Groningen, '24 October. Donderdag a. s. zal al
hier de plechtige uitreiking plaats hebben van
een vaandel, dat door bijna 180 dames uit deze
stad aan het korps scherpschutters aangeboden is.
Coevorden, 22 October. Gisterenavond werd
hier gevankelijk, onder geleide van den veld
wachter uit Dalen, binnengebracht een Fransch
krijgsgevangene, die uit de omstrekeu van Mep
pen (Hanover) was ontvlucht. Naar men zegt, is
daar een lOOOtal bezig met het graven van een
kanaal. Onder geleide is hij hedenochtend weder
over de grenzen gebracht.
Middelburg, 22 October. In de hedennamiddag
te halfdrie gehouden zitting van den gemeente-
reraad is met 9 tegen 8 stemmen besloten, oin
onder nadere goedkeuring de gemaalbelasting
nog tot 31 Dec. 1871 te behoudenin de vorige
zitting hadden de stemmen over dit voorstel ge
staakt; thans waren alle leden tegenwoordig.
Breda, 22 October. Gistereu werd alhier de
heer S., majoor kommandant der dd. schutterij
en wijnhandelaar, in zijne woning dood gevon
den, de borst doorboord door een geweerkogel.
Hij was weduwnaar en laat 8 jeugdige kinderen
na. Men vermoedt dat het chassepotgeweer, dat
men bij hem vond, ten gevolge van onvoorzich
tigheid is afgegaan en hem doodelijk heeft ge
troffen.
Nu de vestingwerken grootendeels gesloopt
zijn, neemt de gemeente de noodige maatregelen
om daarvan partij te trekken tot het verfraaien
en uitleggen der stad. Reeds is besloten om de
wegen naar Princenhage en Ginneken te verleg
gen, waardoor den afstand aanmerkelijk verkort
en deze beide dorpen als het ware voorsteden
van Breda zullen worden, Door het Valkenberg
zullen voetgangers rechtstreeks naar het station
kunnen komen, terwijl een nieuwe weg wordt
aangelegd voor rijtuigen van het Valkenberg Daar
den stationsweg. Daaraan zullen zich twee nieuwe
wegen aansluiten de eene van het uiteinde der
Boschstraat, de andere zoo men de toestemming
van den Minister van Oorlog verkrijgt, van het
kasteelplein langs de K. M. academie en het
Valkenberg.
INGEZONDEN.
VERBETERDE COMMUNICATIE TUSSCHEN
DE GEMEENTEN LEIDEN EN HAAR
LEMMERMEER.
IV.
In 1863 waren er onder de 200 kiezers, voor
leden van den Raad te Alkemade, niet meer dan
drie, welke het adres 27 Mei, afkeurdeD, de ove
rige keurden het goed of waren onzijdig.
Dit zelfde drietal verlangde een pont in plaats
van een brug te Nieuwe-Wetering, doch liefst
geen van beide.
Een van dat drietal bracht het in 1863 zoover,
dat er van de elf Raadsleden tien voor den Goo-
gerdijk stemden.
En nu in 1870 brengt een van dat zelfde drie
tal het eveneens zoo ver, dat de meerderheid in
den Raad voor een poot stemt.
Het zelfde middel dat in 1863 voor den Goo-
gerdijk gebezigd werd, wordt nu voor een pont
gebezigd, namelijk eene bezuiniging voor Alke
made.
In 1863 heeft dat der gemeente meer dan
10,000 gekost.
In 1870 zal dit vermoedelijk 72500 jaarlijks
beloopen.
In 1863 zocht men door middel van vertraging
zijn doel te bereiken.
Thans in 1870 wordt het zelfde middel ge
bezigd.
In 1863 was het noodig om éen Raadslid over
te halen.
En in 1870 doet men dit eveneens.
In 1863 was het ware doel om den Googer-
dijk te berijden.
In 1870 is het om de brug aan de Oude We
tering niet aan de Nieuwe-Wetering daar te stellen.
In 1863 heeft een van genoemd drietal zijn
doel bereikt door de commissie van 1862 buiten
werking te stellen.
In 1870 door de overeeukomst met Leiden te
schenden.
Dit zijn slechts eenige vergelijkingen die voor
afgaan.
Thans willen wij eenige toelichtingen geven:
dat de vertraging om de brug daar te stellen, reeds
(volgens de begrooting van 1863) een nadeel van
72500, voor de Gemeente heeft veroorzaakt, want
indien de brug vóór Augustus 1870 ware daar-
gesteld geworden, zoude gewis de tol aan het
Zijlhek publiek verpacht zijn geworden dat nu
onderhands heeft plaats gehad.
