neinsche quaestie op prijs: te stellen, en meer alle diplomatische uitweidingen spreken de adzaken graaf Von Beust vrij Van de ver- «tiugen, die enen van zekere zijde juist in den ^ten tijd over dit gedeelte van zijne politiek en hem geuit heeft. Indien ooit, dan mag graaf Beust ten minste op dit gebied verwachten, I iijne groote verdiensten niet laag zullen ge ut worden. Tegenover Frankrijk zijn de betrekkingen van i Weener Kabinet niet veranderd, voor zoover troeger al op den weg der neutraliteit waren bracht. jet roode-boek bevat allerlei beleefdheids-betui gen tusschen den heer Thiers en vorst Metter- tli en het meest bemerkenswaardig is nog dat i door geconstateerd wordt, dat Oostenrijk da- lijk bereid was, de nieuwe regeering te er- uneD, nadat het van Londen hiertoe de eerste pulsie had gekregen. De betrekkingen met island, die aan het einde des vorigen jaars nog j bedenkelijk waren, dat graaf Beust in zijne stroctie aan graaf Apponiji, gevolmachtigde op conferentie, spreekt van de verplichtingen, die ,n Rusland door het afzonderlijke verdrag van i April 1856 werden opgelegd, zijn door de Lon- «sche conferentie zoover vereffend als maar ligszins mogelijk is. Met betrekking tot deze «k is het roode-boek vooral belangrijk, omdat de ngelsche Regeering in den laatsten tijd haar si doet om den weinig eervollen afloop der oferentie voor Engeland op rekening van de jilenrijksche tegenwerking te zetten. Zelfs vluch- ;e lezers nu van de Weener diplomatieke cor- spondentie zullen voor deze bewering niet het inste bewijs ontdekken, maar veeleer in ver- tking komen om in de persoon van den eer- iardigen Lord den vertegenwoordiger te zien ner richting, die in toegevendheid en inschik- lijkheid door geene andere overtroffen wordt, i waarvoor Rusland hem des te dankbaarder let zijn omdat het anders in vele punten zon- r ondersteuning zou geweest zijn. Ook Turkije speelt in den loop dezer onder- ndeling eene zeer vreemde rol. Het is jammer i alleen het roode-boek en niet ook de gevol- ichtigde, baron Prokesch, uitleg geeft van de Goeden, waardoor de politiek van den groot- ;ier afgeweken is van het pad, dat hij tot nu i met de Westersche mogendheden had be- indeld. De diplomatie kan hare gronden hebben i het te verzwijgen, maar de geschiedenis zal niet over heen loopen, dat Turkije het aan ich zeiven te wijten heeft, wanneer het ooit ijkt dat het zich door de bepalingen van het ndensche tractaat in een vergiftig Nessus kleed iuld heeft. Alles te samen genomen kan men niet ont- nnen, dat de Oostenrijksche buitenlandsche litiek zich meer en meer losmaakt van die ikelijkheden, die haar voorheen tot eon bron n wantrouwen zijner naburen en van gevaren or zijne eigene integriteit maakten. Het is aarlijk een gelukkige samenloop van omstan- ;heden, dat deze gelukkige phase begint op een i waariu de partijhaat door hare blind woede grondzuilen van het staatsgebouw doet trillen. TELEGRAMMEN. Bucharest, 23 Mei. Er heeft hier een groote actie plaats gehad ten gunste van vorst Karei, sr kiescolleges hebben, bij een manifest, zich r zijn gouvernement verklaard. De Kamers zijn tegen 7 Juni bijeengeroepen; rst Karei zal ze in persoon openen. Gisteren was de stad geïllumineerd en werden iere bewijzen gegeven van gehechtheid van vorst. Berlijn, 24 Mei. Volgens den Provincial Corres- nieni zal de Duitsche Keizer tegen het einde n Juni of in 't begin der maand Juli naar ns vertrekken. De Keizer van Rusland zal vermoedelijk na Sfoten Juni eenige dagen aan het Hof alhier men doorbrengen. Straatsburg, 24 Mei. Bij rescript van den Rijks osei,er dd. 16 Mei wordt verlof om ongehinderd »g te keeren gegeven aan de de personen, die Jeu Elzas en Lotharingen tehuis behooren, gedurende den oorlog door de Duitsche auto- eten uit het land gezet zijn. Versailles, 24 Mei. In de