liet' en leed van Oranje-Stam steeds innig deel neemt, viert het mede. Ongetwijfeld ook een ernstig feest, wanneer men bedenkt, welke smar telijk beletsel die voltrekking van 't huwelijk van H. K. H. Prinses Marie met Z. D. H. deD Prins Zu Wied een jaar heeft vertraagd, en welke zware verliezen Z. K. H. Prins Frederik en de Vorstelijke bruid van hed6n sedert hebben ge troffen, zoo deze droevige herinneringen on wille- - keurig dezen dag bij allen, die in persoon of in gedachte bij dit feest tegenwoordig zijn, moeten oprijzen, laten wij ook niet vergeten, welke bal sem de huwelijksdag van 's Prinsen éenig over gebleven telg duet druppen in zijne nog versche wonden. Het is een voorrecht, den Prins gegeven op zijnen gevorderden leeftijd, dezen nieuwen baud te zien sluiten, op innige gehechtheid des harten gegrond. De Prins zal dit voorrecht weten te waardeeren en bij de vele aandoeningen van berusting, dankbaarheid en nieuwe blijde hope in de toekomst, welke zijn vaderhart mogen ver vullen, zal 't hem ongetwijfeld aangenaam en troostrijk zijn, opnieuw de blijken te ontvangen van de hartelijkste belangstelling des volks! Reeds vroeg in den morgen begaven zich vele wandelaars uit de hofstad, Scheveniugen, Leiden en omstreken naar het Bosch enden Wassenaar- schenvveg om getuigen te zijn van de levendigheid, - welke er heerschte. Het heerlijke weder, daar de natuur dit feest begunstigde, lokte daartoe als van zelve uit. Wij zwijgen vau het feestelijk aanzien van den Wassenaarschen weg, omdat daar van reeds vroeger melding is gemaakt. Van af de buitenplaats het Hoefijzer van den heer Schilfer van Bleisvvijk waren alle buitenplaatsen met vlaggen en guirlandes smaakvol versierd. Vooral de uitgebreide buitenplaatsen Bakkershagen en de Pauw waren sierlijk getooid met de banieren der beide Vorstenhuizen en prijkten met de naam cijfers van het bruidspaar. Maar zoo de gansche onafzienbare weg naar Wassenaar éene door 't zonlicht bestraalde allée van groen aanboodaan genaam werd het oog ook getroffen door den aanblik van het dorp zelf. De groote laan die naar 't dorp geleidt en aan beide zijden door oude linden is omzoomd, was de ingang naar de groote dorpstraat, welke een zeldzamen aan blik aanbood. De bevolking der gemeente Was senaar had zich beijverd om van hare deelne- ming in 't feest de ondubbelzinnigste bewijzen te geven. Alle woningen tot de nedengen en minder aanzienlijkeu, waren met groen en sparren versierd; overal waren stellages opgericht om de wandelaars in de gelegenheid te stellen den feest- trein te zien voorbijgaan. Het was inderdaad een .boeiend en fantastisch schouwspel, de woelige menigte in de dorpstraat en op 't kerkplein daar bont te zien dooreengemengd. De equipages van de bezoekers der hofstad, de boerenkarren van heinde en ver gekomen, de tallooze rijtuigen die zoowel den Scheveningschen badgast als den stedeling derwaarts hadden gevoerd, de steeds wkssende stoèt van wandelaars, het satnéu vloeien vaii landgenoot, vreemdeling en dorpsboeren in hunpe verschillende kleeding, toch allen in de ppgewekste stemming en onder den indruk van den heugelijkeu feestdag, vormden inderdaad een zoo schoon geheel op, als men zelden ergens, en in het dorp Wassenaar zeker nimmer veree- nigd zag. Toch zou die opgewektheid nog klimmen, naar mate de eigenaardige feesturen nader.len. Des namiddags te 1 uur kwamen de vorstelijke rijtuigen, die de leden van het Vorstelijk Stamhuis eu hun hofstoet wachten op het huis de Pauw bijeen. Men had daarbij gelegenheid behalve de leden - van het Vorstelijk