voorgesteld, een amendement, dat hij aan het .'lol der zitting introk. De heer Haentjes wilde j de zitting van den volgenden dag aan het llkel een vijfde paragraaf toegevoegd zien, die au de correctioneele rechtbanken ook de beslis- ;ntr gaf over geschriften, die afbreuk deden aan b discipline van het leger. Dit amendement werd .bestemd en het artikel 2, zooals het door de i.-.mniisBie was vastgesteld in zijn geheel aange- •omen. Het luidt dus als volgtDe correctioneele •ecbtbanken zullen voortgaan kennis te nemen van j 1. Delicten tegen de goede zeden gepleegd, •.oor de openbaarmaking, uitstalling, uitdeeling j het verkoopen van teekeningen, gravures, litho- ^sphiën, schilderstukken en zinnebeeldige voor- nellingen. j 2. Delicten van eerroof tegen paticuliere [irsonen. 5 3. Delicten bestaande in beleedigingen tegen itie het ook zij. 5 4. Zuiver materieele inbreuken op de wetten, jecreten en reglementen op de pers. Art. 5 eindelijk stelt vast, dat door deze wet ille daarmee strijdige bepalingen vervallen en set name het decreet van 17 Februari 1S52 en je wet van 11 Mei 1868. Over dit artikel werd ;een discussie gevoerd; alleen greep de heer Lepere de gelegenheid aan om vóór de stemming per de geheele wet mede te deelen, dat hij en «schillende van zijne partij (linker zijde) er tegen tonden stemmen omdat zij van oordeel waren, Jat er geen afzonderlijke pers-delicten bestaan, maar dat de pers moet beoordeeld worden naar ie algemeene regelen der strafwetgeving. De belangrijkste discussie werd gevoerd over een aditioneel artikel, dat door den heer Laserve werd voorgesteld, doch helaas niet in de wet is afgenomen. Helaas zeggen wij, want die afstem ming toont, dat ook in Frankrijk de liberale ge- voelens ten opzichte der koloniale politiek nog liet veel veld gewonnen hebben. De heer Laserve wilde door geuoemd artikel de toepassing van je nieuwe wet ook tot de koloniën uitbreiden. Door den afgevaardigde Barthe werd tot be strijding hiervan vrij wel hetzelfde stokpaard [«klommen, dat in onze volksvertegenwoordiging zoovele tegenstanders der liberale koloniale poli tiek op zijn rug gedragen heeft. „Wanneer wij aaien handel krachtig willen beschermen" zoo sprak hij „laten wij ons dan niet laten mede tiran door die theoriën, die tot resultaat zouden keten om den invloed van de koloniën te stellen terendien van het moederland. Wanneer wij hun ieielfde drukperswetten toestaan, dan zullen wij Iod weldra ook dezelfde organisatie der gemeen teraden moeten geven. Tienduizend blanken nu ■taan in verscheidene koloniën tegenover hon- ierdduizend negers; in andere is de verhouding lells nog kleiner." Te vergeefs werd er op gewe ien, dat die negers Franschen waren, en dat de Fransche wetgeving overal moet toegepast wor den waar zich Franschen bevinden. Te vergeefs werd aan den minister Dufaure, die het voor stel bestreed, quasi omdat de afgevaardigden van alle koloniën nog niet aanwezig waren, legeugeworpen, dat die afwezigheid de vergade ring niet verhinderde, de belangen der Koloniën le behartigen. Er werd nog eens flink op het aan beeld geslagen van de onvatbaarheid der negers voor de vrijheid om behoorlijk hunne gedachten publiek te mogen maken omdat zij cog slechts sedert 23 jaren Franschen waren geworden en door de afstemming van het amen dement werd eindelijk besloten, de ongelukkige koloniën vooreerst nog over te laten aan het welbe hagen van een gouverneur, benoemd door Na poleon III. Het geheele wetsontwerp werd daarna ia stemming gebracht en aangenomen. Nadat oog de heer Depeijre den minister Picard had geinteipelleerd over de weinige mededeelingen die aan de vergadering over het tooneel van den strijd werden gedaan, welke interpellatie een stortvloed van klachten hierover van andere afgevaardigden in 't leven riep, werd de zitting onder eene vrij ontevredene gemoedsgesteldheid