IV0. 3531.
Dinsdag:
A°. 1871.
15 Augustus.
J^uilleton van het Leidsch
Dagblad".
Ondermeester.
PRIJS DKZKR COURANT.
Voor Leiden per 3 maanden.
Franco per post
Aixonderlijke Nommers
ƒ3.00.'
3.85
0.05 ;i
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van
Zen-1 en Feestdagen, uitgegeven.
Lelden, 14 Aufiuttu.
oogït.
ïo slu De plaat in den Spectator van 12 Aug. is eene
00 aanschouwelijk voorgestelde waarschuwing aan
den heer Jacobs Van Sappemeer en hen, die zijn
I.30T voetspoor beginnen te volgen. Een houterige, lang
'0.20. gerekte docent staat voor het bord of een land
f°.2? kaart te gedenken wat hij er op zal schrijven 01
9 tal" over zal zeggen. Achter hem zitten in een gezelli
gen bonten rei de jonge heeren en jonge dame!
en. op de banken. Verschillende omhelzingen, dit
mijnheer Jacobs waarschijnlijk ten sterkste zot
afkeuren, hebben plaats. Een der jonge dame:
(4 leunt zelfs achterover om een kus te ontvanger
- van een jongen heer, die tot dat einde op dt
bank is gaan staan.
62Vi In een der tafels is een kleine Amor met boof
en pijlen gesneden, terwijl de schriften der leer
lingen voornamelijk prijken met doorboorde harten.
32j* Het Dagblad van Zuid-Holland, behoeft nu verder
over die quaestie niet meer te schrijven. Laat
het nuJ verstandig zijn, en aan ieder die de go-
mengde burgerschool verdedigt eenvoudig een
exemplaar dezer teekening zenden. Waarschijnlijk
zal hij veel meer uitzichten dan machtelooze po
gingen om eene subjectieve wetsuitlegging op te
dringen aan iemand die de wet juist' afidersom
wil, kan en mag uitteggen.
PUIJ8 DBR AOVXBTIGNTIEN.
Voor imieren r.fe]ff 0.16.
Grootor* letton uur 4e pLutsrnimte die zij bealzan.
Bij de heden op het Raadhuis alhier gebonden
aanbesteding tot het leggen van een nieuwe
keienbestrating, buiten de voormalige Rijnsburg-
scbepoort,' wared de insctiHjversJacb. van der
Kamp 74848; D. van Essen 74820; W. F. van
8 der Heijden f 4444; N. D. Smids 74281.
Wegens aanmerkelijk hooger bedrag dan onder
54 eigen bèhéer kan plaats hebbeD, is de gunning
14 dagen uitgesteld, Om aan den Raad mededeeling
te doen.
h Sedert de vorige opgave zijn alhier door pokken
aangetast 8 personen, als hetsteld opgegeven 2,
overleden 1, zoodat in bebahdeling blijven 20.
Op de Nationale wedstrijd voor werklieden
met daaraan verbonden tentoonstelling te's-Gra-
venhage, zijn door de Wérkmans-Vereeniging
Nut en Genoegen te Leiden de volgeDde be
krooningen behaald: De Vereenigingeen verguld
Zilveren Medaille, K. F. L. Van der Woerd, een
Zilveren Medaille, W. Van der Burgh, A. Inge
neeger, C. Van der Kaaij, J. Noest, M, H. Ver
hulst, F. G. Zirkzee elk een Bronzen Medaille.
Dr. Nuyens geeft in het HaKéetsblad het volgende
antwoord op den hem door Dr. Merz geschreven
brief. Indien alle katholieken zoo verstandig
dachten dan zou de paus waarschijnlijk hooit
onfeilbaar gemaakt zijn.
Aan de Redactie.
Eerst heden lees ik het Handelsblad van 8 Aug.
11. Ik vind in dat blad een open brief van Dr.
Merz tot mij gericht. Zeer veel zou ik daarop
kuhnen antwoorden: ik zal het echter niet doen.
