Woensdag
24 Mei.
>1°. 3461
A«. 1871.
PRIJS DEZER COURANT.
fbijs der advertkntien.
JOG
Voor Leiden per 3 maanden
Franco per post
Afzonderlijke Nommers
3.00.
3.85.
0.05.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van
Zen- en Feestdagen, uitgegeven.
Voorioderen reyely 0 15
Grootere letter, naar de plaatsruimte die zij beslaan.
W enschen en wenken.
Er valt nog ontzettend veel voor te bereiden,
elkaar te zetten en in gereedheid te brengen,
irens men met eenigê waarschijnlijkheid
an vermoeden, welke plaats het Hoofdkiesdistrict
Leiden zal innemen onder de richtingen, wier
tertegenwoordigers deel zullen uitmaken van dp
belft der 80 afgevaardigden, die de Tweede Kamer
lier Staten-Generaal uitmaken.
Vooral daarom is het van zoo alles beheer-
<chend belang, dat de keuze van de middelen
ter bereiking van het doel dat men zich voor-
sielt, zoo juist mogelijk zij.
Zal het zaad dat in de aarde wordt geworpen,
rrachidragend zijn, dan is het eerste vereischte
dat de grootst mogelijke zorg worde besteed aan
den tijd die den oogst voorafgaat.
Daarvoor is veel noodig; veel moeite en in-
tpanniog worden daartoe vereischt. Maar niet
hoeveel dankbaarheid en zelfvoldoening ziet men,
bij de bekroning" van moeite en zorgen, terng
op het verledenef
Rira bien qui rira Ie dernier. Laten wij dit
vooral niet vergeten bij de Daderende verkiezing.
Voordat wij van onzen kant het strijdperk
rol moed, vol vuur en hoop betreden, achten wij
het niet ongepast eenige wenschen en wen
ken te verbreiden, die beoordeeld en veroordeeld
kunnen worden, maar waarvan hét naar onze
overtuiging, op practische ondervinding berustende,
vaststaat, dat zij zullen bijdragen tot het vestigen
«ener krachtige openbare meening voor den can
didaat, wiens aanbeveling en ondersteuning men
- Msi i <-,
zich tot taak heeft gesteld.
De kiesvereenigiDg het Algemeen Belang heeft
reeds een begin van uitvoering gegeven aan het
geen wij als eene levensquaestié van ieder ver-
'd.l;. i.i lO'ICiiiLIj'J j'-i i*//
kiezingswerk beschouwen.
Zij heeft aan alle kiezers de gelegenheid ge
schonken door „onderlinge samenwerking en
samenstemming" te geraken tot een candidatiiur,
die onverdeelden bijval zal génieten in bet'dis-
<pr*ct "1". J 1
trict waar zij opgeworpen is.
Zij welke van deze gelegenheid gebruik maak'
ten, en het waren, al verzekert het Dagblad
san Zuid-Holland heden het tegendeel, kiezers
uit meest alle districten van ons lioofdkiesdist'rict,
werden het eens, en stemden als uit één mond,
want ieder tegenwoordige moest zijn keus rhon-
deling mededeelen, voor den heer Mr. H. A. Sleen-
gracht, een Candidaat dus die niet door het be
stuur „aan de hand gedaan," niet door een clubje
vooropgezet werd, maar uit den boezem der in
vloedrijke kiezersgroep voortkwam.
Doch wij achten dit volstrekt niet voldoende;
zelfs gaan wij verder dan onze rondborstige
en practische stadgenoot, de heer BlanSjaar.
Wat hij weuschte van ieder individu, wenschen
i
wij van de Algemeene kiesvereeniging voor dit
Hoofdkiesdistrict, het Algemeen Belang."
Ons komt 't dringend noodzakelijk voor, dat deze
kiesvereeniging bewerke, dat er in ieder onder
kiesdistrict een permanent-comité besta, dat zicb
met onvermoeiden ijver aan de verkiezing
overgeve, dat moreele noch materieele middelen,
dit laatste in den meest goeden zin, spare om met
'■i. ,i
lauweren overladen uit den strijd huiswaarts
te keeren. j sti
Bedoelde comité's zouden voorts het hoofdco
mité, te Leiden gevestigd, op de hoogte houden
van alle mogelijke omstandigheden, die zich in
de dagen van voorbereiding en van strijd omdoen.
Geen strooibiljet noch circulaire worde aan de
kiezers gezonden, of onmiddellijke opzending volge
i v jn J-"' ..usunaa al isDie Jlnay f ',T
aan het centraal-comité.