heden door de Na tiele Vergadering gehouden zitting heeft de r Thiers eene redevoering uitgesproken, waar- tij o. a. het volgende heelt gezegd: lk wil niet trachten u te troosten; ik zelf 0 ontroostbaar over het ongeluk dat mijn land 't- Laat mij u in de eerste plaats mededeelen, de opstand overwonnen is. De driekleur wap- 't van het grootste gedeelte van Parijs." Vekende over den brand van het paleis der 'leriën, zegt de redenaar het volgende: ■Deze daad van schandelijk vandalisme is dus als een daad van wanhoop te beschouwen, 'tieren waren wij gekomen tot aan de opera lot aan Montmartre; wij omsingelden de place '"dome, deTuilenën en het Louvre, opdeo linker- ïet waren onderscheidene punten bezet door 1 korps van Cissey. In een stad als Parijs wilden de generaal niet gedurende den nachl de operatiën voortzetten, hetgeen trouwens ook be let werd door redenen van strategischen aard. Boven het ministerie van financiën, het gebouw van den staatsraad en dat van den rekenmaker verhieven zich de vlammen. Op dat oogenblik was het onmogelijk iets te doen. Al de barrica den waren met kanonnen als overdekt. De brand werdt door petroleum aangewakkerd en scheen niet te blusschen te zijn. Hedenochtend deden de generaals al het mogelijke, maar toen de place Vendöme overmeesterd was, waren de Tuile- riën niet meer dan een hoop puin (algemeene kreet van ontzetting). Thiers zegt verder, dat men, om het Louvre te redden, gedeelten der Tuileriën heeft omvergehaald. Er is alle reden om te hopen, dat het Louvre behouden blij ven zal. Ongelukkig staat het Hotel de Ville in brand. Hedenavond of uiterlijk morgen zullen wij meester zijn van Parijs. Deze booswich ten, die zich van petroleum bedienden, wier pen ook petroleumbommen onder de troepen; onderscheidene manschappen zijn deerlijk ver brand. Wij wenschen nietsliêver dan onze koel bloedigheid te bewaren en ook de eensgezind heid, terwijl wij spreken van deze overwinning, die de bewondering van Europa wekt (zegt Thiers) geeft ons daarvan getuigenis. Wees dus kalm, anders zoudt ge evenzeer het leger verzwakken als het gezag. Na de verkregen uitkomsten moest men minder spoedig gereed staan met wantrou wen in hetgeen wij zullen doen. (Levendige toe juiching). Men moet mededoogenloos straffen toejuiching Thiers stelt voor het recht van gratie te verleenen aan de Kamer. Gij zult aldus deel hebben aan onze verantwoordelijkheid, indien gij haar niet met ons gelijkelijk wenscht te dragen. De natio nale garden, die tot de vrienden van orde be hooren, lieten alarm slaan. Thiers zegt, dat de regeering bevel gaf, dit te staken, ten einde alle verkeerde uitleggingen onmogelijk te maken. Het is onjuist (zegt hij) dat Jules Ferry tot prefect der Seine is benoemd. Hij brengt hulde aan Ferry, die uit liefde voor de goede zaak zich tot nader order heeft belast met de waarneming der func- tiën van prefect, terwijl onderscheidene anderen weigerden. De regeering zal morgen de ontwa pening voorstellen der bevolking van Parijs en zal overeenkomstig de wet niaires van Parijs benoemen. Na zulk een nederlaag (zegt de heer Thiers ten slotte) kan de opstand zich nooit weder verheffen. (des avonds 9 uren.) Uit Parijs wordt te 5 uren des avonds gemeldt, dat het gevecht nog voortduurt in de omstreken van het station van den Noorderspoorweg en van het Hotel de Ville. Ook op andere punten werd nog gevochten. Eene ontploffing, welke hier (te Versailles) gehoord werd, deed een gedeelte van het Palais du Luxem bourg in de lucht vliegen. Het Palais Royal staat in den brand. Van het Louvre zal, naar men ge looft, een derde gedeelte worden gered. De troepeu zetten ijverig de operatie voort. In deCité (lie du Palais) is ook brand. Men weet niet of het Paleis van Justitie, dan wel de aldaar gelegen kazerne in den brand staat. Een dikke rook hangt