gemeente aan Z. Ms. zorg aan en vestigde 's Ko- nings aandacht op de Spoorweglijn ArnhemNij megen. De stad had bij gelegenheid van het diner een feestelijk aanzien, vooral in den omtrek van het komedie-gebouw en op het Velperplein. Voor den hoofdingang van den Öehouwburg prijkte een keurig uette gasilluminatie, bestaande uit dubbele boog met de Koninklijke W en kroon, omgeven door eiken en laurierbladeren, in hei met gas verlichte park Musis Sacrum liet zich de muziek van tijd tot tijd hooren, voor vele parti culiere huizen waren nette gasilluminatiën aan gebracht, terwijl de Roggestraat bij tusschenpoozeu door bengaalsch vuur verlicht werd eu voor de werf van den heer (Joers piktonnen ontstoken waren. Na alloop van het diner werd het groote vuurwerk op het Velperplein afgestoken. Z. M. vertoonde zich toen boven den zijingang van den schouwburg, om vandaar het geheel te overzien. De verschillende kleine eu groote werken wer den met zorg en goed gekozen, afgestoken, en voldeden uitmuntend. Het lichteffect, vooral om den vijver bij Musis, was dikwijls tooverachtig schoon. Het slotdécoratief kroonde het schouwtooneel op prachtige wijze. Sierlijk prijkte daar de ko ninklijke W met kroon, omlijst door lichtbogen, waaruit een krachtig bombardement zich liet hoorendaarnaast zag men trofeëu vau vaandels, eveneens van schitterend gekleurd vuur, en boven alles uit eene kleine, maar magnifieke ster. Fon- leiuen wierpen prachtig gekleurde bloemen op eu alles was vereeuigd om dit slotwerk zoo fraai mogelijk te doen zijn eu het deed den vervaardiger, den heer P. Van der Burgh, hot'vuurwerkmaker, te Amsterdam, dan ook alle eer aan. Hedenmorgen teu 10 ure is Z. M. vertrokken. Ten huize van den baron Van Tuyll van Seroos- kerken wachtten weder de leden van den ge meenteraad den Koning op, 0111 Hem van daar uitgeleide te doen. Op de markt stond voor de woning van den commissaris des Konings de eerewacht uit de ingezetenen geschaard, van wie Z. M. aldaar afscheid nam. Nijmegen, 26 October. Onze stad had heden de eer een bezoek te ontvangen van Z. M. den Koning. Hij kwam te elf uren aan, steeg aan de Waal te paard en trok toen met zijn staf door de met vlaggen versierde straten naar het exercitieterrein buiten de Molenpoort, waar hij infanterie en mineurs onderscheidene evolutiën deed verrichten. Xe 2 uren begaf Z. M. zich bui ten de Hezelpoort, om de werkzaamheden der mineurs en het spriugen van eenige mijnen in oogeuschouw te nemen, waarna hij te 3 uren in een met vier paarden bespannen rijtuig weder door de stad naar de Waal retourneerde. Tijdge brek verhinderde Z. M. van het bij den burge meester gereed staande collation gebruik te maken. Brakel, 26 October. Verleden week werden de bouwlanden hier zeer hoog in prijs verpacht. Voor een perceel groot 5bunder werd de jaar- lijksche pachtsom van f 246 beloofd. De prijs van het hooi is f 13 a f 22 per 500 kilo; die der aardappelen van f 2 tot 3.50 per hectoliter. Van beide artikelen wordt zeer veel ingescheept. Vreeswijk, 25 October. Er moet hier een ge meenteontvanger worden benoemd, maar de raad sclnjnt maar met voltallig te willen worden, als die benoeming plaats moet hebben. Men zegt dat een der wethouders zijn zoon op slinksche wijze, tot ontvanger wil promoveeren. Ambï-Vollenhoven, 27 October. Om de noorde lijke provinciën meer in gemeenschap met Am sterdam te stellen, bestaat hier het plan om een kanaal van zee naar Meppel te graven. Groningen, 26 October. Aan den gemeenteraad is het voorstel gedaan om een crediet van 3000 te openen voor de feestelijkheden van het 25jarig bestaan van het Landhuishoudkundig Congres. Assen, 26 October. „Sedert eenigen tijd trekken in deze provincie een paar Duitschers rond, die Beilen tot punt van uitgang schijnen genomen te hebben, om tochten te doen en dan hier en daar teekeningen van landschappeu of woningen enz. te maken. Die