geslacht de vreemde Vorsten op te merken, die zich tot dat doel ook naar 't lustslot van Prins Frederik hadden be geven. Onmogelijk was van dit gedeelte van den feest dag eemg verslag te geven. Reeds is gemeld door vvieu en ten overstaan vau welke hoogu getuigen het burgerlijk huwe lijk van het Bruidspaar werd voltrokken. Wij twijtelen niet of de Hooge Echtelingeu en de Ge tuigen zullen bij die gelegenheid de pen hebben gehauteerd, welke hun op zoo hartelijke wijze door de gemeente Wassenaar ten geschenke is gegeven en wij vernemen met zekerheid, dat de Burgemeester van de gemeente Wassenaar, door verkieziugsdrukle belemmerd op een korte eu gevoelvolle wijze liet Echtpaar heeft toegesproken en het Burgerlijk Huwelijk heeft voltrokken. Voor de burgerlijke wet waren H. K. H. Prinses Alarie der Nederlanden met Z. D. H. den Prins Von Wied als man en vrouw vereenigd. Langer duurde echter de plechtigheid, welke op 't pro gramma was aangekondigdde feestelijke optocht naar de kerk en de huwelijksvoltrekking in de kerk zelve. Te lialftwee begaf zich het Hooge Bruidspaar HU.MM.de Koning en Koningin en verdere Vorste lijke personen met hunne hofhouding op de door het programma aangewezen wijze naar het kerk gebouw. Statig en langzaam reden ze door de Wassenaarsche hoofdstraat en over het kerkplein, aan wier in- en uitgang fraaie eerepoorteu waren opgericht, wederom versierd met de ba nieren eu deviesen der beide Huizen. Langs dien weg werden zij voortdurend hartelijk ver welkouid. Van alle zijden klonk het hun „Leve de Koning" „Leve het Bruidspaar' tegemoet. Aan den ingang van het kerkgebouw gekomen, werd de Vorstelijke stoet geleid naar de kerkekauier, om het oogenblik af te wachten dat alles iu ge reedheid was om de kerkplechtigheid te doen aauvaugen. Het was bijkans twee uren toen de leden vau liet Vorstelijk Huis in de door het programma omschreveu volgende en voorafgegaan dbor hel Hooge Bruidspaar de kerk uitreden, iner is de piaais te vermelden, dat ook de kerk eenvoudig, net was versierd en de kolommen waaronder de leden van het Vorstelijk Huis had den plaats genomen met guirlauders waren om vlochten, terwijl ook de kerklaan in een tuin was heischapeu, overvloeiende vau keurige bloemen en gewassen. Bij het binnentreden van het Bruids paar en de Vorstelijke personen stond de ver zamelde menigte, staatsman en landbouwer, leden tun het corps diplomatique en leden van den Staatsraad, edelman en boer, jonkvrouwe en dorpelingen op van hunnen zetel en deed het orgel, dat reeds vroeger zijne welluidende toonen had doen hooren, het Wilhelmus van lYatsauwe" ver- neineu. Eeue diepe stilte heerschte er in de kerk toen üs. Van Rhtjn het preekgestoelle be klom en juist dat oogenblik kon uien waar nemen om oog te laten weiden over de schare van ernstige toehoorders eu toehoorderessen, landgeuooteu en vreemdelingen, die zich binnen de enge wanden van het nederige kerkgebouw hadden vereenigd. Onmogelijk tan al de toilet ten der dames en de costumes der genoodigden in korte trekken eene beschrijving te gefen. Het bijeen zijn van alle Ministers, leden var het korps diplomatique, kamerheeren en leden der verschillende hofhoudingen met hunne dameskan een kort begrip doen ontstaan van den rijkdom en de verscheidenheid van kleeding, welke men hier op éene zoo enge spanne gronds bijeen zag. Maar aller oog richtte zich onwillekeurig laar het toilet der bruid. De pracht van dat toilet iaat alle beschrijving te boven. Laten wij trachten daarvan eene zwakke voorstelling te geven. Het toilet van H. K. H. Mevrouw