boven gansch Parijs. Om 10 uren des avonds wordt nog uit Parijs gemeld, dat een vreeseiijke brand in de groote middenpunten van Parijs woedt. De batterijen der regeeringstroepen schieten verwoed op de kwartieren, die nog tegensiand bieden. Van de forten kan men met verrekijkers waarnemen, dat vele dooden en gekwetsten, zonder eenige verzorging en zonder hulp in de straten blijven liggen. Washington, 25 Mei. De Senaat heeft gisteren avond het verdrag met 50 tegen 12 stemmen goedgekeurd. Al de amendementen zijn met groote meerderheid verworpen. loonden, 25 Mei. Aan de Times wordt getele grafeerd Parijs staat in brand even als vroeger Moskou; het Pantheon, Valgrace, zijn door het bombardement van generaal Cissey geheel ver nield; het paleis van Justitie de prefectuur van politie staan in brand. De Telegr. ontving het volgende telegramDe openbare gebouwen zijn door de iusurgenten vóór de ontruiming aangestokeu. Delescluze is gevan gen; Dombrowski is gevangen bij de Pruisen. Versailles, 25 Mei 3 uren 's namiddags). Volgens bericluen uit Parijs had aldaar ie 2 uren eene hevige ontploffing plaats. Waarschijnlijk is een ut ander momumeut in de lucht gevlogen. De Tuileriën ziju geheel afgebrand. De galerijen van het Douvre heelt men kunnen redden. P r o m o t i u. Leiden, 25 Mei. Bevorderd lot doctor in de wis en natuurkunde, de heer J. Meijers, geboren te Hoorn, met een Acad. proefschnlt getiteldEenige vormingswijlen van zwavelwaterstof; en bevorderd tui doctor in de rechten, de heer J. B. Burger, ge boren te Amsterdam, met Stellingen. Utkcht, 24) Mei. Heden zijn bevorderd tot doc tor ju de rechten de heer D. tl. Willink, gebo ren te Amsterdam, na verdediging van Stellingen lot doctor in de wijsbegeerte de lieer Mr. A. J. Sand berg, geboren ie Zwulle, na verdediging van een specimen inaugurale de orbila undinae. Gemeenteraad. Aan de leden yan den Baad is het volgende stuk toegezonden Op de voordracht van B. en Ws., waarmede de Commissie van Pinanciën zich had vereenigd, werd m de vergadering van den Gemeenteraad van 19 Januari 1871, betreffende den toren van de Marekerk het besluit genomen, vermits met voldoende zeker heid is gebleken, dat de burgerlijke gemeente eigenares is van dien toren en alzoo tot het onderhoud daarvan is verplicht, en uit aanmerking dat de waarde der drie klokkeu, in dien toren hangende, tegenwoordig kan geschat worden op p. m. f 5000, terwijl het aan deel der gemeente in de kosten van herstelling van dien toren in 1864 werd berekend op f 2250, be doelden toren met den aankleve van dien in eigendom aan de kerkelijke gemeente af te staan, behoudens dat de burgerlijke gemeente daartegen geheel wordt ontheven van de verplichting om iets iu de noodige herstelling van dat kerkgebouw bij te dragen en mits dien wordt gevrijwaard voor alle schaden, die het gevolg van den tegenwoordigen stand van dien toren zouden kunnen zijn of immer daardoor zouden ver oorzaakt kunnen worden. Dat besluit werd, hij missive van den 4den Fe bruari, n°. 108, door B. en Ws. medegedeeld aan de Ge meente-Oommissie van het Nederduitsch Hervormd Kerkgenootschap, en daarop is van de Commissie ontvangen het navolgend antwoord: Leiden, den 23sten Maart 1871. Aan den Gemeenteraad van Leiden. De Gemeente-Commissie van het Nederd. Her vormde Kerkgenootschap te Leiden op haren brief van 26 October 1869 autwoord ontvangen hebbende door eene missive van B. en Ws dd. 4 Februari 1871, inhoudende mededeeling van een besluit van den Gemeenteraad omtrent de reparatie aan den toren der Marekerk, waarbij die toren met den aankleve van dien aau de Administratie der Hervormde Ge meeete onder zekere voorwaarden wordt aangeboden, heeft de eer darop het navolgende te berichten. Zij waardeert grootendeels de bedoeling van den Gemeenteraad, waardoor ook voor het vervolg