Zaterdag 13 Augustus. V. 3222. Aü. 1870. Peailloton van liet „Leidsck Dagblad". DE DING-DINGBANK VAN ITTERSÜH. PRIJS DEZER COURANT. Voor Leiden per 3 maanden Franco per post Afzonderlijke Nommers 3.00. 3.85. 0.05. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVERTÏÏNTIEN Voor iedereD regel0.16. Grootere letter, naar de plaatsruimte die aij beslaan. Comité van het ROODE KRUIS te Leiden en omstreken. Van het Hoofdcomité te 's-Graveuhage ontvin gen wij de volgende inlichtingen betreffende de meest doelmatige materieele hulpmiddelen, die thans het eerst noodig zijn. Men verlangt te ont vangen verbandpakken, bestaande uit 2 stukken linnen of katoen (servetten) ter grootte van 1 a 1.25 meter in het vierkant4 stukken linnen of katoen (kompressen) van 50 centirn. iD het vierkant; 4 idem van 25 centim. in het vierkant; 4 linnen of katoeuen zvVachtels, lang 8 meters en breed 8 centim; 4 idem, lang 6 meters, breed 6 centim.4 idem, lang 3 meters, breed 4 centim 214 hectogram geordend pluksel, lang van draad 15 centim.1 meter Engelsch pluksel; 4 stukken gevensterde compressen van 50 centim. in het vierkant; 4 flanellen zwachtels, lang 8 meters en breed 8 centim.; 4 linnen of katoenen zwachtels, lang 6 meters en breed 6 centim., aan beide einden met een zoom van 6 centim.; 1 stuk hechtpleister van 1 meter lengte en15 centim. breedte, in een blikken kokertje; 1 a 2 stukken zwam; 2 a 4 sponsen; 1 kaart met 50 stevige spelden; 1 meter gewaste taf; 4 stukjes grauw band1 vel watten. Dit alles omslagen met een scheurlakeu, en ge pakt in een vel stevig bordpapier. Het pak wordt omsloten met twee cingels met gespen van 1.50 meter lengte en 10 centim. breedte. Wy hopen spoedig, door het ontvangen van hetgeen hierboven genoemd is, in staat gesteld te worden, tot het in gereedheid brengen en ver zenden van dergelijke verbandpakken. Ook het geringste, als een kaart met 50 stevige spelden, zal ons welkom zijn. De Nederlandsche vereeniging van het Roode Kruis zal zoodra mogelijk naar Luxemburg ver trekken, om déar, op neutraal terrein, iD de on middellijke nabijheid van het oorlogstooneel hulp te bieden. Het Hoofdcomité heeft ook onze mede werking ingeroepen. Materieel hebben wy nog niet. Geschikte verplegers en verpleegsters, hel pers en helpsters kunnen wij voor het oogenblik evenmin ter beschikking stellen. Wij vertrou wen dat wij weldra in heide opzichten beter toegerust zullen zijn. Maar toch konden wij reeds eeue som van /'SOU aanbieden, dank zij de belang stelling onzer stadgenooteu. Het is ons aangenaam te kunneD vermelden, dat wij aan bijdragen van leden reeds over een bedrag van ƒ106.50 en aan bijzondere giften van leden, donateurs en donatrices over een bedrag van ƒ681.50 te beschikken hebben. Wij ontvingen bovendien aan giftenvan A. P. 8. ƒ6, van een student ƒ1, van K. v. H. 2.50, van N. N. motto „ten behoeve Roode Kruis" ƒ5; van A. A. coupon 12.37' N°. 7766; aan materieel: van Mevr. B. éen laken, éen tafellaken, éeu handdoek, yijf servetten, benevens ƒ5; van den heer J. Garrer 25 flesschen bessensap, versch bereid. Wij herinneren dat materieele hulpmiddelen, van welken aard ook, in ontvangst genomen worden door den heer A. C. Leembruggen, Oude j Singel V, 340; geldelijke bijdragen kunnen bezorgd j worden bij den heer J. A. F. Coebergh, Steen- j schuur IV, 261verplegers en verpleegsters, hel pers en helpsters gelieven zich aan te melden bij den heer M. Polauo, Hooigracht VII, 826. Namens het Bestuur: Leiden, H. C. ROGGE, 12 Aug. 1870. Secretaris. Lelden, 12 Augustus. De Minister van Justitie brengt in herinnering, dat volgens de wet de staat van Nederlander wordt verloren door buiten toestemming des ko- nings zich in vreemden