de Prinses Marie, Hertogin Von YVied (waarvan de bewer king alle eer doet aan den kunstzin van bet luis Trippelvitz te 's-Hage) was een lang sleepgewaad, gemaakt van wit zijden stof, doorweven mei zil ver (drap d' argent). Het lijf van het gewaad was hoog open en gegarneerd wit zilverbloide, alsmede de mouwen. De rok was geheel iri de rondte geborduurd met een breeden rand van zilver, oranjebloesem en bladeren. Over het kleed bevond zich een zeer lange sleep van dezelfde witte zijde, met zilver doorweven als het k/eed en eveneens met een breede geborduurden rand, welke rand evenzeer was van zilver bewetkte oranjebloesem met bladeren van zilver en geveerd inet wit satijn. De kroon die de Hooge Brnid droeg was met een witte tulle sluier afgezet. De sleep werd gedragen door de vier Hofdames 7an de Prinses, allen gekleed in witte hooge zijden, doffe kleederen, gegarneerd met witte Brustel sche kanten eu lila. Ook trof het rijk, maar een voudig wit gewaad van H. M. de Koningin alle opmerkzaamheid, terwijl de mee6te dames gekleed waren in wit satijn met lila garneersel en Brus- selsche kanten. Z. M. dn Koning, de Prius Vou Wied, zuomede de overige Prinsen waien in ver schillend militair tenue. Ds. Van Rhijn, na het preekgestoelte beklom men te hebben, verzocht de gemeente aan te kef fen Psalm 10S (vers 1 eu 3) omdat deze verzen het auditorium zou plaatsen op't rechte standpunt van 't oogenblik. De gemeente zong daarna de volgende verzen Loof, loofden Heer, mijn ziel, met alle krachten, Verhef Zijn naam, zoo groot, zoo heilig't achten, Och, ol nu al wat in mij is Hem preez'! Loof, loof mijn ziel! den Hoorder der gebeden, Vergeet nooit éeu van Zijn weldadigheden, Vergeet ze niet, 't is God, die z' u bewees! Loof Hem, die u vergunt uw zielsverlangen, En 't goede tot verzading doet ontvangen, Uw jeugd vernieuwt, gelijk eens arends jeugd. De heer doet recht, is heilig in Zijn richten, Treft iemand druk, Hij wil den druk verlichten, En hard en mond vervullen met Zijn vreugd. Psalm 103: vs. 1 en 3. üs. Vau Rhiju knoopte zijn aanhef van zijne rede onmiddellijk aan de door de gemeente psalm verzen vast. Wij volstaan wat die rede betreft, met in korte woorden de gedachten van dien eerwaarden leeraar terug te geven. Hij begou met de vermoedelijke reden te ver melden waarom juist dit nederige dorps-heilig dom tot deze nationale godsdienstige plechtigheid (waarop gansch Nederland de oogen had geves tigd) was uitverkoren. Dit kon geen bevreemding wekken. Wassenaar was de geboorteplaats van de Prinses. Van hare vroegste jeugd stelde zij er bijzonder prijs op gelijktijdig met het landvolk iu deze kerk hare bidstond te houden. Zij kwam er zoo dikwijls van Hare Doorluchtige ouders vergezeld. Nog aan het laatste avondmaal had zij hier deelgenomen en nog den voorlaatsten Zondag was zij hier gekomen aan de hand van Haren Bruidegom. Er was dus een innige band tusscheu de gemeente en de Bruid en het was een eer en eene voldoening op dit oogenblik het welkom toe te roepeu der gansche gemeeuteaan het Bruidspaar eu Haar hoog aanzienlijk geslacht. Onze aardsche Koning was hier tegenwoordig, maar de ernstige bekentenis van het oogenblik lag iu de tegenwoordigheid van onzen Heinel- schen Koning, voor wieu hoog eu laag dezelfden zijn en die alleen naar-de harten ziet. Hier beriep zich de zieleherder op den geliefden leerling van Christus Johannes die in Hoofdstuk i vers 11 een bruilott schetst, die in zoovele opzichten punten van vergelijking aanbiedt met deze huwelijks- vereenigmg. Na een korte vergelijking