Kortom de sub-comité's houden het comité in
de hoofdplaats van het district op de hoogte van
al hetgeeD slechts in de minste betrekking tot
het verkiezingswerk sta.
Het hoofdcomité van hare zijde, wijze de man'
nen aan, die de noodige maatregelen overwegen
en voor hunne tenuitvoerlegging zorg dragen.
De laatsten voegen zich practische mannen toe,
om daarmede te handelen volgens het doel waar
mede zij aangewezen worden.
Maar bovendien is 't in hooge mate noodza)-
kelijk, wij zouden haast zeggen onvermijdelijk,
dat het aldus gevormde lichaam eenigeo tijd
voor den verkiezingsdag, hetzij eene meeting
uitlokke, waarop de candidaat of de candidaten
in de gelegenheid worden gesteld zich te ver
klaren omtrent de groote politieke beginselen,
hetzij een programma van de betrokken candi
daten voor de kiezers bekome.
Het tegenwoordig stelsel van Burgerplicht te Am
sterdam maakt ons volstrekt niet graag, maar sterk
zijn wij voor een kiezersprogramma. Dit is een abso
luut vereischte, vooral voor personen, van wie men
wel waarborgen bezit dat zij bekwaam, ijverig
en rechtschapen zijD, maar van wie men, althans
in het algemeeji, niets weet uit hun politiek leven
of van wie men geen zedelijken band door honpe
geschriften bezit.
Op deze wijze handelende, wordt een werk ver
richt, Üat uitmuntende gevolgen kan hebben. Het
kan niet uitblijven dat de gewenschte candidatuur
daardoor dieper wortel schiet, dat de kiezers met
oneindig meer kennis van zaken kunnen oordeelen,
en dat dé candidaat die de overwinning behaalt,
reeds daardoor een groote moreele kracht en
prestige met zich naar 's Lands vergaderzaal
voert.
Voegen wij nu nog hierbij, dat ook bij eene
verkiezing oneindig veel goeds en invloed wordt
gesticht met waardige advertentiën en circulaires,
door flinke en respectabele namen onderteekend,
dat 't b. v. één groot gewicht in de schaal zou
leggen als al de aanwezige kiezers op de verga
dering van het Algemeen Belang, er toe zouden
kunnen besluiten om hunne namen onder eene
'krachtige aanbeveling in dagbladen of geschriften
te zetten, dan zijn wij overtnigd, dat als dqze
wenschen en wenken een geopend oor vinden,
de liberalen tegenover hunne tegenpartij de rol
zullen vervullen van Achilles tegenover Hector.
Lelden, 23 Mei.
De algemeene discussie over de begrooting van
Oorlog Op gisteren gehouden, was niet zeer be
moedigend voor den Minister van Oorlog. Ofschoon
de kolonel Engelvaart het debat zelf opende met
éene weerlegging van bezwaren reeds bij de alge
meene beraadslaging over de staatsbegrooting in
haar geheel gevoerd, mocht 't hem niet gelukken
de samenpakking van onweerswolken boven zijn
hóófd te ontgaan. De hoop die hij aan het begin
van zijne redevoering uitsprak, dat hij zou trach
ten zooveel mogelijk den ongunstigen indruk weg
te nemen, omtrent 's Ministers bedoelingen, werd
althans gisteren niet verwezenlijkt. Integendeel,
dé heer Van Eek deed den Minister gevoelen,.dat
hij volstrekt niet, sedert 's Ministers antwoord bij
de algemeene beschouwingen, van gedachte .ver
anderd was omtrent de quaestie van de huwelijken
der officieren van het leger. Het tijdstip mocht
niet langer verschoven worden om de disharmonie,,
welke dienaangaande bestond, te doen ophouden
Het was de plicht der Regeering zoo spoedig
mogelijk éen wetsvoordracht in te dienen. En
deed zij het Diet, dan zou spr. in ieder, geval
's Ministers plannen wenschen te vernemed.
Dezelfde spr. kwam daarna op tegen de- ver
plichte begeleiding door officieren van den kerk
gang der militairen. Hij wees o. a. op het feit
dezer dagen in de dagbladen vermeld, waarom
trent een verzoékscbrift aan de Kamer zou worden
.uobwii j iiujjjr.nl i bi
ingediend. Hij zou afwachten, of dat adres inkwam,
alvorens een oordeel uit te spreken.
