laatste bkuichtkiN.
HANDEL.
OVERZICHT DER WEEK.
Rotterdam, 21 October.
Hoffie. In dit artikel ging deze week weinig om.
De Ned. Handels-Maatschappij gaf boscl)rijving en
taxati« ait van circa 116500 balen koffie, waar
door de markt eenigsinds vaster gestemd scheen.
Men verwacht algemeen hoogere prijzen.
Suiker. Ruwe en geraffineerd. In eene zeer
goed geanimeerde stemming en met goede koop
lus', doch door de geringe aanbiedingen was de
omzet beperkt.
Thee. Van dit artikel werd alleen voor con
sumptie aangekocht. Verder vast doch stil.
Ryst. In éen doen. Afgedaan werden 20000
lalen Rangoon per Isabella.
Specerijen. In deze week had de veiling der N.
3.-M. plaats. Voor Noot N°. 1, werd 131 ets.;
voor N°. 2, 120 a 121 ets.; voor N°. 3, 100 ets. en
wor N°. 4, 58 ets. besteedt. Foelie D werd voor
216 ets. E 212 ets. verkocht, terwijl men Nage-
lea N°. 2 met 27 ets. en N°. 3 met 24% a 25%
ets. betaalde.
Vrncliten. De eerste Vijgen kocht men deze
week: lieele matten ƒ11 en halve f 13. Rozijnen
I flink; voor Sur Couches vroeg men 36 de heele
kisten, halve dito 38. Choix ƒ43 heele kisten,
hal\e dito 45 heele kisten Sur Choix ƒ50, halve
dito 52, heele kisten Royaux ƒ62 halve dito ƒ64.
Katoen. In vastere stemming met eenige oin-
zettingen.
Wol. Zonder handel.
Tin. Banca 74 gedaan waartoe koopbaar.
Indigo. Stil en slechts kleinigheden vonden tot
I vorige prijzen koopers.
Meekrap. Wat meer vraag voor puike soorten
I afwijkende en ordinaire flauw.
Potasch. Geheel als voren.
Petroleum. Flauw en lager afgegeven. Dispo-
I uibel ƒ25. Uit schepen, de volgende week te los-
sen, ƒ24.75.
Oliën. Raapolie contant ƒ49.50 Mei ƒ48.55;
llfov./Dec. 48.75, ƒ49.25. Lijnolie cont. 34.75;
[Mei ƒ35; Nov./Dec. ƒ34.25. Patentolie cont. 53.25,
ƒ54; Nov./Dec. ƒ53.50.
Granen. Vooral Rogge voor verzending iets
[meer gevraagd.
Meel. 1ste qual. ƒ19.50, ƒ20; 2de qual. ƒ16.50,
(ƒ17.503de qual. 15, ƒ16. Keizersmeel 23, ƒ26.
Recht s z a k e n.
In de correctioneele zitting der rechtbank te
Leiden van Vrijdag 21 October ziju veroordeeld:
J. S. te Leiden, wegens gewelddadigheid en
beleediging van agenten, tot eeue gev. van 8. d.,
eene geldb. van ƒ8. of sub. gev. van ld. C.
|B. te Leiden, wegens diefstal in dienstbaarheid,
tot een cell. gev. van 6 m.
Gemeenteraad van. Leiden.
Aan het algemeen verslag van het onderzoek van
de begrooting der gemeente Leiden voor 1871,
in de sectiën van de gemeente, is het
volgende ontleend:
Algemeene beschouwingen.
In meer dan eene sectie werd erkend, dat deze
begroocmg bij vergelijking met die van het vorige
jaar gunstig kan genoemd worden.
In éene sectie werd de wensch gehoord, om voor
de behandeling der begrooting in de sectiën ook te
bezitten het rapport der Commissie van Financiën,
daar men alsdan met meerdere kennis zijn overtui
ging vestigen -jton.
In dezelfde sectie werd door een lid het verlangen
kennen gegeven, om den hoofdelyken omslag naar
andere grondslagen te heflén.
In eene andere sectie werd door een lid medege
deeld, dat de Commissie van Financiën in haar rap
port opzettelijk de posten, de fabricagewerken betref
lende, zou bespreken.
IKK0919TEH.
HOOFDSTUK I.
