oordeeld en hunne stiafontloopen maar er blijven 15 16,000 opstandelingen over, die hoofd voor hoofd moeten geoordeeld worden, hetgeen niet minder dan eenige jaren zou duren. De heer Thiers laat op het oogenblik de pers hare beschouwin gen over dit onderwerp ten beste geven en zal waarschijnlijk verder de quaestie aan het oordeel der vergadering onderwerpen. Bet is nu bijna zeker, dat de vergadering naar Parijs zal terugkeeren. Evenwel Thiers beeft vroeger een soort van belofte aan de kamer ge daan om de ministeries te Versailles te doen blijven zetelen. Er zal dus aan die zaak een parlementaire schoen gepast dienen te worden, hetzij hoor eene interpellatie der linkerzijde, hetzij door initiatief van Thiers, hetzij door het voor stel Ravinel weder in behandeling te nemen, dat, zooals men weet, vóór de verkiezingen uit gesteld was eu strekte om de regeering definitief te Versailles te doen blijven. Het gouvernement heeft 200 millioen aan de Pruisische autoriteit afbetaald en de ontruiming van de departementen der Seine-Inférieure en der Somme zal nu daarop volgen. Een treurige be paling van het vredestractaat is die, waarbij aan de Pruisen het oordeel wordt overgelaten, of de orde genoegzaam hersteld is om eene snellere betaling en daardoor een spoediger terugtocht hunner troepen toe te staan. Hét Eranscbe gou vernement zou daarvoor op het oogenblik gaarne een grootere som hebben afgedaan, maar de Prui sen willen hierin niet treden. De verkiezingen voor den gemeenteraad van Parijs zullen waarschijnlijk den 23sten dezer maand plaats hebben en wel zoodanig, dat voor ieder kwartier een vertegenwoordiger wordt be noemd, zoodat hun getal S0 zal bedragen. Ieder der 20 arrondissementen is namelijk in 4 kwar tieren verdeeld en dit was oorspronkelijk om aan iederen commissaris van politie zijn terrein af te bakenen. De Nationale Vergadering twijfelde, zooals men weet, of, bij de verschillende uitge strektheid der kwartieren, eene dergelijke wijze van verkiezing wel raadzaam was. Zij is er echter ten slotte toe overgegaan, haar aldus aan te nemen volgens het model van de verkiezingen der alge- meene raden, waarin ook voor ieder kanton van het departement een vertegenwoordiger wordt gekozen. Duitschland. Volgens de Nürenberger Corresp. zou de theolo gische faculteit van de universiteit te Munchen van plan zijn, de professoren Doellinger en Frie- drich uit haar boezem te verwijderen. Een Munchener correspondent van de Oosten- rijksche Presse, deelt daarentegen mede, dat door de curie verscheidene pogingen in het werk wor den gesteld, om zich met genoemde professoren te verzoenen. Zoo zou de secretaris van het con cilie, Msgr. Fessier, aan Doellinger hebben mee gedeeld, dat het concilie zijne zitting nog wel eens kon hervatten en aan het leerstuk der on feilbaarheid een anderen vorm geven. Het zou dan gerangschikt worden onder die theologische leerstukken, die geen bepaalde ver bindende kracht hebben, en derhalve al zijn dog- i matischen invloed verliezen. Tegen die bewering 6 echter is de heer Fessier naderhand in de Preste li zelf opgekomen, met de verzekering, dat men aan e de woorden, die hij tot Doellinger gericht had, i een verkeerden uitleg heeft gegeven. Hetiseven- e wel zeer licht mogelijk dat deze ontkentenis van s den bisschop eenvoudig haren grond, daarin heeft, e dat Doellinger in geen zijner voorslagen heeft 1 willen treden, en de heer Fessier derhalve beter i oordeelde, de eer aan zich zeiven te houden. Eene andere poging tot verzoening werd in het werk ge il steld door Dr. Lammers, die, van Rome terugkee- ti rende een bezoek aan Doellinger brachten hem ver- g zekerde, dat de paus de meeste belangstelling heeft ii voor zijn heil en behoud. De beroemde professor antwoordde