In de op gisteren gehouden zitting van den Ge meenteraad te Delft is benoemd tot directeur der Hoogere Burgerschool Dr. Bisschop, van Leeuwar den, in plaats van den op verzoek eervol ont slagen directeur, den heer H. de Veer. Uit Sneek wordt gemeld: Nadat wij uit goede bron vernemen, is door Dr. B. Verver, directeur onzer H. Burgerschool, aan den Gemeen teraad het verzoek gericht, om twee zijner dochters van enkele lessen aan die inrichting te mogen laten gebruik maken. In het lokaal Eensgezindheid op het Spui te Amsterdam zal Zaterdag, den SOsten September e. k., des voormiddags te 10 uren, een vergade ring worden gehouden van de Verceniging voor de statistiek in Nederland. Op die vergadering zullen de volgende vraag punten het onderwerp der bespreking zijn 1. Welken invloed hebben de talrijke Staats- leeningen voor militaire doeleinden, die in de laatste honderd jaar zijn gesloten, op de wel vaart der lagere klassen uitgeoefend? Nemen zij een voorname plaats in onder de oorzaken, die een rijzing der arbeidsloonen hebben belet? In te leiüéli door den heer N. G. Piersou. 2. Het vraagsiuk van den arbeid der kinderen in fabrie ken, en de wettelijke regeling van dien arbeid? In té' leiden door den heer Dr. S. Sr. Coronel. 3. Zal Nederland zijn tegenwoordig muntstelsel kunnen behouden, wanneer eerlang in het Duitsche Rijk een nieuw muntstelsel wordt inge voerd? Zoo niet, welk muntstelsel zal Nederland dan in het belang van zijn handel, van het bin- nenlandsch verkeer en van de volkswelvaart moeten aannemen? In te leiden door den heer Mr. S. Vissering, ia. Sluit de aanhoudende zorg voor het openbaar onderwijs, bij art. 194 der Grondwet aan de regeering opgelegd, de Staats zorg in zich, om in de opleiding van onderwij zeressen behoorlijk te voorzien en het middel baar onderwijs voor meisjes deugdelijk te regelen ib. Zijn krachtens de wet of algemeene maatre gelen van bestuur de bestaande hoogere burger scholen toegankelijk voor meisjes? In te leiden door een heer J. B. baron van Uugenpoth tot den Berenclaauw, 5a. In hoeverre is van 't bestaand lager onderwijs iets te verwachten voor de op lossing der sociale quaestie? 5b. In hoeverre is Staatshulp wenschelijk tot vestiging of instand houding van arbeidersvereenigingen? In te leiden door den heer Jhr. Mr. J. J. de Jong van Beek en Donk. Voorts is de aandacht gevestigd op de volgende vraagpunten, zonder dat de leden zich verbonden hebben het vraagpunt in te leiden a. Het vraag punt?rirrfrr??«de het aandeel van de arbeiders in de winst der onderneming, door de heeren Mr. D. J. Bn. Mackay en Mr. 11. H. van Cappelle. b. Over het nut der consumptieve arbeidersvereenigingen. c. De noodzakelijkheid van wijzigingen te brengen in de wetgeving op de vennootschappen, ten einde de ontwikkeling der coöperatieve arbeidersvereenigingen mogelijk te maken. (Invoering van vennootschap met veran derlijk kapitaal.) Dit punt zal kunnen behandeld worden bij de bespreking van punt 5b, in te lei den door den heer de Jong van Beek en Donk. Voorts is nog de wensch te kennen gegeven door Dr. J. F. van Hengel, om te bespreken Het streven der minderen om steeds meer te schijnen dan men is, de noodlottige gevolgen daarvan, het zich in schulden steken en tot ar moede geraken, het kermishouden en het boven matig gebruik van sterken drank. Terwijl de aandacht nog gevestigd is: 1". op de Statistiek der arbeidsloonen in ver band met de allernoodzakelijkste levensbehoeften, door den heer Mr. H. H. van Gappelle, en 2°. op de Statistiek der droogmakerijen, door den heer' M. Cohen Stuart. Beide deze onderwerpen schijnen minder een geschikte stof op te leveren voor een bespreking