tusscheu hetgeen liet huwelijk was bij het Joodsche volk en de Heideusche volkeren oeroudheid, wees hij op het opmerkelijk verschijnsel, dat de Hersteller van ons zondig menscheugeslacbt aaugevaugeu is zijne helpeuue, verlossende heerlijkheid aller eerst bij een bruiloft te openbaren. De redenaar outvouwde de diepe beteekenis daarvan en in welken zin nog heden het wonderteeken van Kana kan worden gezegd te geschieden lot ver sterking des gelools iu den Middelaar tussclien God eu de menschen. Geen gelukkig huwelijk waar de Christus is buitengesloten en Christus wit nog zijne heerlijkheid openbaren overal waar bij in huis en gezin als gastvriend wordt ontvan gen. Dit geldt vooral wat meusch heet, zonder onderscheid, maar voor dit Vorstelijk Bruidspaar in 't bijzouder en zoo natuurlijke genegenheid de grondslag is van ieder gelukkig huwelijk, het christendom moet er het cement van uitmaken. Na iu korte trekken over de waarde van het huwelijk en over de gelijke waarde daarvan voor huogere en lagere te hebben uitgevoerd, richtte de redenaar een afzonderlijke toespraak lot den Bruidegom eu Oen Bruid. Den Bruidegom herinnerde hij aan den aan doenlijke lijkbaar van 3i December vau het vorig jaar eu aan de woorden toen door hem gespro ken en welke Inj thans iu't oogenblik herhaalde. Het was de roeping vau den Vorst Vou Wied, en de redenaar twijlelde niet of die roeping zou worden vervuld, om de levensavond vau Prins Frederik der Nederlaudeu, zijnen gnjzeu, beproef den, diei baren vader te verhelderen. Jegens zijne uitverkorene Bruid twijfelde de iedeuaar met of hij zou zijne heilige plichten keuueu. Aan de Bruid kou hij geen beter voorbeeld stellen dan hare iu God rustende moeder, die haren echtvriend eu hare kinderen steeds tot steun en troost had verstrekt, een voorbeeld van echte huisselijkheid en vrome plichtsbetrachting 'vau iielde eu geloof. Zoo moge ook zij zijn voor haren gemaal. Ook herinnerde spr. de Bruid aan Louise Heu- riette van Oranje-Nassau, dochter van een Hol landscheu Prins Frederik, aan wier nagedachte nis iu den Duiischeu evangelischen calender den dag van den lOdeu Juli is gewijd als aan eeue heilige. Eindelijk was hij op de treffeuste overeen komst tusschen de beide vorstenhuizen van Oranje en Wied in zedelijken aard, iu bistoiische eu evangelische beteekenis en ook in de kracht en bedoeling van beider wapenkleur en zinspreuken. Na deze toespraak zong de gemeente op de wijze van psalm 84 het volgende: God, die in Christus Vader zijt, Die droeven troost hun 't hart verblijdt, Och, laat deez' echt U wel behagen I Tot U gaan onze smeekgebeên Van U daalt al het goede alleen, Dat goede ook, dat wij voor hen vragen. Schenk Uwen zegen hier en daar, O Vader! aan dit dierbaar paar. Hierna geschiedde de huwelijksinzegening door den Weleerw. heer Hofprediker des Konings, Dr. G. Ruitenschild. Zijn weleerw. nam in een inleidend woord aanleiding te gewagen van de geschiedenis der beide doorluchtige Stamhuizen, welke geschiedenis vroeger en later wijst naar velerlei afwisseling. Bevredigend achtte hij het echter dat daarin zoo menigmaal het leed verzacht en duisternis ver vangen wordt door licht. Wij zegenen dezen dag zoo liet Zijnweleerw. zich nagenoeg en met veel gevoel uit, wij zegenen dezen dag, die na zoo vele maanden van rouw, gevaten en onrust, spreekt van nieuwe Weldadigheden en Trouw, gelijk aan de Vaderen, zoo ook aan U, Hunne Kinderen bewezen. Ook elders is innige deelne tiling gewekt. Nederland en Neuwied die Hunrie Vorstenhuizen eerbiedigen en beminnen, geden ken