imparcial tot de radicalen behoo-
ren, moeten gerangschikt worden onder de pro
gressisten, de partij aan het hoofd waarvan de
heer Sagasta staat.
Tevens verzekert het blad, dat er geen oneenig-
heid bestaat tusschen Sagasta en het ministerie.
Dublin, 16 December. Te Berry is 't houden
van optochten door de Orangisten op Maandag e. k.
bij proclamatie verboden.
Munchen, 16 December. De Kamer van Afge
vaardigden heeft heden beraadslaagd over het
voorstel der Afgevaardigden Schüttinger en Barth,
volgens hetwelk de vertegenwoordiger van Beie
ren in den Bondsraad de machtiging van deu
Beierschen Landdag zal moeten vragen, telkens
wanneer het besluiten geldt, waardoor wijziging
gebracht wordt in de tegenwoordige verhouding
van Beieren tot het Keizerrijk. De minister von
Lutz heeft verklaard dat afstand van het recht
van voorbehoud als geldig moet worden beschouwd,
zoodra de in de zaak betrokken regeering door
haren vertegenwoordiger bij den Bondsraad te
kennen geeft, dat zij van het récht tot voorbe
houd afziet. In de te Versailles gehouden bijeen
komst hebben de vertegenwoordigers der regee
ring betoogd, dat eene uitbreiding der rijksbe
voegdheid niet van een votum der Landdagen van
de afzonderlijke rijken moet kunnen afhangen.
Op het recht van het rijk moesten de Landdagen
geen invloed kunnen uitoefenende rijkswet
moest geldig zijn, ondanks bet mogelijk verzet
van eenigeu Landdag. Het voorstel der genoemde
afgevaardigden is door de meerderheid ondersteund
Weenen, 17 December. De Wiener Zeitung deelt
het Keizerlijk besluit mede, waarbij de Rijksraad
tegen 27 dezer wordt bijeengeroepen, alsook een
besluit tot benoeming van graaf Choteck tot ge-
zaDt in Spanje.
Sandrlngham, 17 December, ('snamidd. vijf uren.)
De Prins vau Wales heeft deu dag rustig door
gebracht. Geen verandering. Morgen te negen
uren een volgend bulletin.
Toronto, 16 December. Grootvorst Alexis is
te Montreal aangekomen. Wegens de ziekte van
den prins van Wales hadden er geene feestelijk
heden plaats.
Bern, 17 December. De nationale Raad heeft
besloten aau de Jezuïeten de vestiging in Zwit
serland, de uitoefening van kerkelijxe en onder
wijzersambten enz. en de oprichting of herstel
ling van kloosters te verbieden.
Londen, 18 December. De Costarica van Havre
naar Bueuos-Ayres is bij Wight gezonken. De
geredde equipage en passagiers zijn te Ports
mouth aan wal gebracht. De kapitein, 6 matrozen
en 10 passagiers zijn verdronken.
Von Beust heeft het gebouw van het Oosten-
rijksch gezantschap betrokken en zal zijue ge
loofsbrieven zoo spoedig mogelijk overhandigen.
Dit wordt echter vertraagd door de ziekte van
den prins van Wales.
Parys, 18 December. De hertog van Aumale
en de prins van Joinville hebben ieder een brief
aan hunne kiezers geschreven, waarin zij zeggen,
dat, daar de verbintenis, die zij hadden aange
gaan, slechts van tijdelijken aard en herroepbaar
was, zij nu het oogenblik gekomen achtten, om
zitting te nemen. Thiers is echter van eene te
genovergestelde meening en daarom zullen zij
de beslissing eeuer hoogere rechtbank afwach
ten, of wel dat veranderde omstandigheden hun
veroorlooven, hunne pogingen met die hunner
collega's te vereenigen, om de banier van Frank
rijk weder op te heffen
laatste berichten.
(Per telegraaf.) 's-Gravknhaqe, 18 December. In
de zitting van de Eerste Kamer van heden zijn
ingekomen verschillende ontwerpen van wet die
naar de afdeelingen zijn verzonden. Er is nog
geen ontwerp aan de orde gesteld.
In de zitting van de Tweede Kamer van
heden is het voorstel van den heer Begram c. s.
tot afwijking van de regels der gemeentewet no
pens de plaatselijke belastingen voor Gorcuin,
verworpen met 33 tegen 29 stemmen. De discus
sie over het wetsontwerp tot af koopbaarstelling
der tienden is aangevangen.
's-Gravenhage, 18 December. Naar men ver
neemt komen de hoofdbepalingen van het wets
ontwerp nopens de rechterlijke organisatie, waar
van de stukken eerlang zullen worden rondge
deeld, werkelijk hierop neder
Geen cassatie in burgerlijke zaken; appel van
alle burgerlijke zaken bij den Hoogen Raad; appèl
in stralzaken algemeeD; hooger beroep in straf
zaken aau sommige rechtbanken opgedragen op
heffing van aide hoven en van enkele rechtbanken en
kantongerechten; verhooging van de bezoldigingen
der magistratuur; opheffing der emolumenten van
de kantonrechters; uitbreiding van het getal leden
bij den Hoogen Raad en in sommige rechtbanken.
De portefeuille van Oorlog zal, naar wij
vernemen, voorloopig tijdelijk worden opgedragen
aan een der overige ministers.
Nog voor het recès der 2de Kamer en dus
nog in deze week bestaat het voornemen de
amortisatiewet bij die Kamer te behandelen,
na afloop van de behandeling van het ontwerp
betreffende de afkoopbaarstelling der tienden.
Moerdijk 17 December. Binnen een paar dagen
zal de commissie voor de groote overbrugging
alhier bijeenkomen tot vaststelling van de be
palingen voor de beproeving van genoemd kunst
werk, die bij gunstig weder op 27 en volgende
da°en zal plaats hebben. Eeu groot aantal des
kundigen en aannemers zal daarbij tegenwoor
dig zijnde proeven zullen met vaste en be
weegbare belasting voor iedere overspanning
at'zouderlijk geschieden. Bij dit werk zullen bij
zondere technische vraagstukken zijn op te los
sen; de uitslag wordt belangstellend te gemoet
gezien.
dUWt;LlJtli.fl. GDbOüitl'hh SlhrtfGtiVALLtill.
Eerste Huwelijks-Afkondiging te Leiden van
den 17den December 1871.
D. van Booren jm. 24 j. en J. M. van Hoven
jd. 21 j. W. Rijndertse jm, 31 j. en E. van
Schaik wed. 37 j.