I y>Wsi, 18 Februari. De oudste landbouwers
■neen zich geen winter herinneren, waarin het
«ren zooveel geleden had als thans het geval
H zelfs de tarwe niet uitgezonderd. Het is zeer
Ie ivenschen dat de dooi aanhoudt. Een gunstig
wrjuar kan nog veler verwachtingen beschamen.
'i-Hirtogenbosck, 21 Febr. In de Maas onder
k is eene kar met een onbekend man en
Ird gevonden. De verongelukte is zekere Joan-
«s Hinten, oud 27 jaren, in dienst bij de wed.
rockers te Wanroy, aan wie het paard toe-
loorde.
ambtenaren ter gemeente-secretarie hebben
ziening en verhooging hunner tractementen
raiwd. Zij geven als motieven, dat de gemeente
•e andere ambtenaren in verhouding beter be-
i„t en tevens deelen ze een overzicht mede,
'uit blijkt dat andere groote gemeenten in
lijk, met name o. a. Utrecht, Leiden, Rot-
lam, den Haag, de ambtenaren ter secretarie
per worden bezoldigd.
VleddbR, 20 Februari, 's Konings verjaardag
i Lsteren in deze gemeente niet alleen door 't
Keken van vlaggen gevierd, maar ook door 't pa-
,8de maken van 't jeugdige weerbaarheidskorps te
ideriksoord. 's Avonds gaf de rederijkerskamer
neraal Van den Bosch" aldaar bij die gelegen-
id eene publieke voorstelling, met medewerking
de daar insgelijks gevestigde zangvereeniging.
,wel de ten tooneele gevoerde blijspelen als de
gekozen zangstukken voldeden zeer goed. Zoo
t ook de bevolking van 't platteland, zij het
ook. op eenvoudige wijze, den geboortedag
't geëerbiedigde Hoofd van onzen Staat in
Idenken te houden.
,ekiwakden, 19 Februari. In de jongste alhier
louden zitting van den geneeskundigen raad
voor de provincie Friesland en Groningen is door
tene commissie, bestaande uit de heeren Dr. A.
a I Swaagman, Dr. L. Ali Cohen, Dr. A. Meur-
linge Hz., Mr. E. Attema en Dr. S. Sr. Coronel,
ioivolge opdracht van 4 Juni jl., rapport uitge-
jrsctit tot het beramen der middelen, om de
Eenuis der gezondheidsleer onder de onderwijzers
meer te verbreiden. Om dat doel het best te kunnen
jereiken, heeft de commissie gemeend zich tot
jelolgende middelen te moeten bepaleu1'. Het
opnemen van de gezondheidsleer als zelfstandig
oervak bij het onderwijs aan 's Rijks kweekscholen
toor lagere onderwijzers2*. het houden van
oordrachten over de besprekingen van hygièni-
che onderwerpen in de plaatselijke en geweste
lijke onderwijzersgezelsohappen3'. het doen
icbvijven en het verspreiden van goede handboe
ken over hygiëne tot eigen onderricht en van
boeten over dit onderwerp voor de schooljeugd,
commissie stelt ten slotte voor, zich met een
Botiveerd adres tot de vergadering van inspec-
en adspirant-inspecteurs voor het genees-
□ndig Staatstoezicht te wenden, ten einde die
oibteDaren te verzoeken, met de inspecteurs van
lager onderwijs de doelmatigheid der hier
rgestelde maatregelen en middelen te over-
en en, zoo noodig, andere middelen te beramen,
rdoor het gewenschte doel zal kuDnen worden
eikt. Indien beide colleges het daaromtrent
zij[i geworden, zou de commissie het. wen-
elijk achten, dat de heeren inspecteurs van het
onderwijs met de heeren directeuren van
jks kweekscholen in overleg traden, ten einde te
orderen, dat de gezondheidsleer als zelfstandig
ak in het leerprogram dier scholen worde
enomen. Wenschelijk oordeelt zij het dan tevens
Ji overweging te nemen, om dit leervak ook onder
1» leervakkeu op te nemen, waarover het examen
t»i hoofdonderwijzer en hoofdonderwijzeres loopt,
lie geneeskuudige raad heeft zich met deze voor-
Itellen vereenigd.