hierop echter dat deze belangstellende li zorg wel niet verder kou gaan dan zijn lichame- lijken toestand, daar zijn ziel door den banvloek getroffen was. Toen werd hem door Dr. Lammers li te kennen gegeven, dat deze banvloek wellicht i opgeheven kon worden, indien de wederspannige it zich met den pauselijken nuntius te Munchen it verzoende. Daar deze heer echter Doellinger x altijd vrij wel veronachtzaamd had, weigerde t de professor, hem met een bezoek lastig te gaan vallen. Indien de nuntius tot hem wilde komen d dan stond zijn huis voor hem natuurlijk even als n voor ieder ander open. t Er zullen tusschen de kabinetten van Ber- o, lijn en Weenen, die door de laatste uitingen e van graaf Von Beust op een zeer vriendschap- e lijken voet staan waarschijnlijk nieuwe on- derhandelingen worden geopend over art. 5 i van het Prager-tractaat, waarbij Pruisen Noord- a Sleeswijk aan Denemarken zou teruggeven. De Berlijnsche regeering beweert, sedert 1866 alle pogingen te hebben aangewend om daaraan uitvoering te geven, die echter gedurig op de li onhandelbaarheid van het Deensche gouverne ment zouden zijn afgestuit. Door de verschillende li aanbiedingen tot trausactie af te slaan zou Dene- i* marken het recht verloren hebben, om de uit- voering vau het tractaat te eischen. Daarom zou f Pruisen volgens de Elberfelder Zeitung van plan zijn, aan de Oostenrijksche regeering te vragen ontheffing van de verplichtingen, die het door art. 5 van het Prager-tractaat op zich heeft genomen. De bondsraad zal volgens de Kreuz-Zlg. voor eerst zijne werkzaamheden nog voortzetten door de noodzakelijkheid der regeling van de verhou dingen met Elzas-Lotharingen. Vooral de bijzon dere commissie voor deze twee landen, zal geen noemenswaardige zomer-vacantie kunnen nemen. Engeland. De Pall Mall Gaz. maakt de volgende grappige opmerkingen over het manifest van den graaf van Cbambord. Na er op gewezen te hebben, dat de graaf zich met alle geweld zelf den dood wil aandoen en daartoe met zijn manifest van 6 Juni reeds een goed begin had gemaakt gaat het blad voort: //Hij heeft een nieuwen brief geschreven, een aandoenlijken, jammeraehtigen brief, waarin hij voor het publiek optreedt, om de witte vlag aan zijn vorstelijke borst te drukken, terwijl hij met de andere vrije hand iedereen aanbiedingen doet, aan de communalisten zoo goed als aan de con- stitutioneelen, kortom aan ieder en in de eerste plaats aan de soldaten." „Franschen, zoo roept hij," „Ik beu in uw midden, maar ik moet schei den." Waarom wordt niet gezegd, en dat doet ook niets ter zake, want waarschijnlijk speelt de graaf toch slechts de rol van den minnaar, die, in tranen wegsmeltende, uitroept: „Geliefde ik moet mij uit uwe armen losscheuren!" ter wijl hij niets liever verlangt, dan nog vaster in genoemde armen omsloten te worden." „Ik ver laat daarom mijn Chambord, dat een geschenk van u was," (Neem hem terug den ring, dien ik zoo dikwijls gekust heb!") „maar eer ik af scheid neem, moet ik u zeggen, dat ik mij niet van u los maak!" En dan worden ons na eenige aanduidingen van een rijk, dat op de breedste grondslagen met algemeen stemrecht enz. zal ge vestigd worden, onder snikken eenige ambtelijke wenken gegeven, die zeer vorstelijk luiden en met de verklaring eindigen, dat Hendrik V het witte vaandel niet kan verlaten. Dat is een waar dig einde voor eene proclamatie, die pathetisch moest zijn, doch geheel haar doel mist, omdat zij hoogst belachelijk is." België. De nieuwe belastingwet, waarbij de regeering het recht op den verkoop van sterke dranken en tabak laat varen, doch tevens de provinciën zal aanmanen om ze voor hunne rekening te heffen, heeft evenals in de vergadering der provinciale raden van Luik ook in die van Henegouwen de