HET DEMPEN DEB ONREUE GRACHTEN. r Utrecht, 29 Dec. Gisteren morgen vijf minuten over negenen passeerde deze gemeente langs den Rijnspoorweg, Z. K. H. de Prins van Oranje met talrijk gevolg. De Prius kwam van 's-Hage en ging naar Maaru om te jagendes avonds keerde Z. K. H. naar 's-Hage terug. Door het gemeentebestuur zijn in het voor malig cholera-hospitaal aan het Begijnenhof twee zalen in gereedheid gebracht ten einde bij even- tueele omstandigheden poklijders op te nemen, en niet meer zooal» tot nu toe, in het ziekenhuis. Tot heden zijn er echter geeue poklijders in opgenomen. Van de elf candidaten, die laatstelijk in het eerste gedeelte \au het natuurkundig examen alhier geëxamineerd zijn, hebben de meeste in enkele, maar slechts éen in alle vakken voldaan, namelijk de heer J W. Hofman. De einduitslag der derde zitting, waarmede het onderzoek teu einde liep, is de volgende: van de 20 candidaten voor het eerste gedeelte zijn slechts 3, en van de 15 voor het tweede gedeelte 9, volkomen ge slaagd. Wijk-bij- Duurstede, 2S December. De groote massa drijfijs en de voor eenige dagen geïnun deerde uiterwaarden, die thans in eene groote ijsvlakte herschapen zijn, maken den overtocht aan de Lek, waaraan onze gemeente grenst, schier onmogelijk, te meer nu het water vallende en het ijs, dat zich op de uiterwaarden bevindt, niet dan uiet gevaar le passeeren is. Het ijs in de rivier de Oude Maas te Spijke- nisse is vastgeraakt. Het volgende wordt ons uit Olst van 28 Dec. bericht: De rivier is sedert hedenmorgen vallende. Alle landerijen hebben het aanzien van eene zee, en de boeren hebben veel last van het water. De IJsel is voor slechts een derde" inet ijs bezet. Varsseveld, 29 December. Daar het nog niet gelukt is de gaten, die in de bedamming der Biel hem nier beek alhier zijn ontstaan, te stoppen, neemt de overstrooming nog steeds toe. Vele huizen staan geheel in 't water, en zijn de be woners daaruit gevlucht; aan de te veld staande rogge wordt groote schade toegebracht; niet wei nig huisgezinnen hadden geen gelegenheid om de ingekuilde aardappelen, wortelen enz. te bergen, zoodat de wintervoorraad eerst in 't water en toen in het ijs is geraakt. Gebrek en armoede doen zich dus hier overal gevoelen, daar zij, die 't minst te missen hebben, bij de overstrooming het meeste verloren. De hoofdwegen van hier op Aalten en naar Dinx- perlo zijn niet meer begaanbaar. De diligence van v. Gend Loos rijdt daarom van hier over Lichtenvoorde naar Aalten. Blijft het water nog wassen, dan zal spoedig den weg van hier naar Terborg niet meer te passeeren zijn. Men hoopt dat eindelijk het gemeentebestuur verbetering in de bedamming van de beek zal aanbrengen en in den gebrekkigen waterafvoer zal voorzien. Kampen, 29 December. Nadat men hier verno men had, dat tusschen de Kethel en Schokland ee.n SOtal schepen door het ijs beklemd waren, begaven zich op den eersten kerstdag, eenige kloeke mannen van hier op weg om te zien of zij de in nood verkeerende schepelingen ook ter hulp konden komen. Een hunner G. Tromp, werd gedreven door be langstelling in 't lot van zijn zoon, die zich met zijn vaartuig onder hen bevond, hij werd vergezeld door zijne beide zwagers, en twee wegwijzers, alhier woonachtige Schokkers, ze hadden eerst veel moeite om op zee te komen, zoodat ze op hun buik glijdende, door laatstgenoemden op het ijs moesten worden getrokken. Rechtstreeks naar Schokland te komen was onmogelijk door de vele open vakken en het hier en daar nog dunne ijs. Zij reden dus eerst op schaatsen naar Geuemuiden en toen tot onder Elburg en kwamen na een tocht van drie uren met levensgevaar eindelijk met behulp van een schuit op Schokland aan. Treurig was hetgeen ze daar vonden. Al de schepelingen der 28 vaartuigen waren in de enkele woning bijeen die zich op het ver laten eiland bevondt. Aan alles