EXTRA-XOMMER ISTATEN-GENERAAL. ;ember. N". 3560. Maandag 18 September. A0. 1871. A0. 1871. 'Feuilleton van het „Leidsch Dagblad". EENE ONTVLUCHT)N-G UIT SIBERIE RUSSISCHE GEVANGENISSEN. VAN HET LEIDSCH MGBLAD. Vereentgde Zitting der belde Kamers, Maandag IS September 18Ï1, ter opening van de gewone Verga dering der Staten-Generaal. De heer Graaf E. J. A. van Bylandt, die den voorzittersstoel bekleedt, opent, nadat de leden der beide Kamers zich iu de zaal, bestemd voor zittingen der Tweede Kamer, vereenigd heb- beD, tegen halfeen de vergadering, en laat een koninklijk besluit van den 15den September jl., houdende zijne benoeming tot voorzitter der Eer ste Kamer gedurende het aanstaande zittingjaar, door den griffier dier Kamer voorlezen. De voorzitter, aan vvien dientengevolge, over eenkomstig het voorschrift van art. 103 der Grond wet, het bestuur der vergadering is opgedragen, benoemt eene commissie van 18 leden, die Z. M. den Koning, bij Hoogstdeszelfs aankomst in het gebouw der Staten-Generaal, ontvangen en in-en uitgeleide doen zal. Be ministers, hoofden van ministerieele depar tementen, de kanselier der beide Orden en de (eden van den Raad van State vervoegen zich te éen uur mede in de vergaderzaal. Z. M. de Koning, die zich met HH. KK. HH. Ie aanwezige prinsen, op de in het programma voor de opening van de vergadering omschreven wijze naar het gebouw van de Tweede Kamer der Staten-Generaal begeven heeft, wordt, na een kort tijdsverloop aldaar aangekomen, in de vergaderzaal binnengeleid. Z. M. de Koning plaatst zich op den troon en houdt, terwijl HH. KK. HH. de prinsen naast Hoogstdenzelve gezeten zijn, de volgende ope- nia MIJNE HE ERE NI Ik reken Mij gelukkig, bij de opening dezer zitting gunstize tnededeelingen omtrent de aange legenheden van het Vaderland te kunnen doen. Gelijk Ik ten vorigen jare de welwillende medewerking der oorlogvoerende staten tot hand hasiog Onzer onzijdigheid ondervond, bleef ook sedert dien tijd de betrekking met alle Mogend heden op den meest gewenschten voet. Met erkentelijkheid ontwaarde Ik de hartelijke deelneming van een naburig land in de plechtige hulde, die Wij onlangs aan de nagedachtenis van roemrijk gevallen krijgslieden hebben gebracht. De wijze waarop Zee- en Landmacht, zoo in het moederland als in de Overzeesche bezittin gen, zich van hare taak kwijt, geeft bij voort during reden tot tevredenheid. Op grond van gebleken behoefte zal, in verband met eene voor te dragen regeling van het vesting stelsel en wijziging der militiewet, de organisatie Onzer strijdkrachten verandering moeten onder gaan. Onze instellingen van onderwijs beantwoorden over het algemeen aan het doel. Intusschen be hoeven sommige takken aanvulling of nieuwe regeling, die voorbereid wordt. De verwachtingen van den oogst zijn voor een groot deel niet ongunstig. De visscherij neemt in bloei toe. Handel en nijverheid, die den druk des oor- logs beter, dan voorzien werd, doorstonden, gaan met den vrede een tijdperk van nieuwe ontwik keling in. Voor werken van algemeen nut wordt zoo van Rijkswege, als door provinciën, gemeenten, wa terschappen en bijzondere vereenigingen, met ijver gezorgd. De overbrugging van het Hollandsch Diep, nog in dit jaar te volbrengen, zal na eeuige maanden door aansluiting van Vlissingen aan het spoor wegnet gevolgd kunnen worden. De diensten, van de ambtenaren van den Wa terstaat gevorderd, nemen van jaar tot jaar toe. Het is Mij een genoegen, van dat korps met vol doening te gewagen. Het ontwerp eener nieuwe rechterlijke inrigting zal U weldra bereiken. Ook andere voorstellen, het rechtswezen betreffende, zullen U binnen kort worden aangewezen. Welsvoordiaclilen lot verbetering der Staatsin komsten, tot hervorming van het belastingstelsel, tot betere regeling van de pensioenen van bur gerlijke ambtenaren zijn in gereedheid. De toestand Onzer Overzeesche bezittingen is over het algemeen bevredigend. De rust bleef nagenoeg ongestoord. Een ruitne oogst der voedingsmiddelen belooft vergoeding voor andere minder gunstige uitzich ten van den kolonialen landbouw. In den handel zijn sporen van verbetering merkbaar. De rechtstreeksche verbinding met het moeder land, door stoomvaart, is met goed gevolg tot staQd gebracht. Intusschen blijven gewichtige belangen voor ziening vorderen. Veelomvattende