Ontvangsten wegens vroegere diensten.
In twee sectiën rezen bedenkingen op tegen het
cijfer, dat als batig slot is ingetrokken. Men meent,
dat van het saldo der laatste door den Gemeente
raad vastgestelde rekening geen post mag worden
afgetrokken, die in de begrooting van 1870 werd
gebracht als post van ontvangst wegens saldo der
•èkening van 1868. Daarop geantwoord zynde, dat
aeu geheel is te werk gegaan volgens de voorschrif-
eo, die op dit punt gegeven zijn, wordt de wensch
?euit, dat alsdan maatregelen worden genomen, om
au het Hooger Bestuur eenige wijzigingen op dit
punt te verkrijgen.
HOOFDSTUK II.
opbbengst tan belastingen en heffingen.
AFDEELING Hl.
Volgn. 6. In eene sectie wordt door een lid opge
merkt, dat het meer doelmatig zou zijn, om den
taoldelijken omslag te verhoogen met de onder n°. 4
^getrokken som wegens opcenten op het personeel,
Ndat die post dan kon vervallen, waardoor de be
uling der 2% pCt. voor perceptieloon aan het Rijk
m worden uitgewonnen.
AFDEELING IV.
Heffingen voor het gebruik van openbare plaatsen enz.
Volgn. 8. In eene sectie betreurde men het gemis
'kr heffing van kaai- en door vaar tgelden, voor zoo-
M die niet in strijd is met de gemeentewet, daar
'ie doorvarende schippers toch gebruik maken van de
r°otpalen, kaden enz., die voor rekening der ge-
Rente worden geplaatst en onderhouden.
HOOEDSTUK III.
Haten en opkomsten spruitende uit gemeente-eigen-
dommen en bezittingen.
Volgn. 27. (Gasfabriek). In eene sectie vond die
|l°3t ernstig bezwaar bij éen lid, die van meening
is, dat de gemeente geen winst mag genieten van
de gasfabriek als strijdig met de gemeentewet; dat
alsdan wel de hoofdelijke omslag zou moeten ver
hoogd worden, maar toch de belastingen liever die
verhooging moeten ondergaan dan dat de gemeente
een onwettige daad bestendigt, door de gezamenthjke
ingezetenen ten koste der gasverbruikers te ontlasten.
Daartegen werd aangevoerd, dat zoo de gasfabriek
wat de prijs en lichtsterkte betreft met dergelijke
instellingen in andere gemeenten kan concurreren
en de gasverbruikers niet meer betalen dan elders,
alsdan die winst geoorloofd is, terwijl dit bedrag ook
strekt in mindering van den hoofdelijken omslag en dus
ten voordeele van alle ingezetenen.
HOOFDSTUK IV.
Ontvangsten van verschillenden aard.
Yolgn. 34. (Hondenbelasting.) In eene sectie wordt
door een lid gevraagd, of de som niet voor verhoo-
ging vatbaar is, daar bij strenge vervolging de op
brengst grooter kan zijn? Men wenscht, dat zij, die
met de vervolging zijn belast, meer ijver aan den
dag leggen.
UITGAVEN.
HOOFDSTUK I.
huishoudelijk bestuur.
AFDEELING I.
Bezoldiging, schrijfloon, presentiegelden, enz.
Volgn. 50. In al de sectiën had men bezwaar
tegen de verhooging dezer post met 150, omdat in
onzen tijd het wegvallen van voordeelen geen aan
spraak geven kan op schadevergoeding. Men vroeg
of het beginsel grond heeft, om bij verlies van bui
tengewone inkomsten de jaarwedde te verhoogen
terwijl toch de bezoldiging voldoende werd geacht
en later ook bezoldigd moet worden de concierge
van de Lakenhal, waar de schilderijen bewaard en
bezichtigd zouden worden. Men vond de jaarwedde
van den Stadhuisbewaarder hoog in evenredigheid
met die van de beambten ter secretarie, terwijl men
meent, dat er geene termen zijn, om vergoeding te
geven voor het gemis aan fooijen, die voor het laten
bezichtigen der schilderijen werden ontvangen, omdat
zulks buiten de bemoeiingen van het gemeentebestuur
omgaat.