was gebrek en van de reeds Vrijdag van Kampen verzonden ijsschuit met levensmiddelen en werktuigen om de benarde schepen te helpen, had men nog niets vernomen. De vrouw van G. Tromp, den zoon, had reeds een bericht naar den vasten wal gezonden van al den angst en de ellende, die zij hadden door gestaan, welk bericht door twee man was over gebracht; onze kloeke stadgenooten haastte zich den terugtocht aan te nemen en bereikten behou den des avonds de stad, waar zij terstond het gemeentebestuur kennis gaven van het hartver scheurend tooneel dat zij hadden bijgewoond. Den volgenden dag zijn 20 man van hier ver trokken met bijlen en gereedschappen, door het schippersgild verstrekt, om de schepen door het ijs te zagen en in de haven van Schokland in veiligheid te brengen. Ook voor levensmiddelen is terstond gezorgd De treurmare hier Zondag verspreid, dat de reeds vroeger vertrokken ijsschuit verongelukt zou zijn, heeft zich gelukkig niet bewaarheid; zij lag veilig bij het loodshuiaje, maar had de in gescheepte levensmiddelen niet verder kunnen brengen. Zwolle, 30 December. De twee compagniën van het bataljon mineurs en sappeurs, die alhier gedetacheerd waren tot het oprichten van batte rijen, zullen morgen naar Nijmegen terugkeeren. Enschedé, 29 December. Naar men verneemt, zal ook hier eene werklieden-vereeniging worden opgericht, die zich ten doel stelt nauwe aaneen sluiting, onderling hulpbetoon, verbetering van den toestand van den werkman in 't alge meen. Groningen, 29 Dec. De commissie tot onderzoek van de zaak van den rentmeester van de stads- veenen en ter Apel, de heer Mr. J. L. Trip, heeft na onderzoek in den Raad geadviseerd tot ont slag van dien ambtenaar, wegens het niet ver antwoorden van gelden, iD zijne qualiteit geïnd, verregaande slordigheid in de administratie, en liet willen onttrekken van stukken, rakende het veenkantoor, aari het onderzoek der veencommissie, waartegen zelfs met huiszoeking is moeten ge-, dreigd worden, en waardoor de contröle onmo gelijk gemaakt zou zijn. Het derde punt, het in rekening brengen van gelden aan de huurders van heemsteden voor zijne moeite, in strijd inet zijne instruttie, wordt door de commissie het minst zwaar opgenomen, daar het niet zeker is of deze gewoonte niet reeds bij den vorigen rent meester bestond en de instructie op dat punt niet geheel duidelijk is. Heerenveen, 30 December. De hardrijderij alhier eergisteren gehouden, werd ongewoon druk be zocht. De prijs, door Z. K. H. den prins van Oranje aangeboden, een cadeau in zilver, werd behaald door Ulbe van Dijk, van Gauw; deeerste premie ƒ75 door Atze de Groot, van Akkrum, en de tweede premie, ƒ25 door Johau de Jager, van Oppenhuizen. De ijsclub Thialf heeft weder eer van haar werk. Goes, 29 December. De uitslag der verkiezing van twee leden voor den gemeenteraad op gisteren was, dat een herstemming moet plaats hebben, in de eerste plaats tusschen de heeren, de Laat de Kanter, met 107 en B. Meijlink met 140 stem men, en vervolgens tusscheD de heeren G. J- Besseling met 84 en Mr. A. M. B. Hanlo met 84 stemmen. INGEZONDEN. Mijnheer de Redacteur! Onder de menigvuldige verfraaijingen en ver beteringen welke in de laatste jaren in deze Gemeente zijn tot stand gebracht, behoort in de eerste plaats het amoveeren der oude poorten. Het inkomen in de stad op die plaatsen is veel fraaijer en aangenamer dan deur de vroegere poortenals men vaD het spoor komt of van de zijde der voormalige Wittepoort binnentreedt, is het inkomen van Leiden inderdaad prachtig. In de tweede plaats heeft onze Gemeente groote verbeteringen ondergaan door het vervangen der oude, ondoelmatige ophaalbruggen, door schoone en doelmatige hetzij ijzeren ophaal-, bascule of draaibruggenmaar in de derde plaats mag vol strekt niet over het hoofd worden gezien het dempen van eenige stinkpoelen bijgenaamd