houding der Regeering met betrekking tot de
aanvankelijk ingediende begrooting te verdedigen
of hare verklaringen en ophelderingen dienaan
gaande afdoende te achten, vonden zij in het
feit, dat die begrooting teruggenomen was en
men zich derhalve ten dien aanzien wederom in
statu quo bevond, aanleiding om den Minister
in de gelegenheid te stellen de door hem toege
zegde wetsontwerpen in te dienen. Werden deze
verworpen, dan was daarbij hetgebeele ministerie
betrokken. Nu liet men, de begrooting afstem
mende, de verantwoordelijkheid uitsluitend op
den Minister van Oorlog drukken, terwijl toch
de schuld van de vreemde wijze waarop de mi
litaire quaestie sedert het optreden van dit Minis
terie was behandeld, wel degelijk aan het geheele
kabinet behoorde geweten te worden. Deze leden
weuschten derhalve de begrooting van Oorlog
als eeue credietwet te beschouwen en gaven in
verband daarmede den wensch te kennen, dat
de nieuwe posten, welke nog in de begrooting
voorkomen, door de Regeeriug daaruit genomen
mochten worden. Het gevoelen werd ook voor
gestaan, dat dit wetsontwerp ook den vorm van
eeue credietwet behoorde te verkrijgen, hetzij
deze dan voor zes of voor negen maanden mocht
gelden.
Wij vernemen met leedwezen zegt het
Weekblad van het liegt, dat de heer van den
Velden, vice-president van den Hoogen Raad,
om zijne hooge jaren, zijn ontslag uit die be
trekking heeft gevraagd.
In de Debating-Society „Vooruitgang" te Am
sterdam zullen Woensdag e. k. de volgende stel
lingen verdedigd worden1°. Uitbreiding der
kiesbevoegdheid verdient eerst dan overweging,
wanneer de niet-kiesgerechtigden van hunne
belangstelling en politiek leven duidelijk doen
•blijken; 2°. Census-verluging is bij den tegen-
woordigen stand der politieke partijen, slechts
bevorderlijk aan partijbelang:
Volgens Zaterdag ontvangen telegram is het
stoomschip Prins van Oranje,gisteren-namiddag van
Port Said naar Nieuwe Diep vertrokken; aan
boord was alles wel.
Volgens gisteren ontvangen telegram, heeft het
stoomschip Prins Hendrik, kapt. J. Hendriks, de
reis van Nieuwediep naar Java (door het Suez-
Kanaal), aanvaard.
Door B. en Ws. van Amsterdam is het volgende
adres gezonden aan den Minister van Binnenl.
Zaken
„geven met den meesten eerbied te kennen:
„Burg. en Weth. van Amsterdam
„dat hun door den gemeenteraad in de zitting van
25/26 October 1871, met bijna eenparige stemmen,
is opgedragen pogingen aan te wenden, ten einde
van het rijk een hoogere subsidie te bekomen
ten behoeve van het geneeskundig onderwijs
aan het Athenaeum Illustre, dan de som van
drie duizend gulden, daarvoor weder op de
staatsbegrootiug voor 1872 (hoofdstuk V, art. 127)
gebracht:
„dat zij daarom de eer hebben het volgende
onder uwe aandacht te brengen:
„dat deze gemeente zich, vooral na de reorga
nisatie van het geneeskundig onderwijs aan het
Athenaeum in 1867, ten behoeve van dat on
derwijs hoogst belangrijke geldelijke opofferingen
getroost;
„dat de jaarlijksche gewone uitgaven voor het
Athenaeum, welke voor een belangrijk deel ten
behoeve van het natuur- en geneeskundig onder
wijs geschieden, omstreeks 100,000 bedragen,
terwijl de jaarlijksche inkomsten (daaronder be
grepen de subsidiën van /10,000 van de provincie
en 3,000 van het rijk) slechts beloopen omstreeks
f 35,000.
„dat het streven der gemeente door de regee
ring werd gewaardeerd, blijkens de door haar
soep in. Met twee houten lepels en den gevulden
nap keerde hij zwijgend naar de tafel terug.
„Eet met mij, mijn kind," zeide hij toen,
en beiden gebruikten zwijgend het eenvoudig maal.
Moeder en zoon bij het haardvuur keken el
kander veelbeleekenend en verbaasd aan. De zon
derlinge kalmte des vaders maakte blijkbaar
indruk op hen.
Toen het kind gegeten had, droeg de beul haar
den smallen trap op naar een armoedig vertrek,
waar hij haar, aangekleed als zij was, op een
ellendig leger legde.