der leden opgeheven. Ter explicatie van de verschillende houdingen, die de leden der rechterzijde tegenover de regee- ring en de onlusten te Parijs aannemen, geeft eeu correspondent van de Independence de volgende verdeeliug van die partij 1". Een état-major van verstandige, knappe koppen, waartoe o. a. belmoren De Broglie, hupanloup, Buffet, Castellane, Randot, De lleaux, enz. 2". De landelijke armee, die allerlei komieke 'ijpes bevat van den molenaar op zijn zondags tot aan den ingebeelden landjonker, van den goudkleurigen schitterenden heer De Lergéril 'ot den vroomen De Belcastel. 3°. De gelegenheids-bondgenooten, bestaande oil die heeren, die zich indertijd hechtten aan het keizerrijk, omdat zij meenden, dat het op vaste [rondslagen was gevestigd, of hoopten, dat Olli- vier het naar zijn hand zou doen draaien. Een nuttige vereeniging heeft zich in den boezem der nationale vergadering gevormd, die zich ten doel stelt om het werk voor te bereiden tot de behartiging van de handels- en landbouwbelan gen in Frankrijk. Zij noemt zich de Réunion libre-échangiste" een naam, die zou doen denken, dat zij zich vooral zal toeleggen op het wegne men der belemmeringen, die den handel door in- en uitkomende rechten worden in den weg gelegd. Maar dit is toch inderdaad het geval niet, wijt zij begrijpen dat Frankrijk juist in den te- genwoordigen toestand, misschien hooge rechten zal moeten heffen. Maar haar groote doel is om het stelsel van protectie tegen te gaan, een stel sel voor welks bestrijding onze eeuw zich zoo verdienstelijk heeft gemaakt, (adres aan de graan wetten) en om vooral te verhinderen, dat daar voor de belangen der industrie worden bevoor deeld ten koste van den landbouw, wiens bloei op het oogenblik voor Frankrijk zoo hoog noo. dig is. Er werd met het oog op die gezindheid dan ook beraadslaagd of het niet wenschelijk ware, den naam van „Réunion de libre échange" te veranderen in dien van „Réunion anti-protec- tioniste" en het is waarschijnlijk, dat na toetre ding van meerdere leden tot de vereeniging de laatste benaming zal aangenomen worden. Op het oogenblik telt zij 28 leden, waaronder de bekendste zijn: Generaal d'Aurelles de Paladine, Daru, Haentjens, Victor Lefranc, Léon Say en anderen. Daar wij ons nu toch bezig houden met de leden der nationale vergadering willen wij nog even vermelden eene verdeeling in twee groepen van de afgevaardigden van Parijs. De éene, waaronder Vacherot, Henri Martin, Littré sluiten zich nagenoeg aan bij het gouvernement en den heer Thiers; de andere ten getale van 9 leden, waaronder Schoelcher, Adam, Peyrat, Tirard en Louis Blanc voeren oppositie tegen het gouvernement in de algemeene richting, waarin de vergadering zich beweegt. Men moet daaruit niet afleiden, dat zij gemeene zaak maken met de commune, maar zij zijn van oordeel, dat de schuld der droevige gebeurtenissen meer te wij ten is aan de vergadering dan aan de ontevre dene Parijzenaars. Over de gebeurtenissen op het tooneel van den strijd zullen wij kort zijn, welke kortheid ons trouwens door de weinige belangrijke berichten meer eene noodzakelijkheid dan wel vrije ver kiezing is. De laatste dépêches uit Versailles zwijgen over de positiën te Neuilly doch vermelden daaren tegen een schitterend gevecht dat ten gevolge zou gehad hebben de bemachtiging van het kas teel Becon, dat de stelling der opstandelingen te Asnières bestrijkt. Die stilzwijgendheid nu over de gevechten te Neuilly in verband met opgewon- dene berichten van Dombrowski over in dat dorp veroverde vaandels, gevechten van man tegen man en insluiting van gouvernements troepen in de dorpskerk (op welker toren een 16jarige knaap onder een regen van kogels de vlag der commune zou hebben geplant) geven ons de treurige over tuiging dat de positiën te Neuilly door de insur- genten grootendeels bemachtigd