Gelder, Mr. David J. C. van LenDep en Mr. P.
W. H. van Sonsbeeck, om aan Gedeputeerde
Staten dezer provincie te verzoeken, met wijzi
ging van bet deswege bestaande besluit en onder
goedkeuring des Konings, de jaarwedde der Wet
houders van 2000 te verhoogen tot 5000.
Helder, 20 October. Vier sloeperlieden, die
gisterennacht omstreeks middernacht in zee zijn
gestoken, om iets te verdienen, werden ver in
zee, te midden eener dikke duisternis, door eeue
verraderlijke windbui overvallen en sloegen om
Toeu zij zich op de omgekeerde vlet, al zwem
mende wilde redden, verdronk er een. De drie
anderen werden bij het weder omslaan der vlet
er weder afgeworpen en wisten toeu weder iu
de vlet te komen, die geheel vol water was;
nauwelijk daarin zijnde, werd een tweede door
de zee er uitgeworpen en dreven de twee laat
stee tot aan den morgen in dien hopeloozen
toestand rond, totdat zij gelukkig door een voor
bijvarend loodsvaartuig werden gezien en opge
nomen.
's-Gravenhage, 21 October, 't Was gisteren
avond weder iets woeliger in de stad dan in de
laatste dagen. Op de Markt en in de Boekhorst
straat vooral werd de volksmenigte, die weder
was saamgeschoold, al te luidruchtig; de politie
maakte er spoedig een einde aan, door de massa
uit elkander te jagen, hetgeen gelukkig zonder
verzet kon geschieden.
Wij voegen met genoegen hierbij, dat de leer
lingen van de Teekenacademie, even als de vo
rige avonden, rustig en ieder voor zich, na afloop
der les huiswaarts gekeerd waren, zoodat nu be
wezen is dat de samenscholingen van een ande
ren kant komen dan van die knapen.
s-Gravenhage, 22 October. Burgem. en Weth.
hebben den Gemeenteraad aangeboden de vol
gende aanbeveling ter benoeming van een leeraar
in de Hoogduitsche taal en letterkunde aan de
Hoogere Burgerschool:
1°. J. Klein, leeraar aan de Hoogere Burger
school te Delft; 2°. M. L. Keidel, leeraar aan de
Hoogere Burgerschool te Dordrecht en 3°. H. L.
Heijkoop, privaat-onderwijzer te 's-Hage. Dinsdag
a.s. zal tot de benoeming worden overgegaan.
De gemeenteraad alhier is opgeroepen, om
in zake het beroep van een besluit van Gedep.
Staten van Zuid-Holland van 12 September j.l.
waarbij is verklaard dat Dr. H. de Jong als lid
van den Gemeenteraad van 's-Gravenhage behoort
te worden toegelaten, nadere meuioriën of bewe
ringen noodig acht, voor den 31steu October a.s.
in te zenden aan deu vice-president van den Raad
van State.
Burgem. en Weth. hebben hierop den Gemeen
teraad voorgesteld zich in deze zaak niet te doen
vertegenwoordigen, noch nadere memoriën in te
zenden. Dit voorstel zal a.s. Dinsdag bij den gemeen
teraad in behaudeling komen.
Nog zal in deze zitting behandeld worden
het ontwerp-adres te richten aan den Minister
van Staat en van Binneulandsche Zaken tot ont
eigening van gronden grenzende aan de ascb-
staal.
Daarin wordt hoofdzakelijk gezegd: dat de
tegenwoordige verzamelplaats van asch en vuil
nis in deze gemeente meermalen aanleiding heeft
gegeven tot gegronde klachten, die ook het De
partement van Binneulandsche Zaken bereikten
en eene plaatsing der aschstaal in de duinen niet
uitvoerlijk is zonder de schoonste wijken der stad
door het aanhoudend vervoer der vuile stoffen
al te zeer te ontsieren. Aan een zeer geschikt
terrein aan den Rijswijkschen weg viel niet te
denken.
Het gemeentebestuur vindt tot opheffing der
bezwaren geen ander middel dan door de be
staande verzamelplaats achteruit te brengen en
zoodanig in te richten, dat voor de gezondheid
schadelijke on onaangename invloeden worden
weggenomen; dat het daarbij onvermijdelijk is
te beschikken over ongeveer 3ü> hectare weiland,
grenzende aan de aschstaal, waarvoor de eigenaar
de zeer hooge som eischt van f36,000.