De dijkwacht, die hem ontdekte, van het helaas
eerde denkbeeld uitgaande, dat. geen drenke-
geheel uit het water gehaald mag worden
'dal er eene autoriteit bij tegenwoordig is,
n hem met de beenen in het water liggen
jbegaven zich naar den burgemeester, om van
gevondene kennis te gevendeze ter plaatse
lomen zijnde, werd het lijk in de herberg het
■Muis gebracht en, alhoewel vruchteloos, da-
bk alle pogingen aangewend, om de levens
keu op te wekken. Later hoorde men, dat de
«gelukte in dien morgen vroegtijdig te Velp
I' den Tol was gereden, als moetende hij te
eustein assche gaan laden, waarvoor hij de
len, die men bij hem vond, bij zich hadver
gelijk is het paard geschrokken en daardoor
'tl hem in het water gestort.
Biaastricet, 18 Februari. Gisteren bij het val-
I van den avond ontwaarde men van de zijde
j Wijk (voorstad) in het midden der Maas een
'bykbaar levend kind, dat langzaam kwam aan-
Kjveu en voorzeker een prooi der golven zou
'orden zijn, zoo niet een zekere H. Giero,
ppnachtig te Wijk, zich langs den walmuurafge-
ütu had en al zwemmende met veel moeite en
'wtosgevaar het kind behouden aau wal had
|racht.
I B U1TKNLAND.
Engeland.
"tl Engelsche gouvernement had op het ver-
rü' dat het ongezind was om het Bewind van
nationale verdediging te erkennen dewijl het een
republikeinsch bewind was, telkens geantwoord
dat het gemelde bewind nog niet door de Fran-
sche natie zelve erkend was, en dat Engeland
haar niet mocht vooruit loopen. Thans is aan de
Londensche dagbladen van hooger hand medege
deeld dat de Britsche gezant te Bordeaux terstond
na de benoeming van den heer Thiers tot hoofd der
uitvoerende macht, hem mondeling heeft aange
kondigd dat het nieuwe bewind onverwijld door
Engeland in vollen vorm zou worden erkend.
Bij het oprijzen van het geschil omtrent de
onzijdigheid der Zwarte Zee bedreigde een Britsch
diplomaat, de heer Odo Russell, Engelands zaakge
lastigde in het Pruisische hoofdkwartier te Versail
les, Rusland met oorlog. Gelijk hij in eene dépê
che aan zijn gouvernement berichtte, had hij in
een op 21 November jl. gehouden gesprek, aan
den heer Von Bismarck „betoogd en onbewim
peld verklaard dat, zooals die zaak vooralsnog
stond, Engeland deswege aan Rusland den oorlog
zou moeten aandoen, hetzij met of zonder bond-
genooten."
Rusland liet zich door die bedreiging niet weer
houden en welke waarde zij inderdaad had, is
thans gebleken. In de zitting van het Lagerhuis
van den 16den dezer, zeide de heer Gladstone
in antwoord op eene vraag van den heer Hayt
Het was niet op bevel vau Harer Majesteits
gouvernement, dat de heer Odo Russell zich van
die drangreden bediende. In deze, mijne verkla
ring, ligt echter geenerlei blaam voor den heer
Odo Russell. Immers, men weet dat het plicht
voor Harer Majesteits diplomatieke gelastigden
is, zich uit te laten op die wijze, waarop zij de
voorstellen, wier aanneming zij wenschen te be
werken, het best meenen te kunneu aanbevelen
en ondersteunen."
De voordracht der regeering tot verbetering
van de organisatie der Britsche landmacht vindt
over het geheel bijval bij de liberale partij, ook
bij haar radicaal gedeelte. Het beginsel van ver
plichting tot den krijgsdienst blijft vreemd aan het
Britsche krijgswezen doch de regeering behoudt
de aloude bevoegdheid om tot het voltallig maken
der burgermilitie (of schutterij) eene loting onder
de dienstplichtigen te doen houden, eene bevoegd
heid die in eene lange reeks van jaren niet
is aangewend, maar enkel als bedreiging heeft
gewerkt. Verder zal onder de nieuwe leger-orga-
nisatie het verrichten van krijgsdienst door de
korpsen vrijwillige scherpschutters niet meer,
zooals thans, aan het welbehagen der vrijwilligers
overgelaten blijven. De verbetering en versterking
der landmacht, welke naar het plan der regeering
zouden worden verkregen zonder verplichten krijgs
dienst en zonder het opleggen van persoonlijke
lasten aan de burgers, zouden gekocht worden
met eene groote verzwaring der geldelijke lasten,
namelijk eene verhooging der jaarlijksche uitgaven
met bijna driemillioeu pond sterling, en eene
uitgave van zeven- a acht en een half millioen
pond sterling ter schadeloosstelling dergenen, die
door het koopen van een officierspost het recht
hebben verkregen om dien weder te verkoopen.
Duitschland.