alle moeilijkheid zou worden weggeruimd, en beveelt ook nu dit haar schrijven aan Uwe gunstige beschikking met vertrouwen aan. Ka het ontvangen der genoemde missive heeft de Gemeeaie-Commi8sie door bevoegde deskundigen, zoo uit deze stad als van elders, den toestand van dien toren en van hetgeen daarmede in verband staat, nauwkeurig doen onderzoeken en het resultaat dier onderzoekingen heeft haar in zeer moeielijken toestand geplaatst. Het is haar daardoor gebleken, dat de gebreken van dien toren, wier reparatie reeds in 1863 hoog noodig gekeurd werd, door een zevenjarig uitstel zoo veel zijn toegenomen dat de kosten van herstel de beperkte middelen der kerkelijke Administratie verre te boven gaan. Nu is toch de toestand zoozeer ver ergerd dat aan den toren en kap thans bijna het dubbele der toenmaals geraamde som zal moeten wor den besteed, terwijl men bovendien voor reparatie van het Kerkgebouw beneden de kap nog bijna 7000 zal moeten aanwenden. Voegt men nu hierbij de kosten, die na den eigen domsovergang wegens het voortdurend onderhoud van het bontwerk en zijne bekleeding, wegens het verwen van den toren, enz. ten laste der Administratie zouden komen, dan worden de beperkte middelen, waarover zij te beschikken heeft voor het tegenwoor dige en voor de toekomst zoozeer gedrukt, dat zij zich gedwongen ziet aan den Gemeenteraad eene wijziging in het aan de Gemeente-Commissie gedune aanbod voor te stellen, waarvoor zij Uwe welwillende aandacht en gunstige beschikking inroept. Hoezeer zij toch aau den eenen kant de bescher ming en ondersteuning van de Begeering dezer Stad ten hoogste waardeert en door de Kegeering voor geslagene maatregelen gaarne zou willen overnemen, gebiedt van de andere zijde de staat harer financiën ten dringendste, om op het onbelemmerd voortzetten harer administratie en het financieel belang der Nederd. Hervormde Gemeente met ernst bedacht te zijn. Mocht de Hervormde Gemeente nog de revenuen ontvangen der geestelijke goederen, die sedert Novem ber 1574 onder administratie der Stedelijke Begeering gesteld waren en die nog in 't begin dezer eeuw ^blijkens het Memoriaal van het Capittel ten Hooge- luude) bijna f 8UUÜ jaarlijks ten haren behoeve ren deerden, dan was voor haar alle financieel bezwaar opgelustmaar het is U bekend dat deze bron gelijk zoovele anderen, voor haar heeft opgehouden te vloeien, i Het is in onzen tegenwoordigen toestand eene uit gemaakte zaak, dat de Kerkelijke Administratie der Hervormden alleen door het in acht nemen van de grootste nauwlettendheid en stipte zuinigheid in staat is om te voldoen aan de bezoldiging der beambten en andere verplichtingen en om hare groote en over oude kerkgebouwen in redelijken stand te houden. Het is U toch bekend dat door beëedigde deskundigen in 1798 aan de Stedelijke Begeering is verklaard dat voor dit laatste punt alleen omstreeks tienduizend gulden jaarlijks benoodigd was; terwijl in de laatste 60 jaren gemiddeld niet meer dan de helft dier som daaraan is kunnen worden besteed. Maar al te dik wijls heeft men door gebrek aan fondsen zich ver plicht gezien zelfs om noodige reperatiën te verdagen. De gewisheid hiervan dringt de Gemeente Conimisnie om zich ernstig te beraden, eer zij nieuwe verplich tingen op zich neemt. Het ons gedane aanbod steunt op den deugdelijken grond, dat niet alleen de eigendom, maar ook hel onderhoud van den toren der Marekerk behoort aan de Stad, zooals in de ons medegedeelde stukken er kend wordt. Onderhoud nu kan niet bestaan in het wegnemen of te gelde maken van het voorwerp dat onderhouden moest worden. Zoolang het voortdurend bestaan mogelijk is, moet het worden in stand gehouden; te meer nog ala het wenschelijk en nuttig mag worden geacht. En wat dit laatste betreft: Het afbreken van den toren zou gewis mishagen aan alle