Het algemeen belang echter vordert dringend
dat de gemeente in den eigendom trede van dien
grond, vermits daardoor alleen een toestand kan
worden verbeterd, die thans onmiskenbaar na-
deelig is voor de openbare gezondheid; opgrond
waarvan de Raad onder overlegging van eene
groudteekeuing en de verder voorgeschreven stuk
ken den Minister eerbiedig verzoekt, aan Z.
M. den Koning een wet voor te dragen, waarbij
de onteigening van 3 hectare, 62 are en 50 cen
tiare weiland, Kadaster Sectie A, N°. 1210, be-
hooi ende aan J. Wegman wordt verklaard te zijn
van algemeen nut.
's-Gravenhage, 23 October. Gisterenochtend te
11 uren brak er in de groote steenkolenberg-
plaats van K. op de Brouwersgracht alhier, brand
uit, die ootstaan was door broeiing van steenko
len en die reeds sedert eenige dagen scheen te
hebben aangehouden, zonder dat men dit bespeurd
had. Ofschoon de brandweer spocoig op de
plaats tegenwoordig was en de noodige maatre
gelen nam, mocht dit echter niet baten, want
gisterenavond laat toen men reeds een grooten
voorraad kolen uit het pakhuis had gedragen,
waarmede men den geheelen dag bezig is ge
weest, was men het eigenlijke brandpunt nog
niet geheel meester, hoewel het gevaar voor het
oogenblik geweken was.
Onzen on vermoeiden opperbrand meester, deu
heer van Grogh, die den ganschen dag tegen
woordig was, komt allen lof toe, daar hij toch
alles in het werk heeft gesteld om deu btand
zooveel mogelijk op éen punt te houden, hetgeen
uit den aard der brandstoffen niet gemakkelijk
viel. Dit is hem intusschen volkomen gelukt. Men
beseft dat bij verspreiding van den brand de ge
volgen niet te berekenen zoudeu zijn geweest, te
meer omdat zich naast het pakhuis, waarin ook
turf en hout gestapeld waren, een ander pakhuis
bevond, waarin mede ligt ontvlambare stoffen
geborgen lagen.
Uit voorzorg heeft men de brandspuiten den
ganschen nacht laten staan.
De burgemeester en verdere autoriteiten, als
mede de geheele brandweer waren op de plaats van
den brand tegenwoordig. Door de politie en een
detachement schutterij werd de orde behoorlijk
gehandhaafd.
Hedenmorgen te 10 uren smeulde het nog.
Scheveningen, 28 October. Nauwelijks is een
Schevenmger ter zake van het plegen van ver
wonding tot een vrij strenge gevangenisstraf, in
eenzame opsluiting te ondergaan, veroordeeld of
men hoort weder spreken van een vechtpartij
tusschen twee visschers, waarvan de een den
ander nog al ernstig op het hoofd met een mes
kwetsuren zou hebben toegebracht. Zie hier wat
verhaald wordt: Zaterdag-avond kregen twee
matrozen, die naar boord wilden gaan om af te
varen, twist en schenen elkander van weerszijden
met een mes te hebben bedreigd, maar niets
meer. Aan boord gekomen zijnde moet de twist
zich hernieuwd hebben en schijnt het tot dadelijk
heden te zijn gekomen; althans een der visschers
heeft een klacht bij de politie ingebracht tegen
zijn makker, dien hij ten laste legt hem op het
dek van de pink met een mes op het hoofd te
hebben gesneden. Volgens verklaringen van de
kauieradeu, die beneden waren, maar toen de
twist plaats had op het dek zijn gekomen, zou
er van geen mes gebruik gemaakt zijn, maar
zouden de kwetsuren veroorzaakt zijn door het
toebrengen van trappen op het hoofd.
Delft, 21 October. Na afloop der lessen aan
de Hoogere Burgerschool werd heden de be
noemde directeur dier inrichting door den voor
zitter der commissie van toezicht, daartoe door
burgemeester en wethouders uitgenoodigd, gein
stalleerd in zijne nieuwe betrekking. Despreker
begon met een woord van hulde aan den heer
de Veer, die, van het begin af, aan het hoofd
der school had gestaan, maar door ambtsbezig
heden verhinderd was tegenwoordig te zijn,
wees daarna op den goeden naam die Delft als
stad van onderwijs had en uitte deu weusch dat ook
de benoeming van Dr. Bisschop die reputatie zon
bevestigen. De benoemde aanvaardde daarna
zijne betrekking met een woord te richten tot
de commissie, de leeraren en de leerlingen, uiet
de verzekering dat hij zou doen wat in zijn
vermogen was, om zoowel den bloei en de dege
lijkheid der school als de harmonie tusschen het
personeel, dat belangrijk vereischte tot het ver
krijgen van goede resultaten, te bevorderen.