In de Köln. Zeil. komt het volgende voor:
Thiers schrijft in zijn Iiisloire du consulat et de
l'empire- „Napoleon meldt, dat maarschalk Da-
voust, tot belooning van zijn gedrag bij Auer-
stadt, het eerst Berlijn zou binnentrekken en
uit de handen van den gemeenteraad de sleutels
der stad zou ontvangen. Napoleon hield zich
voor zijn intocht in Berlijn, te Potsdam op. Hij
eigende zich slechts den degen van Frederik,
diens sjerp en zijne orde van den Zwarten Ade
laar toe. Hij nam den degen met de woorden
„Dit is een schoon geschenk voor de invalieden,
vooral voor hen, die tot het Hanoversche leger
behoorden. Zij zullen ongetwijfeld gelukkig zijn,
dat zij in onze macht een degen zien, welke hen
bij Rosbach overwon." Napoleon, die met zooveel
achting deze kostbare reliquieën zich loeëigende,
beleedigde zeker noch Frederik, noch het Prui
sische volk.
„Den 22sten October hield hij zijn intocht in
Berlijn als overwinnaar, zooals Alexander en
Gesar. De gausche bevolking der stad was op
de been, om van dat grootsche schouwspel getuige
te zijn. Napoleon trok de stad binnen, omringd
door zijne garde, welke gevolgd werd door de
schoonste regimeuten kurassiers van d'Hautpoul
en Ransouty. De rijk gekleede keizerlijke garde
was dezen dag indrukwekkender dan ooit. Voorop
gingen de grenadiers en jagers te paard; in het
uiidden de maarschalken Berthier, Duroc, Auge-
reau, en in dezen groep, met eene eerbiedige
ruimte om zich, Napoleon, in het eenvoudig
gewaad, dat hij in de Tuileriën en op het slag
veld droeg: Napoleon, het voorwerp der blikken
van eene tallooze, stomme, zoowel met smart
als bewondering vervulde menigte. Dat was het
j schouwspel, waarvan men getuige was in de
lange, breede Berlijnsche straat, die van de Char-
lotteuburger poort naar het paleis der koningen
I van Pruisen voert."
j Vijfenzestig jaren zijn sedert die gebeurtenis
voorbijgegaan; maar de verheerlijking van deze
gebeurtenis werd voor eenige jaren geschreven,
en hij die ze verheerlijkte, is van oordeel, dat
men thans Frankrijk eene ongehoorde schande
aandoet I
In een door de Kölnische Zeilung medegedeeld
schrijven uit Berlijn van 18 Februari leest men:
„Hier ontvangen berichten uit Versailles be
vestigen dat aldaar vanwege Savoye pogingen
worden gedaan om te verkrijgen dat dit hertog
dom aan Italië teruggegeven of althans geneu
traliseerd worde. Dit laatste middel om het welzijn
van Savoye te verzekeren zou strooken met art.
92 der Weener Congres-akte van 9 Juui 1S15,
hetwelk aan de ten zuiden van het meer van
Genève gelegen districten Chablais en Faucigny,
alsmede aan het gebied van Savoye ten noorden
van Ugine, reeds den aan Zwitserland verzeker
den waarborg der neutraliteit geschonken heeft.
Na de inlijviDg van Savoye in Frankrijk had
Zwitserland in 1861 tevergeefs den bijstand der
Europeesche mogendheden ingeroepen en voor
gesteld eene Europeesche conferentie te houden
ter beveiliging der bedreigde Zwitsersche neu
traliteit. Om de kabinetten in slaap te wiegen
begon het Parijsche kabinet met te beloven dat
de bedoelde districten van Savoye aan Zwitser
land afgestaan zouden wordenmaar reeds in
zijne dépêche van 18 Maart 1861, ter beantwoor
ding van het protest van Zwitserland tegen de
bedreiging van zijne neutraliteit, verklaarde Frank
rijk eenvoudig dat de zaak met de inlijving afge
daan was."
De zitting van den Beierschen Landdag it
den lSden namens den Koning door prins
Adalbert plechtig gesloten met eene rede, waarin
na vermelding der oorlogsgebeurtenissen het vol
gende gezegd werd
„Te midden van het gedruis der wapenen is
de vrucht van Duitschlands eensgezindheid rijp
geworden; het Duitsche rijk is herrezen. De
krachten der natie zijn samengevat om aan het
Duitsche gebied krachtdadige bescherming naar
buiten te verzekeren en de gemeenschappelijke
welvaart te bevorderen. Beieren zal het tot een
heid gebrachte gemeene vaderland met oprechte
trouw aanhangen en tot de vervulling van
zijne verhevene taak medewerken. Maar hoe vol
lediger de verknochtheid is waarmede Beierens
Koning en volk zich aan het rijk toewijden, des
te minder zullen beiden uit het oog verliezen,
dat het sehoone land, waaraan zij in de eerste
plaats toebehooren, zijn plicht als lid van het
geheel dan alleen ten volle zal kunnen vervul
len, wanneer het een door inwendigen vrede
sterke Staat blijft; wat aan het onderdeel kracht
verleent strekt ook ten nutte van het geheel."