dan wel voor artikelen in het Staatkundig en Staathuishoudkundig Jaarboekje, die de vergade ring zeer zeker van genoemde leden in dank zou ontvangen. Wij vernemen, dat dezer dagen eene interna tionale commissie is benoemd, aan welke is op gedragen om de mogelijkheid te onderzoeken tot verbetering van het kanaal van Neuzen naar Gent in het belang der groote scheepvaart, de vaststelling van een politie-reglement voor dat kanaal, en de regeling van eenige afwatering- quaestiën met België. De Nederlandsche leden dezer commissie zijn de hoofdingenieur van den waterstaat J. F. W. Conrad, de directeur der registratie Mathon, beiden te Middelburg, de ingenieur van den wa terstaat D. Labryn te Neuzen, Mr. J. H. de Laat de Kanter te Goes. De Belgische leden zijnde hoofdingenieur des ponts et chaussées te Gent, de ingenieurs des ponts et chaussées de Munter te Gent, de secretaris van de Kamer van Koop handel te Gent O. Groverman en het lid van den provincialen raad Th. Vermersch. (Mid. Ct.) De heer Bouguenon, lid der Koloniale Staten, heeft als zoodanig zijn ontslag genomen, en daarbij den volgenden brief gericht aan de kiezers in de kolonie Suriname. Paramaribo, 9 Augustus 1871. „Toen het nieuwe regeerings-regelement in 1865 aan de kolonie werd geschonken, ging er alhier een juichtkreet op. En geen wonder, dat het den Nederlandschen staatsmachten ernst was met de ons daarbij geschonken voorrechten, die tot zekere hoogte autonomie voor de kolonie medebrachten. „Met opgewektheid vond dan ook in 1S66 plaats de verkiezing van de negen leden der Koloniale Staten, die door u zouden worden af gevaardigd. De gekozen namen het hun verleende man daat aan. Ik bevond mij daaronder. Ik deed het echter niet dan schoorvoetend, omdat ik, ofschoon de vereerende onderscheiding mij te beurt ge vallen op prijs stellende, gevoelde dat mij veel ontbrak om een goed volksvertegenwoordiger te zijn; maar ik werd bemoedigd door het stellige voornemen, om de weinige krachten die in mij zijn met de meeste inspanning aan te wenden tot bevordering van de welvaart dezer kolonie, waarin ik geboren ben, en die mij zeer ter harte gaat. Stond ik in veel achter bij mijne medeleden in dit voornemen hoopte ik niet overtroffen te worden. „Heb ik dien overeenkomsig gehandeld? „Hierop moogt gij, mijne kiezers en mijne medeburgers, antwoorden. „Ik richt dezen brief echter niet tot u om dit antwoord uit te lokken. Het is slechts mijn doel u kennis te geven, dat ik heden mijn ontslag heb genomen als lid der Staten. „De gebeurtenissen van den laatsten tijd hebben mij daartoe geleiddeze toonen duidelijk aan, hoe en in welken zin de Nederlandsche regeering en Vertegenwoordiging opvatten, bet aandeel in het bestuur der kolonie, door het regeeringsregle- ment aan de Koloniale Staten toegedacht. „Het zal wel niet noodig zijn in bijzonderheden te treden, ten betooge dat dit aandeel thans slechts op het papier bestaat. „In dezen stand der zaak acht ik mij verplicht mij te onttrekken aan den werkkring in de Kolo niale Staten, die nu slechts teleurstelling op levert. „Ik heb het van mijn plicht geacht de redenen van mijn aftreden aan u mede te deelen, met betuiging van mijne erkentelijkheid en dank voor het vertrouwen, dat gij in mij hebt gesteld en hetwelk mij heeft geroepen tot een taak, die voor moet naar St.