„Slaap zacht, mijn kind," fluisterde hij, „ik zal
voortaan over u waken."
Hij wilde naar buiten gaanbij de deur keerde
hij weder om, en ging op nieuw tot het kind.
„Anna," fluisterde hij met een zonderling be
wogen stem, „kunt gij ook bidden?"
Het kind zag hem met groote oogen aan en
zeide eindelijk:
„Zult gij mij niet slaan, als ik bidden kan,
vader?"
„Welk eene vraag, mijn kindl Heeft men u
reed9 geslagen, toeu gij badt?"
Anna knikte eu zag schuw naar de deur.
„Wie heeft u leeren bidden, eu wie u daarom
geslagen?" ging de vader voort.
Wordt vervolgd.)
op de staatsbegrooting voor 1867 ten behoeve van
het geneeskundig ouderwijs alhier gebrachte
subsidie van f 12,000, welke echter door de Tweede
Kamer der Staten-Generaal, met eene geringe
meerderheid van 6temmen, tot het bedrag van
8,000 werd teruggebracht, hoofdzakelijk op
grond, dat door die verhooging zou worden voor-
uitgeloopen op de nieuwe wet op het hooger
onderwijs, wier vaststelling toen spoedig ver
wacht werd
„dat in 1863 de Kweekschool voor militaire
geneeskundigen, te Utrecht gevestigd, werd op
geheven, met bepaling dat zij voortaan aan het
Athenaeum Illustre zouden worden opgeleid;
„dat de gemeente dit besluit op hoogen prijs
heeft gesteld, wijl zij daariu zag de erkenning
van Amsterdam als de meest geschikte plaais
voor de practische opleiding van geneeskundigen,
en het getal studenten aan het Athanaeum daar
door aanmerkelijk werd verhoogd, wat ook voor
het vertier in deze gemeente eene niet onverschil
lige zaak is
„dat echter niet kan ontkend worden, dat het
rijk nu ook groote onmiddellijke voordeelen trekt
uit de onbekrompen wijze, waarop Amsterdam
in het geneeskuudig onderwijs heeft voorzien;
dat immers de gemeente het rijk in de gelegen
heid stelt aaD zijne militaire geneeskundigen niet
alleen een veel betere, maar ook een minder
kostende opleiding te verstrekken, dan te Utrecht
kon gegeven worden, welk geldelijk voordeel door
den minister vau oorlog op eene som van omstreeks
17,000 'sjaars werd begroot (Hand. der Stat.-Ccn.
1868-1869, II, blz. 54);
„dat daarenboven de som van f3,000, die nu
als subsidie verstrekt wordt, blijkens de inlich
tingen door uwen ambtsvoorganger in Maart
1867 gegeven (Hand. der Slat.-Gen. 1S661867, I,
blz. 324), slechts formeel als rijksuitgave op de
begrooting voorkomt, daar zij niet betaald wordt
uit 's rijks gelden, maar uit de fondsen van de
voormalige provinciale geneeskundige commissie
voor Noord-Holland, welke tot dit doel door den
Koning, krachtens art. 29 der wet op het genees
kundig staatstoezicht van 1 Juni 1865 (Staatsblad
N". 58), bestemd zijn
„dat alzoo liet rijk groote onmiddellijke voor
deelen trekt uit eene instelling, waarvan de be
langrijke kosten door deze gemeente worden ge
dragen
„dat tegen het verleenen eener bijdrage wel
niet met grond zal kunnen worden aangevoerd,
dat men moet wachten op de nieuwe regeling
van het hooger onderwijs, daar het hier geldt
een dienst, die nu reeds meer dan drie jaren door
de gemeente wordt bewezen en deze juist op
hulp van rijkswege mag aanspraak maken tot
dat, bij of na het vaststellen der nieuwe wet.de
gelegenheid geboren worde, de zaak van het
hooger onderwijs te Amsterdam voor goed te
regelen.
„Redenen waarom Burgem. en Weth. de eer
hebben, eerbiedig te verzoeken, dat het uwer
Exc. moge behagen, aan de Staten-Generaal voor
te stellen, den post van 3,000, ten behoeve van
het practisch geneeskundig onderwijs te Amster
dam op de begrooting voor 1872 uitgetrokken,
belangrijk te verhoogen."