Aan de Neue Züricher Zeilung wordt uit Versail
les van 13 dezer geschreven
De komst van den heer Jules Favre te Versail
les had eigenlijk ten doel, voor zijn vertrek naar
Bordeaux een afscheidsbezoek aan den heerVon
Bismarck te brengen. Het onderhoud tusschen beide
staatsmannen kenmerkte zich van beide kanten
door welwillendheid en was, te oordeelen naar
den handdruk, dien zij bij het afscheid wisselden,
hartelijk. De heer Von Bismarck moet tot den
heer Favre bij zijn vertrek gezegd hebbenA
bienlót, espérons pour le mieux. Deze woorden zijn
in vredelievenden zin uitgelegd. De heer Favre
heeft, naar ik stellig weet, van den Duitschen
Rijkskanselier vertrouwelijk de hoofdpunten van
de vredesvoorwaarden vernomen, en hij is thans
de eenige Franschman, die de denkbeelden
van Von Bismarck kent. Hij weet, wat van
Frankrijk aan grondgebied en geld gevorderd
zal worden, en zijne pogingen zullen strek
ken om Pruisens voorwaarden te doen aannemen.
Indien hem dit niet gelukt, dan is Von Bismarck
voornemens in militair opzicht pressie op Parijs
uit te oefenendat wil zeggen, dat hij die stad
zoo in 't nauw wil brengen, dat ze een onder
pand voor den vrede zal worden. Maar ook af
gezien daarvan, zijn de Duitsche legers toegerust
en bereid om den oorlog tot de uiterste grenzen
van Frankrijk voort tc zetten. De heer Von Bis
marck koestert evenwel de beste hoop.
Ook de Parijsche Presse beweert, dat de heer
Von Bismarck den heer Favre bekend heeft ge
maakt met Pruisens vredesvoorstellen.
TEL.EG1RAMMEN.
Madrid, 19 Februari. Toen de minister Zorilla
in den afgeloopen nacht te voet huiswaarts keerde,
werd hij afgewacht door drie mannen, die ieder
een schot op hein losten. Zorilla, die geheel on
gedeerd bleef, viel op zijne beurt, met behulp
van den vriend dien hij bij zich had, de boos
wichten aan en zette hen inet revolverschoten
achterna, zonder dat dit evenwel tot eenig resul
taat leidde.
Bordeaux, 19 Februari. De heer Thiers heeft
in de Nationale Vergadering verklaard, dat aan
den oorlog een einde moet komen, ten einde aan
het land de rust te schenken, waaraan het zoo
groote behoefte heeft; maar de vredesonderhan
delingen zullen niettemin met moed gevoerd wor
den en de vrede zal alleen dan worden geteekend,
wanneer hij Frankrijk niet tot schande verstrekt.
Hij deelde voorts mede, dat de algemeene en
gemeenteraden door middel van nieuwe verkie
zingen zullen worden samengesteld.
Hij veroordeelde het, dat men over constitution-
neele vraagstukken discussieerde op het oogenblik
waarop de vijand in het land is. Hij deed een
beroep op de medewerking der Vergadering in
het belang des lands.
Jules Favre heeft voorgesteld dat de Vergade
ring eene commissie van vijftien leden zal benoe
men, die zich naar Parijs zullen begeven, om er
aanhoudand in contact te zijn met hen, die over
den vrede zullen onderhandelen. Eene commissie
zal dan aan de Vergadering vau den loop der
onderhandelingen rapport uitbrengen.
De heer Thiers heeft voorgesteld om de zittin
gen der Vergadering voor den duur der vredes
onderhandelingen te verdagen.
Tot leden der commissie, welke te Parijs
zal deelnemen aan de vredesonderhandelingen,
zijn benoemd de heerenBenoit, Dazy, Dely morac,
Desseilligay, Victor le Flanc, Laurent, Delesperut,
St.-Marc-Girardin, Barthélemy, St.-Hilaire, De
Paladines, admiraal Roure, Lemury, Obatbie,
Vitet, admiraal Saisset. Gambetta vroeg ol' de
commissie een werkdadig aandeel zal nemen aan
de onderhandelingen over den vrede en zoodoende
op de latere beslissing der Vergadering zal voor-
uitloopen. De heer Simon antwoordde dat de
heer Thiers en de Regeering niet verstaau dat
de benoeming van deze commissie eenigszins de
controle, die aan de vergadering staat, zou te kort
doen. De commissie zal slecht6 de betrekking
tusschen de onderhandelaars te Versailles en de
Vergadering te Bordeaux onderhouden.
