eenige verdachte honden afgemaakt en het vast
leggen bevolen. Te 's-Bosch hebben zich 60
bakkers verbonden, om ten behoeve van het Roode
Kruis, ieder 200 stuks beste beschuit te leveren.
Te Zwolle moet een zeer gebrekkig persoon H.
Greve door zekeren De Wit aangevallen en ge
kwetst zijn en ook zijn vader, een 72jarigen man
die hem ter liulpe wilde komen, moet aan het
hoofd gewond zijn.
In het kleine cirque op de kermiste Zaandam
had dezer dageu een treurig ongeval plaats. Een
der jeugdige kunstrijders, gedurende eenige dagen
reeds lijdende, viel bij het verrichten zijner hals
brekende toeren te paard, plotseling op het ge
trouwe beest dood neder. Natuurlijk werd de
voorstelling onmiddelijk geslotèn.
BUITENLAND.
Op Parijs blijft natuurlijk de aandacht het meest
gevestigd. Nu Mac-Mahon en Bazaine verslagen
ziju rust op Parijs de grootsche taak om nu eens
voor goed te bewijzen, hetgeen Frankrijks lust
hof steeds voorgeeft:
Paris c'est la France.
De Fransche republiek zal nu moeten toonen
of Frankrijk nog macht genoeg bezit om den ze-
gepralenden Pruis te tarten.
Maar dit zal een strijd zijn op leven en dood.
Nu vooral zal Frankrijk, in zijn verjongd kleed,
zich niet laten nederslaan. Dit wijzen de jongste
dagen uit.
Al Frankrijks kracht wordt binnen Parijs bij
een getrokken o'm de naderende overwinnaars
het hoofd te bieden.
Wat vooral Parijs op dit oogenblik krachtig
maakt is de eendracht die er heerscht, is het feit
dat er eene revolutie is tot stand gekomen zon
der dat een droppel btoeds vergoten- is.
In het belang van een dynastie schreef het
Journal officiel dezer dagen woorden die nu eerst
waarheid zijn.
„Frankrijk," zeide dit bijzonder orgaan van het
keizerrijk, „beschouwt den tegenwoordigen toe
stand met een vertrouwen en een krachtdadigheid
die door geheel Europa wordt erkend. Kalm en
vastberaden, is de natie bereid tot alle opofferin
gen. Al de Franschen begrijpen dat de eendracht
de eerste is van al hunne plichten. Niet enkel
sterk gewapende vestingen zal de vijand te Parijs
aantreffen; maar ook de vestingen der vaderlands
liefde, der verknochtheid en der onwrikbare zelf
opoffering,"
Niet alleen de bevolking is ingenomen met de
vreedzame revolutie, niet alleen stelt zij het grootste
vertrouweu in de maunen die het bewind heb
ben aanvaard, maar vele Fransche bladen geven
hun steun aan mannen die zich voorstellen Frank
rijk te redden.
De Figaro zegt heden
„Het keizerrijk heeft opgehouden te bestaan.
Dé republiek is uitgeroepen.
Het bewind treedt op onder de leus van regee
ring voor de nationale verdediging en die leus
is voldoende om haar zonder onderscheid van
beginsel den steuu van alle burgers te verzekeren.
Welke regeeringsvorm ook geroepen ware
om het keizerrijk te vervangeu,1 het moest een
nieuwe macht zijn om het hoofd te bieden aan
den vijand die ons grondgebied heeft overweldigd,
die twee van onze legers heeft verwoest, die op
Parijs aanrukt.
De ramp die wij beleven is eeuigiu de geschie
denis.
In drie weken is Frankrijk, als noodlottig ge
volg van de fouten van hen die het lot van ons
vaderland ih handen hadden/prijsgegeven aan de
afgrijsselijk heden van den oorlog en aan den
rand van den afgrond gébracht.
In 15 uren is een troon, die 19 jaren bestaat,
ineengestort; het gebouw, wélks bekrooning de
vreemde overweldiging was, is inèengézakt als
eene brooze massa, Wier uiterlijk schitterend en
wier kern verrot is.
Het is een in de geschiédboekeri ongehoorde
val, die een ieder die zich met' bedriegelijke
illusien en noodlottige droombeelden voedde met
verstomming heeft geslagen."