krijgsdienst te begeven. Belanghebbenden worden tevens verwittigd, dat wegens den tegenwoordigen politieken toestand, i verzoeken om de bedoelde toestemming te ver krijgen, voorshands buiten beschikking moeten blijven. Dr. Verwey te 's Graven hage heeft ten behoeve vaD het Roode Kruis verschillende verbeteringen aangebracht aan de draagbaar, bij het leger in gébruik. Bij de gewijzigde draagbaar is het hout van beter hoedanigheid en daardoor steviger en duurzamer, terwijl het gevaar van breken dei- onderstellen is opgeheven. Het ligzeil, bestaande uit éen stuk, met zoomen voor het doorlaten der draagstokken, is dubbel gemaakt, zoodat het ge vuld en tot matras of stroozak gebezigd kan wor den. Aan de aldus verbeterde draagbaar is toe gevoegd eeD los ruggestuk tot steunsel voor hnolil en rug, terwijl er bij de draagbaar van het leger op gerekend wordt, dat de gekwetste met het hoofd op zijn ransel ligt. Het ruggestuk verdient echter verreweg de voorkeur. Het linnen van dit ruggestuk is ook dubbel eD kan worden opge vuld, hetgeen echter voor het vervoer niet is aan te hevelen. De draagbaar met het ruggestuk kan ook tot veldbed worden gebruikt. Daar de hij het leger aangenomen draagbaar tot grondslag is aan genomen, zoo bestaat er gelijkheid van hulpmid delen bij samenwerking met het leger. Naar men ons mededeelt, is de majoor Lucht mails van den staf der infanterie te 's-Hage, be last met het toezicht op de schutterijen, en zijn de kommandeerende officieren der schutterijen door den minister van binneulandsche zaken uitgenoodigd zich met dien hoofd-officier in alles wat de aangelegenheden van Iiud ouderli ebbend korps betreft, in betrekking te stellen. (V.) Het Handelsblad verneemt, dat door den Neder- landschen Rijnspoorweg van heden af weder goederen naar Mainz-Frankfort a/M. en Worms worden aangenomen, terwijl ook het verkeer met Beieren en Oostenrijk weder hersteld is en goe deren naar Oldenburg en Bremen kunnen worden vervoerd. Henssen, uit de rivier opgehaald twee cachetten, verbonden aan een ketting, ter lengte van 4 decimeters. Het grootste der cachetten (beide zijn rond) heeft eene middellijn vaD 7 centim., 8 millim., waarin gegraveerd een gepantserd ruiter met schild en ontbloot zwaard, hebbende het vol gende randschrift: istud: sigillum est d. in. i. Wliardi de barsalia inilites, (in Romeinsche letters). Het kleinere cachet heeft eene middellijn van 3 centim., 5 milirn., met hetzelfde randschrift, doch verkort; in 't midden een wapenschild waar onder een uitgewerkte baud en daaronder drie sterren. Het geheel ziet er gaaf en net uit, en is in 't minste niet geschonden. Het kleed, dat van den kop tot op den staart van het paard met breede plooien neerhangt, mag gezegd worden keurig bewerkt te zijn. Alles is van zilver en heefteen zwaarte van 3 decagrammen (oneen). Men meent dat het als antiquiteit veel waarde heeft. Men maakt het U. D. ter waarschuwing op merkzaam, dat men niet te nabij 'het fort op de Houtensche vlakte kome, op gevaar af van als spion te worden opgebracht. Eergisteren namiddag den publieken weg laDgs het loit passeerende, werd onze berichtgever door een korporaal en soldaat der wacht aangesproken zijne verklaring, dat hij bij een in de nahijheid wonenden kennis was geweest, scheen niet vol- doendejalihansdooreen bijkomenden serg.