De heer Gambetta verklaarde dat hij vol
daan was.
De heeren Thiers, Picard en Favre vertrekken
hedenavond naar Parijs.
Parijs, 19 Febr. De Metsager de Paris zegt, dat
er offers zijn, welke geen politieke partij kan
brengen, zonder zich voor altijd te bederven, en
daaronder kunnen afstand van grondgebied en
geldelijke offers behooren. De Pruisen gaan met
het heffen van requisities in de omstreken van
Parijs voort. Dezer dagen namen zij den uiaire
van Chantilly gevangen, omdat hij de 15,000 fr.
der requisities niet betalen kon.
Bysel, 20 Febr. Het gerucht, dat het Noor
den van Pas de Calais neutraal zal worden ver
klaard, ten einde Parijs van levensmiddelen te
kunnen worden voorzien indien de oorlog mocht
worden hervat, vindt geen geloof.
Naar men zegt is aan St.-Quentin eene nieuwe
oorlogsschatting opgelegd van tweemillioen fr
De samenstelling van het Kabinet heeft den
besten indruk gemaakt. De Echo du Nord keurt
haar goed, omdat zij aan tegenovergestelde mee-
niugen bevrediging schenkt zonder van het Repu-
blikeinsche beginsel afvallig te worden.
Versailles, 20 Febr. Van de 12 millioen, die
aan het Departement Oise als oorlogsschatting
zijn opgelegd, is voor 10 millioen, en van de aan
Dieppe opgelegde oorlogsschatting is voor '2/3
uitstel verleend.
De uitwisseling van krijgsgevangenen is op
handen.
Te Parijs is het rustig.
Londen, 20 Febr. In het Lagerhuis verklaarde
Gladstone naar aanleiding van Buchamau's zeggen,
dat hij geloofde dat Rusland herziening der ver-
drageu betreffende de Zwarte Zee zou vragen
dat hij het niet wenschelijk achtte, de op deze
zaak betrekking hebbende dépêches openbaar te
maken, daar zij confidentieel waren. Tevens
deelde Gladstone mede, dat de Regeering van
het Bewind der Vereenigde Staten geen aanzoek
had gekregen om de Britsche koloniën in Ame
rika te verkoopen.
I Wcenen, 20 Febr. Bij de heropening van den
j Rijksraad heeft de minister-president het nieuwe
ministerie voorgesteld en verklaard, dat het doel
der Regeering is het herstel van den inwendigen
vrede, waarnaar gestreefd zal worden op den weg
der constitutie. De Regeering zal de door den Kei
zer onlangs aangewezen constitutioneele baan niet
verlaten, maar nogtans gaarne medewerken tot
eene met de constitutie overeenkomende wijzi
ging van die inrichtingen, welke meer de auto
nomie van de afzonderlijke landen beperken, dan
het gemeenschappelijk belang bevorderen. Het
ministerie zal met opzicht hiertoe het initiatief
nemen. De Regeering heelt wetsvoorstellen toege-
i zegd, ten doel hebbende de autonomie dërafzon-
derlijke landen te bevestigen, het organisme van
het bestuur te verbeteren, de vrije instellingen
uit te breiden en het kerkelijk vraagstuk tot op
lossing te brengen.
Pest, '21 Februari. In liet Lagerhuis beant
woordde de heer Audrassy eene interpellatie van
den heer Stratiinirovilz. De minister zeide, dat
de regeering volstrekt geene inmenging in de
binnenlandsche aangelegenheden der Donauvor-
stendommen op het oog had, zoolang ook de
andere mogendheden het beginsel van niet intei
ventie getrouw bleven.
Hij verklaarde verder, dat een tusschen knnnt
in de Fransch-Duitsche quaestie niet wel doen
lijk was.
Bordeaux, 21 Februari. In de Nationale er
gadering werd door den heer Germain vonrge
steld, een krediet van 100 millioen te openen, lot
dekking der oorlogskosten en om aan hei deficit an
1870 en 1871 te geinoet te komen. De voorsteller
wilde, dat voor het vervolg de vergadering de
geheele controle van het budgei op zich naui en
dat er geen enkele uitgave gedaan zou worden
zonder goedkeuring der Kamer.