zijn. Treurig noemen wij die overtuiging, want het verlies voor de gouvernements-troepen van die sterke stelling moet onvermijdelijk aanleiding geven tot ver nieuwde energieke pogingen van hunne zijde en derhalve tot verlenging van den bloedigen strijd. Eene afdeeling der nationale garde in Parijs heeft de onvoorzichtigheid gehad om zijne weder rechtelijke aanvallen uit te strekken tot de ge bouwen der Belgische legatie. De commune echter die het gewicht van deze fout inziet heeft dade lijk eene commissie benoemt om naar deze zaak eene enquête in te stellen. Volgens een ander be sluit der commune worden de werkplaatsen, die door hunne eigenaars verlaten zijn verder door coüpérative vereenigingen geëxploiteerd. Voor zeker zou dit tot voorziening in het algemeene gebrek aan arbeid een verstandige maatregel zijn, indien de commune tevens in staat was de grond- materialen aan te wijzen, waarmeê de werk zaamheden moeten worden aangevangen en te zorgen voor een behoorlijke gelegenheid om de voortbrengselen buiten Parijs aan den man te brengen. Zvritiaerland. De Augsb. Allg. Zeit. behelst het volgende artikel uit Bern: ,De strijd, dien het dogma der Pauselijke on feilbaarheid in het leven heeft geroepen, is nu ook in Zwitserland in vollen gang. Eene onlangs te Luzern gehoudene liberale vergadering heeft de volgende besluiten genomen: Tegen het leerstuk der onfeilbaarheid protest aan te teekenende regeering dank te zeggen voor de houding, die zij aangenomen heeft tegenover de excommuni catie van den pastoor Egli (de regeering hand haafde dezen geestelijke in de waarneming van den dienst in de gevangenissen); iederen katho lieken priester die op dezelfde wijze vervolgd wordt te ondersteunen; op verbanning van de grondstellingen van den Syllabus en van de Jezuïten uit de scholen aan te dringenen eindelijk om een verzoek aan de commissie tot herziening der Bondsconstitutie te richten: dat in het nieuwe ontwerp bepalingen mogen worden opgenomen die strekken om het overwicht der Roomsche kerk, vooral der Jezuiten, in Zwitserland voor alle toekomstige tijden onmogelijk te maken. Hier tegenover heeft zich gesteld eene vergadering van afgevaardigden der conservatieve partij, die, onge veer 300 man sterk, den staf brak over de door de regeering in kerkelijke, politieke en materieele aangelegenheden gehuldigde politiek, als zijude deze in strijd met den wil van de voor de meer derheid conservatieve bevolking van Luzern; zij besloot dien ten gevolge tot de bestrijding naar hare beste krachten van eene verandering der Bondsconstitutie in den zin der liberalen. Dat men in Zwitserland weder met over elkaar gevouwen armen op den in Luzern begonnen strijd zal toekijken, is niet te verwachteneven als daar staan ook in de overige kantons de liberale beginselen en achteruitgangs-begrip- pen op godsdienstig gebied scherp tegen elkaar over, weldra zal tusschen hen eene worsteling beginnen, waarvan de uitslag voor Zwitserland wellicht nog van grooter beteekenis zal zijn, dan de strijd in 1848. TELEGRAMMEN. ChrUttanla, 17 April, ('s avonds) De Storthing heeft heden, na eene driedaagsche discussie, het nieuwe unie-voorstel met 92 tegen 17 stemmen ver worpen. Versailles, 17 April. De minister Picard heeft in de Nationale Vergadering de tijding bevestigd, dat de regeeringstroepen Chateau Becon hebben ingenomen. Volgens particuliere berichten, heeft kolonel Davoust zich bij die gelegenheid bijzon der onderscheiden en was het verlies der troepen zeer gering. De batterijen, welke reeds in Becon zijn opgericht zullen die der insurgenten te As nières en Clichy aantasten. De bewering van het Parijsche Journal Officiel, dat de nationale garden te Neuilly een vaandel der Vendeërs en pauselijke zouaven gevangen gemaakt hebben, is geheel van grond ontbloot. In het tegen Parijs opereerende leger bevindt