Tot toelichting dezer verhooging werd medegedeeld,
dat het voornemen bestond om de schilderijen uit
het Raadhuis naar een afzonderlijk locaal over te
brengen, wanneer de emolumenten, voortkomende
uit het bezoek van de vele vreemdelingen die ze
komen bezichtigen, zouden vervallendat men
meende de bezoldiging van den Stadhuisbewaarder,
die niet gedeeld had in de tractementsverhooging
vroeger aan de overige gemeente-boden toegekend,
met 100 en die van de bediende met 50 te moeten
verhoogen.
In eene der sectiën kon men zich niet eenparig
met de voorgestelde verhooging vereenigen; in een
andere sectie wenschte men die als personeele toelage
te worden aangemerkt.
AFDEELING II.
Andere kosten van dagelijksch bestuur.
Volgn. 65. In eene sectie werd medegedeeld, dat
het vernieuwen der bevolkingsregisters, na de laatste
tienjarige volkstelling noodzakelijk geworden, een
verhooging der uitgaven zal vereischen.
Volgn. 68. In eene sectie is de wensch uitgedrukt,
dat alle belangrijke rapporten in het Verslag der
Handelingen van den Gemeenteraad geheel mogen
worden opgenomen, vooral die, welke van het besluie
der Vergadering afwijken, opdat do ingezetenen, de
verslagen lezende, beter instaat zouden zijn de dis-
cussiën te begrijpen.
Volgn. 70. In al de sectiën wordt door de Voor
zitters in overweging gegeven, om op deze post nog
100 uit te trekken voor den persoon die het Collegie
van Zetters bijstaat, omdat diens bezoldiging van
wege het Rijk te gering wordt geacht in verhouding
tot zijne werkzaamheden.
Men is van oordeel dat, terwijl bij de Wet van
5 April 1870 Slbn°. 63) die verplichting niet op
de gemeente wordt gelegd, dit een rijksbelang betreft,
waarin de gemeente niet behoeft te voorzien.
HOOFDSTUK II.
Kosten voor werken en inrichtingen tot openbare dienst
bestemd.
Volgn. 74. In eene sectie wordt gevraagd of de
post van 580 onder litt. c. vermeld niet verminderd
kan worden, aangezien het onderhoud van het voet
pad buiten de voormalige Koepoort nu niet meer
ten laste dezer gemeente komt?
Een ander lid meent, dat het onderhoud van den
weg loopende van de Spanjaardsbrug tot aan het
Kalkhuisje aan den Lagen Rijndijk onder Leiderdorp
niet voor rekening der gemeente komt. Bij onzeker
heid of niet alleen deze weg maar ook andere wegen
en voetpaden, voor rekening der gemeente onderhou
den worden, zou een rechtsgeleerde moeten worden
uitgenoodigd, om daarover een advies uit te brengen,
daar de gemeente geen grooter last op haar schou
ders moest laden dan rechtens bleek. Nog was er
een lid, die meende, dat naar het aantal stères rivier
zand dat jaarlijks werd geleverd, het onderhoud der
Singels wel wat te wenschen overliet.
Volgn. 77. In eene sectie werd voorgesteld, om
voor aanvoer van duinwater sub. 1'. d. vermeld, als
niet behoorende tot het onderhoud van riolen, een
afzonderlijk art. onder dit hoofdstuk uit te trekken;
het onderhoud der filtreertoestellen sub. It. c. over
te brengen op n°. 78 en de onder n°. 7S vermelde
2000 voor exploitatiekosten van het Liernur-stelsel,
waarvan splitsing tusschen aanleg en exploitatiekosten
werd verlangd, over te brengen naar n°. 77.
Volgn. 80. In eene sectie wordt gevraagd: of aan
de Israëlitische gemeente op het door haar gedaan
verzoek, nog een gedeelts van de burgerlijke begraaf
plaats zal worden afgestaan tot het begraven van
arme lijken
HOOFDSTUK IV.
Kosten van invordering der plaatselijke belastingen of
middelen.
Volgn. 89. In eene sectie wordt door den Voor
zitter medegedeeld, dat een verhooging van ƒ100 is
aangevraagd, ten einde iemand aan te stellen die
bepaald belast is met het toezicht of opsporen der
personen, die van elders zich in de gemeente komen
vestigen, om daardoor de suppletoire kohieren meer
volledig te kunnen opmaken.