grachten wordt door het amoveeren van poorten en restaureren vau bruggen de sierlijkheid be vorderd, niet minder waar is het dat door het dempen van grachten (welke tot niets dienstig zijn dan-om vuilnis en onreinheden in te verza melen tot zij verrot zijn om dan te worden uit gebaggerd) de gezondheidstoestand in de Ge meente grootelijks wordt bevorderd. Jammer is het dat aan zulk een nuttig werk niet meer wordt teu koste gelegd, wel is waar is men nu weder begonnen inet een dier grootste stinkpoe len in een aangename wandeling te herscheppen, maar waarom niet verder gegaan? waartoe toch dienen de Zijdgracht, de Geeregracht, al de bin- nevestgrachten, de Waardgracht, Minnebroers gracht, Kijfgracht, Uiterstegracht en Middelste gracht anders, dan om vuilnis, puin, asch en rioolvuil le verzamelen totdat het in een staat van ontbinding is overgegaan? De gassen die daaruit ontstaan verspreiden eenen onaaugenamen, walgelijken staDk, en bezwangeren de dampkring op die plaatsen met een verpestende en voor de gezondheid schadelijke uitwaseming. En dat het niet gering is wat in het water wordt geworpen kan men het beste bespeuren als het water met ijs is bedekt, dan eerst kan men zien hoeveel aan het verrottings-proces wordt prijs gegevenals men al de opgenoemde grach ten langs gaat, dan is het eene groote uit zondering als men een huis vindt waarvoor op het ijs geen hoop asch of vuilnis ligt; en of nu al op die plaatsen, een aschman of vuilnisman door het slaan met een ratel of het roepen om asch of vuilnis, aan de menschen te kennen geeft dat hij daar is ten einde hun te ontlasten,'t helpt betrekkelijk zeer weinig, want naauwelijks is hij weg en dikwijls hoort ol ziet men de wagen nog in de nabijheid, of het wordt achter hem in het water geworpen; zoolang er ijs ligt wordt dit in den regel voor zooverre het niet bevroren is van het ijs weggenomen, doch is eenmaal de vaart weder open dan zinkt het weg en gaat tot ontbinding over. Is het te verwonderen dat in tijden als er epidemische ziekten heerschen onze Gemeente in verhouding van anderen altijd zoozeer daardoor geteisterd wordt? Heeft dat de laatste choleraepidemie in 1866 niet bewezen? En is het niet opmerkelijk dat de meeste gevallen voorko men juist op die plaatsen waar de vuilste grach ten liggen? Wenschelijk zou het zijn dat de Ge- zoDdsheids-Commissie, die met onvermoeide zorg zooveel doet in het belang van den goeden gezond heidstoestaud, bij het stedelijk bestuur stappen deed om dien schadelijken toestand niet langer te bestendigen. Maar ook uit een ander oogpunt van nut mag de demping niet als overbodig wordeu beschouwd welk nut heeft de dempiDg van de ijzeren gracht niet te weeg gebracht? daardoor toch heeft onze wijdbe roemde veemarkt (een va de brontfl 201 van besl.ian dezer Gemeente) eene helangri Noot uitbreiding gekregen, doordien de schapen- erkte varkenmarkt daar thans geheel kan worden t>u'ts houdenja zelfs is het te voorzien dat als n 11 te eenmaal de Kortelange gracht dempt (hete i"g een noodzakelijkheid zal worden als de bintldoor aan den hemel toen hij wakker werd, en gewoon, om vroeg op te staaD, zich aan te kleeden en zijn zeer gezonde eetlust te bevredigen, sprong hij schielijk uit het bed. Toen de knaap uit zijne kamer op het portaal kwam en daar niemand vond, opende hij de deur van de tuinkanier, en zag daar de ontbijttafel gereed slaan, en daar dezelve nog onaangeroerd was inaakle hij daaruit op, dat zijn oom en zijne moeder nog niet waren opgestaan. Hij ging door de geopende glasdeuren op het terras vanwaar men een heerlijk gezicht op den tuin had; de heerlijke bloem en grasperken met dauw bedekt vonkeldeu in de zonnestralen hij verlus tigde zich aan het heerlijke gezicht op de bergen die den achtergrond uitmaakten, bewonderde de hooge, prachtige deuneboomen eu luisterde naar het ruischen