-Petersbnrg. Mijn boot is klein en gij kunt mij bij het roeien helpen. De slimme kerel koesterde ongetwijfeld het voornemen om van den pelgrim te prófiteeren zonder hem iets voor zijn werk te vergoeden, maar na lang heen en weer praten kwam hij eindelijk met Piotrowski overeen, dat hij hém gedurende de vaart van spijs en drank zou voorzien. Het schijnt opper vlakkig beschouwd vreemd, dat de vluchteling zich op die wijze als in de leeuwenmuil waagde, maar hij greep dé eerste de beste gelegenheid aan, om te voorkomen dat men hem naar zijn pas of andere papieren vroeg. Toen zij langs de kusten door het meer van Ladoga en de Newa voeren, namen zij eenige vrouwen als passagiers op, die in de hoofdstad diénden, en eenigen tijd bij hunne bloedverwanten haddendoorgebraéht. Een hunner, eene reeds bejaarde waschvrouw, werd door de anderen zóo geplaagd en gekweld, dat Piotrowski haar onder zijde bescherming nam waarop zij hem wederkeerig haar bijstand aanbood die hem bij de aankomst te Petersburg zeer te stade kwam „Mijn dochter," zeide zij, zal mij komen afhalen, en wel eene geschikte woning voor u weten te bezorgen." Het is licht te begrijpen, dat hij dit voorstel mét groote vreugde aannam; ook had hij het geluk dat hem gedurende de geheele reis niemand naar zijn pas vroeg. Het huis waar zij hem bracht, was wel is waar zeer ellendig, „het was zoo als de Rus pleegt te zeggen de naakte grond met de vuist toe kussen." Hij vroeg aan zijne waardin of hij ook naar de politie moest om zijn pas in orde te laten brengen. „Neen," zeide zij; „als gij maar voor eenige dagen hier blijft, dan is dat onnoodig, zij zijn zoo precies dat ik ook voor zou moeten komen en ik heb er geen tijd toe." Toen bij den anderen morgen langs de kaai ging, om naar de schepen te zien, zag hij er een, dat den volgenden dag naar Riga zou vertrekken, èij kon zijne innerlijke ontroering ter nauwernood bedwingen. De stuurman aan boord riep hem toe: „Als gij een plaats naar Riga moet hebben, kom dan maar hier." „Ik moet wel is waar naar Riga, maar ik ben zoo arm, dat de reis met een stoomboot voor mij te duur is." De stuurman gaf daarop een zeer geringe som op en zeide: „Kom maar hier, wat talmt ge nog?" „Ik ben eerst gisteren hier aangekomen en de politie heeft mijn pas nog niet geviseerd," hernam de vluchteling. Wordt vervolgd). mij zoo eervol is, dat ik onder andere omstan digheden er niet aan zou gedacht hebben die neder te leggen. De eerste aflevering van het Nederlandtch Tooneel, orgaan van het Nederlandsche Tooneelverbond is verschenen. Directeur Mr. J. A. van Hallcour missie van redactie: H. J. Schimmel, W. J. Hof dijk, Max Rooses en F. C. de Brieder. In een kort artikel zet de redactie het doel van haar arbeid uiteen. Max Rooses schetst het tooneel in Zuid-Nederland sedert de zelfstandig heid van België. Loffelt geeft eenige merkwaar dige bijzonderheden en goede wenken omtrent tooneel-decoratie; terwijl eene vertaling van She ridans blijspel, de Lastertongen, door R. Heeren, de aflevering besluit. Voor volgende afleveringen zijn bijdragen van van Vloten, von Hellwald, van Hall en Max Rooses toegezegd. Ten bewijze hoe ook in den vreemde prijs gesteld wordt op de bekendheid met onze instel lingen en inrichtingen, kan dienen, dat in de vorige week Dr. Wayne uit Nieuw-York zich hier te lande bevond, die zich tot taak gesteld heeft ons gevangeniswezen na te gaan en verscheidene gevangenissen heeft bezocht. Bij den internationalen prijskamp van looneel- kuust, op 17, 18 en 19 dezer te Leuven gehouden, en waaraan 15 Vereenigingen, zoo uit Nederland als België, deelnamen, is de 2de prijs, zijnde een gouden medaille en 200 franken, behaald door het gezelschap „Thalia," te Dordrecht, met de opvoe ring van het tooneelspel: Een vrouw die haarman bedriegt''; terwijl aan mej. C. Beersmans, die bij die opvoering heeft medegewerkt, eene medaille van uitnemendheid is toegewezen. O ra ra EO pq P P (t Q) 5 K" - 3 if -O 2? a> 7? 7? -• 8 5-1 3 i i s A'S 5 g S. O O s ra b ra o 2. 2. 