Nu, berustte de begrooting van 1863 ad f2500.
Bate voor de Gemeente Alkemade, niet op de
daarstelling van een pont maar wel op een brug.
De brugquaestie provisioneel ter zijde zettende
gaan wij tot de quaestie over van die ingezetenen
welke in 't genot van den rijweg minder deel
hebben, maar thans gelijk staan in 't dragen der
daardoor ontstane lasten hetgeen hun in 1863
door de commissie van 1862 gunstiger was voor
gesteld.
Dit punt geldt voornamelijk de ingezetenen van
de Roelofarendsveen, die 1/3 der bevolking van
Alkemade uitmaken en 70 van de 200 kiezers
tellen, en hun was toegezegd dat zij weinig zou
den behoeven bij te dragen.
Deze toezegging berustte daarop, dat de com
missie in dé gelegenheid zoude gesteld blijven om
alle regeling van zaken, aangaande den rijweg
zelve te verrichten, gene uitgezonderd.
Het dagelijks bestuur moest daar geheel buiten
blijven omdat deszelfs voorzitter tot een der drie
hiervoren genoemde kiezers behoorde, voorts dat
er een raadscommissie zoude benoemd worden
om voorloopige contracten te bekrachtigen die
door de commissie van 1862 zouden voorgelegd
worden, en ten spoedigste door den Raad goedge
keurd en gevolgd zouden worden, door een besluit
van uitvoering.
Het adres van 26 Juli was daarvoor aan den
Raad gericht, doch dit bleef onbeantwoord en
zooals men vernomen heeft was de Raad ver
keerdelijk toegelicht, dat een raadscommissie niet
noodig was alvorens de subsidiën van het Rijk
en de provincie waren toegestaan.
Hierdoor werd de commissie buiten werking
gesteld en heeft zij nimmer kunnen voorkomen
dat er zoovele voordeelen door haar reeds voor-
loopig bereid, verloren zijn geraakt.
Tot deze behooren eene inschrijving van 710000
de benoodigde gronden tot onteigening enz.
Deze inschrijving was onderworpen aan eene
tijdsbepaling, doch welke was overschreden; in
dien nu eene raadscommissie ware benoemd ge
worden dan had, daarmede in overleg, daarin
voorzien kunnen worden, vele onteigeningen zijn
in 1867 en 68 veel hooger geloopen dan de eige
naars met de commissie mondeling waren overeen
gekomen enz.
Deze redenen zijn voorloopig voldoende tot
toelichting aan de ingezetenen te Roelofarendsveen,
latere ophelderingen zullen kunnen dienen om
hun oordeel te vellen, aan wien de eigenlijke
schuld van hunne teleurstelling te wijten is.
Hiertoe behooren eenige. bijzonderheden welke
nu volgen zullen en beginnen met de commissie
van 1862.
Gemengde Berichten.
Eene Parijsche dame heeft aan hare zusiers in
het modevak te Bordeaux een brief per lucht
ballon gezonden, om haar op de hoogte te hou
den van hetgeen thans te Parijs geacht wordt
tot de vereischten van een elegant dames-toilet
te behooren. Ziehier wat deze „patriotische" dame,
te midden van de ellende des oorlogs schrijft:
„In de modes zijn eenige wijzigingen gekomen,
die ik u hier opgeef.
„Het kapsel heeft in de eerste plaats een groote
verandering ondergaan. De Parisiennes, zich de
vlucht van sommige dames, met grijs of rood
haar of met kale kruinen, ten nutte makende
die dames deden de mode met hare ontbeerlijke
paruiken geweld aan hebben het eigen hoofd
haar, dat zoolang verborgen werd ODder den des-
potieken chignon, in eerc hersteld. Bruine fraai
bijeengebonden vlechten en blonde krullen, even
bevallig als natuurlijk, zijn sedert eenige dagen
de eenige en eenvoudige tooi geworden van het
fraaie hoofd onzer jeugdige vrouwen, welke er
trotsch op zijn, dat zij haar schoonste Parure te
ruggekregen hebben.
