op het ongehoorde van het feit om legen een zoo gewichtige zaak te stemmen, zonder dit votum te motiveeren. Wij hebben de stem van den heer Tieleman geëerbiedigd en geen andere consequentie er uit getrokken dan deze: „dat de heer Tieleman nu een ruim veld heeft opengelaten voor allerlei gissingen omtrent de oorzaak van zijn gedrag. Onze opmerkingen sloegen dus op de vreemde houding van den heer Tieleman; thans is dAn ook gebleken dat hij door eigen handelingen ge rechtvaardigd heeft hetgeen wij vroeger als onze meening te kennen gaven, dat de heer Tieleman „ongeschikt" was om lauger het lidmaatschap van den Raad te vervullen. Ook de kiezers hebben het zoo begrepen. De heer Tieleman werd lieden niet herkozen en verkreeg nog minder stemmen dan op 18 Juli. Dat overigens het resultaat van de verkiezing op heden van veel beteekenis voor deze gemeente is, behoeven wij nauwelijks te betoogeu. De liberale raadsleden, die reeds in den Raad de bovenhand hadden, zijn thans met drie vrijzin nige mannen versterkt, zijnde de heeren Prof. Evers, Mr. Van Hettinga Tromp en H. N. Veef- kind. Drie van de vier plaatsen die de liberalen be twist hadden, zijn door de candidaten van de kiesvereenigiugeu Het Algemeen Belang en Voor waart» bezet. Hoe de candidaten onzer tegenpartij er bij gevaren hebben, dit wijzen de cijfers genoeg zaam uit. Mocht er eventueel voor de volgende periodieke aftreding nog een plaats in den Raad openko- men, dan zullen de liberalen niet vergeten, dat de heer J. J. Brandhoff Isselman, die niet werd gekozen, een zeer groot aantal stemmen op zicb vereenigde. Sedert de vorige opgave zijn alhier door pokken aangetast 3 personen, als hersteld opgegeven 2, overleden geene, zoodat in behandeling blijven 81. Gisterenmiddag schoot eeu wagentje met een kindje er in van de haud van een jongen in het Levendaal. De jongen had de tegenwoordigheid van geest op een schuit te springen en het kind zoo lang boven water te houden, totdat de hulp van anderen de redding mogelijk maakte. Hedennacht is eene vrouw, woonachtig in de Oude Hoefstraat, dood op hare legerstede gevonden. De heer F. N. De Oharro, te 's Graven liage, die zooals men weet niet als lid van den gemeente raad aldaar werd herkozen, heeft in het Vaderland het volgende publiek gemaakt: Door verscheidene vrienden aangezocht om open baarheid te geven aan hetgeen is voorgevallen tusschen de R.-K. Kiesvereeniging Recht voor allen en mij, zoo wil ik daaraan voldoen door de vol gende mededeeling: In de maand Juni ontving ik een officiëel be zoek van een Lid van het bestuur om mij ophel deringen te vragen omtrent bezwaren, tegen mij in het midden gebracht door verschillende ledeD bij gelegenheid van een vroegere algemeene ver gadering. 1°. Ik zoude na de optreding van het Ministe rie Borrel deel genomen hebben aan de oprich ting van eeu Zaalbergsche Courant, waardoor ik beschouwd werd de godsdienstige richting van dien predikant te zijn toegedaan. 2°. Hoe ik gestemd was over de oprichting van een meisjesschool op kosten der gemeente? Wat de tweede vraag aangaat, heb ik verwe zen naar de officiëele verslagen van den gemeen teraad. De eerste vraag is volgenderwijs door mij opgehelderd. De heer Ising kwam indertijd mij mededeelen dc oprichting van eeu nieuw dagblad, eu verzucht of ik daarbij wilde zijn commissaris van toezicht over de geldelijke administratie. Ik maakte be zwaar tegen den naam van den heer Zaalberg, dien ik ouder de oprichters vond, verklarende te zijn Katholiek en dat ik dus geen deel wilde ne men aan de oprichting van eene courant, welke