ingezetenen die het wenschelijk achten, dat het uitwendig voorkomen van publieke gebouwen eeoigszins in overeenstemming zij met hetgeen men van deze aanzienlijke si ad verwachten mag. Buvendien zou het groote en aanzienlijke gedeelte der stad, waarin deze kerk gelegen is, het wegnemen der klokken die met uurwerk ten nauwste samenhan gen, grootelijks betreuren. Men acht bet in stand houden van dit uurwerk, bet eenige in dit gedeelte der stad, zeer nuttig en noodig. Dit afbreken en verkoopen ligt dan ook gewis niet in de bedoeling der Begeering; ook niet het wegnemen der grootste klok alleen, die bij het slag werk be ioort en van welker ge ba rsr en-zijn bij genomen informatie niet is gebleken Daar zij bovendien met in haar geloei kan worden weggenomen en tot hare verbreking kostbare machmene in den toren moest worden gebracht, zou de opbrengst van het metaal ten slotte, na aftrek der kosten, met meer dan 3U0Ü zijn. Zoo het immers mogelijk is moet dus de toren in stand worden worden gehouden. Een vernieuwd, onderzoek heeft dat behoud moge lijk doen achten. Zal dit geschieden dan is het, naar het oordeel van deskundigen, noodig dat boven om de kap der kerk twee ijzeren banden gelegd worden, wier prijs op f 3000 wordt geschat, opdat hierdoor de verdere afwijking en uitzetting, die door den druk des torens ontstaan is, verhinderd worde. Voorts zal de kap, die nu dne of viermalen zoo zwaar is, als noodig zou zijn geweest, indien zij het geheele gewicht do» torens niet had moeten dragen, moeten worden her steld en versterkt, waarvoor insgelijks /"3U00 wordt gerekend. De steigeriug voor het aanbrengen der ijzeren banden en het herstellen der kap, mag (bij verschil van raming de middensom genomen zijnde) op f 1200 worden gesteld. Voegt men nu hierbij het verwen van den toren, dat reeds voor 7 jaren noodig werd gekeurd en dat met de besteigering des toren niet minder dan f 500 zijn zal, dan vereischt de onmiddellijke herstelling van den toren met de om zijnentwil zoo buitengewoon zwaar betimmerde kap, eene som vaa bijua 8000; terwijl dan nog eene som van omstreeks [1 1)00 aan het eigenlijke kerkgebouw zal moeten worden te koste gelegd. Voor het voortdurend onderhoud van den toren met den aankleve van dien waarvoor na de overdracht gezorgd moet worden, zal jaarlijks gemiddeld de som van /150 niet te hoog worden geacht en de Admini stratie zoude bij het onvoorwaardelijk overnemen van een onderhoud, waartoe de Stad, blijkens de ous medegedeelde stukken, verplicht is, zich tot eene aanzienlijke altijddurende uitgave verbinden, zonder immer eeuige vergoeding of restitutie daarvoor te kunnen vragen of verwachten. Het zijn deze ernstige bezwaren die de Gemeente- Commissie gebiedend dringen tot het verzoek, dat het der Begeeiiug behage eene wijziging in het gedune voorstel te brengen en dat in navolgenden zin te willen ampliëeren. Daar de kosten van herstel des torens en van de door zijne drukking aangebrachte uitwijking berekend worden op bijna8000, richt de Gemeente-Commissie tot den Gemeenteraad haar ernstig verzoek dat bij aanbieding van den toren met den aankleve van dien, van Stadswege gevoerd worde de som van [2250, waarop het aandeel der Stad in de reparatie berekend werd in 1863, toen de schade op verre na zoo groot niet was als thans na verloop van 7 jaren bevonden isen dat voor het voortdurend onder houd des torens met wat daarin en daaraan is, vppr eenmaal worde toegestaan de som vaa f 3000, welker renten overeenkomen met de soai, waaruit vervolgens in het onderhoud behoorlijk door de Administratie kon worden voorzien. Zij hoopt dat dit voorstel door den Gemeenteraad zal mogen wurden goedgekeurd; te meer omdat in dat geval het herstel der scheuren, die in al de acht zijmuren van het kerkgebouw bestaan, ofschoon ontstaan zijnde door de drukking van