Veroorloof mij UEd. mijne redenen daartoe
rnedel te deelen. Ik las dezer dagen de verhooren
van Hugo de Groot, waarmede een historiekenner
waarop Nederland trotsch mag zijn, Prof R. Fruin,
onze literatuur verrijkt heeft. Ik zie daarin, evenals
ik uit de verhooren van Oldenbarnevelt heb ge
zien, dat kerkelijke quaestiën aan'politieke-quaes
tien een verhoogden 'hittegraad geven, die ras
de noodlottigste gevolgen na zich sleept.
Gelukkig, dat het gezond practiscb verstane
onzer voorvaderen, de onberekenbare Dadeeien
die, grooter nOgdan zij reeds geweest zijn, daarui
hadden kunnen ontspruiten, hebben voorkomen
De kerkelijke qnaestie, verschoon mij de triviale
vergelijking, stookte het vuur aan, de politiekei
braadden er hunne kastanjes aan.
Ik, voor mij, zie, of meen te zien, welken ge
vaarlijken weg men thans in ons land inslaat,
niet sleéhts in ons land, maar ook elders. Het
schijnt alsof Wij in onze hooggeroemde XIXdp
eeow Neo-Byzantijuers moeten worden.
Daarom wil ik althans, voor zoover mij belang;
mij niet mengen in theologische twistgedingen.
Dr. Merz veroorlove mij te wijzen op een
quaestie, die voor ons collega!s, helaas 1 spoedii
weder eene question brulanle schijnt te zullen wo;
dende choleraquaestie. Ik reken dat wij, met
het nogmaals bestudeeren daarvan, meer nut
zullen stichten dan met een dispuut, tusschen
twee medici, over de onfeilbaarheidsquaeste. Wat
ik omtreDt laatstgenoemde denke, dunkt mij, be
hoef ik niet te zeggen en maakt het publiek
al weinig uit. Wat Dr. Merz daarover denkt,
maakt, wel beschouwd, noch mij, noch het groote
publiek even weinig uit. Door er een openbaar
dispuut over te houden, verdienden wij, zoo
Molière Dog leefde, dat hij ons kastijdde met deD
geesel zijner spot.
Ik heb de eer te zijn UEddw.
Westeroord. Dr. W. J. F. NUYENS.
11 Aug. 1871.
De Handboog- en buksschutterij-weerbaarheid
en Amstels harmonie-kapel Claudius Civilis, beiden
te Amsterdam, zijn voornemens het 20jarig be
staan van de sociteit Claudius Civilis op 25 Aug.
a. s. te vieren, en daar de in de twee Idatste
jaren uitgeschreven concoursen door de tijdsom
standigheden zijn vervallen, wil men aan die
feestviering verhinden een nationalen schietwed
strijd met vuurwapenen op 25] 26 en 27 Augustus,
waartoe worden uitgenoodigd alle in Nederland
gevestigde buks- en scherpschutterijen en'vereeni-
gingen tot bevordering van 's lands weerbaarheid.
Terwijl Z. K. H. prins Hendrik der Nederlanden,
beschermheer dersociteit, hoogstwaarschijnlijk
dit concours gedurende een of meer dagen zal
bijwonen, is van Z. M. den köniug bereids de
toezegging ontvangen van H Ds. veréerende tegen
woordigheid. De termijn van deelname, bij cir
culaire uiterlijk op 15 Augustus bepaald, is door
het bestuur verlengd tot en met 20 Augustus.
In de Arnb. Cl. wordt door een levendig zan
ger uit het noorden van Noord-Holland een op
gewonden afscheidsgroet toegeroepen „aan U, wak
kere Teest-commissarissen aan U beminnelijkeGel-
derscbe schoonen! aan U mèdejuichende bdrgefij
en handwerksluidjes! (het zijn mé nog al poppetjes
aan U sehalke doch bescheiden jeugdaan U allen
gulle Gelderlanders! enz. enz.
