«V «oede uitwerking, d.at de Turksche trom achter je koren was geplaatst, waardoor de eigenaardige, «edempte toon van een aanrukkend bataljon werd voortgebracht. Zou eene lichte maar voortdurende neiging om te dalen in de stem van mej. Le Lièvre niette veranderen zijn? De stem klinkt zoo ziel vol dat men met spijt de zuivere intonatie mist. leer (schoon klonk de baryton in de wonderlijke passage, waar Max Bruch, alsof hij zelf vervuld „as van de schoonheid zijner compositie, geheel legen de grondbeginselen der nieuwe school, meer- ualen ook met begeleiding van het koor laat herhalenFahrl wohl denn, Weib und Kind daheim I De schoone stem van den baryton nam hier geheej een dramatische vlucht. Zeer bijzonderen indruk maakt ook het slot van het stuk, door ntej. Le Lièvre zeer schoon ingezet: Nun hat unt erettet die alle Treu'I enz. Den directeur en alle medewerkers, solisten, koor en orchest, zij een hartelijk woord van dank loegebracht I KOLONIËN. SURINAME. Paramaribo, 4 April. De ge neesheer N. Anslijn, alhier, maakt naar aanlei ding van een algemeen verzoek, door de heeren Mouton en Coinp. te 's-Gravenhage gedaan, in de 5„rin. Cl. bekend dat het resultaat der behande ling van pokken met Sarracenia Purpurea, hem niet bijzonder gunstig was gebleken bij de laatst eheerscht hebbende epidemie van kwaadaardige kken te Curasao. Doch zooveel te meer waarde chtte hij aan vaccinatie en revaccinatieimmers n dezelfde epidemie bleven de militairen en ma- éhaussees, op twee k drie gevallen na, vrij van lie vreeslijke ziekte, terwijl de militairen de raten bezochten alwaar de epidemie het hevigst oedde, en de maréchaussees het toezicht had- en op vervoeren, begraven, isoleren eu desinfec- eren. Ik vermeen (zoo besluit de heer Anslijn) it le moeten bekend maken, opdat de leek, ver- rouwende op een specificum, de vaccinatie niet oge verzuimen. De koloniale stoomer Vice-Admiraal Rijk, die en JOsten Maart met de mailpakketten van hier tar Demerary vertrokken was, verloor voor trbice zijn schroef, maar bereikte, al zeilende, tn 22sten Georgetown. Door de noodzakelijke jaratie, werden de per Engelsche mailboot 'gebrachte, voor Suriname bestemde brieven- 'ketten, den 24sten per schoener Onderneming, spit. Abendanon, van Demerary geëxpedieerd, e passagiers zijn te Georgetown gebleven, om et den Vice-Admiraal Rijk te vertrekken. Uit de balans der Surinaamsche bauk blijkt, at zij den lsten April 1871, bij een specievoor- ad van 347,683, voor eene som van 7630,535 inder aan bankbiljetten in omloop had, dan aartoe zij gerechtigd is; terwijl de specievoor- ad, op zijne beurt, f210,178 meer bedraagt dan 1 dekking der opvraagbare verbindtenissen door e wet gevorderd wordt. Een besluit des Gouverneurs ziet, onder agteekening van 28 Maart, het licht, waarbij e Commissaris van Politie te Paramaribo wordt aagewezen als de ambtenaar in wiens handen esteld worden de schepen of goederen, die in te of op de buitengronden gered, geborgen of evischt worden zonder dat de schipper, andere "velhebber, eigenaar der lading of geconsigneerd e aarbij aanwezig of bij de bergers bekend zijn. Curasao 1 April. Alhier is aangekomen de 2de ueuant des artillerie J. G. O. de Veer, overge- laatst van het garnizoen te Suriname bij dil hiér. j Eene weldadigheids-loterij wordt hier geor- iseerd ten behoeve van het Oude Mannen- en Nuwenhuis op Cura9ao. Men stelt zich daarvan «I goeds voor; het geld dan ook eene instelling ier doel het is het lot van oude lieden op dit 'land te verbeteren, onverschillig voor welk al- r zij nederkuielen." B ÜITENLAND. Frankrijk. Niettegenstaande de ongehoorde verwarde toe- 'nden in Frankrijk valt er uit dat land op het kenblik zeer weinig nieuws mede te deelen. P het krijgstooneel is nog niets beslissends voor- w'gevallen. De troepen van het gouvernement ebben alleen het park, het kasteel en het kerk- van Issy bemachtigd, ten gevolge waarvan eu verwacht, dat de val van het fort zelf ook «edig zal volgen. Het leger der Commune is 11 verdeeld in en buiten de stad, in dier voege alleen de sedentaire garde binnen de