den toren en van de om des torens wil overzware kap, voor rekening van de kerkelijke administratie blijven en met al de overige gebreken door haar dan zouden worden hersteld. Terwijl de Gemeente-Commissie met eerbiedig ver trouwen Uw antwoord tegemoet ziet, mag zij niet verzwijgen, dat, na het onderzoek in de laatste we ken ingesteld, haar is medegedeeld, dat reparatie des torens geen langer uitslel gedoogtaangezien er werking is en verandering heeft plaats gehad, die bij verzuim tot onheil zou kunnen leiden, üe tijd waarin men op die hoogte het best kan werken is op handen en moet volgens deskundigen ook thans worden ge bruikt. Het is ook daarom, dat wij U dringend ver- zoekeu weldra met eene gunstige besohikking te mo gen worden vereerd. De Gemeente-Commissie voornoemd, A. BUTGEB8, Voorzitter. M. 8. BEIJST, Secretaris. Het behaagde U in onze handen, ten fine van be richt en raad, te stellen den brief der Gemeente- Commissie van het Nederduitsch Hervormd Kerkge nootschap alhier, dd. 23 Maart dezes jaars, in ant woord op onze missive van den 4den Februari be vorens, bij welke wij haar mededeeling deden van het raadsbesluit van den 19 Januari 1871, betreffende de herstelling van den toren der Marekerk. De Gemeente-Commissie, na bij deze missive te hebben te kennen gegeven, hoe de kosten van her stelling sedert 1863 zijn vermeerderd, gaat vervolgens over tot het voorstellen van eene wijziging in het door U bij gezegd raadsbesluit gedaan aanbod. Zij beweert, na uiteenzetting van hare min guns tige financieele omstandigheden, dat het behoud van den toren wenschelijk en nuttig mag worden geacht en grondt daarop haar voorstel om het aanbod van den Baad tot afstand van den eigendom van den toren der Marekerk zoodanig te wijzigen dat daaraan verbonden wordt eene uitkeéring 1°. van f 2250.als bijdrage in de kosten van dadelijke herstelling, ea 2°. van f 3000.of het twintigvoudig bedrag van de kosten van jaarlijksch onderhoud. Wij achten het doelloos na dit voorstel tot wijzi ging in eenige beschouwingen te treden, ten aauzien van de vraag of de burgelijke gemeente verplicht is dsn toren te behouden en onbevoegd dien af te breken? Er kan alleen sprake zijn of zij nog behoefte heeft aan den toren en aan de klok. Nu het aanbod, krachteus raadsbesluit van den 19 Januari dezes jaars, door de Gemeente Commissie wordt aanvaard, met den last om den toren te be houden, te herstellen en in behoorlijk onderhoud over te nemen, tegen de voorgestelde vergoeding, ia er alle aanleiding om zich met dat voorstel te vereeni gen, omdat ook langs dien weg de burgerlijke ge meente zich van den toren ontdoet, en alle onze kerheid ophoudt ten aanzien der verplichting van onderhoud, terwijl de Gemeeute Commissie zich tot zijn behoud verbindt, tegen eene opoffering uit de gemeentekas, die rust op eene niet voor gegronde tegenspraak vatbare berekening en tevens mot de billijkheid strookt. Wij raeenCn op die gronden té mogen aanraden, het voorstel der Gemeeute Commissie aan te nemen, zoodat 1°. aan haar den eigendom van den toren der Mare kerk wordt afgestaan 2®. zij zich belast met de dadelijke herstelling en het behoorlijk jaartijksch onderhoud van den toren, tegen uitkeering van eene som van- [5250.-, onder verplichting om den torea met. het kerkgebouw aU. éen geheel in stand te houden; 3°. die uitkeering geschiedt uit de gerneeatekas. Bij ons is niet buiten overweging gebleven om die uitkeering in verband te breagen met eene ge deeltelijke afdoening vau de schuld, die steeds ten laste der Kerkmeesteren van de Hoofdkerken loopt en waarvan twee schuldbrieven tegen betaling eeuer rente van 2pCt. 'sjaars zijn afgegeven, als: éen groot [AOOO.den 12den Maart 1789 en een groot /120QO.den 9 November 1789,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1871 | | pagina 3