„De kleedij van het seizoen onderscheidt zich
door eene groote eenvoudigheid van garniture». Men
draagt geen of bijna geen volants, ruches en bouil
lonnés. Men heeft afgezien van de pof-heupen
a la Pompadour, van de santenkraam van japon
nen met overrokken a la Marie Antoinette. Onze
dames hebben terecht begrepen, dat men in de
tegenwoordige verschrikkelijke omstandigheden
de oogen van onze vaderlandslievende strijders
niet moet beleedigen door eene kleederdracht,
die herinnert aan de verfoeilijke regeering eener
favorite en Koningin, noodlottiger, lichtzinniger
en verraderlijker nagedachtenis
„De sombere kleuren zijn in zwang. Men draagt
uit kieschheid bijna geen juweelen of anderen
opschik. Men wil niet met kostbaarheden pronken,
nu zooveel moeders, echtgenooten, zusters en
weezen hare dierbaren beweenen, die gevallen
zijn als slachtoffers van de wreedaardige eerzucht
der Fransche en Pruisische tirannen.
,/t Is gedaan met het overdrevene in de dames
toiletten, zooals met de suivez-moi, pinze-nei, jou
les pleureurs, de schrikkelijk wijde japonnen, enz.,
enz. Onnoodig te zeggen dat het overhaast ver
trek der groote dames van wijlen het Hof en van
de bouches in utiles, die door Gambetta weggejaagd
zijn, daarvan de oorzaak zijn.
„In de hoop, dat deze wijzigingen in de Parij
sche modes aangenomen zullen worden door onze
zusters in al de provinciën, die smaak aan ver
stand paren en het hart op de rechte plaats heb
ben, heb ik de eer te zijn, enz.
De laatste trein van Rozendaal naar Moerdijk
heeft tusschen Rozendaal en Oudenbosch een spoor-
wachter overreden men denkt dat hij over den
weg heeft willen loopen om de barrière te sluiten
en niet bemerkt heeft dat de trein zoo dicht bij
hem was. Te Venlo heeft de echtgenoote van
den heer v. M. geb. D. de B. welke met haar
man in onaangename verstandhouding leefde, in
een aanval van woede of krankzinnigheid, haar
eenjarig zoontje met het hoofd zoodanig tegen
den grond geworpen dat het dadelijk dood was,
en daarop haar vierjarig dochtertje met alle
kracht op den grond gesmakt, doch zonder dat
er de dood op volgde. De vrouw is dadelijk in
hechtenis genomen Het aantal krankzinnigen
hier te lande is in den loop van 1869 geklom
men van 3295 tot 3375. Hedennacht te half-
vier is op de Prinsengracht bij de Leliesluis te
Amsterdam eene vigilante, bespannen met éen
paard, in het water geraakt. In dezelve bevon
den zich een heer en dame met hunne dochter,
benevens twee jufvrouwen. Door ten spoedigste
aangebrachte hulp van dienaren van politie en
nachtwachts werden de drie laatstgemelden gered
en naar huDne woning gebracht, doch beide eerst-
gemelden verdronken. De voerman schijnt zich
dadelijk te hebben verwijderd, zoodat de oorzaak
van dit ongeluk nog onbekend is. Hedenmor
gen halfzeven zijn zeven personen, ten gevolge
van het instorten van een stijger, van de in aan
bouw zijnde Bierbrouwerij aan den Buitensingel
buiten de Weesperpoort, Daar beneden gevallen
en verwond geworden. Zes hunner zijn per vige-
lante naar het Binnengasthuis vervoerd, vanwaar
drie dadelijk naar hunne woningen zijn gezon
den. De zevende persoon is dadelijk naar zijn
woning overgebracht. Ofschoon enkelen nog al
ernstig zijn verwond, verkeert geen hunner in
bedenkelijken toestand.
BUITENLAND.
I> ui tj-i-li 1 a ui i
De vredelievende berichten die gisteren een
straal van hoop op een aanstaanden wapenstil
stand en als gevolg daarvan een spoedige vrede
deden ontstaan, zijn heden niet bevestigd. Inte
gendeel zij worden wel niet bepaald tegenge
sproken, maar van sommige zijden in twijfel
getrokken of toegeschreven aan individueele iven-
scheo van graaf Von Beust. Toch waart een
heilzame geest door Europa rond. Dagelijks wordt
de aandrang sterker naar het herstel van den
Dormalen toestand, dagelijks wordt het ongeduld
grooter naar beëindiging van den oorlog. Betee-
kenisvol vooral is de waarschuwiog van eenige
Duitsche bladen, dat in de onzijdige Staten het me
delijden met de Parijzenaars, allengs de overhand
krijgt boven de erkenning van Duitschlauds
goed recht. Bismarcks scherpen blik zullen de
klaagtoonen niet ontgaan, die uit het hart van
Duitschland opgaan over het aanstaand lijden van
de „cernirungs" troepen in den aanstaanden win
ter, over het leed dat de landweermannen er
niet meer op kunnen rekenen dat zij het kerst
feest in hun „Heimath" vieren, over het gebrek
dat 't jaargetijde in Pruisen zelf zal te weeg
brengen.