U, Christelijke Echtgenooien, met weemoed, en éen met onze gebeden. Door Zijnweleerw. werd vervolgens, onder wijziging van het formulier van den Huwelijken Staat, voor de Gemeente te bevestigen, herin nerd aan de ernstige roeping, waartoe én Gemaal èn Gemalin vrijwillig en duur zich hebben ver bonden; de beloften werden gevraagd, dat de hooge Gehuwden den nieuwen band eerbiedigen, voor elkander leven en in alle dingen trouw en geloof willen houden, naar uitwijzen van hel Heilig Evangelie. Die beloften werden onder toe bidding van licht en hulp, aangenomen in naam der Gemeente als getuige. Aan Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Frede rik werd door Zijnweleerw. herinnerd, wat dit scheiden voor het vaderhart zal verzachten, en hoe ook nu, gelooveude en hopende, Z. H., als van ouds, boven de stormen en beproevingen van dit leven, zich zal verheffen. Hoe de onbepaalde zucht om wèl te doen een Vorstelijk karakter siert en adelt, werd tot opwekking voorgesteld aan de hooge echtgenooten. Aan Zijne Majesteit den Koning, Hare Maje steit de Koningin, de Koninklijke en Doorluchtige Vorsten en Vorstinnen werd door Zijnweleerw. dauk en hulde betuigd en de ervaring toegebeden, dat Zij in der welgezinden harten immer zijn gevestigd eu op al Hunne wegen geplaatst, onder een goeden en getrouwen Leidsman. Der christelijke vergadering is aangeprezen, dat alle hare Leden telkens weder onder geleide van den Zaligmaker en Heer zich mogen plaatsen. Treffend was vooral hier het oogenblik. De Echt genooten knielden, eu de geestelijke herder bracht Gode hoogen lof, Hem, die hen heeft geleid, be schermd en tcreenigd. Vurige gebeden werden voorts uitgestort voor de tijdelijke en eeuwige belangen van Vorst en onderdanen. Met zegenbeden werd de plechtige wijding van het hooge Huwelijk geëindigd; de innige rede werd uitgedrukt, dat trouw zou worden bewaard liet gegeven woord, en de grootste zegen zou dan niet uitblijven, zoo is God nabij en zal 't wel gaan, is toch de gegeven verzekering. Met diepe aandoeuing werd het uitgesproken Auieu herhaald en hief nu de Gemeente aan naar het gewijde lied van Psalm 134, vs. 3: Dat 's Heeren zegen op U daal', Zijn gunst mt Zion U bestraal; Hij schiep 't Heelal 'Zijn naam ter eer', Looft, looft, dan aller Heeren Heer! O Zoon des Vaders, Hoofd en Heerl Voor U knielt uw gemeente neer, Wil als in Kana hun verschijnen; Toon hun ook Uwe heerlijkheid, Doe hun ook door Uw heilbeleid Al wat de ziel beknelt verdwijnen. O Gij, wiens bloed wascht van de zond', YVees Gij de derde iu hun verbond! Heel Neerland is de ontroering groot, Nu Gij een dierbre Oranje-loot Naar 't Duitsche Rhijnland gaat verplanteu Heel Neerland smeekt U voor deez' spruit; Zij wortle ginds, breid' wijd zich uit, Tot vreugd van oudreu en verwanten. O Heer, die hier en ginds gebiedt, Blijf met Oranje en 't Huis Von Wied! Na liet zingen van deze verzen door de ge meente, beklom Ds. Van Rhijn opnieuw het preek gestoelte doch alleen om op dezen plechtigen dag de gemeente aan te bevelen ook een offer te bren gen op het altaar der liefdadigheid. Hij vermelde met genoegen dat hij dezenmorgen tot dat doel van de vorstelijke leestgenooten, reeds eene aan zienlijke geldsom had ontvangen. De godsdienstige plechtigheid had hiermede een einde genomen. De jonggehuwden, de leden van het Vorstelijk Huis begaven zich naar de kerkekamer terug en keerden van daar naar het Huis de Pauw, onder het blij gejuich der aangegroeide menigte. Ook de hooge getioodigden begaven zich naai- hunne rijtuigen en vereenigden zich aan het