muren is tergebleven. Het bevel over de strijdende natio- garden is behalve aan Dombrowski, nu ook op dagen aan den generaal Wroblesky, tot nu een onbekende militaire grootheid. Naar den ui te oordeelen schijnt de commune een voor de te hebben oiii de verdediging barer belan- aan vreemdelingen en vooral aan Polen op d'agen. Ten gevolge van beschuldigingen, van wreed- 'd in de bladen der Commune tegen de aan- "e'ders van het gouvernements-leger voorko rtte, heeft een lid der nationale vergadering, eei^ officier der marine, een protest doen indienen, dat echter door den minister van oorlog gecou peerd is, omdat zulk eene rechtvaardiging voor alsnog onuoodig was en er na herstel der orde een raad zou benoemd worden om alle quaestien van deloyauteit te onderzoeken. De nationale vergadering heeft verder een wets ontwerp van den heer Dufaure goedgekeurd, waar bij de goederen, waarop door de Commune beslag is gelegd, voor onvervreemdbaar worden verklaard, zoodat de eigenaars ze steeds zullen kunnen terug vorderen. Deze billijkheidsmaatregelen zijn voor zeker alleszins goed te keuren, maar het ware te wenschen, dat de kansen om ze ijiderdaad ter vervulling te kunnen brengeu wat spoediger eene gunstige wending voor het gouvernement namen. De vergadering zal waarschijnlijk voor. eenige dagen uiteengaan, daar verschillende leden zich naar hunne departementen willen begeven, om invloed uit te oefenen op de gemeentelijke ver kiezingen. De voornaamste oorzaak, die de vredesonder handelingen te Brussel zoo langzaam doet vor deren, is eene quaestie over teruggave van Duit- sche handelsschepen, die door Fransche kruisers zijn genomen. De Pruisische bladen, de Kölniiche Zeitung eu de Kreuz-Zeitung, beweren, dat de quaestie uit het oogpunt van het zeerecht zeer gemakkelijk is op te lossen, nl. door eenvoudige teruggave der genofnene schepen, dat de Fransche regeèring hiertoe ook wel zou genegen zijn, maar dat haar goede wil afstuit op den wil van den minister van marine, die de manschappen van de Fransche kruisers hun aandeel in den op brengst der vermeesterde bodems niet wil ont nemen. Wij weten niet in hoeverre de Duitsche schepen aan vreemde compagnieschappen toebe hoorden, welk soort van lading zij aan boord hadden enz. Maar zeker is het, dat de1 bewering der Pruisische bladen, als zou de quaestie zoo een voudig te beslissen zijn, ons gewaagd en eenzijdig toeschijnen bij de groote onzekerheid die er op het gebied van het zeerechtnog steeds bestaat,en waarin dan ook volgens de meest bevoegde autoriteiten noodzakelijk in moet voorzien worden. Genoemde bladen verzekeren intusschen, dat het Duitsche gouvernement niet van plan is in deze zaak het minste toe te geven. Deze glorieuse verzekering komt ons voor, met het oog op Elzas, Lotharingen, milliarden, requisitien, kortom op de geheele in halige handelwijze der Duitschers, hun gouver nement eer tot schande dan tot eer te verstrekken. Grx-ieltenlancl. Zooals men weet liepen eenigen tijd geleden geruchten, dat de goede verstandhouding tusschen de Porte en Griekenland gevaar liep ten gevolge van de overbrenging naar Athene van het stoffe lijk overschot aan den Patriarch, Gregorius V, wiens lichaam tot nog toe in Odessa een veilige rust plaats had gevonden. Men vreesde over manifes tation van de in Contantinopel aanwezige Grieken bij de doorvaart van het schip, dat het lijk naar Athene zou overbrengen. Men vreesde vooral te groote opwekking van het nationaliteits-gevoel te Athene wanneer het overschot van het slacht offer voor de grieksche zaak, de hoofdstad werd binnengevoerd. Men vreesde ten gevolge hiervan, dat de Porte de overbrenging van het lijk zou verhinderenkortom men was bang voor een vredebreuk tusschen twee staten alleen omdat een weinig asche aan den gi'Qnd van een dier staten toevertrouwd zou worden! Doch gelukkig heeft de uitkomst bewezen, dat men, zich hier toch nog een al te slecht idéé vormde van de lichtzinnigheid waarmede vorsten, gouvernemen ten en volken de weldaden des vredes opofferen aan persoonlijke inzichten en onbeduidende voor- oordeelen. Wel