verwarring te weeg gebracht, die noodzakelijk moest ontstaan uit een dergelijken inbreuk op de zelfstandigheid dier lichamen. De heer Cara- man, gouverneur van Henegouwen, werd door den heer Canler heftig aangevallen. Vooreerst betoogde deze afgevaardigde, dat de vergadering zich niet bijzonder kon storen aan een kleine groene brochure, inhoudende de rede voering door den heer Jacobs over dat onderwerp gehouden; de provinciale staten moesten niet alleen op deze maar ook op de redeneeringen van andere vertegenwoordigers afgaan. Maar in de tweede plaats interpelleerde hij den gouver neur over eene dépêche van 28 Juni, die door den minister van binnenlandsche zaken gezonden was om de vergadering aan te bevelen, in den wensch der regeering te treden. Deze dépêche was door den gouverneur ntet medegedeeld, doch, wijzende op art. 121 der provinciale wet verzekerde Canler, dat hij den volgende dag van den griffier de overlegging dier dépêche zou eischen, daar toch de heer Caraman volgens zijne gewoonte de opmerkingen van zijn aanvaller met stil zwijgen beantwoordde. Voor het overige kon hij er wel een reden voor vinden, dat de gouverneur de dépêche had achtergehouden. Zij dateerde toch van 28 Juni, terwijl de wet eerst is aange nomen op 4 Juli, zoodat de heer Caraman een voudig een les van wellevendheid heeft willen geven aan den minister van binnenlandsche zaken, door op eene dépêche, die de volksvertegenwoor diging beleedigde, geen acht te slaan. Dat deze laatste woorden eene ironische beteekenis had den, behoeven wij er wel niet bij te voegen. In de provinciale staten van Luik heeft de daartoe benoemde commissie bij monde van den heer Piedboeuf over het voorstel der regeering rapport uitgebracht. Zij oordeelde, dat de pro vincie zonder eenige vermeerdering of vernieu wing van belastingen aan hare verplichtingen kon voldoen. Alle 8 leden der commissie waren derhalve eensgezind in de meening, dat men de propositie, waarbij men de rechten op den ver koop van sterken drank en tabak zou overnemen, tegen afstand aan den staat van 5 opcenten op de grondbelasting, het personeel eu het patent, moest verwerpen. Dinsdag a. s. zal over dit rapport de discussie geopend worden. TELEGRAMMEN. Rome, 9 Juli. De zaakgelastigde van Frank rijk bij de Italiaansche regeering vertrekt heden avond weder naar Florence. Het Pauselijk orgaan deelt uiede het verbod van den Kardinaal-Vicaris aan de geloovigen ge richt om Romeinsche bladen te lezen, die de clericale richting niet zijn toegedaan. Londen, 10 Juli. In het Hoogerhuis heeft Lord Richmond aangekondigd, dat hij bij de tweede lezing der wet op de reorganisatie der armee eene motie zal voorstellen, om de daaromtrent genomen besluiten van het Lagerhuis te verwerpen. De heer Gladstone heeft tegen de volgende zit ting aangekondigd een wetsvoorstel tot vestiging eener koninklijke residentie in Ierland. Versailles, 10 Juli. In de heden door de Na tionale Vergadering gehouden zitting heeft de heer Raubot, het voorstel tot benoeming eener departementale commissie krachtig ondersteund en daarbij gewezen op de beloften van meerdere vrijheid, door het Duitsche gouvernement gedaan. De heer Lambrecht, minister van binnenlandsche zaken, protesteert tegen de gelijkstelling van Frankrijk met het in verval zijnde Romeinsche keizerrijk. Wat Savoye betreft, doet hij een beroep op de vandaar verzonden afgevaardigden, om bij Frankrijk vereenigd te blijven. De heer Silva, afgevaardigde van Savoye, zegt dat gedurende al de beproevingen van Frankrijk, in Savoye steeds een echt Fransche geest heeft geheerscht, en dat de vereeniging vooral innig is geworden sedert Frankrijk den republikeinschen regee- ringsvorm heeft aangenomen. Een afgevaardigde van Nizza zegt, dat aldaar ontevredenheid heerscbt, maar alleen als een gevolg van mis bruik van macht door slechte bestuurders,, daar de bevolking steeds innig aan Frankrijk gehecht blijft. 