Wij durven nagenoeg met zekerheid beweren
dat deze Afscheidsgroet niet geschreven is dooi
den zanger, die bijna zonder neus te hais geko
men is,; doordat een der feestgenooten had beproeft
of men met een bierglas zulk een snuif-' snuit-
cf nies'orgaan ook kan afhakken. Naar de ver
schillende beschrijvidgen van het afgeloopeD fees
t3 oordeelen, gelooven wij dal de' inzender he
rauwkeurigst is geweest, toen hij'aan-bet eint
v»n zijn r,Groet van verre, niel uit beleefdheid, maa
til dankbaarheid en hartsaandrang" schreef„Gij her
innerdet U
„Wer nicht-liebt Weib, Wein uad Gesang
Er hleibt éin Narr, sein Lebeh lang!"
Ten gevolge van een voorstel, aangenomen in
de laatste algemeene vergadering Van hetNedei
landsch Schoolverbond te Zwolle gehouden,
uit het hoofdbestuur eene commissie samengesteh
belast met het geven van een verslag omtrei
den toestand van kinderen in fabrieken of wer
plaatsen arbeidende, vooral met het oog op bi
onderwijs. Die commissie bestaat uit de heeren:
Mr. W. J. baron Van Weideren Rengers,
Leeuwarden, Lodewijk Mulder, te Utrecht, hei
leman, te Moordrecht en Armand Sassen, te Bredi
die tot secretaris benpemd is. In het belang di
goede zaak zij het ieder, die in staat is hiero;
trent inlichtingen te verschaffen, dringend aai
bevolen, die aan den heer Armand Sassen te doei
toekomen.
Een treurig ongeval had Woensdag-avond t
Zutfen plaats. EeDe bejaarde vrouw maakte ziel
gereed om zich te bed te begeven en blies haa
petroleum-lamp uit, doch op hetzelfde oogenbli c
sprong deze uit elkander, doordien de vlai 1
met de olie in aanraking was gekomen. Vócr
zij er op bedacht was, had het vocht zich reecs
aan hare kleederen medegedeeld en stoDd zij ih
een oogwenk in brand. Den volgenden dag is z^,
aan de gevolgen harer brandwonden, onder vree -
selijke pijnen overleden.
Maandag jl. zou dé knecht van den landbouwer
Dining te Bronger eenige jonge beesten, die uit
het land te huis kwamen, met een hooivork
keeren. O111 de dieren niet te schaden, hield hij
voorzichtigheidshalve de vork naar zich toe. On
gelukkig loopt een der beesten tegen den steel
met fiet gevolg, dat de vork den jongeling in 't
lijf dringt. Geneeskundige hulp is dadelijk inge
roepen, doch men vreest dat deze vruchteloos
zal zijn.
Zi*M.' heeft aan P. Van Lint, gewezen sluis
wachter aan de.Zyper schutsluis.op het Noord-.
Hollandsch Kanaal, verleend een pensioen ten
laste van den Staat, ten bedrage van 7328'sjaars.
Z. M. aan H. C. Van Hall, emeritus hoogleeraar
in de faculteit der wis en natuurkundige weten
schappen aan de hoogeschool te Groningen ver
leend een pensioen ten laste van den Staat ten
ten bedrage van f 2750. 'sjaars.
Z. M. heeft op grotid van art. 26 der wet van
18 Augustus Staatsblad n°. 103), pensioen ver-
leendten laste'van ;|den {Staat (aan: Hendrik
Jan Begemann, gewezen, hulponderwijzer te
Groningen, ten bedrage van f59 's jaaTS; Aart de
Lange, gewezen hoofdonderwijzer te Rdtterdam,
ten bedrage van f 361 'sjaars; Johannes Arnoldus
Gyben, gewezen hulponderwijzer te Zaltbomm'el,
ten bedrage van 7119 'sjaars, met intrekking van
het pensioen van f 91 'sjaars; Menne Tulp, zieh
noemende en schrijvende Menne Wichers Tulp,
gewezen holponderwijzer-te Akkrum, gemeente
Utingeradeel, ten bedrage van fbiO 'sjaars, met
intrekking van het pensioen van' 7815 'sjaars.