is er quaestie geweest tusschen Ali Pacha en koning George, aan welke stad de eer zou toegekend worden om den tot stof ver- ganen geestelijke voor het vervolg eene rustplaats te verleenen, maar dit getuigde juist voor eene vriendschappelijke gezindheid der Porte, daar zij aan hare hoofdstad Constantinopel deze eer wilde vergunnen. En de Turken én de Grieken van 1371 hebben begrepen, dat zij niet meer de overiieerschers en de opstandelingen van 1821 zijn. Het schip, dat met de zending naar Odessa belast was, waartoe met opzet geen oorlogs maar eeh handelsvaartuig was gekozen, heeft zonder eenige manifestatie Constantinopel en den Bodphorus gepasseerd en zal ook zijn tocht zonder eetiigé verhindering ten einde brengen. Te Athene zijn voor alle zekerheid maatregelen genomen om- eene eventueele uiting van het volksgevoel te. voorkomen, en wij mogen dus gerust aanne men,. dat de sedert 50 jaren gestorven Patriarch geene aanleiding aan zijn nageslacht zal geven om elkander te mishandelen en der vernietiging prijs te geven. Niemand zal intusschen beweren, dat er voor de begrafenis van dezen vijfden Gregorius niet genoeg zorg is gedragen, daar het nu de derde keer is dat hem eene rustplaats wordt ingeruimd. De wijze waarop men de beide eerste keeren de laatste eer aan hem bewezen heeft, is merkwaardiger dan deze laatste ter aarde bestelling eu wij nemen derhalve hier de volgende i beschrijving over, die eeu Oostersche correspondent van de Indépendance daarvan geeft: //Gregorius V was op den patriarchalen zetel te Coi. tantinopel gevestigd in het jaar 1821, dat is i n tijd" \an den Griekschen opstand. Hij werd door de Turken verdacht, in verstandhouding te staan met de hoofden van de insurrectie, en dien ten gevolge van zijn patriarchaat beroofd en in het openbaar opgehangen. Zijn lichaam werd eerst aan allerlei beleedigingen van de bevolking blootgesteld en vervolgens, met gewich ten beladen om het onder water te houden, in de Corne d'Or geworpen In dien tijd van bloedige wraaknemingen, waarin dagelijks hon derden het slachtoffer werden van eene opper vlakkige rechtspraak, Was dit de gewone manier van handelen der Turken. De bisschoppen van Ephezus, van Cijzïcus eh vele anderen werden óf opgehangen óf onthoofd en vervolgens met een steen aan den hals onder de wateren van den Bosphorus bedolven. Eenige dagen na de exécutie van den patriarch Gregorius, hoorde men 's nachts aan boord van een schip uit Céphalonia, dat in de Corne d'Or voor anker lag, een voorwerp op de maat van den golfslag tegen de kiel van lret schip slaan. De kapitein, in de meen ing daVer een of ónder gedeelte van de tuigaadje was losgeraakt en hem averil zou kunnen bezorgen, gaf bevel aan zijne manschappen om het voorwerp te gaan wégne- men. Een boot werd neergelaten; blaar hoe groot was dé verwondering der bemanning, toén zij in plaats van een'Stuk hotft of balk hétTijk v'd'n een iiiensch opvischten. De duisternis van den nacht verhinderde om het in bijzonderheden op te nemen, maar, toen het eenmaal aan boord was geheschen, kon men gemakkelijk aan de snede-van deh baard aan.de lengte van het haar en eenige van de kleeding overgebleven flarden het lijk herkennen van een lid der orthodoxe geestelijkheid. Het was nog in zooverre geconserveerd, dat men de identiteit kon constateeren; bij het aan breken van deu dag zond derhalve de kapitein om een Griek schen priester, (jieop het eerste gezicht het lichaam als dat van den patriarch Gregorius herkende.Helgei- heim werd zorgvuldig bewaard, daar het gevaarlijk was om de zaak ruchtbaar te maken, en het schip, dat onderzeil was naar Odessa, lichtte onmidde- J, lijk het anker, het kostbare overschot in een vat met wijn-geest medévoerende. In de chronieken van dien tijd leest men nu, dat de Grieksche uitgewekenen te Odessa op nieuw de identiteit van het lichaam bevestigden op uitnoodiging van den gouverneur, graaf Lan- gerón, die bericht van het geval naar St.