HOOFDSTUK V.
Kosten der openbare veiligheid en van de brandweer.
Volgn. 103. In eene sectie wordt gevraagd, welk
nut er voor de gemeente bestaat dat de torenwach
ter elke nacht zich laat hooren, daar toch, wanneer
er ergens brand ontstaat, hij niet van de eerste kon
zijn die daarvan kennis gaf, omdat de brand alsdan
van buiten zichtbaar moest zijn. De meening wordt
algemeen gedeeld, dat niet zelden dat nut gebleken was.
HOOFDSTUK VII.
Kosten voor het onderwijs.
Volgn. 106 en 107. In twee sectiën waren leden
van oordeel, dat de kosten van schoolboeken en
school behoeften wel wat hoog waren geraamd en werd
gevraagdwat onder schoolboeken bedoeld wordt ver
mits de leerlingen die toch zelf moeten aanschaffen?
Volgn. 110. In eene sectie werd op de vraag, be
treffende de aanmerkelijke verhooging der post, ge
antwoord dat zij voortsproot uit eene noodzakelijke
verbetering der ventilation in de schoolgebouwen aan
de Pieterskerk en op de Oude Vest.
HOOFDSTUK X.
Andere Uitgaven.
Volgn. 146. Iu eene sectie werd door een lid de
opmerking gemaakt, dat de som voor kosten van
rechtskundig onderzoek uitgetrokken te gering is in
verhouding tot de diensten die daarvoor bewezen
werden, m aanmerking nemende de zaken voor den
Gemeenteraad en wellicht ook voor het collegie van
dagelijksch bestuur in orde gebracht, zoodat het dub
bel dier som nog niet voldoende zon zijn, maar toch
iets beter in evenredigheid tot de werkzaamheden.
De, overige leden stemden daarmede in, waarop de
Voorzitter mededeelde, dat bij het collegie van dage
lijksch bestuur het voornemen bestaat om daarom
trent dit jaar een bepaald voorstel te doen.
Volgn. 147. In eene sectie wordt de wensch geuit,
dat .iu het onderhoud der verschillende, trekpaden
tegemoet gekomen worde door de provincie of door
het Rijk, uithoofde bij het steeds toenemend aantal
stoombooten, die van de aan die trekpaden liggende
vaarten gebruik maken en vermits de ontvangsten
verminderen, omdat alleen bij gebruik van het trek-
pad tolgelden mogen geheven worden, het onderhoud
zeer kostbaar wordt.
Volgn. 149. In eene sectie wordt door eenige le
den te kempen gegeven, dat het zeer onbillijk is een
instelling, die slechts ten genoegen van enkele inge
zetenen strekt, te subsidieeren, terwijl de bijdragen
aan de Armbesturen telkens worden verminderd.
Volgn. 151. Ia eene sectie betuigen eenige leden
hun leedwezen, dat de gemeente Alkemade zoo slecht
aan hare verplichtingen jegens deze gemeente voldoet,
daar zij tegemoet gekomen wordt in de kosten van
een nieuw te bouwen brug, welko in strijd met de
overeenkomst nog niet is gelegd, waarom zij in be
denking geven de bijdrage bij langer in gebreke blij
ven in te houden.
Wordt vervolgd met de beantwoording van dit
verslag door B. en \\s.)
STATEN-GENJffiRAAL.
TWEEDE KAMER.
Blj de overweging in de' afdeelingen van do beide
wetsontwerpen tot vaststelling der middelen voor het
dienstjaar 1871 en tot aanvulling daarvan, werd door
verscheiden leden beweerd, dat de Minister van Finan-
tiën de vertegenwoordiging tot overhaaste aanneming
van het beginsel eener algemeene belasting op de
inkomsten scheen te. willen brengen. Nadat de Kamer
in Juli jl. door dat voorstel was verrast werd het
thans opnieuw aangeboden en door den Minister met
een over 1871 geraamd te kort in verband gebracht.
Indien de Minister zich daartoe bepaald had, er zou
geen reden bestaan om zich daarover hier te beklagen.