dejeun- r doiiatoire dat op het Huis de Pauw door Z. K. II. prins Frederik werd aangeboden. Wat dit dejeu ner betreft, kunnen wij natuurlijk alleen inede- deelen liet door de gunstig bekende ürtna Wed. Spauier keurig vervaardigde menu dat bestaat uit „Potage a la Duchesse; Petits patés k la Fran- caise; Filet de Boeul' k la Bohémienne ;Chapons k I'ludieuue; Cótelettes de mouton aux pointes d'asperges; Hivre de SuhglierCailles èt la Royale Peths pois; Salade de Saumon; Dinrionneaux Iruffés; Timbales de riz it ITmperatrice. Galée de pêches au vin de Champagne garni; Glacés et Dessert. Te ruim halfvier waren de toeschouwers eerst in staat het dorp Wassenaar te verlaten, waar zich de politie der gemeente, versterkt door die van 's-Hage, onder leiding van den inspecteur Harden berg zeer ijverig en met goed gevolg van haren moeielijken laak kweet, terw ijl nog zeer velen achterbleven om de feestelijkheden van he denavond bij te wonen. BUITENLAND, r; hapte J Frankrijk. audient Uit Rome wordt aan het Journal des Dél:en den schreven Het Italiaansche gouvernement man hier thans éénen vertegenwoordiger, den m,W"*T, van buitenlandsche zaken; eerst met de i18 Sept. a. s. zal het algemeene bestuur des koaii raDhf gezegd kunnen worden hier gevestigd te t be»elei Het is hier ter stede volkomen rustig; e, patfl de daad niet van revolutionairen aard, icïjl wat in ernst dien naam verdient, in het optr'^Bs op te merken. de reg In de kerken van Rome worden de guds js dooi oefeningen en kerkplechtigheden ge koudiunijjj dezelfde wijze als vroeger, eu wel onder zeer grooten toevloed van geloovigen; schikt heb ik mij zelf kunnen overtuigen. De gi teruggi in de kerken afgelezen brief van den kand ljf„ vicaris, die aan de geloovigen het lezen vaif pc; dagbladen, behalve de kerkelijke organeivaste eene doodzonde verbiedt, brengt, zoover graat merken kan, niet de minste beweging in Vorme moederen teweeg. M Het aantal hier ter stede uitkomende dagbl^*"^ van liberale kleur is vrij groot; doch tot uging kunuen zij niet gezegd worden tot de sitjury der dagbladpers te oehooren; zij zullen deD» jpet eer door het gebrekkige harer redactie, dat. de mandamenten van den kardinaal-vicariils Boe worden opgaug te maken. Aan den andereq De hebben ook de voorstanders der pauselijkerje gp ring een eigen orgaan, nl. den Osservalore /k' die onder de nieuwe orde van zaken beii«?S"; schreven eu meer gelezen wordt dan vroe»uaar 1 Op de stralen dezer stad ontmoet ik zeei Pai priesters in hun ambtsgewaad. In al'gek-jje co wijken ziju, naar gezegd wordt, eeuige t' - lijkeu op straat aangerand eu beleedigd Btemn geen zoodanig feit door den Osservalore h van 1 onopgemerkt en onvermeld wordt gelaten, de g, voor zeker worden gehoudenen het Italiaai gouvernement doet wat het kan om zulke 1 10 te beletten; dit heeft het beloofd, eu zijn werd belang vordert dat het ter goeder troutv De plicht vervulle. yaD Voor het Vaticaan, aan den voet van groeten trap, slaat een wachtpost van its! I* sche grenadiers, en bovenaan den trap ee: rucht daat van 's Pausen Zwitsersche lijfwacht 0iaa*! een achterlaad-geweer op den schouder, li de Paus uitging, zoo hij van den Italiaan wachtpost de militaire eerbewijzen ontva: buitendien staan er militairen van 's Kt lijfwacht gereed om den Paus te verge wanneer hij verkoos door de straten de Tei te wandelen of te rijden. Welk een zonder gende wonderlijke toestand! En toch is het wel i Te] lijk dat die toestand nog lang voortduuri coll heeft niets van eene crisis die wegens hart of J ligheid spoedig eenen of andereu