Al deze omstandigheden en nog zoovele an
dere teekenen die de laatste dagen ten tooneele
voerden en weder deden verdwijnen, vestigen
bij ons nog altijd het vertrouwen dat de oor
log in het diplomatieke stadium is getreden.
Zekere uitzichten op eene vredelievende oplos
sing zijn er niet maar de teekenen des tijds
krijgen eene gedaante, een vorm die, bedriegen
we ons niet, Europa onverwachts voor een fait
accompli zullen doen staaD, daarbij niet ontvein
zende en in zoover herinneren wij aan ons gis
teren geleverd betoog dat dit fait accompli wel
eens iets geheel anders zou kunnen zijn, dat men
wel verwachten zou en algemeen hoopt.
Intusschen kan en mag men over een en aDder
idealiseeren naar goedvinden, zonder de oogen
voor de werkelijkheid te sluiten, die nog in
dezelfde phase verkeert. Iedere dag die aan
breekt is voor Parijs eene bedreiging. Iedere
dag kan de machtige koning van Pruisen zijn
vuurmonden het woord geven. Het geduld kan
eens ten einde gaan. Dat dralen kan in verband
staan met het diplomatiek stadium waarop wij
straks doelden; dat dralen kan ook beteekenen
dht de overwinnaars het uiterste oogenblik vvilleD
afwachten alvorens het uiterste krijgsmiddel tegen
een stad aan te vangen, in wier muren een mil-
lioen vrouwen en kinderen wonen. Maar de
werkelijkheid is op het oogenblik dat de telegraaf
ons van morgen kan mededeelen, dat de eerste
bom zijn vernielende uitwerking op de prachtige
stad heeft gedaan. Hierbij sluit zich geleidelijk aan
hetgeen wij in de Staats-Anzeiger, uit het koninklijk
huofdkwartier lezen. Het rapport is van 18 October
en zegt: „Sedert55 jaren is het bij 't Duitsche volk
gebruikelijk, den 18den October als de verjaardag
van zijne eerste nationale herleving met een bij
zonder vaderlandslievend gevoel te vieren. De
Prüisen hebben den roemrijken dag van den vol-
kerenslag bij Leipzig, die tegelijkertijd de geboor
tedag van Z. K. H. den kroonprins is, reeds lang
in de rij hunner dies fasti" opgenomen. De
wensch, zoo veelmalen reeds door onze troepen
geuit, dat 18 October van dit jaar de aan
vang zou zijn van den beslissenden strijd met
Parijs, scheen bijna vervuld te zullen wordeD.
Toen de kroonprius gistereiiDamiddag van de
plaats gehad hebbende uitreiking van ridderorden
aan verschillende troepenafdeelingen, in het hoofd
kwartier terugkeerde, werd er bericht, dat o|
bezetting van Parijs, door een troepenvervoer r
groote schaal naar de zuidelijke forten, zich |(lf
een uitval tegen het 3de legerkorps gereed maakt!
De beweging strekte zich over een zeer groottil
afstand uit, zoover men kon waarnemeu vail
het fort Villejuif, naar die van Bicêtre, Ivrjl
Montrouge en Issy, dus tegen onze stellingen-.
Choisy tot Meudon, Clainart en Sèvres. De trc»,
pen stonden den ganschen nacht gereed. OrdoJ
nans-officieren van het hoofdkwartier begave-f
zich reeds heden te 4 uren in den ochtet]
naar onze stellingen, om den opperbevelhebb,
op de hoogte te houden, van het min of wet
ernstige van het aanstaand gevecht. Toen de vijat I
echter bemerkte, dat onze troepen op het
vive" waren, zag hij van zijn voornemen af
trok zich terug."
Uit een en ander blijkt zonneklaar, en nu
verlieze niet uit het oog dat het de taal is
het officieel orgaan, dat indien het tot een ernst
gevecht komt tusschen de bezetting van Par
en het Pruisisch leger, het laatste den strijd n»
zal opgeven alvorens zich meester te hebben
maakt van eenige forten rondom Parijs, dat
vermijdelijk het bombardement van de vestit
moet tengevolge hebben.
Moge de gematigheid van Pruisen, de onde
werping van de overwonnenen aan het hart
noodlot, en de wijsheid der mogendheden d
verhoedeD.