Geheel het voorstel zou dan bij de behandeling der
8taatsbegrooting voor 1871 buiten beschouwing kun
nen blijven. Maar de Minister heeft, vooorziende dat
de beide Kamers der Staten-Generaal niet wel voor
31 December aanstaande over de invoering eener
geheel nieuwe en de afschaffing eener bestaande be
lasting tot eene beslissing zouden kunnen komen, te
gen alle gewoonten aan, de wet op de middelen verzeld
doen gaan van eene aanyullingswet, die de afschaffing
van het patentrecht en de invoering eener inkomsten
belasting in begiusel vaststelt. Vooral daarin zagen
deze leden den schijn van te grooten aandrang. Hoe
men ouk over eeue algemeene inkomstenbelasting
denken moge, het voorstel tot invoering daarvan,
waartegen de Minister van Financiën nog in 1869,
uithoofde van de impopulariteit der zaak, niet weinig
opzag, vordert rijp beraad. Bovendien de buitenge
wone uitgaven loopen binnen eenige jaren ten einde.
Intusschen neemt de opbrengst der gewone middelen
gestadig in sterke evenredigheid toe. De mogelijk
heid bestaat ,dus dat thans de lasten der natie zou
den worden verhoogd, terwijl dit na eenige jaren
blijken kon onnoodig te zijn gewéest. Op deze be-
deukingen werd geantwoord, dat er dan toch op de.
begrooting van 1S71 een bepaald tekort bestaat; dat,
wil men geen verwarring in de geldmiddelen bren
gen, dat tekurt moet worden gedekt, en dat indien
men eene noodzakelijke vermeerdering van lasten van
eene geheele herziening van het belastingstelsel af
hankelijk wilde maken, van het herstel van het ver
broken evenwicht tusschèn uitgaven en inkomsten
wel niet licht iets komen zou. Het wederantwoord
was, dat, zelfs als men de begrooting van uitgaven
voor 1871 aannam, zooals zij daar ligt, volgens het
eigen stelsel der ministers van financiën, nog niet
aan het bestaan van een door nieuwe 'belastingen te
dekken tekort të denkeu zij. Een groot aantal leden
vereenigde zich m zoovermet deze beschouwingen,
als ook dat zij den vorm, waarin ditmaal de regeling der
middelen wordt voorgesteld, zeer afkeurden. Daarna
behelst het verslag onderscheidene aanmerkingen op
de onderdeelen der wet op de middelen.
In het verslag nopens hoofdstuk II wordt niet
gunstig gesproken over de verbouwing der zaal van
de Eerste Kamer, op welker tribunes de sprekers ook
minder goed te verstaan zijn dan vroeger.
Bij de afdeeling kabinet des Konings, wordt o.' a.
dit aangeteekendNaar het schijnt zijn door den
directeur van het kabinet des Konings, onder dag-
teekeuing van 27 September jl., brieven over zaken
van bestuur geschreven aan twee Commissarissen des
Konings in de provinciën. Haddón die brieven niét
moeten uitgaan van een verantwoordelijk Minister?
Aan deze vraag knoopen zich twee andere. Voor de
bureaux van het kabinet des Konings is vroeger op
landskosten een ander gebouw in gereedheid gebracht,
waarin meent men, ook eene goede bergplaats voor
arebiven aanwezig was. De directeur van bet kabinet
des Konings schijnt echter, althans bij voorraad, aan
bet verblyt' in de localen op bet "Binnenhof, hoe
bouwvalhg ook gekeurd, boven de verplaatsing naar
bet nieuwe gebouw de voorkeur te geven. Heeft de
regeering thans omtrent dit punt iets naders mede
te deelen
By overweging in de afdeelingen der kamer van
hoofdstuk VII A. der Staatsbegrooting voor 1871
is de vraag gedaan of niet de post tot uitgifte van
schatkisibilletten te beperken ware tot 8 millioen, in
stede van 12, zoodat de uitgetrokken som voor rente
en kosten ad 750.000 (tegen 6% pCt. met 260.000
zou te verminderen zijn.
zitter de bij de grondwet gevorderde eeden af en neemt
zitting.