-majoor werd gelast, dat hij gebracht moest worden voor den koinmandant van het fort. Daar een kennis van den arrestant op het fort was, kwam hij er goed af; anders ware hij wel licht een nacht op het fort gehouden. Om de forten tot op zekeren afstand te knnneD naderen, moet men consigne en parool kennen. Met leedwezen verneemt men dat onze vader- landsche dichter Mr. A. Bogaers eergisteren in 75jarigen leeftijd te Spa overleed. In de vorige week werden te Alphen aan de Maas, ten z. van Tiel, door den baggerman G. Groningen, 9 Aug. Te Scheemda arriveerden Zondag per spoor 14 paarden, voor Pruisen be stemd, vermoedelijk van Engeland komende. De burgemeester heeft verder vervoer verboden. De paarden werden door een Eugelschman begeleid. Leeuwarden, 10 Aug. Door den inajoor-kom- mandant der dienstdoende schutterij alhier is eene bataljonsorder uitgevaardigd, waarbij mede- deeling wordt gedaan van eeüe missieve van den minister van binneulandsche zaken, inhoudende, dat hij hij zijnen ambtgenoot van oorlog aanzoek heeft gedaan, om eenig garnizoen in Leeuwarden te leggen, ten einde in de bewaking van het tuchthuis te voorzien, of daardoor althans de taak der schutterij in dit opzicht te verlichten dat hij daarop tot antwoord heeft ontvangen, dat het leger thans in zoodanige stellingen is geplaatst, als tot handhaving eeDer strikte neutraliteit drin gend gevorderd wordt, en dat daarvan derhalve thans geen gedeelte kan worden afgezonderd tot het bewaken van gevangenissen; dat hij evenwel eene nadere poging om, althans wat Leeuwarden betreft, eenige militaire macht tot verlichting van den drukkenden dienst der schutterij te bestem men, Diet onbeproefd zal laten; dat Voortsffe minister met genoegen heeft vernomen, dat de schutterij te Leeuwarden, bij den zwareD dienst haar opgelegd, zich met lol'waardigen ijver 'van haren plicht kwijt, en dat Zijne Exc. deswege zijne bijzondere tevredenheid betuigt aan den kommandant, de officieren en onderofficieren en manschappen der schuttèry. 's-Hertoqenbosck, ll Augustus. De heer P. V. Goulmy, fabrikant van Goulmy's Holl. vleesch- extract alhier, heeft Z, Exc. den minister vanéor- log aangeboden om, indien Nederland in den oor log mocht gewikkeld worden, ten dienste der zieke en gekwetste militairen beschikbaar te stel len 500 potten vleesch-extract, inhoudende bouil lon voor 10,000 man. Zijne Exc. heeft dien fabrikant doen weten, dat zijn aanbod met welgevallen is aangenomen en dat daarvan in het gegeven geval zal wordCnge- bruik gemaakt. In een benedenkamer der kazerne alhier stond in het geweerrek een achterlader; een ■rol- daat merkte op, dat dit geweer, waarmede men kogels beproefd had, met overgehaaldeb haan stondeen ander soldaat nam het op om die font te herstellen, maar ziet, de haan ging los, een schot volgde eD de kogel van den achterlader drong door den zolder in het achterste van een milicien-korporaal, die op de bovenkamer stobd de wonde is wel niet gevaarlijk maar vrij onge makkelijk. INGEBONDEN. ilr. de Redacteur I De tegenwoordige omstandigheden eischen dat wij ons ook wapenen om ouze neutraliteit tè handhaven. Door de onvermoeide -pogingen eb de flinke maatregelen van onzen minister van oorlog en den kommandant van den generaled staf is ons leger in korten tijd in een flrnken staat van tegenweer gesteld; de schutterijen zijn onder de wapenen; met alleen de dienstdoende maar ook de rustende zijn druk in de weer zich te oefenen; zij zijn tevens beter gewapend, eto geheel uitgerust, terwijl de scherpschutters gratis ouderwijs geven aan hen, die ve'rlangen zich in den wapenhandel te. oefenen en die niet in staat zijn leden van het weerbaarheidskorps te wor den. Die maatregel is zeker prijzenswaardig en heeft ook doel getroffen. De vele jongelieden, die zich hebben aangemeld, komen trouw op bij elke oefening, maar een aan tal leden blijven dikwijls achter zoowel op de exercitiën als op de schietoefeningen. Dit is evenwel te betreuren. De schietoefeningen hebben zelden plaats (zoo dat het bezoeken daarvan weinig tijd kost), want indertijd is