afloop trege nemen. Er zal zich met de hervatting der W£. gevende zitting een netelig vraagstuk voon doen namelijk of de hier gevestigde opperbesture: gen 1 kloorsterorden eu godsdienstige gestichten al ya3ej, deel der met zeer bijzondere voorrechten 1 keuz< tigde hofhouding van den Paus beschouti wel onder het gemeene recht gesteld, dat is de wetten des kontugrijks opgeheven zullen den. Denkelijk zal er hierin een midde: worden gevonden. De paus schijnt vooral in Europa's tegen dige gesteldheid grond te vinden om ii: afwachten Ie houding te volharden. Het- sche hof meent dat er in Europa eene 0: rinn „aaude i.-, die tot eenen nieuwen sias zaken" moet leiden, doch wellicht geruiuiei zal behoeven om af te loopen; hel wacht i op het einde daarvan, en intusscheu ven het alles waardoor het iets van zijne rechlt aanspraken zou laten vallen. Het italiaansche gouvernement wil des te Rome houden en met hem, zoo mogelijl ad goede verstandhouding levendat is ooi leve wensch van negen tienden van het Italiaai de t volk, zelf» vau vele vrijdenkers. De wensch ren het Italiaansche gouvernement is ten halve vu ld, daar de paus zich nog te Rome bei en nog liet oor sluit voor degenen die trachten te bewegen om de stad te verlateii Engeland, Het werkliedenverbond te Londen heeft, o dien voorzitting van den vredestichter Edinond Be den een meeting gehouden, om te handelen over B internatiouule vieüerechtbank. Men heeft da; beri het tuigende ontwerp aangenomen„Daar de hier log als middel LOt beslechting van volkenret en hjke geschillen onbillijk en in strijd is met goei aard eu den geest onzer eeuw, kau het be: j van vrede eu eendracht krachtig bevorderd i 8ja£ den door de oprichting van een Hoog Gere- de hof der Volken, op de volgende grondsla stai Art. 1. Elke afzonderlijke en onafhankelijke de geering zal het recht hebben een gelijk si gev vertegenwoordigers naar die rechtbank af te t het digen. Art. i. De rechtbank zal een wetboek var intei nationaal recht outwerpen, om, op grond tijd daarvan, de geschillen te beslechten, welke aar scheu de vertegenwoordigde regeeriugeu moe: die ontstaan. Art. 3 De werkkring van het sclv gel gerecht zal zich tot alle vertegenwoordigde rt pat ringen uitstrekken; zijn bevoegdheid tot im: ter ging zal zich echter bepalen tot de uitsluitend om tenlandsche betrekkingen van elke regeerin" hel inwendige aangelegenheden zijn er vau uiig uw ten. Art. 4 Indien een der vertegenwoord j regeeriugeu weigert zich aan de uitspraak rjc- rechtbank te onderwerpen, of daaraan bu p0] een bepaalden tijd gevolg te geven, zal zij b» ve, het volkenrecht worden gesteld de overige re ge] ringen zullen alle diplomatieke betrekkingen i dergelijke mogendheid afbreken en de han- eei betrekkingen met haar verbieden, totdat aai uitspraak van de rechtbank gevolg zal geg< zijn. T'jEUiEGmAJYIJiEA Madrid, 18 Juli. Men zegt, dal Serrano Koning heeft voorgesteld de Internationale bu de wet te stellen en een krachtige politie doen gelden in alle quaeslién de openbare betreffende. Zorilla zou zijnerzijds hebben i gesteld een zeer liberale uitvoering te geve» de grondwet van 1869 en een burger-mili» vormen, 400,000 man sterk. Ook verhaalt dat de verzoeningsgezinde denkbeelden bij leden der meerderheid veld winnen. Sagasl» verklaard hebben, dat hij geen deel wild» maken van een combinatie, welke geen o De in h huis ge», te k gave: van moet Di in 1 steld en i over Zi denl A den van en te t he be te ne de: ve! te tw tei ee: da he w aa

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1871 | | pagina 2