Na kortelijk uiteengezet te hebben op welke
wijze een en ander is tot stand gebracht, zegt
het blad verder:
„Hetgeen wij nu noodig hadden, was een be
wind uit geachte, standvastige en onwankelbare
mannen, tot iedere opoffering bereid voor het heil
van het vaderland.
Wij behoeven thans geen vergelijking te maken
tusschen de voor- of nadeelen van een monarchie
of republiek. De naam doet niets ter zake, Wij
hebben eëu bewind noodig. Frankrijk hééft1 nu
geen tijd om zich daarin te verdiepen.
Het wil thans als dén mah ópstaan, het ëischt
wapenen én is vast besloten om de lahtdte drop
pel bloeds te storten o'rh dén vijand te verdrijven;
de onafhaiikelijkheid te herwinnen en de eer
te herstellen.
De regeering, welke haar naam zij, die Frank
rijks bevrijding weet te verkrijgen, hëeft Zich
voor eeuwig jegens het vaderland verdienstelijk
gemaakt."
Parijs bij nacht en bij dag-.
Het afwisselend bekend worden van de ver
schrikkelijke tijdingen aan de grenzen, deed Za
terdag-avond te 8 uren den president van het
Wetgevend Lichaam, besluiten dit nog denzelfden
avond te doen bijeenroepen, ofschoon beweerd
wordt dat dit geschiedde door het orgaan van den
afgev. Dreolle namens vele afgevaardigden.
Met het bijeenroepen der algëtaardigden en
ministers, (de minister van oorlog, graaf Palikao
had zich reeds ter ruste begeven), was geruimen
tijd gemoeid, zoodat de zitting eerst 's nachts ten
1 ure geopend kon worden.
De tribunes waren overvol. Alle leden van het
korps diplomatique waren tegenwoordig.
De president, de heer Schueider zag er somber
en ontdaan uit.
Hij was niet bekleed met de waardigheids
teekenen van president en had ook niet, gélijk
gewooulijk het grootkruis van het legioen van
eer aan.
Na dé opening gaf hij dé volgende korte ver
klaring van het doel der bijeenkomst:
„Mijne Heereh de Afgevaardigden I
„Een ernstig, smartelijk bericht is ons heden
avond medegedeeld.
„Gekozen zijnde tot president der kamer, had
ik tegenover haar en de natie een plicht te
vervullen.
„Er was mij dóór een groot aantal mijner col-
lega'6 eene dringende vraag gedaan.
"Gij zijt dus tot eene buitengewone zitttng
opgeroepen.
„Ik zal nu het woord geven aan den minister
van oorlog, om de verklaring, die hij in de zitting
van hedenmorgen heeft gegeven volledig te maken."
De graaf Palikao zeide toen
„Op mij rust de smartelijke taak u mede te
deelen wat mijne woorden van hedenmiddag u
hebben kunnen doen bevroeden.
„Het bericht dat officieus was, is officieel ge
worden.
„Na heldhaftige pogingen, is het leger in Sédan
teruggeworpen en het is door zulk een overmacht
ingesloten geworden dat het heeft'moeten capi-
tuleeren.
„De keizer is gevangen genomen.
„Tegenover deze berichten zou het niet mogelijk
zijn een ernstige discussie aaü te gaan over de
gevolgen die deze gebeurtenissen na zich kunnen
slepen.
„Men heeft mij van mijn bed gehaald, om mij
mede te deelen, dat deze zitting zou gehouden
worden mijne collega's en ik hebben met el
kander niet kunnen overwegen."
Na eene korte woordenwisseling over de ver
daging van de Kamer tot den volgenden morgen,
betrad de heer Jules Favre de tribune en recht
op zijn doel afgaande, las hij de volgende motie
van vervallenverklaring voor:
„Art. 1. Louis Napoleon en zijne dynastie zijn
vervallen verklaard van de macht, die hem door
de natie is toevertiouwd.
„Art. 2. Er zal eene uitvoerende commissie
worden geconstitueerd, samengesteld uit leden
(het aantal zal door de Kamer worden bepaald),
die bekleed zal worden roet alle mogelijke macht
om den inval terug té drijven en den vreemde
ling te verjagen.
„Art. 3. De generaal Troehu, gouverneur vau
Parijs, is bij uitsluiting belast met de verdedi
ging der hoofdstad."
De Kamer ontving dit voorstel met diep stil
zwijgen.