Men schrijft aan de N. H. Ct. uit Venlo:
Het Gemeentebestuur alhier heeft besloten
den cursus voor de staathuishoudkunde aan de
Hoogere Burgerschool alhier niet meer te geven
en, in plaats hiervan, een leeraar voor de La-
tijnsche taal aan te stellen. Is dit wel richtig?
Deze gemeente ontvangt voor de lessen der Hoogere
Burgerschool uit 's Rijks kas een subsidie van
f 5000 en draagt zelve weinig bij voor gemelde
school met 3jarigen cursus. Er is bepaald welke
lessen er gegeven zullen worden en nu wordt
een gedeelte van het subsidie tot andere doel
einden gebezigd.
Aan de leden van de beide kamers der Staten-
Generaal ziju toegezonden afdrukken van een
adres aan den Koning, waarin de Vereeniging
van en voor Ned. Industrieelen de wenschelijk-
heid betoogt van de instelling van een bijzonder
departement van algemeen bestuur voor nijver
heid en openbare werken.
Door de boekhandelaren Noordhoff en Smit
te Groningen zal met het begin van het volgend
jaar een nieuw Weekblad worden uitgegeven,
gewijd aan de belangen van het lager-, middel
baar- en gymnasiaal onderwijs. Tevens zal er
alles in worden opgenomen wat op het gebied
van het onderwijs zoowel in ons land als in
het buitenland voorvalt. De hoofdredactie is
opgedragen aan den heer J. Versluijs, leeraar
aan de Rijks-Hoogere-Burgerschool te Groningen.
Bij Kon. besl. van 16 November is bepaald dat
de volgens art. 2 der wet van 7 April 1869
(Staatsblad N°. 57) onder Onzen Minister van Bin-
nenlandschc Zaken berustende standaarden der
maten en gewichten worden bewaard door de
Koninklijke Academie vau Wetenschappen te
Amsterdam, in dicht geschroeide koperen doozen,
verzegeld met het Rijkszegel, in eene daartoe
bestemde kast met ijzeren deur, waarvan de
sleutel berust bij den secretaris der afdeeling voor
de wis- en natuurkundige wetenschappen;
Dat do verzegeling geschiedt door een hoofd
ambtenaar van het Ministerie van Bir.nenland-
sche Zaken, in tegenwoordigheid van eene com
missie, door de Koninklijke Academie van We
tenschappen (afdeeling voor de Wis- en Natuur
kundige Wetenschappen) uit haar midden aan
te wijzen.
Van de verzegeling wordt proces-verbaal, in
dubbel, opgemaakt en door de aanwezigen onder
teekend. Een exemplaar daarvan wordt gezonden
aan Onzen Minister van Binnenl. Zaken, hetandere
berust bij de genoemde Acauemie.
Ingeval door den Koning toestemming tot ont
zegeling van de standaards wordt gegeven, ge
schiedt deze, benevens de wederver-.egeling, met
inachtneming van dezelfde vormen, als bij de
verzegeling.
Zaterdag zijn aan het Departement van Bui-
tenlandsche Zaken door wederzijd6che gevolmach
tigden onderteekend een handels- eu scheepvaart-
tractaat, eene post-conventie en eene consulaire
conventie tusschen Nederland en Spanje.
De generaal-majoor M. D. graaf van Limburg
Stirum, buitengewoon adjudant des Koniugs,
maakt, overeenkomstig de aankondiging in de
Staatscourant vau den 19den Augustus j I., bekend,
dat bij hein is ontvangen tot het oprichten van
een monument ter eere der gesneuvelden in de
Citadel van Antwerpen in December 18-32: eene
bijdrage van /15 vau de vereeniging Hel Indisehe
Kruis, onder de zinspreukEendracht maakt macht,
door tusschenkomst van haren lsleu secretaris,
deu heer G. Kromkamp, te Amsterdam, ridder
van de Militaire Willemsorde 4de klasse.
Door den graaf Schimmelpenninck van Nyen-
huis zijn weder ten behoeve der oprichting van
het gedenkteeken voor de gesneuvelde verdedi
gers der C.tadel van Antwerpen ontvangen door
bemiddeling van den heer Dutry van liaeften,
burgem. van Haaften, f 3.60, als bijdragen van
den burgemeester, van de heeren wethouders,
raadsleden, secretaris en hoofdonderwijzers der
gemeente; door bemiddeling van den heer bur
gemeester van Nederhemert, B. J. van Ommeren,
7.50, van hem zeiven en van de heeren baron
van Nagell, Dr. Niemeijer, J. Strover, E. Smits,
D. van Diggelen, W. Baggerman, O. Vos, de we
duwe Otto Vos en de weduwe van Genderen;
door tusschenkomst van den heer Commissaris
des Konings in Drenthe f 58, door eene commis
sie te Asien bijeengebracht; door tusschenkomst
van den heer burgemeester van Zulfen, van den
heer O. L. graaf van Limburg Stirum aldaar f 10, en
van den heer baron d'Aulnis de Bourouil, te
's-Hertogenbosch, {'ZO.