Hierop moest de Minister eene strenge berisl
ping vernemen uit den mond van den heerLen-
ting wegens eene aanschrijving van het departe
ment van oorlog omtrent de jonge officieren die
hunne uitgaven niet naar behooren willen of
weten te regelen, wegens 's Ministers circulaire
over de burgerkleediug der officieren, zoomede
ten slotte over de begeleiding der manschappen
door officieren naar de kerk, waartoe men niet
behoort, in verband met eene mededeeling van
goederhand vernomen, dat een officier zou ver
boden zijn verder voort te gaan met het schrijven
pver dat punt eu dat verbod zou gepaard zijn
gegaan met bedreiging van straf. Een feit, dat
mocht blijken waar te zijn, strijden zou tegen
het recht van iederen burger.
De heer.Sypesteijn bleek ook zeer weinig voor
's Ministers beleid gestemd te zijn. Hij bestreed
zeer nadrukkelijk 's Ministers plan om de vesting-,
militie-, eu scbutterijwet aan de leger-organisatie
te doen voorafgaan. Deze organisatie was urgent
en beheerschte alle andere zaken, zoowel wat de
aanvoering, de indeeling, de intendance en de
administratie betrof. Men kan het hierover eens
of oneens zijn. De blik der specialiteiten beslisse
dit; maar wij komen ten sterkste op tegen het
denkbeeld, dat hij deu Minister aangaf, om zoo
spoedig mogelijk de leger-organisatie bij Koninklijk
besluit vast te stellen;.,eene aspiratie die alweder
eene getuigenis is van den weinigen eerbied, die
de conservatieven voor de rechten van het volk,
zooals die het in den constitptioneelen Staat zijn
gewaarborgd, bezitten.
Daarna stand spr. bij een aantal speciale pun
ten stil, uit welker overweging hij tot de slotsom
kwam, dat de begrooting voor oorlog te laag was
en hij om te beginnen den Minister van Oorlog
in overweging gaf, de drie ton bestemd voor
het kampeeren van troepen, weder op de begroo
ting terug te tjrengen.
Ook de heer Bredius kon het met den minister
minder goed vinden, maar om bezwaren van
geheel anderen aard, als van den vorigen spreker.
Z. i. was de begrootiog veel te hoog. Onze
financieele krachtep waren daarbij niet op 't
oog gehouden, Het zwaartepunt onzer defensie
moest zijn; volksweerbaarheid, gesteund door eene
beperkte, maar goed gedisciplineerde troepen
macht. De begrooting moest op ditoogenblik niets
anders zijn dan eene credietwet, om de onont-
beerlijkste kosten te bestrijden, totdat het stelsel
van verdediging definitief zou zijn beslist, zoo
zelfs; dat als er geepe reductie vpn uitgayen plaats
had, of spr. niet beter werd ingelicht, hij tegen
de begrooting zou stemmen.
De heer Nierstrasz was minder gepronceerd.
Wel was zijne goede verwachting omtrent dezen
Minister en omtrent het beleid dezer regeering
op militair terrein eenigszins aan het wankeleD,
maar hij zou den loop der discussie afwachten.
Daarentegen stak hij den Minister een riem
onder 't hart over zijne houding ten aanzien der
quaestien door de heeren Van Eek en Lepting
besproken. Z. e. a. hadden deze afgevaardigden
den bal totaal misgeslagen. Ieder toch, die ziqtr
altijd naar sprekers opvatting en begrip van bur
gerlijke vrijheid, vrijwillig iu den militairen
stand begaf, bracht een groot offer aan 't vader
land, een offer van eigen wil en onafhankelijk
heid, in 't belang der onderwerping aan de
krijgstucht.
Vrijheid, gelijkheid en broederschap kunnen
in de militaire maatschappij veel nadeel doen.
Er iy aldaar wel geen verschil in stand méar
wel in rang en de inferieur moet ondergeschikt
zijn aan den superieur.
W ij zouden wel gaarne het antwoord van den
heer Nierstrasz hooren op de vraag of ^ls de
officieren belasting betalen en evenveel gehoor
zaamheid verschuldigd zijn als ieder ander t^urger
aan de burgerlijke wetten, zij met dezelfde rech
ten in de maatschappij bezitten als hunne tpede-
burgers?
De felste oppositie moest de Minister verdifren
van specialiteiten als de heeren De Rrjo van
Alden\verelt, Stieltjes en in het algemeen ook
van den heer Storm van 's-Gravesande, welke
laatste evenwel niet tot de zelfde conclusie kwam
als de beide eerstgenoemden, die tot dusver alle
redenen meppen te hebben om de begrooting te
verwerpen.