Alleen, zeide de heer PiDard, oud-minister van
justitie, wij hebben de macht niet om die verval
lenverklaring uit te spreken.
Hierna wordt het Wetgevend Lichaam onge
veer te 2 uren verdaagd.
Hierop volgde de stormachtige zitting van
Zondag, doch zien wij eerst hetgeen Zaterdag
avond eh nacht op de ruime boulevards voor
viel, zoodra nog slechts de geruchten van de droe
vige gebeurtenissen te Bèdau werden verspreid.
Tegen 8 uren des avuuds kwam eene eerste
bende, uit vier of v.jfhouderd personen samenge
steld, de Boulevaids afzakken, onder het ge
schreeuw van „Leve Trochu! naar het Louvre!"
Op de Place du NouvelOpera hield de bende halt,
om naar een jeugdig redenaar te luisteren, die
de menigte onder het oog bracht, dat men niet
naar het Louvre moest gaan, maar naar het Wet
gevend Lichaam.
„Neen, riepen sommigen, naar Trochu 1" Ande
ren daarentegen riepen: „Naar de Kamer 1"
Terwijl men nog stond te weifelen waarheen
men gaan zou, kwam eene colonne van ongeveer
3 of 4000 personen aanzetten, onophoudelijk de
kreten latende hooren „Leve Trochu!" en „Ver-
vallen-verklaringl"
Deze laatste kreet véreenigde dadelijk alle stem
men, en de beide benden voegden zich samén en
namen den weg naar het Louvre.
Op de Place Vendóme werden, in het voorbijgaan,
aan den voet der kolom waarop het standbeeld
van Napoleon III staat, verwoede kreten geuit,
terwijl duizeude vuisten dreigend tegen het beeld
werden opgeheven.
In de Rue de Casliglione werd aan officieren en
onderofficieren der mobile garde, die in een ge
.sloten rijtuig voorbij kwamen, eene ovatie ge
bracht, en deze beantwoordden die met te roepen,
terwijl zij met hunne képis zwaaiden.-
„Ja, ja, de vervallen-verklaring!"
Voor de hoofdwacht der nationale garde inde
rue Rivoli werd een krachtig gejuich aangeheven,
terwijl onder de vensters der Tuileriën met luid
geschreeuw werd te verstaan gegeven, dat men
de afzetting der dynastie wilde.
Voor de deur van het gebouw gekomen, waar
de gouverneur van Parijs verblijf houdt, werd
geroepen: ,/Leve Trochu!" en gevraagd dat de ge
neraal naar buiten zou komen en het woord zou
voeren. Een officier van den staf gal' de menigte
te verstaan, dat de generaal bezig was met ge
wichtige orders te onderteekeneu, maar terstond
daarna zou verschijnen. Dit werd met luide bij
valsbetuigingen begroet,
Kort daarna vertoonde zich de generaal op den
drempel van het paleis. Hij was bleek en tranen
rolden hem uit de van geestkracht schitterende
oogen.
"Gij hebt naar mij gevraagd, mijne heeren!"
zei hij kalm; „hier ben ik: wat wilt gij?"
„Berlchtèn!" riep eene stem.
„Mijnheer!" autivoordde de generaal, „het is
een ramp, ongehoord in de geschiedenis
„Spreek de vervallen-verklaring uit!" riepen
verscheiden stemmen.
„Mijne heeren! ik ben soldaat, ik heb een eed
afgelegdaan dien eed tekort doen, zou tekort
doen Wezen aan de eer. Het is de taak der Ka
mer om u antwoord te geven."
Deze edele taal werd door de menigte toege
juicht, en nieu riep: „Naar de Kamer!"
Kreten van „leve de republiek!" werdeu ter
stond door luide protesten tot zwijgen gebracht.
„Geen paftijen meerriep men. Een énkel woord
tot aansluiting voor allen: Leve Frankrijk!"
Tegen 10 uren verscheen de troep, die onder
weg nog belangrijk was vergroot, voor h'et paleis
Bourbon.
Men vroeg naar Gambetta. Deze kwam toeloo-
pen én' sprak de menigte toe, die nog telkens1
den kreet „Vervaüè'n-vërkléring!" dèed höoreu.
De afgevaardigde uit Marseille, zeer aangedaan,
sprak gedurende een kwartier en vermaande tót1
kalmte en vertrouwen.