10 Juli. Het voorstel om het contingent van 1870 vast te stellen, ten einde de jongelieden van die lichting in het genot der vrijloting te doen deelen, is door de Nationale Vergadering in overweging genomen. Het voorstel om te voor zien in de acten van den burgelijken stand van Parijs is aangenomen. Bij de discussie over het voorstel betreffende de algemeene raden in art. 2, houdende dat de algemeene raad uit zijn mid den de departementale commissie benoemd, met 440 tegen 132 stemmen goedgekeurd. De nieuw gekozen afgevaardigden stemden voor het amen dement-Target, hetwelk met 338 tegen 220 stem men werd verworpen. Parijs, 10 Juli. De France meld bet volgende: „Eene Fransch-Pruisische commissie zal, onder voorzitterschap van den generaal Von Manteuf- fel, belast worden met de beslechting der moeie- lijkheden, welke in de bezette departementen kunnen ontstaan. Tot de drie Fransche commis sarissen behooren de generaal St. Vallier en de intendant Roger. De eenige Duitsche commissa ris, wiens naam tot dusver bekend is geworden, is de intendant Engelhart. Van heden af zal men ijverig aan het herstel van het palais Elysée arbeiden; het is tot verblijf voor Thiers bestemd." New-York, 10 Juli. De Ieren loopen te wapen, en bedreigen de protestantsche processie van Woens dag met een aanval. Verscheidene, regimenten zijn onder de wapenen geroepen. Men vreest voor ernstige ongeregeldheden. BerlJJn, 11 Juli. Van een particuliere zijde wordt uit Weenen van gisteren het volgende gemeldEr is hier niets bekend aangaande on derhandelingen, welke door het kabinet van Ber lijn uiet de Oostenrijksche regeering zouden zijn aangeknoopt tot wijziging van art. 5 van het Prager-vredesverdrag. Londen, 11 Juli. In een heden door leden van het Hoogerhuis gehouden vergadering is het be sluit genomeu, om de bill op de reorganisatie van het leger te verwerpen en aan te dringen op de aanbieding van een vollediger ontwerp in het volgende zittingjaar. LAATSTE 13ER1CHTJEN. Periodieke verkiezingen van leden van de HEESTE KAMER der STATEN-GENERAAL op Dinsdag, 11 Juli 1871. Noord-Brabant. (Aftredende leden Mr. N. F. C. 1. Sassen en Jhr. Mr. E. J. P. Van Meeuwen). Gekozen de heeren C. J. A. Van Rijckevorsel met 36 stemmen en Vos Wael met 33 van de 61 stemmen. Gelderland. (Aftredende leden H. W. Baron Van Aylva van Pallandt van Waardenburg en Neer rijnen en Mr. C. I. R. Nobel). Herkozen de heeren Aylva Van Pallandt en Nobel. Zuid-Holland. (Aftredende leden Mr. J. A. Phi- lipse, die verzocht had niet weder in aanmerking te komen, en J. W. Hein). Gekozen Mr. G. A. De Raadt, Burgemeester van Dordrecht en lid van de Provinciale Staten van Zuid-Holland, met 42 van de 73 stemmen. De heer Mr. C. Cock verkreeg 28 stemmen. Herkozen de heer J. W. Hein met 52 van de 73 stemmen. Mr. C. Cock verkreeg 16 stemmeu. Noord-Holland. (Aftredende leden H. Rahusenen Jhr. D. C. De Dieu Fontein Verschuirvan Heilo). Herkozen de heeren Rahusen en De Dieu Fontein Verschuir. Zeeland. (Aftredend lid Mr. C. Van der Lek de Clercq). Nog niet bekend. Friesland. (Aftredend lid Jhr. G. R. G. Van Swinderen). Herkozen Jhr. G. R. G. Van Swinderen met 36 van de 42 stemmen. Overijssel. (Aftredend lid Mr. W. A. Cost Jor- dens). Herkozen Mr. W. A. Cost Jordens met alge meene stemmen. Groningen. (Aftredend lid C. Geertsema). Herkozen C. Geertsema met 41 stemmen. Limburg. (Aftredend lid Jhr. L. L. G. M. De Villers de Pité). Herkozen Jhr. L. L. G. M. De Villers de Pité met 35 stemmen. N.B. In de provinciën Utrecht en Drenthe be hoefden bij deze verkiezing geen leden af te treden. In de zitting van