Als de heer De Roo voor het hoofdstuk zou
k«idno 0V138 -Jjosw"LLbaü h
kunnen stemmen, dan was 't alleen onder voor
waarde, dat de Minister de verschillende verhoo-
gingeD (uitgezonderd die voor de patronen) terug
nam en dan een verslag aan de Kamer inzond
éven als in België en dat daarop voorstellen
werden gebaseerd. Dan eerst zou de Kamer
volledig op de hoogte ziju, want wat vier maan
den tijds van den Minister was ontvangeD, gaf
niet veel hoop en vertrouwen op de toekomst.
Hij ging voorbij eenige circulaires, die in het
begin der zitting besproken waren, ook die we
gens het maken van schulden door joDge officie
ren. De algemeene opinie had daarover reeds
recht gedaan, maar hij wenschte slechts, dat de
Minister krachtig de Pruisische denkbeelden zon
bestrijden, die even strijdig waren met den geest
dezer eeuw als met den geest der bevolking en
van de Kamer. Hij bekeurde alleen, dat de Mi
nister, die zulke groote zakeD voor zich had, zich
met zulke details of beuzelingen bezig hield.
Hij toonde een en ander in bijzonderheden
aan, en besloot zijne redevoering ongeveer aldus:
Wij staau ten opzichte van het defensiewezen
op een keerpunt. Vele jaren zijn milioenen toe
gestaan, zonder dat wij verkregen hebben wat
gehoopt en verwacht werd. Ieder is overtuigd,
dat er doortastende maatregelen noodig zijn. De
eisch van het oogenblik is hervorming, en het
gouvernement antwoordt daarop eenvoudig met
verhooging. Hij zal afwachten met het behalen
van zijne stem tot na den Minister gehoord te
hebben en te hebben vernomen wat deze tot
verantwoording van zijne houding mocht inbren
gen. Maar als hij tegen de begrooting mocht
stemmen, dan gelieve de Minister van Oorlog
wel te bedenken, dat ook op de Kamerleden eene
groote verantwoordelijkheid rust eja vooral op
hen die door carriere eu studie kunnen geacht
worden beter op de hoogte der zaken te zijn dan
anderen.
De heer Stieltjes zeide na het uiteenzetten van
zijne grieven en het formuleeren van zijne
wenschen tot de liberalen, dat zij zich op
betzelfde standpunt bevonden als in 1862, toen
het Ministerie Thorbecke werd gesteund, ofschoon
de Minister van Oorlog niet deed wat tot verbe
tering der defensie werd gevorderd. Spr. waar
schuwde tegen vervallen iu dezelfde fout.
De heer Storm van 's-Gravensande zette uit
een, dat hij ronduit het gevoelen deelde
van hen, die niet tevreden waren over de
houding van den Minister; maar dat hij
niet zoo ver zou gaan om tegen dit budjet te
stemmen; ditaebtte hij niet billijk tegenover den
pas opgetreden Minister van Oorlog.
De beraadslagingen werden voortgezet.
De Faculteit van Wijsbegeerte en Letteren aan
de Hoogeschool te Leiden heeft bepaald, dat het
Ad missie-examen zal plaats hebben Vrijdag en
Zaterdag, den 23sten en 24sten Juni. Men melde
zich aan bij den pedel K. Haremaker, vour 14
Juni.
Sedert de vorige opgave zijn alhier door pok
ken aangetast 10 personen, als hersteld opgegeven
8, overleden 4, zoodat in behandeling blijven 148.
In den omtrek van den spoorwegbrug buiten
de voormalige Marepoort, in een sloot bij den
tuin van den heer Hartevelt, is het lijk van een
man opgevfspht dpor de gebroeders W. en A.
Wallaerd, genoemd Keizer. De drenkeling werd
in een schuitje door twee veldwachters naar
Leiderdorp gevoerd.
Men verneemt, dat de opening der Réunie van
de afgevaardigden der Waalsche kerken in Ne
derland, die den 8sten Jnni a. s. alhier zoude
plaats hebben, éene week is uiigesteld, ten einde
de Jeden in de gelegenheid te stellen op den
13den Juni a.s., aan de vérkiezing van leden
voor de Tweede Kamer der Staten-Generaal te
kunnen deelnemen.
De secretaris der Nederlandsche Juristen-Ver-
eeniging Mr. G. A. Van Hamel te Heerenveen,
noodigt alle rechtsgeleerden, die nog vóór de ver
gadering van Augustus a. s. (die te Amsterdam
gehouden zal worden) leden der vereeniging wen-
schen te worden, uit, zich daartoe bij hem aan te
melden, zoo mogelijk voor 1 Juni a. s.
Uit het rapport der Commissie van de Tweede
Kamer, omtrent het verslag nopens den toestand