5' O E O 05 - Cl O o. p 3 -I 2 S 3 S i 3 8- s ar s j 3 5. 5 B a ore O cp3 to oi I—I SO OC CC: "ux "*-* V oo W C5 H to tr j-» to os ,5© "rfa- 00 co "t— "o O Ob O Jf- co O cn Ci 11 fct*. CO O O SO Co I O CO O CO CH t—1 li-"- O SO to SO CO O Oh "if*- os O o co o OO O w 1 o to CO O -*3 O 11 to o O co O CO to Oi w CO "co CO "o "ifs. o i to o cc H O Üt O CO M 0 oi "to 00 a O Ü1 CJt C H q o o o o 01 os ^5 co Oi O O lO o J M W iftP OO W OJ CC. co co "o "oo v—1 O O —4 to o O I OS O ,SJ* Oi fcO os OS O ~Cri CD co "o Cf.I O CJi os CO to G> tfa O O O M t5 03 'o O O f C O O co O co Uit dezen staat blijkt alzoo, dat de Nederland sche Bank op 18 Sept., bij een muntmateriaal van ƒ135,979,750.62' voor eene som van ƒ142,276,061.77 minder aan bankbiljetten in omloop had dan waar toe zij gerechtigd is, terwijl het muntmateriaal op zijne beurt ƒ56,910,434.71 meer bedraagt, dan in verhouding tot de schuldvorderingen tot dek king noodig zou wezen. Met ingang van den 24steu dezer zal het Rijks telegraafkantoor te Joure op Zon- en feestdagen open zijn van 8 tot 12 uren voormiddags. De diensttijd op werkdagen blijft onveranderd. Z. M. heeft aan den heer J. van Herwerden, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend uit zijne betrekking van commies der posterijen van de 3de klasse. BINNENLAND. Amsterdam, 20 September. De twee eerste groote ijzeren spoorwegbruggen voor den aanleg van den Staatsspoorweg aaD de IJzijde der stad, zijn bij openbare inschrijving gegund aan de Konink lijke Fabriek van Stoom- en andere werktuigen, directie van der Made. Deze werken bestaan uit het maken en stellen van den bovenbouw van een draaibrug met een vaste overspanning over de Singelgracht, en van een draaibrug met twee vaste overspanningen in het Westerdok, tegenover de Eenhoornsluis. De pijlers van deze bruggen zijn met goed gevolg afgebouwd en de daardoor verkregen doorvaart-wijdten zijn in alle opzichten voldoende voor de gewone scheepvaart. Helder, 20 September. Door eenige ingezetenen, wonende aan de Hoofdgracht alhier, is een ver zoekschrift gericht aan den Minister van Oorlog, om den aanzienlijken voorraad kruit, enz. uit het verbruikmagazijn aan het Wierhoofd in tijd van vrede te laten verwijderen, tot voorkoming van mogelijk gevaar. Den 8sten Sept. 11. bij het zware onweder boven de gemeente was toch de bliksem in den grond geslagen op ongeveer 90 ellen afstands van het magazijn, dat een open schoorsteen tot lnchtverversching heeft. Zaterdag jl. werd bier onder de hand door den heer Swets aangenomen, het bouwen van een oesterput, naast de hier reeds bestaande. Eenige aanzienlijke Amsterdammers hebben eep moet de J MiieoJ Schold flink kapitaal bijeengebracht, tot exploit^ j dezer industrie. Half November a. s. gereed zijn tot ontvangst van een hoeveelheid oesters, welke reeds ii ter beschikking van de ondernemers uggti put wordt vau grooter afmetingen dan 4,, den heer Vlaming, en uit alles blijkt 4 1 van plan is, die zaak op kolossalen voet Ufc- 's-Gravenhage, 20 Sept. Z. K. H. de Prujji Oranje zal zich op het einde van deze maani J| rende eenigen tijd buiten de residentie ten einde aan onderscheidene groote jachtpK, deel te nemen. Gouda, 20 Sept. De zaak der droogmakn de Zevenhuizensche plassen vordert goed. eenige dageu hebben hier besprekingen en imJ tien in loco door heeren Ingenieurs en bels] hebbenden plaats gehad, die met die verband staan. Utrecht, 19 Sept. Uit goede bron verss.l men, dat B. en W. op voordracht van de commissie hebben voorgesteld, om den prijs i het gas van 9 op 7 centen te brengen, en met 2 centen te verminderen. De gasfabriek! Utrecht zou dan het gas leveren tegen een i geringen prijs, als