onderwerpen worden alzoo aan Uwe beraadslaging voorgelegd. Blijve de bevordering der ware belangen van Ons dierbaar Vaderland aller doel, en moge daartoe Gods on misbare zegen op Uwe overleggingen rusten. Ik verklaar de gewone Vergadering der Staten- Generaal geopend. Z. M. de Koning verlaat na het uitspreken de zer rede, met 11H. KK. HH. de prinsen, begeleid door de commissie, de vergaderzaal, om zich op de bepaalde wijze naar het Koninklijk Paleis terug te begeven. De voorzitter sluit, nadat de commissie is terug gekeerd, de vereenigde zitting der Kamers. Leiden, ter boekdrukkerij van A. W. SIJTHOFF. LAD. ADVERTENTIKN O.lè UOIt WOIA UiCb LIJ Li O ii\J U gCI W/U WlUOU UCL» uen. j»el zijn er reeds vroeger bij hoog water vis sersvaartuigen door het kanaal naar zee gegaan, eindelijk is er een stoombootje, volgens de jtuu/e Roti. Gouraut van 15 Sept. jl., op den 14den Zie bijvoegsel Nieuwe Uott. Courant san 8 Sept. 1869. den van den heer Richard Hol als directeur der liedertafel AmtleU Mannenkoor. Wij zijn thans zoo gelukkig te kunnen berichten, dat door het be stuur der voornoemde zaugvereeniging een plaats vervanger gevonden is, den aftredende volkomen waardig, en die voor de toekomst der liedertafel dagen van voorspoed en gelukkige werkzaamheid dat het hun voorkwam dat zij iets /suspects" droeg. Bekl. had toen eerst visitatie geweigerd en was doorgegaan. Eindelijk hield zij, op herhaalde aanmaniug, stand, doch wierp toen twee 5-kans kruiken, die zij onder haar kleed verborgen had, op de straatsteerien neer, met de woordenhier heb je ze allebei, als je ze dan toch hebben moet, fttsruimte die zij beslaan. zware vracht ontslagen, spoedde zij lings been. Een der rijksambtenaren, die 14 daag te voren in haar kroeg ad opgenomen, bad haar echter herkend ,e haar evenzeer toen hij zich den vol- rgen ten harent vervoegde, pertinente verklaring concludeerde de tat, Mr. Rochussen, dat het Hof zou het vonnis van vrijspraak des eersten t de geïnt. alzoo alsnog zou schuldig tan het haar bij dagvaarding ten laste veroordeelen in een geldboete van drie- lden- des ondervraagd, wendde een alibi ras op dien bewusten avond niet aan- runnen worden, want zij had haar et verlaten, hetgeen zij zoo goed niet ware 't niet dat zij dien avond juist gehad en bij haar man had moeten zich toen ziek had gemaakt. s, zoo merkte zij den Rechter op, 't wa» zij twee kruiken en wel vijf kans ou gedragen hebben, dat ging hare aachten te boven. Deze en dergelijke digingen had de geïnt. maar zij Ir. Rochussen niet, die zich beriep op ;d procesverbaal van twee Rijks-amb- it geloof verdiende, zoo lang het bewijs 'eudeel niet was geleverd, en dat had eerde niet gedaan- Hij persisteerde dus nclusie. Adv.-gen. Mr. Terpstra was 't ens en, zoo als gezegd is, over 8 dagen hoe het Hof er over denkt. hage, 18 September. De Tweede Ka- itaten Generaal heeft reeds heden te ene ziting gehouden, waarin de corn- in benoemd tot het onderzoek der ge- van de nieuwgekozen of herkozen wij vernemen zegt het Weekblad van s door den Minister van Justitie inge- tinklijke machtiging, bij den raad van verweging aanhangig gemaakt van een an wet, houdende eeoe nieuwe recb- ichting en tevens eene nieuwe rechter, ling des Rijks. ;emeenteraad alhier zal Dinsdag a. s. .dering houden waarin o. a. zullen wor- leld1°, de vaststelling der herziene al- tlitieverordening; 2". de inlichtingen om- Ires der Vereeniging tot onderzoek naar in ter bevordering van den gezondheids- 's Gravenhage; 3°. het besluit van Ge- Slaten betreffende de toelating van Jl'. H. de Jong, als lid van den Gemeente- het voorstel betrekkelijk de oprichting ibouw voor kunsten en wetenschappen jwaarover in de vorige zitting de stemmen heb- Jben gestaakt. Wat betrelt het derde punt, hebben B. en W. den Raad kenni6 gegeven, dat zij ge meend hebben de resolutie van Ged. Staten (hou dende vernietiging van het besluit van den ge meenteraad van 's-Hage van 29 Augustus 11., waar bij de heer Dr. Hendrik de Jong niet als lid van EN EEN BEZOEK IN DB Vervolg.) raden Piotrowski dringend aan geduld te fenen, daar dit het eenigste middel was om "■-ogere behandeling te voorkomen, en tot onder- imUe bevorderd te worden. Hij mocht echter 1 'sDg bij zijne vrienden vertoeveneen aan Jorhoofd en wang gebrandmerkten misdadiger, i opzichter