menschen gedragen zich heel vreedzaam. Nu echter dezer dagen bekend ge worden is, hoe leelijk de Czaar van Rusland gefopt is door eenige Pruisische ofliciereu, die hem nog wel kwamen helpen, maar ondertusschen het welgelijkend portret van zijn land in hun zak staken eu meenamen, om er bij voorkomende gelegenheid hun voordeel mee te doen, baart het Duitsche teekenaars-bezoek sommigen vaderlan ders niet weinig onrust en slapelooze nachten. „Men kan 't nooit weten," zeggen die vaderlan ders, en dat kan men ook niet. De Rus weet er van mee te praten." (Ass. Crt.) Sneek, 28 October. In de laatste Raadsverga dering is besloten om, behoudens nadere goed keuring, de jaarvvedde van den burgemeester dezer gemeente met f 400 te verhoogeu, en alzoo van f 600 op f 1000 te brengen. Door het ruwe weder is in de laatste dagen het water in onze omstreken belangrijk gerezen. Vele laaggelegen landen zijn ondergeloopen. Som mige boeren zijn reeds bezig hunne polderdijken op te hoogen. BUITENLAND. De heer Guizot heeft een brief aan de Times gericht van den volgenden inhoud: „In Engeland gelooft men zoowat algemeen eerstens, dat Frankrijk den tegen woordigen oor log met Pruisen wenschte en dien strijd in het leven riep: en ten tweede dat Frankrijk, tenge volge van de nederlagen die het Fransche leger leed, niet langer in staat is den oorlog te voeren, en verplicht is de vredesvoorwaarden aan te ne men die Pruisen voorschrijft, hoe hard deze voorwaarden ook mogen zijn. Ik geloof dat het Engelsche publiek ten opzichte van beide punten zich vergist, en dat het zich vergist omdat het een oordeel velt volgens den schijn en niet vol gens de werkelijkheid en de feiten. „Ik moet, om dit te kunnen bewijzen, een paar jaren teruggaan Indien men inderdaad verlangt een goed begrip te vormen van de wenschen eener natie, dan moet men niet beproeven die op te maken uit de gebeurtenissen van éen en kelen dag of uit een op zich zelfstaand feit. „Toen Frankrijk in 1852 het tweede Keizerrijk toejuichte, geschiedde dit, omdat de natie de anarchie duchtte, niet omdat het den oorlog wenschte. Inderdaad, zóo algemeen en duidelijk was de verklaring dat men eene vredelievende politiek wenschte, dat het Gouvernement het noodig voDd die verklaring te eerbiedigen en bij verschillende gelegenheden te laten hooren: L'empire c'esl la paix." Het gevoelen van de natie op dit punt werd niet gewijzigd, noch door den Krimoorlog, noch door den oorlog in Italië. Bij het voeren van deze oorlogen legde de natie den gewonen militairen ijver aan den dag, maar zij had geen bewijs gegeven dat zij dien strijd vurig wenschte, en zij was blijkbaar verheugd dat die oorlogen zoo spoedig een eind namen. Die wor stelingen deden Frankrijk den vrede op hoogere prijs stellen, terwijl de oorlog in Mexico de vre delievende gezindheid der natie verder ont wikkelde. ,,Van 1866 tot 1870 noodzaakte de natie het Keizerlijk Gouvernement op geenerlei wijze om oorlog tegen Pruisen te voeren, niettegenstaande de ongerustheid, die door den slag bij Sadowa was ontstaan en de gevolgen, die uit dien veld- ,g voortsproten. De kredieten, die door het Gou vernement werden aangevraagd om in tijd van nood gereed te wezen, werden niet geweigerd, maar altijd werden deze sommen verleend, gaf men onophoudelijk te kennen, dat men gehecht was aan eene vredelievende politiek. Bij het Kei zerlijk Gouvernement ontstond het denkbeeld oor log te voeren; de Keizerlijke Regeering beschouwde, overeenkomstig de oorlogzuchtige traditiën vau het eerste Keizerrijk, en om de dynastieke belangen van het tweede te bevorderen, den oorlog als eene noodzakelijkheid. Het Gouvernement van Napo leon III wikkelde zich destijds in een doolhof van verwarde en trouwelooze onderhandelingen, hetzij met het doel om op eene gunstige gelegenheid te wachten 0111 Pruisen den oorlog aan te doen, of in de verwachting ontslagen