Utrecht, 22 October. Gisterenmiddag had op
de Beetwortelsuikerfabriek alhier een jongeling
van 16 jaren het ongeluk, zijn aangezicht zooda
nig te verbranden, dat meu voor het behoud van
zijn gezicht vreest.
Zaterdag-middag ging een bewoner van een
steenoven nabij Uirecht, met zijn vrouw naar
huis, toen de vrouw klaagde dat zij zich niet
goed bevond en onmiddellijk een lijk werd.
Arnhem, 21 October. Woensdag middag wan
delden een heer en dame langs deu Ned. Rijn
spoorweg achter het landgoed den Brink buiten
Arnhem, en maakten eene vrouw, welke daar
woonde, opmerkzaam op een pakje dat wellicht
uit den trein die te 2 uren vertrokken was, ver
loren kon zijn. De vrouw, die den post van seinster
aan dien weg bekleedt, bij het pakje komende,
bemerkt tot niet geringe ontsteltenis dat het haar
kind van twee jaren is, doch.... levenloos; ver
moedelijk was liet door een trede der treinwagons
aan het hoofd gekwetst.
De heer P. Harting, die benoemd was als
leeraar aan de Hoogere Burgerschool alhier, zal,
naar het gerucht zegt, die betrekking niet aan
vaarden, maar de benoeming aannemen bij de
Hoogere Burgerschool te Dordrecht.
Zwolle, 20 October. In eene hedenavond alhier
gehouden vergadering van ingezetenen is besloteu,
oin zich te wenden tot de regeering, ten einde
de afschaffing van de wet op het patent te on
dersteunen, daartoe een adres aan de Tweede
Kamer te zenden en een commissie af te vaardi
gen om ter dier zake inet den minister een
onderhoud te hebben.
Groningen, 21 October. Gisterenmorgen is ter
rulle der Arrond.-Rechtbank alhier aangebracht
de zaak van de heeren N. en S. Boekhandelaren
alhier, tegen den heer F. leeraar aan de Rijks
H. B. school te S. Deze actie is ingesteld door
eerstgenoemden als uitgevers van een werk van
laatstgenoemden en wel over de vaderlandsche
letterkunde; welke uitgave iudertijd is gestaakt
wegens beweerd plagiaatten gevolge waarvan
zij, uitgevers, hebbeu schade geleden. Men is zeer
nieuwsgierig hoe deze belangrijke en veel be
sproken quaestie zal worden uitgemaakt.
Leeuwarden, 20 October. De heden alhier g-a
houden vergadering van theologanten van de
moderne richting werd door omstreeks vijftig
bijgewoond. Het eerst kwam ter sprake het
opstel van Dr. Piersou in de Gids van Juni jl. „Eeu
keerpunt inde wijsgeerige ontwikkeling." De doop-
quaestie werd ook weder behandeld en voorna
melijk besproken wat betreft de kerkrechtelijke
noodzakelijkheid dezer plechtigheid. Daarna werd
gehandeld over de vraag of de modernen conse
quent handelen wanneer ze vele vormen en
instellingen op het kerkelijk terrein helpen iu
stand houden of bevorderen. Ten slotte werd
gememoreerd, maar, omdat ieder voor zijn eigen
wetenschappelijk geweten, zoowel als 4a
soonlijke ervaring, van het tegendeel
was, genegeerd de beschuldiging, weder j
Juni-nommer jl. van Waarheid in Ue[t,ju
Hofstede de Groot ingebracht, dat de t
theologie uit kracht van haar begin*),
heffing der godsvrucht en de onderma
deugd leidt.
's-Hertogenbosch, 20 October. Heden»,
het onzen wakkeren nachtwacht uiug»»]
ken een aanhaling van ongeveer 40 kan ,1
te doen. Men was n.l. bij den heer S...»
Hinthamereind bezig dien drank uit eenl
wielig rijtuig te lossen, toen de nachtw&I
ontdekte en rijtuig en drank benaderde.