De luitenant-ter-zee der 1ste kl. C. A. Jeekel,
adjudant van den directeur eu commandant der
marine te Hellevoetsluis en onder-equipagemees
ter der marine aldaar, wordt met den laatsten
dezer eervol ontheven van de waarneming dier
betrekkingen, op non-activiteit gesteld, eu met
1 December daaraanvolgende als zoodanig ver
vangen door den luiteuant-ter-zee der 1ste kl. J.
P. van Rossum.
Z. M. heeft ter vervanging van den, op zijn
verzoek, eervol ontslagen leeraar aan de Rijks-
Hoogere Burgerschool te Leeuwarden, Dr. W.
Bisschop, als zoodanig benoemd Jhr. Dr. D. H.
Waubert de Puiseau, te Zutfen.
Z. M. heeft aan vrouwe E. baronnesse van
Zuijlen van Nyevelt, geboren Rochussen, ver
gunning verleend tot het aannemen en dragen
van het Kruis van Verdienste, haar door Zijne
Majesteit den Duitschen Keizer, Koning van
Pruisen, geschonken.
Z. M. heeft aan Mr. H. A. Rigail Certon, op
zijn daartoe gedaan verzoek, met ingang van 1
December 1871, eervol ontslag verleend alssubst.
griflier bij het prov. gerechtshof in Zuid -Holland.
Z. M. heeft met ingang van 1 December 1871,
benoemd: tot subst.-griffier bij het prov.gerechts
hof in Zuid-Holland Mr. C. J. J. Wijckerheld
Bisdom, thans subst.-grillier bij het prov. gerechts
hof in Groningen; tot subst.-grifEer bij het prov.
gerechtshof te Groningen Mr. C. H. Moens, thans
plaatsv. kuntonr. te Enschedé, alsmede leeraar
in de staathuishoudkunde aan de instructie- en
handelschool aldaar.
Z. M. heelt benoemd tot griffier bij het kan
tong. te Zuidhorn Mr. J. J. Ermerins, advoc. eu
cand.-notaris te Groningen.
B 1IV IV IS IV L AIV P.
Amsterdam, 13 November. In de Diergaarde
van het Koninklijk Zoölogisch Genootschap Nalura
Artis Magislra is aangekomen de zoo zeldzame
Witte Kraanvogel (Grus leucogeranus)door deze
aanwinst is de reeks der levende exemplaren
dezer statige vogelsoort tot veertien Soorten ge
stegen, terwijl slechts vijftien species tot nu toe
beschreven zijn, zoodat de gelegenheid tot onder
linge vergelijking der soorten als eenig mag
worden beschouwd, waarom wij de aandacht der
leden bepaald op deze bijzonderheid wijzen.
Rotterdam, 18 November. Gisterenmiddag is van
een koets, die een dokter langs de Boompjes reed
de bodem ingezakt. Gelukkig hield de koetsier
door voorbijgangers opmerkzaam gemaakt, spoedi»
stil, anders zou de dokter een geforceerden hard-
loop in zijn eigen rijtuig hebben moeten houden
zooals eenige jaren geleden een ander medicus
in een minder bevolkte wijk dezer stad, waart^
hetzelfde overkwam, verplicht was te doen.
Gouda, 20 November. Zaterdagmorgen vr0s,
viel de werkster van den heer van der Klein
aan de Turfmarkt in het water, een paar meo-
schen schoten toe, die, niet kuunende zwemmen
haar stokken toestaken, welke zij Diet kon
pen. De ongelukkige begon te zinken, toen dt
heer van der Want, fabrikant, aan de overzijdj
der gracht woonachtig, op het geroep uit zijne
woning kwam, geheel gekleed te water gin»
de gracht oveizwoin, de drenkeling greep, haat
in handen stelde van de menigte, die zich op de
kaai bevond, en toen weder de gracht overzwom
om zijne woning te bereiken.
Arnhem, 18 November. In den afgelooptc
nacht is in het naburige Velp een vreeselijkj
misdaad gepleegd. De veldwachter Branderhom
kreeg twist met iemand, dien hij wegens str»
perij calangeerde en is door dezen gedood.