allicht de strukkiug koude hebben om een gods dienstige partij ten dienste te zijn. Ik werd echter hieromtrent volkomen gerustgesteld. Ra drie dagen beraad verklaarde ik uuj bereid om de betrekking te aanvaarden. Verschillende couranten-artikelen gaven mij aanleiding om, niettegenstaande ik alle vertrou wen had in het medegedeelde van den heer Ising, op eene vergadering van de heeren oprichters en later op eene van de medewerkers mijne bezwa ren te herhalen de antwoorden en verklaringen toen ontvangen, waren voor mij zoo duidelijk dat er niet het minste bezwaar overbleef om tot de oprichting mede te werken. Door te geringe, deelneming is er niets vaipe uitgave gekomen. Hiermede waren de tegen mij ingebrachte e- zwaren beantwoord; ik achtte het echter et kwaad om oog te verklaren, dat ik als lid in den gemeenteraad steeds zoude helpen bevoie- ren het oprichten van scholen ten behoeve an de on- en minvermogenden, zoodra daaraan ie- hoefte zou bestaan, en dat ik daarbij zeer ige- nomen was met de wet op het lager onderlijs. (Natuurlijk als daaraan een eerlijke uitvoejng wordt gegeven.) Nog verklaarde ik te zijn en te willen blijlen Roomsch-Katholiek en een groot voorstandertan goed godsdienstig onderwijs aan alle kindeen, doch dat zulks moest geschieden in de kerl of in bijzonder daarvoor ingerichte lokalen, v*ut dat ik niet ingenomen was met Religieschcfen, vooral niet in ons Nederland, alwaar ik het wenschelijk achtte dat de kinderen van versail- lendeu godsdienst moesten leeren met elkader om te gaan. Hiermede liep dat bezoek af een paar dijen later ontving ik echter den volgenden brief: „In de laatstgehouden algemeene vergadelng „van de Kiesvereeniging Recht voor allen is net „het oog op de aanstaande verkiezing voorden „Gemeenteraad uw candidatuur ter sprakege- „bracht. Te dier gelegenheid werd als een priel" „tegen UEd. geopperd uw vermeende riclóng „in zake van onderwijs; zeer spoedig 1. s. „Vrijdag moeten wij een vergadering holden „waarin de candidaten veor de verkiezing van „leden voor den Raad zullen worden gepréla- „meerd. Het zou ons aangenaam zijn alsdan ten „minste dit geopperde bezwaar te kunnen'uit „den weg ruimen. Mogen wij UEd. daarom be leefdelijk verzoeken om ons ware het sleèits „met een paar woorden te willen mellen „of wij niet terecht tneenen dat UEd. in beginsel „zijt voorstander van de godsdienstige school en „derhalve tegenstander van het godsdienstltos „onderwijs, zooals het op de Staatsschool gegeten „wordt." „Met hoogachting hebben wij de eer te zijn, WEd. heer Namens het bestuur, C. J. Schietbaan, Voorzitter, T. C. B. Ten Hagen, Secretaris." 's-Gravenhage, 27 Juni 1871. Ik heb hierop geschreven geen ander antwoord te kunnen geven dan het hiervoren medegedeelde. Nu had ik verwacht dat in de algemeene ver gadering van Vrijdag 80 Juni mededeeling zotide gedaan zijn zoowel van mijn mondelinge als van mijn schriftelijke verklaringen. Volgens verkla ring van twee leden verneem ik dat zulks uiet geschied is en dat zelfs in een latere vergadering, op een vraag van een der leden om met den inhoud van mijn schrijven te worden bekend gemaakt, door het bestuur geantwoord is dat hieraan niet kon worden voldaan, vooreerst om dat dezelve aan het bestuur was gericht en ten derde omdat dezelve niet geschikt was om te worden medegedeeld. In genoemde vergadering van 30 Juni waren als bestuursleden tegenwoordig, altijd volgens mede deeling, de heeren C. J. Schietbaan, G. Rietstap, T. C. B. Ten Hagen, C. A. Steeger en T. Van den Berghvan circa 40 leden, tegenwoordig, waren er