-Peters- burg zond. Keizer Alexander I beval, dat men aan het overschot van den patriarch Gregorius dezelfde eer zoude bewijzen als waarop dat van het opperhoofd der heilige Russische synode recht zou hebben. De plechtigheid, die den 19 Juni begon, duurde dus drie dagen, gedurende welke helt lichaam de eerbewijziugen der getrouwen ontving in,de kathedraal van Samporium. De beroemde Economos, oud leeraar in de groote kerk' te Constantinopel eu vroeger per soonlijk met den patriarch bevriend, hield de lijk-rede. Den vierden dag yverd het lichaam overgebracht naar de kerk van Siut-Nicolaas, aan de Grieksche kolonie te Odessa toebehoorende en begraven voor Let gropte sanctuarium. Enigen tijd geleden nu l)e,bbeu de betrekkingen van patriarch Gregorius, die zich in Morea be vinden, bij den, Hqlleenschen souverein de ge dachte opgewekt, om,, het stoffelijk overschot terug te vragen, en koning George zelf beelt regelrecht het verzoek naar St.-Petersburg ver zonden. De keizer van Rusland heeft met wel willendheid hieraan gevolg gegeven en reeds is een handels-stoomboot naar Odessa gevaren met de vrome zending om het gebeente van het oude opperhoofd der Oostersche kerk naar Athene over te brengen." De correspondent van de Indépendance verzekert, dat hij de geheele zaak van vertrouwde personen, die van de gebeurtenissen gedurende den Griek- sohen opstand óÓggetuigén waren, vernomen heeft. Wij willen nu de Grieksche geloovigen het genoegen niet misgunnen, zich voor te stellen dat hun tot stof vergapen Patriarch in hun midden is teruggekeerd. Maar .wij voor ons voeden eenigen twijfel omtrent de zaak van wege de passage waarin verteld wordt dat het lijk tegen de kiel van hel schip aanschominelde. Om dit met zooveel kracht te' doen, dat debeïnanuiug zich verbeeldde dat er een houten voor'Werp was losgeraakt dien den noodzakelijk de stéenen nog aan het lijk bevestigd te zijn. Zoolang nu de natuurwetten volgens welke een steen, doordat zijn specifiek gewicht veel grooter is dan dat vau water, op den bodem blijft "liggen, nog niét zijn wedérlegd, bèhouden wij dé treurige overtuiging, dat het lijk van Patriarch Gregorius V, ten gevolge der bar- baarsche handeling zijner beulen, aan de visschen in de Corne d'Or tot spijs verstrekt heeft. TECÉGttAfllMEN. Parijs, 29 April. Generaal Cluseret meldt in eene dépêche van gisteren„Ik ben zoo even uit de forten Issy en Vanvres teruggekomen. Zij wor De Corne d'Or is een prachtige golf, die Constantinopel be spoelt en de schepen tot een ruime haven verstrekt. den heldhaftig verdedigd en liggen letterlijk mét projectielen overdekt. Bij mijn oponthoud te Vanvres heb ik een hevig gevecht bijgewoond, waarvan het geweervuur van beide zijden drie kwartier heeft geduurd." In de zitting der Commune is behandeld het voorstel van Courbet, dat aan de buitenlandsche mogendheden een manifest zou worden gezonden, om te eischen dat de Commune als oorlogvoerende partij wordt erkend. De heer Paschal Grousset heelt hieiup beautwoord, dat de delegatie voor Buitenlandsche Zaken het aanstootelijk acht, Europa in de zaak van den burgeroorlog als rechter te stellen en te verzoeken om een verdict, waardoor alleu Franschen konden wordeu getrof fen. De Commune moet tot eiken prijs eene bui tenlandsche interventie vermijden. Het zou trou wens eene dwaasheid zijn, de rechten eener oorlogvoerende partij te eischen voor de Commune, die deze rechten reeds feitelijk bezit. Niemand kan haar of hare verdedigers eene enkele han deling ten laste leggen, die met het oorlogsgebruik in strijd is. De Commune zal den strijd op loyale wijze voortzetten. Zij zal daartoe geene verkeerde middelen bezigen en niet zoo maar kortweg de gevangenen doen fusilleeren. Met deze verklaring van den heer Paschal Grousset heeft de Commune zich vereenigd. Des avonds). Bij afwisseling duurde heden het kanonvuur voort. Te Asnières en Neuilly wordt steeds gevochten zonder merkbaar resul taat. Naar de Moniteur meedeelt, heeft een korps van 12000 Gouvernements-troepen de positie van Asnières omsingeld en Gennevilliers bezet tot aan het eiland Saint Quen. Ongunstige geruch ten voor de opstandelingen zijn onder de natio nale garden in omloop; men schijnt