waarvoor het in geheel NecJ land, ja zelfs in Europa niet te verkrijgen is. Zeker wel een bewijs dat in de gasfabriek] dezer stede zeer voordeelig wordt gewerkt. Deventer, 18 September. In de heden gel den zitting van den raad is een hoogst belangd voorstel ingekomen van de curatoren over 1 stedelijk Atheneum. In de laatste zeven ju toch is het aantal studenten zóo on beduidend si weest, dat de intellectueele voordeelen niet kuuml opwegen tegen de financieele kosten, Sedert 19 A 1864 immers werden tot en niet den cursus 1 niet meer dan dertig studenten ingeschreven,Ie wijl zelfs het meerendeel van degenen, die t den vijfjarigen cursus tot de academische les gepromoveerd werden, hunne studie elders^ gen voortzetten. Deze omstandigheid gaf dsns gereede aanleiding aan het college van ren voor te stellen: 1°. Opheffing der betrek^ van rector-magnificus en van den titel a hoogleeraar voor de heeren Dr. A. J. Vitq Dr. J. J. Cornelissen, Mr. J. Duijmaer van Dr. W. B. J, van Eijk en Jb. JongeueelUt Mr. J. Duijmaer van Twist eervol ontslag t leenen als boogleeraar in de rechten en 1 wetenschappen, hem een jaargeld toe te l van 800, en de jaarwedde van den hoogleeta in de Oostersche talen te verminderen met fll en hem voor de resteerende 300 het ondtl wijs op te dragen in de Hebreeuvvsche tail voor aanstaande theologanten, gedurende t\ uren wekelijks aan de leerlingen van het en 5de studiejaar van den eenvoudig gymnasialel cursus. 3". De vacante betrekking van buitengewa hoogleeraar in de natuurkunde, de wiskunde e die van leeraar voor de oude talen, openvallen!) door het aanstaand vërtrek van Dr. P. van Meun| niet weder te vervullen. 4". De jaarwedden van den rector Dr. A.lj Vitringa, den conrector Dr. J. J. Cornelissen,dsl preceptor Dr. H. G. A. Bakhoven, en den 1 in de wiskunde D. B. Wisselink, te bepalen s; ƒ2300, ƒ2000, ƒ1800 en ƒ1600, 5°. Den heer Jb. Jongeueel, met deu titel n leeraaar, op te dragen het onderwijs in dt.'J schiedenis, de aardrijkskunde aan alle en ia! Nederlandsche taal- en letterkunde aan de rf-| hoogste klassen van het Gymnasium, 6°. De betrekkingen van de heeren S. Srt| J. H. Meijer, C. G. Slotemaker en F. de Sto[i*I laar, leeraars voor de nieuwere talen en wall:11 laatsten betreft, ook voor de Nederlandsche tul nagenoeg onveranderd te laten. 7°. Den heer W. F. H. Reesink dit schoolj**!| althans nog te doeD voortgaan met het reeii| weder aangevangen onderwijs in de nieuwer* aardrijkskunde. Maastricht, 20 September. Nu er zoovele voorzorgsmaatregelen worden genomen heerschende, of in aantocht zijnde besmettelijk* ziekten, bestaat er in Limburg bij de R. K. gebruik, dat, in het belang der openbare gezond- heid, tijdelijke opheffing vordert. Het vervoeren naar de kerken, namelijk, van lijken, die, in deze warme dagen, niet zelden in vergevorder den staat van ontbinding verkeeren en een zoo ondragelijken stank verspreiden, dat men geloovigen de kerken verlaten, of zich asn de onmiddelijke nabijheid der lijken onttrekken ziet. Na wij vernemen, is door de bevoegde macbl te Sittard dergelijken maatregel reeds genomen. Grelil- en Efiectenmarkt- Amsterdam van 11 tot 18 September 187L Niettegenstaande de geldcrisis te Weenen, tel gevolge waarvan de Oostenrijksche National Bank het disconto 2 pCt. verhoogd heeft, en groote aanvraag naar geld alhier, is de prolongatie na in het begin der week van 314 pCt. op 4 pC' te zijn geklommen op laatstgenoemd standpnn: blijven staan. Slechts epkele fondsen uitgezonderd, waren handel en varia"6 gedurende de laatse acht dagen wederom van weinig beteekenia. Tftt die uitzon-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1871 | | pagina 2