„Mijne heeren!" zeide hij in hoofdzaak, laat
ons op het oogenblik dat het hoofd van den Staat
is gevangen genofnen, door oiïze waardigheid
toonen, dat al wat men aan onze partij heeft ten
laste gelegd, slechts laster was. Er kan thans
alleen maar sprake zijn van het volk; maar
ook op het volk rust de taak om op te staan,
ten einde den vijand te verjagen, die dronken is
van zijne overwinningen. Laat ons aan Europa,
aan de wereld tfaonén, dat revolutie en vader
landsliefde altijd samen gaan. Parijs houdt thans
in zijne handen, niet alleen het heil van het
land, maar ook het heil der Fransche revolutie."
In de rede gevallën door den kreet „Leve
Gambetta," antwoordde de redenaar:
„Neen, mijnheerburoept niet leve Gambetta!
dat wil zeggeii: leve een mchschÜit eene
Fransche borst moet in dit oogeublik éeu enkele
kreet opgaan deze: „Leve Frankrijk!"
Deze fiere woorden werden door ouverdooveude
bravo's gevolgd. Eenigen uit deu hoop riepen nog
„Leve de Republiek!"
„Leve Frankrijk, zeg ik u," antwoordde Gam
betta, en toen daarop wedér' de vervallen-éerkla-
ring Werd geëischt, ging hij voort:
„Mijne' heerdil! ik zal mij bij mij uë collega's
voégeh, én' ik zweer' u, dat de nacht óf de helft
vah' den dhg' van morgen niét Voorbij zal gaan,
zonder dat Wij kloeke besluiten hebben genomen,
die het volk waardig zijn. Maar' Wij kunnen
niet den sdhijn' op óns laden, alsof wij beraad
slaagden ouder dé pr'essife van buiten. Ik spoor
u dus aan om heéu te gaan. Laat dë toegangen
van het Wetgevend Lichaam vrij!"
Hij voegde er bij dat de Kamer te midder
nacht een buiteugevvone zitting zou houden. Dit
was voor de menigte eene reden te meer om aan
zijn raad gehoor te geven, en uiteen tegaau.Meii
sprak echter at, dat men tegen middernacht we
der voor liet paleis Éburbon bijeen zou komen.
Het volk verdeelde zich in troepen van onge
veer honderd personen, en bfaóht door geheel Pa
rijs de tijding, dat het' Hoofd van den staat was
gevangen genomen en dat het Wetgevend Lichaam
een nacht-zitting zou houden.
Tegen hall'elf Verscheen op den Boulevard des
llaliens een bende van ongeveer 2000 personen,
met eén driekléurig vaandel aan het hoofd, én de
kreten aanheffende:
„Vervallen-éerklaridg 1 Leve Frankrijk!"
De bendé groeide weldra tot 1500t) personen
aan en werd door het publiek in de koffiehuizén
op de Boulevards luide toegejuicht.
Óp de hoogte vau het theatre du Gymnase wer
den eensklaps verscheiden schoten gehoord. Zij
werden gelost door de politie-dienaars, die zich in
het wachthuis tegenover den schouwburg bevon
den, die dadelijk daarop met den hartsvanger in
de hand eene geweldige charge op de menigte
maakten. Deze stoof uiteen en zocht een schuil-
plaatst in de naburige straten.
Kort vóór 11 uren echiflr kwam de bende ter
hoogte van de Rue Saint-Dénis weder bijeen, on
der de kreten: „Naar het Stadhuis! Vervallen
verklaring! Leve Frankrijk!"
Aan de eigenaars der koffiehuizen op de na
burige Boulevards werd bevel gegeven om hunoe
inrichtingen te sluiten,
In twee charges zijn verscheiden personen ern
stig, zelfs doodelijk gewond. Er was ook sprake
van een mobiele garde, die gedood zou zijn.
Tegen halftwaalf was het op de Boulevards
stil. Voor het gebouw van het Wetgevend Lichaam
liepen 2 of 300 nieuwsgierigen heen en weer.
Aan de zijden der kaden was het hek door een
cordon politie-beambten afgezet; andere deuren
waren gesloten. Enkele journalisten drongen dour
de heg van politie-dienaars en kwamen aan de
;deur.
De generaal Lebretón, quaestor van het Wet-
Igevend Lichaam, wilde echter niemand toelaten.