van de naburige beek in liet gebergte, wier eentounig geluid tot hein doordrong. Toen hij echter zijne blikken weer op de ontbijttafel richtte, beweerde zijn maag, dat dezelve toch uit- lukkeuder was dan de schoone landstreek en hij ging dus in huis otn Martin en zijne moeder op te zoeken. Hij moest bekennen nu hij alles opmerkzaam beschouwde, dat bij dag het huis iets zeer vrien delijks had, en als men het zoo zag, dan kon men moeilijk begrijpen waarom het in den omtrek zulk een kwaden naam had gekregen. Het was geheel in het vierkant opgetrokken met een niet te groote vestibule terwijl de benedenkamers zoo hoog lagen, dat zich daar onder de lichte en luch tige souterrains bevonden. De groote, fraaie trap die den knaap waagde op te gaan, toen niemand op zijn kloppen aan de deur der kamer zijner moeder „binnen" riep, was inet tapijten belegd, evenals de overloop boven, terwijl voor verschei dene kamers, niettegenstaande de groote warmte, groene tochtdeuren waren. Eene daarvan die naar de kamer voerde, die boven de slaapka mer van Felix lag stond open, en scheen hem het recht te geven, er binnen te gaan. Rondom stonden boekenkasten, waartusschen hier en daar bustes van beroemde, meestal Fransche dichters, terwijl Globes eu Kaarten de in het mid den van het vertrek aanwezige, tafel bedekte. erlar vredi nabv in. D inisat e gei ledei n-derl iter, |ndscl het en geve ike I iën. 1 vet loste \vo: ie e vestgracht bij het nieuwe ziekenhuis gedempt doordien de Kortelange gracht dan hare spoeling zal missen, en het nu reeds zoo stinkei water in een stinkenden poel zal veranderenj| het daardoor verkregen terrein mede diem wordt gemaakt voor de schapenmarkt, de breiding hoe langer zoo meer zou toenemen schoon de landlieden in het algemeen de rui marktgelegenheid roeuieD, hoort men toch al| nog zeggen „dat als de Kortelange gracht bij „schapenmarkt werd getrokken er nog twi „maal zooveel schapen zouden komen als tegt „woordig het geval is." BUITENLAND. Dultschlrtiid. De Pruisische Staals-Anzeiger deelt de dépêtl mede, welke de graaf Von Bismarck den 14d| December uit Versailles aan den gezant van Noord-Duitschen Bond te Weenen, den heer Schweinitz, gezonden heeft. Zij is van den genden inhoud: „De U bekende verdragen van den Noot Duitschen Bond metdeZuid-DuitscheStaten, wel hier te Versailles met Beieren, Baden en Hesse| te Berlijn met Wurtemberg onderteekend geworden, hebben door de laatste onderham lingen te Berlijn, waarbij deze Staten gesameolj en wederkeerig hunne toestemming hebben kennen gegeven, hun beslag in zoo ver erlanj als zij aan de Zuid-Duitsche landdagen voorgeli kunnen worden. „Niet alleen de eerbied voor het Prager vi desverdrag, waarin Pruisen en Oostenrijk-H( garije zich aangaande hunne opvatting van destijds verwachte regeling der Duitsche aBDg| legenheden met elkander verstaan hebben, mi ook de wensch om met het machtige en bevrien-l naburige rijk betrekkingen aan te kweeken, wel! aan het gemeenschappelijk verleden evenzeer aan de gezindheid en behoeften dei beiderzijl sche bevolking beantwoorden, noopt mij, aan Keizerlijk Koninklijk Oosten rij ksch-Hongaarst regeering het standpunt te doen kennen, waar de regeering van Z. M. den Koning zich ten aai| zien van deze nieuwe regeling der Duits;! aangelegenheden plaatst. „In het vredesverdrag van 23 Augustus 1866| de onderstelling uitgedrukt, dat de Duitsche geeringen ten zuiden van den Main zich zoudt vereenigen tot eenen bond, die, naast eene eiget onafhankelijke positie, tevens in nauwere nalil nale betrekkingen met den bond der Noord-Dufletr sche Staten zou treden. „De verwezenlijking dier onderstelling bleef bi die regeeringen overgelaten, daar geene der beii contraherende partijen door het verdrag gerechti; of verplicht kon worden om aan de souvereit Zuid-Duitsche Staten voorschriften te geven or trent