slechts drie welke hun stem op mij uitbrachtendeze drie heeren hebben de beleefd heid gehad mij met hun naam bekend te maken. Thans is in beginsel beslist, dat ook meisjes tot de Rijks hoogere burgerscholen kunnen wor den toegelaten. Althans door den Minister van Binnenlandsche Zaken is, op het desbetrekkelijk request van een ingezeten uit Sappemeer, goed gunstig beschikt, zoodat diens dochter met het begin van den nieuwen cursus de lessen aan de Rijks hoogere burgerschool te Sappemeer zal volgen. Wij vernemen, dat de commissie, welke eeni- gen tijd geleden door de Ministers van Binnen landsche Zaken en van Financiën benoemd is, om te onderzoeken in hoever de havenwerken, die door den Staat te Vlissingen worden aange legd, door particulieren zouden kunnen overge nomen worden, met haren arbeid nagenoeg ge heel gereed is. Die commissie, bestaande uit de heeren Klerc^, adviseur, Kool, hoofdingenieur, en Simon, eerst aanwezend ingenieur te Vlissingen, allen bij de staatsspoorwegen, Motké, hoofdinspecteur bij het departement van Financiën, Van der Hoeve, agent der Nederlandsche handelmaatschappij, te Rotter dam, Van Hemert, directeur der Koninklijke Ne derlandsche Stoombootmaatschappij te Amster dam, en Winkelman, burgemeester van Vlissin gen, zou, naar het schijnt, van oordeel zijn, dat aan eene maatschappij zou kunnen opgedrageo worden om de werken later uit te breiden, zoo daaraan behoefte zal komen, alles te onderhou den en te bedienen, schepen te dokken en van water te voorzien. Ook met het sloopen der vestingwerken zou die maatschappij kunnen worden belast, in ver band met het c. q. graven van meerdere dokken. De kosten van een en ander zouden moeten gedekt worden uit de opbrengst van haven- en sluisgelden enz. (il. C.) Naar het Ulr. Dagbl. nader verneemt zal de re organisatie van den militairen geneeskundigen dienst hier te lande bestaan in het aanstellen van een hoofdofficier, eene luttele tractementsverhoo- ging van de 20 oudste officieren van gezondheid 2de kl. en het afschaffen van den rang van offic. van gez. 3de kl. In n°. 112 der Nederlandsche Gedachten wijst de heer Groen op de vierderlei winst, die door de Heraut wordt opgegeven als gevolg van de ver scheuring van den reeds gescheurden band, die hunne partij aan de conservatieven bond. Vier derlei winst. 1°. Zelfstandigheid, dat is levensbe houd. 2°. Vermeerdering van invloed van de een stemmige pers hunner richting. 8°. VVijziging der puplieke opinie ten hunnen gunste. Zij hebben hun zedelijk krediet herwonnen. 4°. Verhouding der partijen tot klaarheid gebracht. Hunne dui zenden zijn tot honderden weggeslonken, maar die houderden slaan dan ook werkelijk te velde. Het leger op het papier is geschrapt. Verder geeft de heer Groen in dit nummer antwoord op het door de heeren Vun assenaer Catwijck en Bichon van IJsselmonde onlangs ge schrevene, eu hij verdedigt zich tegen hetgeen door hen tegen hem is ingebracht. In n°. 113 antwoordt de heer Groen op een paar andere beschuldigingen, door vrienden van hem uitgesproken. De een viudt in de handel wijze van den heer Groen bij de stembus van 1871 iets, dat aan de beeldstorn ers van 1566 doet denken, die, ook lang getergd, onberedeneerd en woest te werk gingen. De heer Groen zegt, dat hij eenvoudig uit de praemissen, door hem sedert 1866 gegeven, de conclusie heeft getrok ken: zijn spreken, maar al te weinig verstaan, heeft zich belichaamd in eene daad, die alle transactie afsneed en de zelfstandigheid zijner richting, in 1869 herwonnen, maar sedert ander maal in de Tweede Kamer verloren geraakt, nog eens moest herwinnen. In n". 