Hij beweerde dat er geen zitting was en alleen
bijeenkomst van afgevaardigden werd gehouden,
De journalisten protesteerden, maar gingen'terug
Up dit oogeubik kwamen twee escadrons gar
des van Parijs en een bataillon gardes te voet,
'die de nieuwsgierigen verjoegen. In den omtrek
stonden dichte massa's volk, die den afloop der
zitting afwachtten, en te 1 uur vond men nog
vele troepen burgers, door de straten gaande
onder de kreten„Leve Frankrijk Leve de Natie!
Neen, het vaderland is niet verloren!"
Zoo ging de nacht voorbij met anti-iinperilis-
tische bewegingen. Geen wonder dat men in de
zitting van het Wetgevend Lichaam van Zondag
gewichtige en ingrijpende gebeurtenissen ver
wachtte.
Die zitting nam te een uur een aanvang. Van
de agitatie en spanning die daar heerschte kan
men zich geen denkbeeld vormen. Te midden van
een hevig gedruisch eischen de heeren Glais,
Bizoin en Raspail de onmiddelijke vervallen-ver
klaring.
De heer de Kératry vraagt het woord voor
eene motie van orde. De Kamer moet thans niel
bewaakt worden door linietroepen en politieagen-
ten. Hij beschuldigt den Min. van Oorlog van beve
len te hebben gegeven voor het; bewaken der
Kamer, in strijd met de orde van generaal Trochu.
De Minister heeft'in dit opzicht zijn plicht over
schreden.
De Minister van Oorlog: „Neen ik heb aan mijn
plicht niet tekort gedaan. Er moet hier op het
verschil van gezag tusschen den gouverneur van
Parijs en mij gelet worden. Trochu heeft dat
verschil erkend. Alle troepen binnen deu kring
der forten, staan onder zijne bevelen, en ik laat'
hem daarover de vrije beschikking. Maar de
overige troepen staan onder het bevel van den
Minster van Oorlog."
„Waarom wordt de bescherming der Kamer
niet liever toevertrouwd aan de nationale garde?"
vraagt de heer Esquiros. (Geroep van de linker
zijde: „Laat het incident rusten.)
De Minister van Oorlog vervolgt aldus: „De
nationale garde heb ik niet ter mijner beschik-
bing. Waarover beklaagt gij u toch? Ik verzeker
de vrijheid van discussie. Indien ik niet voor de
bescherming der Kamer gezorgd had, zoudt ge
zeggen, dat ik u blootstel aan de pressie van
buiten."
„Onze questors alléén hebben ten aanzien dezer
zaak hier bevelen te geven," antwoordt de heet
Picard.
De Minister: „In de treurige omstandigheden,
waarin wij ons bevinden, stelt de Regeering u
het volgende ontwerp voor: Er wordt een Raad
van bestuur en van nationale defensië benoemd,
die bestaat uit vijf leden. De leden worden door
de Kamer benoemd. De Ministers worden benoemd
onder contraseign van dien Raad...."
De heer Favfe„En door wie worden de
ministers benoemd?"
De minister van oorlog gaat aldus voort„De
generaal graaf van Palikao is luitenant-generaal
bij dien Raad."
De heer Favre vraagt de prioriteit van zijn
voorstel, strekkende om de Napoleontische dynastie
vervallen te verklaren van den troon.
De President verleent het woord aan den heer
Thiers, die een voorstel indient, dat door 46 afge
vaardigden is geteekend.
„Ik stel", zegt hij, „de persoonlijke voorliefde,
dié ik voor hét ontwerp der linkerzijde heb
want het stelt de quaestie zuiVer gansch
en al tér zij, omdat de eendracht alleen verbe
tering in den toestand kan brengen. Daarom heb
ik aan verscheidene afgevaardigden van alle par
tijen de volgende redactie voorgesteld: „Uit aan
merking der omstandigheden, benoemt de Kamer
eeDe commissie van bestuur en van nationale
defensie. Eene const) tueerende Vergadering wordt
bijeengeroepen, zoodra de omstandigheden het
veroorloven."
De minister van oorlog verklaart uit naam der
Regeering: „Wij zulleu gaarne het land raadple
gen, zoodra wij uit onze tegenwoordige moeilij!
heden geraakt zijn.". (Rumoer.)
De President verklaart, dat hij de Kamer zal
laten beslissen óver de drie voorstëlleü. Zij worden
daarop urgent verklaard en zullen naar éene eu