Z. M. heeft Jhr. D. C. Van' Lennep' benoemd
tot burgemeester der gemeente BunrmalseD.
Z. M. heeft aan H. JJ-Huiskes, op zijn verzoek,
eervol ontslag verleend als burgemeester van
Groenlo, en is ials zóódanig benoenid A. M. C. Van
Bommel.
Z. 'M. heeft tot burgemeester der gemeente
Voorburg benoemd A. B. Barkey, secretaris der
gemeente.
Z. M. heeft vergunning verleend aan Jbr. Mr.
R. A. A. E. Von Pestel, raad van legatie bij het
gezantschap te LondeD, tot het aannemen en
dragen der versierselen van commandeur der orde
van den WitteD Valk, hem doof Zijne Koninklijke
Hoogheid den Groot-Hertog van Saksen geschon
ken.
Z. M. heeft aan den beer G. F. Ten Dall, ge
wezen eersten klerk bij het Departement van
Koloniën, met intrekking van het hem bij besluit
van den 7den Mei 1856, toegekende wachtgeld,
op grond van de artt. 6 (alinea 3 en 4) 37, 43,
47 en 57 der wet van 9 Mei 1848 (Staatsblad n°.
24), gewijzigd bij die van 3 Mei 1851 Staatsblad
n°. 49), met iDgang van dep lsten Juli 1871 een
pensioen verleend ten laste van den Staat, groot
74 47.
BIJVNENLAN D.
Katwijk, 11 Aug. De gemeenteraad alhier heeft
iD zijne vergadering van Vrijdag inet algemeene
stemmen op het adres van vele ingezetenen het
volgend besluit genomen.
Om aan de heeren Knijff en Kaptein, concessio
narissen, vanden daar Ui stellen fipaorlijn Utrecht
Leiden te kennen te geven, dat hij eene uitbrei
ding der geprojecteerde lijn tot aan Katwijk a/z.
zeer wenschelijk acht en dat h'j bij eene zooda
nige uitbreiding deze onderneming, krachtdadig
en ook financieel wenscht te ondersteunen. En
in het belang van Katwijk en vele omliggende
gemeenten en in bet belaDg van Leiden hoopt
men dat door gezamentlijke krachten eene der
gelijke uitbreiding tot stand moge komen. Katwijk
zou er voorzeker veel voordeel door hebben, ter
wijl het belangrijk personen en goederenvervoer
van hier, en naar hier, niet weinig zouden bij-
"I3ETS UIT HET LEVEN
tan een
BacxMAir-cHATaiAir
naverteld.
Vervolg).
Als het liefde heet, veel genegenheid voor iemand
te hebben, te wenschen haar gelukkig te zien, hare
goede hoedanigheden eD hare geestigheid te bewón
deren, ja, dan had ik haar lief, lief, zonder het te We
ten, maar hoe zoude ik, arme schoolmeester, dielop
zijn best zooveel verdiende om kleeren te betalen
eü schoenen te koopen, ooit mijne oogen durf en
laten vallen op het rijkste meisje uit het dorp,
da .dochter van den heer Banquel, eigenaar Van
vele zagerijen, een man, als alle boeren zeer trotèch.
op zijn geld, die zich zeer veel liet voorstaan'op
zijne ondernemingen, die een paard en een cb'ar-
4-bancs hield, wiens lange houtvlotten de Safre
bedekten en die handel dreef tot Saarbrück in
Pruisenhij, die behalve zijne eenige dochter
nog maar éen zoon bezat, hoe zoude ik ooit zoo
iets in het hoofd hebbeD gekregen
Wel is waar toonde de heer Banquel zich altijd
zeer toegankelijk, goed van humeur, gemeenzaam
met zijne minderen. Meer dan eens groette bij
mij, bleef zelfs stilstaan gaf mij de hand, en maakte
mij een compliment over de vorderingen van
zijne dochter, mij geluk wenschende met dpn
goeden inval om de avondschool voor volwassenen
te openen.