hunne betrekkingen tot andere Staten. Zuid-Duitsche Staten hebben van hunnen kaïj nagelaten het denkbeeld van het Prager verdn te verwezenlijken. Zij hebben de beoogde nationi betrekkingen met Noord-Duitschland vooreei door het Tolverbond en door wederkeerige rantie-tractaten tot stand zoeken te brengen. „Het lag buiten memchelijke berekening, di deze inrichtingen onder den drang der krachtij ontwikkeling, waartoe een onverwachte Fral sche aanval het Duitsche nationale gevoel aai prikkelde, tot de thans gesloten overeenkomsti en tot de vestiging van een nieuwen Duitschi sche de va iel itschl rgdl men mat doe |bind n v Oost wei W( inde vaai mod d st iieel |Ik iskai |rvar M m we min; tanc val win arte erei ste va va: dr err ac alli |uvv( t (vine de b irde ind in Ihoc |dig om dat de tafel bedekte, was half afgetrokken en hing op den gronder was een stoel omgevallen en op de tafel stond een zilveren candelabre waar van de kaarsen ingebrand waren. Terwijl Felix nog rondzag, trad Martin binnen, begon hier spoedig op te ruimen, en wilde juist de glasdeuren sluiten, toen hij den knaap be speurde, die zich inet opzet stil had gehouden, om den ouden man te verschrikken, zooals kin deren zoo gaarne doen. Deze nam de scherts echter geheel anders op, hij zag er niets vriendelijk meer uit en zeide ta melijk knorrig: „Mijnheer Felix, mijnheer de Chevalier houdt er uiet van, dat iemand ongevraagd zijne kamers betreed; nu ik u hiervan onderricht heb ben ik er ten minste niet verantwoordelijk voor. Gij zoudt- beter doen, beneden mevrouw uwe mama Glasdeuren voerden op een balcon en de knaap j af te wachten, die, - mijn hemel, riep hij ver- nieuwsgieriger geworden trad naar buiten. Het balcun liep langs de geheele achterzijde van het huis en Felix konde, toen hij verder ging ook het volgende vertrek dat boven de eetzaal lag doorzien. Hier waren de glasdeuren slechts aan gezet, en de kamer scheen, te oordeelen naar het buffet dat er instond de eigentlijke eetzaal te zijn. Anders zag het er hier tamelijk kaal uit, zooals Felix meende. Het grootegroene tafelkleed, uit, „daar wandelt zij reeds in den tuin niemand, om naar hare bevelen te schrikt eu er was vragen." Hij liet de knaap staan, en spoedde zich naar beneden; Felix volgde wat langzamer, maar ver heugd, dat hij wist waar en bij wie hij nu blij ven koude, zonder tegen den regel van het huis te zondigen. Toen hij den tnin binnentrad, hoorde hij, dat Martin die met mevrouw Von Bork buitel op het terras stond, zeide; „mijnheer de Chevi lier, slaapt nog, mevrouw, en het zal nog \vi een paar uren aanloopen, eer dat hij zoo veri is bijgekomen, dat hij met u spreken karn heeft na een nacht zoo als de afgeloopeDe rui noodig, zulke tooneelen benemen hem alle kracb| Men verdraagt de dagen gaarne, maar de nacl ten, de nachten zijn dikwijls gruwelijk I" „Arme Martin," hernam mevrouw Von Bod de goede God zal u, voor uw geduld en opoj feriDg beloonen. Ik ken immers die treurige gi schiedenis en weet dat de herinnering daari over het leven mijns broeders een donkere schi duw werpt, maar waarmede geeft hij des nacbl lucht aan zijn gevoel, terwijl hij zich des d met een ijzeren wil beheerscht?" O, mevrouw! dan is het, alsof de satan mad over hem krijgt, en als men geen man en daart] geen oud soldaat was, dan zou iemand angsl voor hein worden. In zulke nachten, en vooi als het jarig wordt, dan wordt de geheele schiedenis opnieuw doorgespeeld, dan ziet tl hoort hij weer alles, even als op dien avond, f om den angst van zijn hart te verdooven,"bi hield hier op, want Felix, wiens hoog gespal nen nieuwsgierigheid hem gedurig een stap natli had doen komen, raakte zijn arm aan. (Wordt ttn»l£(fy mtu u |let w De d< e |rde loe bun ote br lej n tke jee )e s ed )m Sgs- ins lei ije :lU 2 fro

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1870 | | pagina 2