114 wijst de heer Groen op de roeping van de periodieke pers zijner richting. Zij moet niet wachten totdat de Kamers bijeengekomen zijn; zij behoort het initiatief te nemen en de vragen te herhalen, die in de daad bij de Juui- stembus belichaamd zijn. Eeu dagelijks verschij nend blad wordt terecht door de Heraut dringeud noodig geacht. En om het programma van den heer Groen als middenpunt schare zich de chris telijk historische richting en vorme een bond. Er zal geen ernstig debat zijn in eene Tweede Kamer, die buiten eenig verband tot de kiezers staat, zoolang men z.jn beklag, meent de heer Groen, als overdreven eisch van een onpraktisch man, die altijd alles of niets wil, met onverschilligheid of verontwaardiging kan voorbijgaan. Het overige deel van u°. 114 is gewijd aan eene opheldering van zijne houding tegenover den Tielschen afgevaardigde, den heer Van Lijnden van Sandenburg. Dezen kon hij allerminst sparen, omdat hij een staatsman is, wien het ouderscheid tusschen zelfstandigheiden meegaandheid nauwe lijks ontgaan kon. Diens advies had de heer Groen \ooral in het uog, toen hij, zich schijnbaar tegen de Nieuwe Rolt. Ct. richtende, op census verlaging wees als eene allergevaarlijkste over tolligheid in het program zijner richting. Onver wijlde herziening van art. 194 der Grondwet moest dezen keer alleen als leus voor de verkie zingen op den voorgrond worden gesteld. En daarmede moest de eisch van census-verlaging, hoe onmisbaar ook in het algemeen program, nu niet, gelijk door den heer Van Lijnden ge schiedde, op éene lijn worden geplaatst. P3 O O cc 03 ra f p f H. 5. CD TT TT •-s CIC} oq CD O EL O- O O o co g c3 u SL c 5* cd 3 cd o (jq <-*■ cd o CL p 3 1 jg o CD 3Q Cj 00 <-r> 3 3 N S 7? cd cd P I 1" to p TT o 50 o o o co o I CO cn 00 OS L "0 "^3 CO O CO CO o Os IC W co fO O bi "o fo o-- o oi h - o O O bi CO O ,_I O CD o co o o .5-0 co o "cn co co o o O «3 1— o p co y- T" cr« o o cr cd 10 O o CO C3 CD L O M W CTU' co00 'O 00 cc io CD V S 1— o co cc cd cd OS o dl CC o c c__ bf o bt r- •£*- üt c e c CJt 10 - os O P co C® Ci o o co o CD O O O rfL Uit dezen staat blijkt alzoo, dat de Nederland sche Bank op 24 Juli, bij een muntmateriaal van ƒ121,019,913.53 voor eene som van 115,853,594.4-7 minder aan bankbiljetten in omloop had dan waar toe zij gerechtigd is, terwijl het muntmateriaal op zijne beurt ƒ46,341,437.79 meer bedraagt, dan in verhouding tot de schuldvorderingen tot dek king noodig zou wezen. Te Amsterdam is aangekomen Mr. Richardson, Assisstant Secretary of the voor the United States, zoo men zegt, met een plan op last van het Noord-Amerikaanseht rij vernement. 11 «S3 v gebo Bij de eerste seriëntrekking der Weerbaa Sche loterijleeniug, gisteren te Utrecht plaats geladen, de volgende seriën uitgeloot, als winnende dezei aanstaande prijzentrekking: 18, 882, 1246, „dat 6354, 6491, 6556 7151, 7158, 7 1 81, 728ï'zoovi 7295, 7334 en 7789. Volgens een bij het departement vaa una ingekomen telegram, is Zijner Majesteit; met stoomvermogeu Admiraal van W'assenaer, sejjU bevel van den kapitein ter Zee R. L. de wor< den 31sten Juli jl. van Batavia naar Ned- vertrokken. Gep: Bij beschikking van den Minister vao v. S ciën is bepaald, dat de navolgende atnbk in bij de administratie der posterijen hunne lm moe zullen uitoeleueu als volgt, ie weten decoiderd der 1ste klasse J. A. W. Verschoor op hei, wer weg-postkantoor Amsterdain-Emmerik-Beoi; °Pg< de commies der 2de klasse J. Hoefhaiti z'en postkautore te Dordrecht; de commies (fcculii klasse G. Koppen