zich geen enkel Vendeesch vaandel en geen enkel pauselijk zouaaf. In het gevecht bij Becon zijn door de regeeringstroepen 50 man gevangen genomen. In de omgeving van Parijs zijn nog andere opstandelingen gevangen geno men en naar Versailles overgebracht. Een gepant serde spoorwagen der opstandelingen is bij Co- lombes vermeesterd. Het gerucht, volgens hetwelk de Duitschers gedreigd zouden tusschenbeide te treden, is on- grond. Londen, 17 April. Het Lagerhuis heeft het bud get van oorlog aangenomen. Napels, 17 April. De internationale maritieme tentoonstelling is heden in tegenwoordigheid van de Prinsen van Piëmont geopend. Het Italiaansche eskader en de Spaansche Engelsche en Oosten- rijksche schepen waren met vlaggen getooidhet korps artillerie loste saluutschoten. De Prinsen bezochten de tentoonstelling en moedigden de in zenders aan. Zij verlieten het gebouw te 3 uren en werden door de menigte toegejuicht. Par(|s, 18 April, ('s ochtends 8 uren.) Een rap port van den generaal Cluseret van den 17den luidt: „De nacht is rustig geweest, behalve te Neuilly, waar Dombrowsky voortgaat met terrein te winnen. De bres in de werken van het fort op den MontrValérien is reeds zeer belangrijk." Een rapport van den generalen staf meldt, dat alles goed gaat, dat de artillerie de vijandelijke batterijen gedemonteerd heeft, en dat de herhaal delijk tegen de troepen der Commune gerichte aanvallen krachtig zijn afgeslagen; voorts, dat er geene gesneuvelden zijn, slechts éen gekwetste, en dat de geest der troepen uitmuntend is. Le Mot d'Ordre verzekert, dat er officieuse onder handelingen zijn aangeknoopt om tot eene schik king te geraken. Het Journal Officiel weerspreekt het bericht, vol gens 't welk aan Lullier het bevel over de flottille op de Seine zou zijn opgedragen. Men meent te weten, dat de maarschalk Mac- Mahon zijn hoofdkwartier te Fontinay-aux-Roses heeft gevestigd. Jlanchen, 18 April. De Südd. Presse meldt, dat de aartsbisschop van Muncheu gisteren Döllinger geëxcommuniceerd heeft. Par(js, 18 April. Uit berichten over het ge vecht van Asnières blijkt, dat gisteren een hevige aanval de gefedereerden dwong hunne positiën te ontruimen, die echter niet door de troepen van Versailles bezet zijn, daar deze zich verge noegden met een bombardement. In den namiddag bezetten de gefedereerden weder den rechteroever der Seine en wierpen eene batterij op, die het vuur der mitrailleusen van het kasteel Befon tot zwijgen bracht. De redoute van Gennevilliers beschiet Asnières. De troepen van Versailles rukken voorwaarts i en naderen de Seine, onder een onophoudelijk J geweervuur, dat echter ten nadeele der gefede- reerden uitvalt, die zich met groote moeite staande I houden. I Versailles, 18 April. De troepen geposteerd in het bosch van Colombes, hebben de insurgenten uit Colombes verjaagd, waarbij deze groote ver- liezen hebben geleden aan dooden, gekwetsten i en gevangenen. Men vermoedt, dat Asnières, nu van twee zijden bedreigd, door de insurgenten spoedig zal worden verlaten. Het gerucht dat het gouvernement het verkeer per spoorweg tusschen Parijs en de departemen ten heeft gestremd, is onjuist; evenzeer als het gerucht, dat de toevoer van levensmiddelen naar Parijs is verhinderd. Er wordt uit het binnenland niets aangevoerd, uithoofde de kooplieden vree zen voor requisitiën. Parjjs, 19 April. De troepen van Versailles, hebben hun aanval niet voortgezet; zij kampee ren op de veroverde positiën. Het eiland Grande- Jatte scheidt de beide partijen. De brug van Courbevoie, die altijd nog in de macht van het leger van Versailles blijft, is het doel van den aanval van Dombrowski. Deze in aan den hals gewond. Van de forten is niets nieuws. De gefedereerden hebben zware verliezen ge leden. De Bien Public zegt, dat de bataljons van St. Antoine, Belleville en Montrouge erg ontmoedigd beginnen