te worden van de noodzakelijkheid den oorlog te voeren, door eene vermeerdering van grondgebied, die de eigen liefde des Keizers voldoen en zijn rust verzeke ren zou. „De stand van zaken was in 1870 ingewikkeld genoeg, toen de tijding kwam van de candida- tuur van den Prins van Hohenzollern. Het Keizer lijk Gouvernement kantte zich onmiddellijk krach tig tegen de uitbreiding van Pruisens macht in Europa aan, en daarin zag de Fransche Regee ring de kiem eener verwikkeling, die een oorlog teu gevolge kon hebben. De houding, die het Fransche Gouvernement aannam, was zeer over dreven, en ten eeneumale in strijd met die, welke het even te voren had aangenomenmaar het Pruisische Gouvernement handelde met wijsheid en voorzichtigheid. Na de ontvangst van het pro test van het Fransche Gouvernement besliste het, dat de Pruisische Prins van zijn candidatuur voor den troon van Spanje zou afzienen dit feit werd door de Spaansehe Regeering officieel aan het Fransche Gouvernement medegedeeld. Up die wijze was de moeilijkheid uil den weg geruimd wij waren dat elleudige diplomatieke ravijn door geworsteld, en de vrede scheen zeker. Op het zelfde oogenblik was er eene krachtige beweging onder ons, ten gunste eener hervorming van het keizerlijk Gouvernement, en om terug te keeren tot het parlementaire stelsel, dat meerdere zeker heid gaf. Wederom vroeg de natie dat haar de billijke en noodzakelijke invloed zou worden toe gekend in het bestuur van hare eigen zaken, en het scheen als of aan die vraag zou worden vol daan. De Keizer, zijn hof en zijne eigenbaat- zuchtige partijgangers in de Fransche Kamer, stonden op het punt hun persoonlijk gezag te verliezen. „Ik weet niet, en ik wil er niet naar vrageu, wie de eerste was die het denkbeeld opperde om den Koning van Pruisen een buitengewonen nutteloozen en verwerpelijken eisch te stellen. Hem werd verzocht den waarborg te geven dat de Prins Vou Hohenzollern de candidatuur, waar van hij had afgezien, nooit of nimmer onder welke omstandigheden ook, weder te berde zou brengen. Zooals men mocht verwachten wees de Koning van Pruisen dien eisch van de hand. Onmiddellijk werd, met eene blinde en harts tochtelijke overhaasting van den kant van het Keizerlijke gouvernement, bevorderd door de meest onvergeeflijke zwakheid van de voorstan ders der parlementaire hervorming, zoowel in het Ministerie als in bet Wetgevend Lichaam, en ondanks een paar verstandige en koene ver- toogen, den oorlog aan Pruisen verklaard, en of schoon het niet werd erkend, werd de geheele leiding van den oorlog in wezenlijkheid door den persoonlijken bewindvoerder van Frankrijk aanvaard. Hier kan ik een oogenblik stilstaan. Weinige dagen na dit betreurenswaardig en onverstandig Keizerlijk initiatief werden onze legers geslagen de Keizer was een gevangene te Sédan en te Parijs onttroond. Het Keizerlijk régime, Keizer, Ministerie, Senaat, Wetgevend Lichaam dat alles verdween te gelijkertijd. „De Fransche natie was wederom in het bezit van Frankrijk en vond zich gedwongen een oor log voort te zetten die zij noch had gezocht, noch had gewenscht. Het gouvernement, dat onmid- delijk aan het bestuur kwam, verklaarde dat het geen andere begeerte had dan de nationale eer te handhaven en den vrede te herstellen. Maar op de Pruisische zegepralen volgden de eischen van het gouvernement van de overwin naars en het is aan die eischen te wijten, dat de oorlog wordt voortgezet, ofschoon zij, die den strijd in het leven riepen, verdwenen zijn. Frank rijk heeft geen reden eerzuchtig te zijn, eu de openlijke begeerte van Frankrijk is de vrede. II. Men zegt voorts, dat Frankrijk ten gevolge van de tegenspoeden, die het ondervond, den oorlog niet kan voortzetten en dat het derhalve alle vredesvoorwaarden moet aannemen, die Pruisen stelt. „Op die wijze wordt een oorlog waarvan de eerzucht de geheime beweegreden was, vervan