de Provinciale Staten van beden is ingekomen een schrijven van de weduwe Van Driel, gewezen concierge van het gouverne mentshuis, baren dank betuigende voor de haar verleende gratificatie voor een jaar ten bedrage van f300; aangenomen voor kennisgeving. Aan de orde is de verkiezing van twee leden in de Eerste Kamer der Staten-Geueraal. Tot leden van het bureau van stemopneming wofdeu door den Voorzitter uitgenoodigd de heeren: De la Bassecour Caan, Steeugracht van Duivenvoorde, Van der Kemp en De Bie. Ter aanvulling der plaats, opengevallen door het bedanken van deu heer Philipse, worden van de 73 briefjes, gelijkstaande met het aantal tegen woordige leden, met 42 stemmen benoemd de heer Mr. G. A. De Raadt, burgemeester van Dor drecht, oud lid van de Tweede Kamer der Staten- Generaal; zijnde verder uitgebracht op de heeren Mr. C. Cock te Leiden 28 stemmen, J. W. Hein en Dr. A. Vrolik elk 1 stem, terwijl 1 briefje in blanco was gelaten. De Voorzitter wenschte den nieuw benoemde, die ter vergadering aanwezig was, geluk met zijne benoeming en hoewel de wet hem een ter mijn tot bedenktijd gaf, vroeg hij hem of hij zich wellicht niet nu reeds kon verklaren. De heer De Raadt zegt, dat hij alleszins beseft het gewicht van de taak en de groote verant woordelijkheid, die hij op zich neemt; en vurig hoopt hij, dat de verwachting der vergadering te zijnen aanzien iu alle opzichten zal worden ver wezenlijkt. Gedurende eenige jaren heeft hij deel uitgemaakt van den anderen tak der vertegenwoor diging; en mocht hij misschien in de uitgebrachte stemming eene goedkeuring, zien van de gedrags lijn, door hem gevolgd, hij schroomt niet te ver klaren, dat hij bij de aanvaarding der hem thans opgelegde taak denzelfden vrijzinnigen weg met bezadigdheid zich voorstelt te bewandelen, en dat het hem niet zal ontbreken aan den goeden wil om zijne taak met zorg en nauwgezetheid te vervullen. En het mannelijk blijk van ver trouwen in hem gesteld (en de waardeering zijner gedragslijn, alsmede de hem daarbij betoonde welwillendheid zal hij blijven beschouwen als een prikkel om zich naar zijn vermogen zooveel doenlijk van zijnen plicht te kwijten. Tot tweede lid, ter vervulling der vacature ontstaan door de periodieke aftreding van den heer J. W. Hein, wordt dit aftredend lid herkozen met 52 stemmenzijnde verder uitgebracht op de heeren Cock 16, Vrolik 2 stemmen, VV. baron Van Golstein en M. H. F. H. Hoffman elk 1 stem, terwijl 9 briefjes in blanco waren gelaten. De uitslag dier verkiezing zal den heer Hein worden medegedeeld. Daarna was aan de orde het adres der afdee- ling Noordwijk van de Vereeniging tot bevorde ring van fabriek en handwerknijverheid in Nederland, verzoekende een jaarlijksch subsidie tot instandhouding der ambachts-en teekenschool aldaar. Op het rapport van den heer de la Bas secour Caan wordt het toewijzend praeadvies van Gedeputeerde Staten met 60 tegen y stem men aangenomen. De voorzitter opmerkende dat hiermede de werkzaamheden waren afgeloopen, deelde inede, dat al de commissoriale rapporten zoo mede het verslag over de beide begrootingen zijn iugeko- men en stelde voor orn deze onderwerpen aan de orde te stellen tegen Donderdag te 11 uren, doch op voorstel van den heer A. Van Weel werd besloten die behandeling te bepalen op morgen te 12 uren. 's-Gratenhage, 11 Juli. De Minister van Buiten- landsche Zaken, de heer Gericke van Herwijnen, geeft hedenmiddag ten zijnen huize een diplo matiek diner. Baron Von Fabrice, buitengewoon gezant en gevolmachtigd Minister van Saksen, bij de Nederlandsche en Belgische hoven, te Brussel residerende, wordt alhier verwacht ten einde Z. M. den Koning van Saksen te vertegenwoor-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1871 | | pagina 3