te worden. De Commune meldt, dat er 4400 bommen, 90,000 kilo kruit en een aantal kardoezen ontdekt zijn. Marktberichten. Amsterdam, 19 April. Rogge, stemming onver anderd; Petersburg 210, 215; Galatz 217 c. z./k. Levering, stemming iets lager; Mei 207, 206; October 211, 212. Raapolie 6/w. 4844vliegend 48%voorjaar 44», 45%; najaar 43», 43», 43%. Lijnolie 6/w. 34»; vliegend 38, 33»; voorjaar 32%, 33; najaar 34, 34». Koolzaad October 80%. Gemengde Berichten. De vader van Henri Rochefort is op Sljarigen leeftijd overleden. Hij was indertijd medearbei der aan de Drapeau, schrijver van eenige vau devilles en chansons en ondergouverneur van Cayenne. Volgens de Temps hebben sedert den wapen stilstand reeds meer dan 500,000 Parijzenaars met de spoortreinen de stad verlaten. Pierre Leroux, de bekende socialist, is den 12den dezer, ten gevolge van een aanval van be roerte, overleden. Hij was in 1798 te Parijs ge boren. Hij was eerst drukker en corrector van proeven daarna nam hij, in 1824, een werkzaam deel aan het stichten van de Globe en werd van toen af medewerker van de heeren de Broglie, Guizot, Cousin en Jouffroy. Hij was aanhanger der leerstelsels van het Saint-Simonism, doch spoedig scheidde hij zich vau Enfantin's kerk af. Hij schreef verschillende werken, onder ander de Thumanité, de ton principe et de son avenir. Zijne Fransche vertaling van Gcethe's Werlher is de beste, welke men van dit werk kent. In 1848 werd Pierre Leroux, door het depar tement der Seine, tot lid der nationale vergade ring benoemd; hij stemde er altijd de Montagne en werd tot de wetgevende vergadering herko zen. Na den 2den December zag hij van de po litiek af en vluchtte eerst naar Jersey en daarna naar Lausanne. De mitrailleuse, welke in Rusland is aan genomen, is het stelsel Gatling, verbeterd door generaal Gorlow. Zij heeft twaalf stalen loopen, het affuit is in ijzer. Deze mitrailleuse wordt door vier paarden getrokken. Zij wordt door vier man bediend en lost van 300 tot 400 schoten per minuut. De prijs van sommige levensmiddelen te Parijs is reeds zeer gestegen. De boter kost er niet minder dan 5 fr. het halve kilo. De eieren zijn in prijs verdubbeld. Het kalfsvleesch kost 2 fr. het kilo. De krijgsraad te Zürich heeft de behande ling van de zaak der Fransche officieren en on derofficieren, betreffende de gewelddadige storing van het Duitscbe vredefeest te Zürich, ten einde gebracht. Het resultaat is, dat het voorgevallene wordt gelijk gesteld met eene gewone vecht- of kloppartij. Vier zijn vrijgesproken en de overigen veroordeeld tot eene gevangenisstraf voor den tijd van zes maanden, met solidaire voldoening der kosten. Ter terechtzitting van de rechtbank te Rot terdam verscheen gisteren als getuige een 14jarig meisje, dat den arm had gebroken en thans nog, na zes weken te zijn verpleegd, met verbonden vooruitstekenden arm moest gaan. Zij is woon achtig te Moordrecht, waar zij des daags in eene baanderij met het wiel te draaien werkzaam is. Na volbrachteu arbeid bezocht zij de avondschool van den heer Lalleman, om de onontbeerlijkste kundigheden op te doen. Met dat doel trad zij ook in den avond van 6 Maart 11.ten omstreeks zeven uren, den gang der school binnen, doch werd (zoo luidt haar verhaal) teruggehouden doordien een knaap zijn- been vooruitstak, waarover zij struikelde, met het ongelukkig gevolg dat zij viel en den arm brak. Dit voorval wekte de algemeene deelneming in die gemeente op. De jongen, die vau dat feit werd beklaagd, ontkende dat hij degeen zou geweest zijn, die door het vooruitsteken van het been dë verwon ding had veroorzaakt. Vijf' getuigen a charge en vijf a, décharge werden gehoord. Van de laatsten verklaarden er drie, dat een andere jODgen hun had medegedeeld, dat deze het feit had bedre-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1871 | | pagina 3