gen door een oorlog waarvan de eerzucht openlijk erkent wordt het doel te zijn. Het Pruisische leger heeft Parijs ingesloten. „Waarom rukt het Parijs niet binnen? Waarom biedt Parijs, omringd dóór den vijand, van de gemeenschap met geheel ff rankrijk afgesneden, zulk een vereenden, krachtigen en volhardenden tegenstand een tegenstand waarop de belege raars zeer zeker niet gerekend hebben? Waarom is Frankrijk over zijne geheele breedte en lengte tot in zijn diepste grondvesten geschokt? In sommige deelen kan de natie, tengevolge van gebrek aan verdedigingsmiddelen, haar bitter leed slechts openbaren door ontroering, maar in de meeste gedeelten is de bevolking bezield door eene vurige vaderlaudsliefde. Dit komt omdat Frankrijk nog wil overwinnen noch wil ver overen. Frankrijk is niet eerzuchtig meer, maar het is nog trotsch en het wil niet tot werke loosheid vervallen. Zou men meenen dat het voor beeld door Parijs gegeven, dat zoo krachtig is in vredestijd, in oorlogstijd minder krachtig zou werken? Zou men wanen dat die legerkorpsen, tot nu toe onvoltallig, maar die in het westen, aan de Loire, in het zuiden te Lyon gevormd worden, werkeloos blijven en niet naar Parijs oprukken zullen? Zou men zich verbeelden dat de inwoners, uit hunne brandende dorpen ver dreven, de hadden in de schoot zullen leggen, wachtende op het oogenblik dat zij verlof zullen krijgen om naar hunne dorpen terug te keerenP Ie het waarschijnlijk dat de vrijwilligers, de franc- tireurs zwervende in de bosschen, de wapenen zullen nederwerpen, omdat de toestand van hun vaderland hopeloos is. Zal de geestdrift des volks, die steeds zoo geneigd is tot demagogische en hartstochtelijke uitersten over te slaan, tot kalmte komen op een teeken van een diplomatieken agent? „Wij weten 'l niet en niemand kan voorzien, hoe groot de beproevingen zullen zijn die Frankrijk nog te verduren zal hebben, eu even min in hoe verre het zal geroepen worden zijn moed te loonen, evenals zijn macht 0111 te lijden. Maar de beproevingen zullen Frankrijk niet alleen ten deel vallen; eu hetzij de worste ling kort of laug is; hetzij dat zij onverpoosd wordt voortgezet of dat zij een oogenblik wordt geschorst, Frankrijk wil zich zelf niet te kort doen. Het heeft materieele hulpmiddelen, die door geen tegenspoeden kunnen worden uitgeput, en het bezit een zedelijken moed die door dien tegenspoed niet vernietigd, maar daarentegen ont wikkeld zal worden. „Wil Pruisen een billijken vrede met Frank rijk sluiten; een vrede die noch 's lands veiligheid noch zijn waardigheid bedreigt? Of zal Frankrijk veroordeeld zijn te lijden en onbepaald en ten koste van alles te blijven voortworstelen? Dit is thans de groote quaestie en ik aarzel niet te be vestigen dat Europa evenzeer bij die vraag is betrokken als Frankrijk. „De kansen des oorlogs ter zijde stellende, ligt het in de handen der neutrale Mogendheden deze vraag tot eene spoedige en vredelievende oplossing te brengen. Men doet geen beroep op haar om feitelijk tusschen beiden te treden, zij behoeven niet beangst te wezen in den oorlog betrokken te worden. Het is zeer natuurlijk, dat zij alles, wat haar zou kunnen compromitteer^ van de hand zouden wijzenmaar niemaj vraagt dit. Hoe meer ik nadenk, hoe meer overtuigd ben, dat slechts de zedelijken invlo. van de onzijdige Mogendheden noodig is. Laf zij verklaren het besluit genomen te hebben buitensporige eischen te erkennen, en met oog op Europa geen onzekeren of schijn-vre. goed te keuren. „Noch Frankrijk, noch Pruisen zijn domuie blinde Mogendheden. Zij zijn nu bevrijd van h: Keizerlijke Gouvernement dat beiden compt muteerde en de eene natie tegen de andere 0 hitste. Laten zij de bewijzen geven dat gee harer de billijke grenzen overschrijdt vv Pruisen betreft: in zijne eischen; wat Frank aangaat: in zijne verdediging. „De neutrale Mugeudheden moeten die