aan het spoorweg-postkan1. ul' Moerdijk; de commies der 2de klasse M. (.der gelhart aan het spoorweg-postkantoor iter' dam-Emmerik-Beutheim: de surnumerair 1 voe' der Poel aan het postkantoor te Doesburg. bals ijzei Z. M. heeft aan E. G. Planten, op zijn v en eervol ontslag verleend als burgemeestt een Steenderen, onder dankbetuiging voor dt rust en langdurige diensten door hem in die lnocfc king bewezen. p Z. M. heeft R. J. D. Hartkamp beuoec het burgemeester der gemeente Blokzijl. |an, Z. M. heeft op het daartoe gedaan verzot de den luitenant-kolonel Jhr. D. C. M. Hooi beg1 het regiment rijdende artillerie, gouvernei te Hoogstdeszelfs tweeden zoon Prins Alexan-l "0ijg Nederlanden, vergunning verleend tot lie: gen nemen en dragen der versierselen van cot den deur 2de klasse der Frederiksorde en vanZ. i officier der orde van den Nichan Iftihar, nas respectievelijk door Zijne Majesteit den E Uit van Wurtemberg en Zijne Hoogheid den Be; var Tunis geschonken. Mo; Z. M. heeft goedgevonden aan den kat stel 11. Beijerrnan, van het regiment veld-arlil inr toegevoegd aan Hoogstdeszelfs tweeden zoon! der Alexander der Nederlanden, op het daartoi der daan verzoek, vergunning te verleeneo 101 eer aannemen en dragen der versierselen feunb liu| lste klasse der orde van de WurteuiWnjtNe Kroon, hem door Zijne Majesteit de Konm» mii Wurtemberg geschonken. lijk we B1NNENL AN I>. sel Alphen a/d. Rijn, 1 Augustus. Heden de Rijkstelegraaf alhier voor het publiek geo; Hel eerste telegram, dat overgeseind werd, een compliment van dankbetuiging van den 8e' gemeester aan den Minister van FinanciëD. ëe' Amsterdam, 1 Augustus. Gisterenavond is t d01 aangekomen en aan het Amstelhotel afgesl; d0^ Oosten rij ksche prinses Von Schvvarzenberg 1 w( groot gevolg. Rottmidam, 1 Augustus. Heden vierde de W. N. J. Van Dit mar ziju 25jarig jubilèaV der administratie van de Nieuwe Rotterdams^ be te\ pit ko rant, in welke betrekking hij in ruime m'. achting en genegenheid wist te verwervei S11 allen, die in verschillenden werkkring met aan deze onderneming verbonden zijn. Da: mocht hij op dit feest de talrijke en tref. S blijken ontvangen. Delft, 1 Augustus. Wij hebben onlangs vet: dat door zekere L., uit eene weide in de ra beid dezer stad, eene koe was ontvreemd, et or dauk zij den ijver der politie, de dief spi was ontdekt en gearresteerd. Toch had hij J gelegenheid gevonden, oin het beest aan zei H. de R., bediende hij de veehandelaar de LI te Rotterdam, te brengen, die het voor L., markt te Londen, zou verkoopen en die N als voorschot op den verkoopprijs ƒ150 kaïjj hand gesteld. De koe werd vervolgens te Lotj^ verkocht voor ƒ199,19 zoodat L. nog te 6oe('lw ƒ49.19. Daar de diefstal ter oore was gek1-' van H. de R., te Rotterdam, heeft deze vso wedervaren aan de politie bericht gegevflj aan haar het surplus van den koopprijs ad ter hand gesteld, zoodat thans de eigenaai de koe, uog een gedeelte van zijn verloren doui zal terug bekomen. Gisterennamiddag had de wagen vi Q| tramway, die te vier uren van hier naar'" ja vertrok, het ongeluk, nabij het tolhek, 1 V( spoor te geraken, 't Kostte heel wat tobbe® het voertuig weder op den rechten weg te brt1- waarbij de ruggen der passagiers, waaroniie' j aantal Scheveningsche visschers, belangrij^'jj sten bewezen. In een sukkeldrafje ging lietd»1'® verder, maar aan de Hoornbrug gekomen Vs den armen reizigers eene nieuwe wederws"- J heid. De ongelukkigen rosinanten konden, yj met behulp van hun derden collega, I

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1871 | | pagina 2