Aan de orde is de voortzetting der beraadslagin
gen over de begrooting voor Ned.-Indië, dienst
jaar 1S7JL, en wel over hoofdstuk LI, Uitgaven m
iSed.-lndië) onderafdeeling la. Ter voorbereiding van
de reorganisatie der departementen van algemeen
burgerlijk beheer 50,0(Jü, waartegen de beer Lentrng
een amendement voorstelt, om die som te bepalen op
111,000, enkel ter voorbereiding van de herziening
dor belastingen.
De heer Lenting licht zijn amendement toe, en
herinnert daarbij aan den tegenstand, welken de post
verleden jaar heetc ondervonden. Reeds toen onder
vond het denkbeeld eener vermeerdering van depar
tementen van algemeen bestuur, vooral wat betrof
een afzonderlijk departement voor de buitenbezittingen,
veel tegenstand. Öpr. zal de toen aangevoerde gronden
niet herbalen, maar wijst er slechts op, dat ook m
Indië de zaak vrij algemeen afgekeurd wordt, zóo
zelts dat de Minister in de Mem. v. Beantw. ver
klaart, dat men zich aldaar beroept op en wapent
met de argumenten der minderheid in deze Kamer.
Hieruit blijkt in ieder geval dat de behoefte aan deze
uflbreiding aldaar niet wordt gevoeld. Aangezien even
wel dat voor de herziening van bet belastingstelsel
reeds een bepaald ambtenaar is aangewezen, zoo
wejischt spr. die som, die onder de voorgestelde
f 5U,U(X) is begrepen te behouden.
Nadat onderscheidene sprekers voor en tegen het
amendement, of tegen het beginsel hadden gesproken,
voerde ook de Minister herhaalde malen het woord tot
verdediging van het artikel.
Ten slotte wordt het art. in omvraag gebracht en
aangenomen met 34 tegen 33 stemmen.
Voor, de beeren Jonckbloet, Moens, v. d. Hucht,
Zijlker, Sloet, Dumbar, De Bieberstein, Blussc, Dam,
Hingst, Cornells, v. Beyma, Kops, Idserda, v. Voort-
huyzen, v. Blom, Guljé, v. d. Maasen, Storm, Viruly,
Kalli', Cremers, Blom, Wybenga, Tak, v. Kerkwijk,
'*8 Jacob, v. cl. Linden, Rutgers, v. Delden, Heems
kerk Bz., Rombacb, Gratama en de voorzitter.
Tegen, de beeren v. Lijnden; Sandberg,'Hasselman,
Fr. v. d. Tutte, Vader, Mirandolle, Insmger, Borret,
De Roo, Lenting, Hoffman, Nierstrasz, v. Reenen,
Heemskerk Az., Luijben, Hailmans, v. Naamen, v. d.
Does, Bergman, Verbeijen, Kien, v. Houten, v. Nis
pen, De Casembroot, v. Wassenaar Catwyck, v. Kuyk,
Torbecke, Begram, De Brauw, v. Sypestein, Heyden-
ryck, Bicbon en v. Loon.
De beraadslagingen worden alsnu geopend voor
onder-atdeeling 12 landradenresidentieraden en andere
rechtbanken f 520.040.
De beer W. v. Golstein stelt een amendement
voor. om dit bedrag te verminderen met eene som
van 32,220. Bij de toóbchting van dit amendement
zegt spr. dat de strekking daarvan gericht is tegen
de hervorming, welke de regeermg in de Preanger-
regentscbappen beoogt. Op bet beginsel van afschei
ding tusschen de administratieve en rechterlijke macht
wil hij niet terugkomen. De kamer heeft ten vorigen
jare dat punt beslist. Maar deze post heeft de strek
king om dit beginsel ook in de Preanger-regentschap
pen toe te passen. De Minister stelt voor het be
stuur in dé Preanger te regelen gelijk overal elders.
Tégen dit voorstel heeft hij politieke en financieele
bezwaren. De politieke bezwaren bestaan by hem,
zoowel ten opzichte van de hervorming der priesters
als van de hoofden. De Minister zegt dat de regen
ten nu met de zaak zijn ingenomen, op grond van
de belooning die zy zullen ontvangen, maar spr. vreest
dat wanneer zij langzamerhand zullen merken, dat
bun invloed bij de bevolking is getaand, die inge
nomenheid zeer zal verminderen.