Den sluikhandelaars is het mogen gelukt]
eeue hevige worsteling te ontsnappen.
Goes, 20 October. De Gemeenteraad alhier]
met 7 tegen 4 stemmen verworpen eeu vul
vau Burgemeester en Wethouders,
dat de Raad zich andermaal tot den MininJ
Binnenlandsche Zaken zou wenden, met vt]
om een jaarlijksche subsidie van 3000 i
richting en onderhoud eener school voor mij
baar onderwijs voor meisjes.
Daareutegen is met algemeene stemmeil
geuomeu eeu voorstel van Burgemeester eiil
houders, oui hen te machtigen tot de opij
van sollicitanten voor de betrekking van l|
onderwijzeres en van twee hulponderwijzt:!
op de school voor gewoon en meer uitgej
lager onderwijs voor meisjes; de hoofd»!
wijzeres op eene jaarwedde van 1200, del|
onderwijzeressen op eene jaarwedde van f
voor de eerste en 500 voor de tweede.
KOLONIËN.
BATAVIA, 9 September.
In het Mail-Overzicht van het Balaviaam^
delsblad lezen wij o. a.
Ter eere van Z. K. H. den Prins vani-J
heelt Zijne Exc. de Gouverneur-Geueraa
dezer in het hotel te Rijswijk een gala-dimt!
geven. De parade is wegens het ongunstige»!
afgekommandeerd moeten worden.
Hier ter stede circuleert hel prospectus e l
Kust-Stoom vaart-Maatschappij, ontworpeu
den heer J. Kloppenburg en bestemd om, i:
zoover de Noordkust van Java betreft, teil
curreeren met de N.-I. Stoomvaart-Maatschap
De handelsvereeniging te Batavia, SainaiJ
en Soerabaya hebben met de gezamenlijke i|
gevers van dagbladen in die plaatsen eene o!
eenkomst aangegaan, bestemd om de geregi
toezending van telegrammen uit Europa til
zekeren.
Er wordt ons verhaald, dat de onlangs]
bouwde ijzeren kazernes te Fort de Koek,
vernemeut vau Sumatra's Westkust, welke/1400,1
gekost hebben, door den geneeskundigen did
zijn afgekeurd.
De politie te Soerabaya is de personen op ll
spoor gekomen, die in het begin vanMaartdc.
jaars een Arabier, passagier aan boord der sto»
boot Koningin Sophia, beroofd hebbeu van i
kistje met bladgoud ter waarde van f 60ÖD.1
schuldigen zijn twee Hollanders, een 3de a..J
man en een stuurmansleerling, in dienst,!
het schijnt, van de N. I. Stoom vaart-Maatsd
De diefstal is ontdekt, doordien een gedeelrl
het gestolene ter bewerking is gegeven aa.ï
inlandsch goudsmid, die daarvan versier»
moest vervaardigen, bestemd voor een inland-1
vrou w.
Te Benkoelen heeft in den avond van deo l5k|
eene hevige aardbeving plaats gehad.
Op Buitenzorg is dienzelfden avond een aanlq
ving bespeurd.
Voorts schrijft men uit Padang van den 19de.|
van den bagagewagen aanstelt. In geval van nood,
moet hij, als er een ander mede belast mocht
worden, dezen in vertrouwen zeggen, dat het is
om Liza te ontvoeren, en zien over te halen
hein den wagen over te laten.
„Dat zal niet moeilijk zijn, denk ik," zeide
Seitz.
„Het is te hopen," hernam de luitenant, „en wat
den nacht aaDgaat dien wij kiezen zullen, zoo zal
het beste zijn dat wij dien van het bal masqué
ons leu nutte maken. Het feest zal al de dienst
bare geesteD op Wilheluishöhe druk bezig houden.
Wat er in den eenzaam gelegen vleugel van het
paleis gebeurt zal dus niet opgemerkt worden.
,Iet blijft dus bepaald op den nacht vaD den
21sten op den 22sten, bijgevolg over drie dagen."
De inspecteur keurde dit ook het beste en zoo
scheidden de beide mannen, na elkander nog een
maal herinnerd te hebben, wat zij te doen hadden
om hunne rollen goed te spelen.