een nade renden strijd op de wallen tegemoet te zien. Er worden toebereidselen gemaakt tot 't optruimen der zuidelijke forten. Om een tweede lijn van defendé te vormen wordt geschut geplaatst aan de poorten van Orleans en Vaugirard. In de wij ken Montrouge, Plaisance en Vaugirard verwacht men een bombardement, de inwoners beginnen naar elders te verhuizen. Ook de inwoners van Mobtmartre hebben van de militaire autoriteiten aanschrijving ontvangen om te verhuizen. Versailles, 30 April De heer Dufaure heeft bij de Nationale Vergadering een wets-voorstéi inge diend, waarin alle in beslag genomen eigendom men worden verklaard onvervreemdbaar te zijn, zoodat zij ten allen tijde door de eigenaars kun nen worden opgeëischt. Wijders wordt daarbij voorgesteld, te bepalen dat alle personen, deel nemende aan de inbeslagneming of vernietiging van oflicieele stukken, in de termen der strafwet vallen. Deze voorstellen zijn urgent verklaard. Van de zijde der vrijmetselaars te Parijs heeft de aangekondigde demonstratie plaats gehad. Zij hebben zich in optocht, met witte vaandels en loof versierd, langs de Champs Elysées naar de Porte Maillot begeveri. Bij hunne aankomst aldaar werd het vuren gestaakt, doch werden zij tevens gewaarschuwd niet verder te gaan. Zij konden echter twee gedelegeerden uit hun midden naar Versailles afvaardigen, die aldaar dan ook zou den worden ontvangen. Dien ten gevolge zijrt des avonds twee uit hun midden te Versailles aan. gekomen. Het bericht dat er soldaten van de linietroepen tot de troepen der Commune waren overgeloopen, wordt tegen gesproken. (8 uren des morgens). Twpe brigades hebben zich in den afgeloopen nacht meester gemaakt van het park, het kasteel en de begraafplaats van Issy. Zij veroverden acht stukken en am munitie, Een honderdtal insurgenten werden gei vangen genomen. De insurgenten verloren veel völk aan dooden en gewonden. Onze troepen had den eenige dooden en een twintigtal gewonden. De begraafplaats van Issy ligt op omstreeks 200 meters van het fort, waarvan de val alsnu onvermijdelijk wordt geacht. Het antwoord van den heer Thiers aan de afgevaardigden van de vrijmetselaars komt hierop neer: dat Frankrijk geèn capitulatie kan sluiten met eenige weinige oproerlingenzij moesten zich derhalve tot de Commune wenden, indien zij den vrede terugwenschen, dien deze verstoord heeft. Berlijn, 30 April. De Spenersche Zeitung meldt; dat de Fransche Regeering laatstleden Dinsdag de tot 15 dezer verschuldigde kosten tot onderhoud der Duitsche bezettingstroepen heeft- betaald. L/ondcn, 30 April. De Observer zegt, dat de heer Gladstone zich tegen alle verdere wijzigingen van het budget zal verzetten. De Situation zegt, dat de Nationale Vergadering te Versailles niet de ware uitdrukking is van den wil der Fransche natie. Wanneer het defP nitief vredesverdrag geteekend zal zijn, zal er noodzakelijkheid bestaan om de natie omtrent de quaestie van het Napoleontisch Gouvernement te raadplegen eu dan zullen de Bonapartisten hare uitspraak aannemen. _EaxU>, 3CLApril.-In het, fort-Issy zijn de kaze matten vernield, de borstweringen verwoest, 30 van de .60. kanonnen..gedemonteerd. Het garpe zoen bestond uit 300 man met 30 artilleristen. Dezen zijn in verzet gekomen tégen den com mandant Mégy; zij verklaarden, dat zij het niet langer konden houden en vernagelden de helft der kanonnen. Daarna verliet het geheele garni zoen het fort, dat voor het oogonblik onbegefc bleef. Cluseret beeft besloten er verscbe troepen heen le zenden. Dé' „wrekers van Parijs" zijn tegen MouTineaax uitgetrokken. Tusschen de porte Maillot en Asnières bleef het heden kalm. De Pruisen hebben gedreigd op een escadron jagers van Versailles vuur te geven, dat dé gefe- dereerden tot Villeneuve-la-Garenne vervolgde en dé brug over de Seine naar het eiland van St.-Denis wilde overgaan. Mai-litbericlxten. Amsterdam, 1 Mei. Tarwe 10 lager. Stemming N. B. P. 390. Rogge stemming lager. Petersburg 211; ordin. 204; Galatz 213, 215, 217Pruiss, 220

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1871 | | pagina 3