De schuldige, grenadier bij het regiment gr>.
nadiers en jagers, die met verlof bij zijne fainili;
te huis was, heeft zich zeiven bij de politie aan.
gegeven en is onmiddellijk in verzekerde bewa
ring genomen. De justitie doet onderzoek of den
persoon alleen dan wel met medeplichtigen heeft
gehandeld.
Nijmegen, 17 November. Met betrekking tot hel
g:sleren vermelde ongeluk aan de in aanbouw
zijnde stedelijke gasfabriek dienen de volgendt
nadere bijzonderheden.
De twee zijgebouwen zijn blijven staan; hel
middengebouw, de eigenlijke fabriek, is ingestort
De muren zijn gaaf gebleven, uitgenomen aat
het bovengedeelte, doch het ijzeren dak blijkt uil
zijn bindsels te zijn losgeraakt en is toen ms
donderend geraas naar beneden gestort. Wan
het ongeluk eenige oogenblikken vroeger voor
gevallen, dan zouden de gevolgen nog schadelij
ker geweest zijn, want toen bevonden zich om
streeks 30 werklieden daar ter plaatse. Op enkelen
na, hadden zij toevallig het gebouw verlaten.
Deze enkelen hebben kwetsuren bekomen, doch
wisten zich achter de gemetselde retorten te
redden. Het slachtoffer der instorting was een
voerman, die eene kar met steenen had aange
bracht, en zich tot verwarming even binnen hel
gebouw had begeven. Hij werd onder steenen
en ijzeren plateD dood gevonden. Naar wij ver
nemen, is er eene commissie benoemd, om da
oorzaak dezer geduchte ramp op te sporen.
Goor, 17 November. Ongekecd is zeker het
voorrecht, dat den heer W. Götte, op den 27sten
dezer te beurt zal vallen. Op dien dag toch
viert hij zijne zestig-jarige ambtsvervulling als
burgemeester der gemeente Markelo.
KOLONIËN.
BATAVIA, 13 October.
Te Batavia is een al'schnwelijke moord gepleegd
op den heer v. d. B. op Noordwijk.
De heer v. d. B., een man van reeds eenigszim
gevorderden leeftijd, woonde op Noordwijk, ver
huurde daar gemeubileerde kamers, hield vei-
dutiën en dreef verder handel in meubelen, tit
Gewoon door een zijner bedienden, een vertrous-
den huisjongen, des morgens gewekt te wordet
door kloppen aan zijn venster, stood die bedieiide
gisterenmorgen zeer verwonderd geen antwoord
teontvaugen,zooals gewoonlijk onmiddellijk volgd&
Na voor de tweede maal geklopt te hebben,
besloot hij de deur te openen, die hij niet niet
het nachtslot gesloten vond. Bij de intrede in de
kamer zijns meesters trof hem een afgrijselijk
tooneel; zijn heer lag, met de beeoeu van het
ledikant afhangende, achterover in het midden
van het bed, met bijna afgesneden hals, terwijl
de klamboe en de overige bedfournituren op eene
afzichtelijke wijze overal met bloed waren be
spat. Onmiddellijk werd door de inmiddels ont
waakte huisgenooten aan de politie van dat voorval
kennis gegeven, die zeer spoedig in den persoon
van den, assistent-resident en schout Oostewee-
ghel ter plaatse van het ongeval aanwezig waren.
Een voorloopig onderzoek van de kamer des ver
slagenen bracht aan het licht, dat hier aan dief
stal moest worden gedacht, daar een klein ijzeren
geldkistje, op een tafel over het ledikant slaande,
geopend was. Op het nachttafeltje vood men een
pet, die volgens verklaring niet aan den over
ledene toebehoorde; daarnaast stoud een luci
fersdoosje, dat sporen droeg van met bebloed
vingers te zijn aangevat, terwijl van het ledikant
naar de daartegenover staande geldkist en van
daar naar de deur der kamer, bloeddroppels op
den vloer den weg wezen, dien de moordenaar
bij het volbrengen zijner euveldaad had genomen.
Uit de verklaringen der verschillende bedienden,
drie welke evenwel zeer door hun heer vertrouwd
werden eu hem reeds sedert jaren dienden, zoo-
dat al Spoedig alle verdenking jegens hen op
hield, bleek, dat de heer v. d. B. door zijnen
handel met allerlei soort van menschen in aan-
rakiDg kwam, waaronder er éen was. die den