gre; aaugeven. Zoo doende zal hen den roem wordt toegekend, een politiek voor Europa in het lev, te hebben geroepen waarvan men dikwijls het gedroomd, die somtijds in praktijk wordt gebr en dat niet zonder eer eu gunstig gevolg melijk de politiek van eene groote Europeesc: scheidsrechterlijke uitspraak bij een tweegeveci tusschen twee groote Natiën. „Güizot. TELEGBAMMEN. idii eig1 d i for sr< ;êu upt ile tril e ke edi ac lS de vi kom Tours, 27 October. Volgens bericht uit Pan protesteert de Vérilé tegen de arrestatie van hare hoofdredacteur, die zooals het blad schrijft, opgesloten in de cel van Traupmann. Het Joun Officiel verklaart, dat die redacteur gearrestee: is, omdat hij de belangen der nationale verdei ging in gevaar had gebracht. Volgens de France hebben de heeren Von Me| ternich eu Nigra een oificieele démarche geda- bij het Gouvernement te Tours, tot oudersteunii in naam van Oostenrijk en Italië van het gelsche voorstel betrekkelijk de wapenschorsiu: De Rappel meldt, dat generaal Trochu het kt der officieren van het door Blanqui gecouima! deerde bataljon gardes heeft ontbonden wegetl ernstige oneeuigheden. Bij eene samenkomst t: voorbereiding van nieuwe verkiezingen voor kader werden de vrienden van Blanqui verjaag en verbrijzelden zij de glasruiten. De vervolgin tegen Flourens wordt voortgezet. Beriyn, 27 October. [Officieel Üe. koningin heel in Homburg de volgende dépêche van den konin, ontvangen „Hedenmorgen heeft het leger van Bazaine de vesting Metz gecapituleerd. Hierdoor ziji 151),00U krijgsgevangenen, alsmede 20,000 gewond' en zieke soldaten in onze handen gekomen. He dennamiddag zal het leger en de bezetting wapens nederleggen. Dit feit is een der gewicb tigste gebeurtenissen van deze maand. De Voor zienigheid zij hiervoor gedankt. „Wilhelm" De Slaals-Anzeiger maakt een telegrafist bevel openbaar van den koning aan generaal Vt gel von Falckaustein van 25 dezer en aldus lui dende: Daar de voortduring van den oorlog nie toelaat den staat van beleg op te heffen, maa. het 's konings wil is, dat gedurende de voorberei ding van de verkiezingen aan de uiting van po litieke meeningen en aan de deelneming de: kiesgerechtigden geen hindernis in den weg wor den gelegd, bepaalt de Koning dat in de distric ten, die in staat van beleg zijn verklaard, tot nsfcc afloop der verkiezingen geen gebruik zal wordet gemaakt van de wettige bevoegdheid om art. 3' der grondwet betrekkelijk het recht van vereeni- ging en vergadering te schorsen, en verder da, alle gearresteerden of geïnterneerden terstond ir vrijheid zullen worden gesteld, onder voorbehoud dat de strafrechter in zijne handelingen niet worden verkort. Versailles, 28 October. Officieel bericht uil Ai Duilsche hoofdkwartier. Gisterenavond is de capitu latie onderteekend. Er is onmiddellijk bevel gezonden naar Berliji om victorie te schieten. Den 29sten dezer, en dus niet den 27sten dezer worden de stad en de forten bezet. Het aautal gevangenen is 173,660, waaronder drie maarschalken en 6000 officieren. wilhelm. Beriyn, 28 October. De Slaals-Anzeiger zegt naar aanleiding van de capitulatie van Metzhierinet is het voornaamste punt van de Moezellinie aan de Duitsche wapenen overgeleverd, die nu geroe pen zullen zijn het als een defensief bolwerk in Duitsche handen te bewaren; uit een militair strategisch oogpunt is dit onvoorwaardelijk nood zakelijk. De Corresp. de Berlin zegt, dat de gezond heidstoestand van Napoleon een zachter klimasl wenschelijk maakt en hij om die reden mogelijk in den loop van November Wilhelmshühe zal ver laten om naar het eiland Elba te vertrekken. Londen, 28 October. De Times bericht, dat Versailles een publicatie is uitgevaardigd waaro wordt gezegd, dat elk burger, die gedurende ec> gevecht zijn huis verlaat, zal worden gefusileerd- h lie li' I.; 1st

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1870 | | pagina 2