fungeerde, kwam en beval hem ™n bezem te nemen en een hoop puin, die de mtselaars hadden laten liggen, weg te vegen, moordenaar was zijn kameraad, en zoo Mt hij tot aan het vallen van den avond wer- ri' toen zijne vrienden hem in bet bijzijn der Bouten en misdadigers, mochten bezoeken. Ver- ™>veg de meesten dergenen die thans zijne "enooten waren, hadden zich aan de grootste ''baden schuldig gemaakt. ^00 verliepen voor hem lange, treurige dagen, onder harden arbeid te midden van sneeuw en vorst, dagen bij wier treurige herinnering wij niet langer willen stilstaan. De nachten moest Piotrowski in eene ellendige barak onder allerlei walgelijke tooneelen van dronkenschap en ver- dierlijking in gezelschap van dit uitvaagsel der menschheid doorbrengen. Na verloop van ander half jaar verschafte zijn goed gedrag hem een plaats op het kantoor, waar hij allerlei licht werk verrichten moest en daarvoor maandelijks twee- eneenhalven zilveren roebel (10 franken) ontving. Gedurende dien tijd verkeerde hij veel met zijne landslieden en rondtrekkende handelaars en ver schafte zich alle mogelijke iulichtingen aangaande de wegen en rivieren, daar hij nog altijd het vaste voornemen koesterde, om zoodra zich eene geschikte gelegenheid daartoe opdeed, te ontvluch ten. De inboorlingen oefenden echter gezamenlijk met de dienstdoende soldaten een streng en nauw keurig toezicht over de honderden misdadigers die steeds tot ontvluchting alles in het werk stel len. Het gewone spreekwoord der Tartaren is dan ook: ,/Als men een eekhorentje doodt, krijgt men alleen zijn vel, doodt men echter een veroordeel de, dan bekomt men drie zaken zijn rok, zijn hemd, en zijne huid," daar er voor iederen vluchteling die weder gevangen genomen wordt eene premie betaald wordt. Langzaam en met de grootste zorgvuldigheid verzamelde Piotrowki de noodige materialen voor zijne gevaarvolle reis. Voor alle dingen moest hij echter een pas hebben, Een der gevangenen, we gens valschinunterij veroordeeld, had nog een zeer frauien stempel met het keizerlijk wapen in zijn bezit; Piotrowski kocht dit voor eenige franken. Het benoodtgde papier was gemakkelijk op het bureau te krijgen en zoo werd de pas vervaar digd. Na lang wachten wist hij zich eene Sibe rische pruik te verschaffen, een uit schapenvacht met de wol binnenwaarts gekeerde hoofdbedek king, tegen de koude verder drie hemden, een scha penpels en eene rood fluweelen muts met bonten rand, kleedingstukken, die de gegoede landlieden gewoonlijk dragen. Gedurende een zeer kouden nacht verliet hij Ekaterinski, met het voornemen den noordelijken weg naar Archangel in te slaan, daar deze het minst bezocht wordt. Kort te voren was te Irbit, aan den voet van den Ural, een groote jaarmarkt of kermis gehouden, en hij hoopte zich onder de groote menigte die van daar we der naar huis trok, te kunnen verbergen. Spoe dig nadat hij de rivier overgetrokken was, hoorde, hij een slede achter zich. Hij sidderde bij de ge dachte, dat dit wellicht reeds zijne vervolgers waren. «Waar moet gij heen?" riep de boer, die op de slede zat, hem toe. ,/Naar Tara." „Geef mij veertig Kopeken, dan neem ik u mee." „Neen, dat is mij te veel. Ik zal er u dertig geven, als gij mij meeneemt." „Goed, dat is afgesproken. Stap gauw in." Hij werd te Tara (eene stad aan den Irtisch) afgezet, en klopte daar aan een huis om volgens bet Russisch gebruik te vragen of er ook paar den te huur waren. „Ja een paar, waar moet gij heen?" „Naar Tobolsk. Ik ben een reizend koopmau èn moet mijn heer opwachten. Ik ben te laat aangekomen en heb groote haast, span dus zoo spoedig mogelijk in." Zij waren ter nauwernood op weg, toen er een hevige sneeuwstorm losbrak en de voerman van den weg raakte. Zij reden den geheelen nacht in het bosch rond en Piotrowski verkeerde in de grootste angst en spanning. „Keer maar naar Tara terug," zeide hij tot den koetsier, toen de dag aanbrak. Ik zal een andere slede huren; maar ik betaal u niets, daar gij zoo dom geweest zijt van den weg te dwalen. Zij keerden terug, maar hadden ter nauwernood een kwartier gereden, toen de voerman uitriep: „Daar is onze weg." Nu wilde hij den tijd inha len, reed bij een zijner bekenden aan, en vroeg daar om thee en nieuwe paardeu. Zij reden nu

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1871 | | pagina 5