Nog lang bleef Seitz in gedachten verzonken
zitten. Hij overdacht en overlegde nogmaals alles
wat Mensing hem gezegd had, alles wat er ge
beuren kou en welke middelen uog aan te
wenden waren om alle verkeerde uitwerking
voor te komen. Hij gevoelde, dat hij niet anders
doen kon, dan zich geheel op Mensing te verla
ten en hem in alles het onbepaaldste vertrouwen
te schenken. De luitenant eischte de tusscheukouist
zijner dochter, van zijn eenig kind, voor het ge
lukken der onderneming. Het kon niet anders.
Het moest zoo zijn! Hij moest van zijn geliefd
kind scheiden en het ouder de bescherming stel
len van God en den man dien zij liefhad. Hem
bleef niets anders over, dan den Hemel te smee-
ken, haar op deu gevaarvol leu weg iu Zijne
hoede te nemen en voor haar te waken, waar
hem dit onmogelijk werd.
Maar, waar bleef Liza toch zoo lang? Het
werd avond, het werd donker en... zij kwam
niet terug. Vol angst stond Seitz eindelijk op, en
wikkelde zich iu zijn mautel om haar te gemoet
te gaan. Spoedig kwam hij echter tot de overtui
ging, dat hij zich zonder reden verontrust had.
Dicht aan den weg, waar men het voetpad naar
de woning van den inspecteur insloeg, zag hij
een man en eene vrouw staan. Het waren Willem
en Liza; hij herkende zijne dochter aan hare
stem.
„Als mijn vader het verlangt, zal ik het doen
Willem," zeide zij juist toen hij stil bleef staan;
„en dan, dan, dan moogt gij het wagen, anders
zou ik het nimmer dulden, dat gij uw leven
bloot steldet, voor al de schatten der wereld niet.
Ik zou uwe moeder smeeken het u te verbieden."
„Uv\ woord Liza, zou genoeg zijn om mij
daarvan af te houden," zeide Willem teeder, „dat
weet gij wel."
„Ik weet het, Willem! Maar als vader het
wil, zal ik met u gaan, voegde zij er bij, en dan
zult gij met mij zijn. Dau hebt gij het recht bij
mij te zijn; want wij hebben immers beloofd
en gezworen elkander toe te behooren en diér
waar een van ons beiden in gevaar is, daar
mag hij niet alleen zijn, daar moet de andere
bij hetn zijn, tot steun en hulp."
„Zoo denk ik er ook over," antwoordde Willem.
„Het was mijne eerste gedachte. Indien wij ons
leven wagen, dan doen wij het de een voor
deo andere, en daarom hoop ik, dat God ons
beschermen zal. Maar ik heb u nog iels te ver-
verzoeken Liza."
„En wat is dat dan?"
„Zeg het niet aan mijne moeder I"
„Neen," antwoordde het meisje, „het is niet
noodig dat zij daaronder lijd, zooals ik mijn
vader zie lijden. Zie Willem, de reden dat ik
zoo ras een besluit nam, is alleen omdat ik ein
delijk vernomen heb, wat mijn vader sedert
zoo langen tijd zoo loodzwaar drukte, en daar
ik nu weet hoe die last weggenomen kan wor
den, wanneer ik daarbij behulpzaam ben,
daarom
„Still" fluisterde Willem, terwijl hij haar bij
deu arm greep, „daar hoor ik iemand. Laat otj
maar gaan I"
„Liza, blijf, blijf!" riep haar vader zachtji
Bij hen gekomen, vroeg hij: „Heeft Mensioi
met u gesproken Willem?"
„Ja, mijnheer de inspecteur."
„Eu wat hebt gij hem geantwoord
„Hetgeen hij van mij verwachtte. Indien gijel
in toestemt dat Liza doet wat Mensing mij geze-g'
heeft, dan zal ik den schat wegbrengen, niaar
anders ook niet."
„En gij Liza?" vroeg de inspecteur aan ziju<
dochter.
Zij omhelsde hem en haar hoofd op zijn borst
leggende zeide zij
Het eenige wat ik beoog, vader, is een eindi
te maken aan uw verdriet, aan uwen konnner
„Gij zijt een brave dochterI zeide de inspec
teur diep getroffen. En gij, Willem, gij hoop
Liza niet te duur, indien gij haar door eene moe
dige daad bekomt, al zet gij uw leven daarbij
op het spel."
Ik weet het, zeide Willem, eu het verheugd
mij de gelegenheid daartoe gevonden te hebben
Daarop scheidden zij.
Wordl vervolgd