Deze knappe, verstandige man, die door zijne
onafgebroken vlijt, zijne zuinigheid en zijn goed
verstand veel geld had verdient, besefte zeer goed
het voorrecht van goed ouderwijs; maar er1 is
eene wijde klovetusschen den vriendelijken band-
druk, en het ten huwelijk geven zijner dochter 1
en nooit kon mij zoo iets in den zin komen. In
alle oprechtheid verklaar ik, dat ik, bij al mijnp
achting voor jufvrouw Rosalie, nimmer naar,h^re
hand gestaan heb. En toch kwam mijn eerste
groot verdriet, mijne eerste vernedering daar Van
daan, maar tevens ook mijne verdubbelde werk
zaamheid, mijne onatgebroken studiën, en mijne
diepe verontwaardiging over de onrechtvaardig
heid van ben allen, die het volk in onkudde
laten voortleven, daar van daan kwam de onver
zettelijkheid van mijn éénmaal opgevat voornemen,
om ten allen tijde die wakkere mannen te steuDen,
welke door opvoeding en onderwijs het volk
wilden opheffen.
V.
Tijdens het Carnaval, en in het hartje van den
winter, viert men hier een feest, 't geen mep ge
voegelijk het feest der kwade tongen zoude kun
nen heeten, Het is eene gewoonte uit den verren
ouden tijd, en die ieder jaar wordt herdacht.
Eenige dagen na het drie. koningen feest gaan,
op een zekeren avond, al de jongens van het
dorp naar eene hoogen rots midden in het bosoh.
Deze rots noemen zij de rots van de Chibés. Daar
ontsteken zij een groot vuur van heidetakkqn pn
distels. Tegen negen uren des avonds kan men
door de bosschen, allerwege dit vuur zien;.lachende
veriaten allen hunne woningen, en zeggen gekt
scherende met elkander: „Daar zijn de Chibés,
nu zuilen wij de nieuwtjes booren."
Oogeqblikkelijk gaan de meisjes .bij troepjes
van drie, zes of acht op weg;,zij volgen tot aan
den zoom van het bosch het pad door de, hennep-
velden eD verschpilen zich tusschen het kreupel,
hout. ,Op dit zelfde oogenblik gaat de grootste
schreeuwer, die de sterkste stem heeft, en scherp
zinnigheid aan listigheid paart, op da uitenste
punt van de rots staan. Gewoonlijk is de varkens;
hoeder van het dorp hier de bandelende persoon -
deze man, die in den regel Diets anders doet,
dan de kudden varkens naar de eikebosschen te
drijyen, bezems van riet te binden, en allen te
woord te staan, die zijn raad komen vragen voor
hunne verstuitingeD, hunne kneuzingen, de schurft
van hunne ossen of de dofheid hunner koeien,
maakt jacht op alle nieuwtjes, eD bespiedt alles
en iedereen.
Hem zijn alle liefdesgeschiedenissen bekend,
gewisselde belofteD, gegeven onderpand, de tee
kenen waarmede meD belooft aan de bron elkaD-
dpr te ontmoeten, in éen woord, alles wat men
met zoo groote zorg tracht te verbergenhij droomt
er van, al slenterende door de bosschen achter
zijn vee, van den eersten dag des jaars tot aan
St. Sylvester en verkneukelt zich reeds bij voor
baat in de verrassing die hij veroorzaken zal.
Zoodra zij hem maar zien, komen de jongens en
werpeD schijven, acht tot tien duimen dik, in
het vuur, in het midden is een gat geboord, en
als deze schijven flink branden, steekt de sterkste
der jongens een iange staak door het gat, hij
heft de schqf op, en na die eenige malen hoog
in de lucht te hebben rondgedraaid, werpt hij
ze met ipspanuing van al, zijne krachten hoog
in de lucht. Terwijl ze als eene ster door de lucht