Daarna zet spr. uiteen, dat bet voorstel der Regee
ring, ook uit een financieel oogpunt, weinig aanbe
veling verdient en treedt, om dit te betoogen, in eene
vergelijking tusschen de baten eu lasten, gelijk die
door den Minister op bl.v8 zijner Mem. v. Beantw.
zijn opgenomen.
De Voorzitter stelt voor en de Kamer besluit,
omdat het amendement v. Goltstein ingrijpt in de
hervorming van het Preanger stelsel, de discussie
over dat punt reeds by dezen post te voeren.
(Per telegraaf.) De heeren Saaymans Vader, Has-
selman en Nierstrasz. verzetten zich sterk tegen de
hervorming van bet Preangerstelsel terwijl de beer
Van der Hucht en de Minister den maatregel breed
voerig verdedigen1 in Jt belang der versterking van
ons gezag, verbetering van den toestand der regenten
en hooiden, en vermeerdering van den welvaart der
bevolking. Morgen voortzetting.
Amsterdam, 21 October. Tarwe, stemming onver
anderd; O. B. Pools. 370; N. B. Pools. 360 op tijd.
Rogge, stemming prijshoudendPetersburg 182;
Galatz 192, 187; Berdianski 190; Odessa 190 c./k.
Levering, stemming genoegzaam onveranderd;
October 184, 183; Maart 194; Mei 197. Raapolie,
'vliegend 45; voorjaar 43%, 4314; najaar 4444%,
4414. Lijnolie vliegend 32; voorjaar 32%, 32*;
najaar 31* a 32. Koolzaad Oct. 84%,
2?3*tc STAAT»-LOTbKlJ.
vijfde klasse, zestiende lijst.
Trekking van Vrijdag 21 October.
N°. 2681, 10917, 16503 1000. N°. 3704, 8224,
18954 ƒ400. N°. 385, 14369 200., N°. 401, 4525,
5200, 5661, 7368", 8776, 12129, 13758, 15661,16240,
16340, 16611, 17827 ƒ100.
Zitting van heden.
De commissie, in wier handen gesteld waren de
geloofsbrieven van den beer Tak, nieuw benoemd lid
in 't boofdkiesdistrict Middelburg, heelt bij monde
van den beer Luyben, rapport uitgebracht, waarvan
de conclusie strekt tot toelating na eedsaflegging. Dien
overeenkomstig wordt besloten. De beer Tak, de ver
gadering binnengeleid, legt in banden van den voor
Prijzen
van f 7O.
'203
2097
4497
6875
9788
12219
'15349
17527
'200
'2232
4514
700-2
9847
12224
15443
17621
318
.2257
4575
7064
9895
'12239
'15456
17645
468
'2324
4588
7107
9971
1255'2
15644
17798
521
2358
4654
7309
10018
12586
15818
17886
527
2493
4664
7437
10164
1-2657
15938
17994
585
2525
4669
7475
10259
1-2800
16091
18264
754*
'2562
4845
7499
10277
12817
16138
18306
762
2565
4864
7526
10482
13064
16202
18541
770
2690
4909
7638
'10499
13310
16-244
18568
817
2722
5086
7646
10554
13135
16260
1857-2
856
2881
5307
7683
10642
13571
16336
18580
929
'2915
5321
7699
10655
13727
16467
18583
1086
2957
54'2G
7823
10709
13823
16595
18650
1238
2973
5527'
7827
10823
14018
16657
18730
1285
3008
5551
7983
10969
14020
'16675
18747
1311
3046
5712
8127
11081
14206
16687
18814
1352
3159
5762
813Ó
11139
14211
16701
19014
1383
3235
5809
8131
11170
14266
16740
19276
1399
3428
5829
8217
11338
14382
16881
19279
1430
3442
5845
8293
11550
14517
16884
19313
1483
3484
5865
8468
11618
14614
17050
19334
1534
3520
6014
8480
11629
14677
17062
19436
looi
3537
6168
8733
11706
14750
17098
19535
1680
3737
6247
9009
11853
14870
17178
19539
1732
4192
6564
9041
11959
15005
17189
19611
1741
4265
6628
9263
12077
15033
17373
19673
1782
4298
6790
9288
12106
15073
17438
19701
1842
4339
6842
9409
12116
15281
17486
19781
1850
4340
6870
9639
•12181
15301
17500
19885
1871
4461
19904