Uit de volgende mededeetiugen kan men zit
een denkbeeld vormen van het werk, dat verrit!
wordt en de vorderingen die men gemaakt b
om de Duitsche eenheid tot stand te brengei
In hare zitting van 22 October heeft namelijkd
Wurtembergsche Kamer van afgevaardigden
in de vorige week, buitengewoon bijeengeroep;
was, twee door de regeeriDg ingediende wetsoi
werpen aangenomen: het eerste, strekkende
de regeering te machtigen tot het blijven heft
der bestaande belastingen tot 31 Januari 181
met algemeene stemmen; het tweede, waarbij et
nieuw crediet van 3,700,000 gulden voor oorlogsui
gaven bewilligd wordt, met 80 tegen 3 stemme
Bij die gelegenheid hebben 20 afgevaardigdend
volkspartij en 15 afgevaardigden der zoogenaani:
groot-Duitsche partij twee verklaringen ingediei
on trent hunne houding ten aanzien van het Du:
sche vraagstuk. De eerstgenoemde partij verklaa
zich onvoorwaardelijk tegen de intrede van Wu
temberg in den Noord-Duitschen bond de laat:
gemelde stelt hare toestemming tot de vereen
giug met den bond afhankelijk van gewichtig
wijzigingen der bondsconstitutie, en verlangt mi
name dat die vereeniging niet gegrond zij op 1
voortdurende uitsluiting van Oostenrijk uit Duitsi
land, alsmede dat de zelfstandigheid der State
zooveel zulks met een waarachtig verbond 1-
staanbaar is, en de vrijheid des volks door oprec
constitutioueele instellingen gewaarborgd word
In den namiddag van den 23sten heeft
Kamer eene laatste zitting gehouden, waai
een Koninklijk besluit tot ontbinding der Stende:
vergadering voorgelezen werd, nadat de minisl/
van binnenlandsche zaken Von Scheurlen
volgende mededeeling gedaan had
„De regeering heeft zich reeds in eene officie
mededeeling verklaard omtrent haar standpu:
en haar doel met opzicht tot het Duitsche vraaj
stuk. Zij houdt zich overtuigd dat zij den juist
weg tot bereiking van dat doel heeft ingeslaget
en zij mag hopen dat het binnen kort beren
zal zijn. Twéé Wurtembergsche ministers uemi
deel aan de te dier zake gevoerd worden-
ouderhandelingen met vertegenwoordigers
den Noord-Duitschen bond en van Beyeri
en Baden. Het werk, hetwelk de vrucht vi
deze onderhandelingen zal zijp, vereischtdegoi
keuring der StendeD-vergaderiDg; en hierbij koi
in aanmerking dat de nieuwe organisatie vt
Duilschland als boudstaat niet mogelijk is zondi
verandering van de Wurtembergsche constitull
Zonder te treden in een opderzoek van den vt
moedelijken uitslag eener stemming daarover
deze kamer bij hare tegenwoordige zamenstellii
dient men in ieder geval in het oog te houdend
een zoo hoog gewichtig werk, als het tot sta!
brengen eener Duitsche staatsregeling, ee»
steun hebben moet in de overtuiging des voll
hetwelk geroepen is zich hoofdzakelijk door
keus zijner vertegenwoordigers te verklaren
laatste verkiezing der afgevaardigden heeft ph
gehad op een tijdstip, waarop het Duitsche vrai
stuk, zoo als het thans ligt, niet in aanmerk»
kon worden genomen; de nieuwe bondsconstii)
tie mag dus Diet aan de tegenwoordige, zij
aan eene nieuw te verkiezen Stenden vergader»
voorgelegd worden."
Groothertogdom Luxemburg.
Ziehier de tekst van het adres van den
meenteraad der stad Luxemburg aan Z. K
Prins Hendrik der Nederlanden:
„De gemeenteraad van de stad Luxeml*
wenscht Uwe Koninklijke Hoogheid van b'|
welkom in het land.
„De aankomst van Uwe Koninklijke Hoogk'1
die ieder jaar van de Luxemburgers zoovele tl
00
00:
ia
D
ele
:ge
T-
en
1
ae
vo
an
inz
e
iz
8
liee
:ei'j
eui
all
[bat!
jiegi
|tlerl
Dl
|tele-j
liiili
leen
(Pru
is g
Par
Ido
nier
gev<
te 1
vooi
grki
brei
U
en
om
sche
B
dat
is. I
ken:
en
land
kun
V:
prin
vlag
over
Boy
boot
R
St.-(
vall
tep
van
Een
ovei
L