de bepaling gemaakt, dat er niet geschoten inocht worden zonder dat een officier van het leger of der dd. schutterij er bij tegen woordig was; en daar de eersten afwezig zijn en Oorspronkelijke Geschiedkundige Novelle uit de tijden van K.arel V. zevende hoofdstuk. Vervolg.) Zij hadden zorg gedragen, dat niemand van het kasteel was ontvlucht, om elders de tijding van hunnen aanval bekend te makenzij hadden er echter niet op gerekend, dat eenigen dergenen, die zij genoodzaakt hadden de groote poort te helpen openbreken, zich langzamerhand uit het gedrang verwijderden. Deze hadden het bericht van den inval der Herculoërs door geheel Ittersuin verspreiddoch, hoezeer ook aan den braven schepen gehecht, gevoelden zij niet den moed, om zich met de ontaarde Herculoé'rs te meten. Met den meesten spoed werden een paar mannen te paard naar Zwolle gezonden, om geen oogenblik te verliezeu in het bevrijden van den schepen uit de handen der woestelingen. Spoorslags bereikten deze boden de stad, en weldra werd op hunne mededeeling eene afdeeling ruiters, met een voetknecht achter zich, naar het kasteel Ittersum afgezonden. Dit was het getrappel, dat hunne ooren trof. De groote poort binnen te stormen en op de binnenplaats halt te maken was het werk vau een oogenblik. Waren de ruiters echter ving in hunne bewegingen, de Herculoërs gaven hun niets toe: in een oogopslag bemerkten zij, wat er gaande was, zagen hunnen toestand in en hadden onder de paarden heen de poort en zoo den weg buiten het kasteel bereikt. Den jeugdigen Engelbert, die zich steeds op eenigen afstand van de woestaards bevond, mocht het niet gelukken met zijne stamgenooten de poort te bereiken een voetknecht sprong van het paard en legde zijne gespierde vuisten op hem, knevelde hem en wierp hem ter aarde, in afwachting van een besluit, dat ten zijnen opzichte zou genomen worden. Met den meesten spoed vlogen nu eenige rui ters de vluchtenden na, doch deze, wel ver moedende wat geschieden zou, hadden zich in het omliggende struikgewas verborgende paar den konden hier onmogelijk doordringen en zoo verwijderden zij zich langzaam en voorzichtig. In de overijlde vlucht en de daarbij plaats hebbende wanorde, hadden de Herculoërs niet bespeurd, dat hun Helm was achtergebleven:overal zochten en riepen zij, doch tevergeefs, hij was zeker in handeD der ruiterij gevallen. Dat verlies was groot, onherstelbaar! Henna trachtte op te sporen, waar haar pleeg zoon gebleven, wat van hem geworden was. Met hare arendsblikken bespeurde zij op eenigen afstand elke beweging, die op het kasteel gemaakt werd, en ontwaarde al spoedig dat de kleine Helm in de groote poort geworpen werd, om daar in een der onderaardsche, koude hokken, die vroeger tot staatsgevangenissen gebruikt waren, af te wachten, wat over hem besloten werd. Telkens deden de Herculoërs alle mogelijke moeite, om het ijzeren traliewerk, dat Engelbert van hen gescheiden hield, te verbrijzelen en hem weder mede te nemen, doch telkens ook werden hunne pogingen verijdeld door de aankomst der ruiters, die spoedig begrepen, met welk doel zoo gedurig die volksmenigte voor de poort stond. „Helrnl" riep Henna hem toe, „trek die ijzeren roeden er uit: neem dit breekijzer en open u een uitgang De jongeling zag te goed in, dat er geene mo gelijkheid was, en dat door vergeefsche pogingen de straf, die hij eerlang zou ondergaan, nog ver zwaard moest worden. Gelaten wachtte hij de toekomst af, in de hoop dat zijne straf, die reeds erg zwaar zou zijn, al leen omdat hij bij het Herculosche geboef behoorde, toch eenigermate verminderd zou worden, omdat hij geene hand had uitgestoken hij de ramp, die Ittersum had ondergaan: doch niemand wist, dat hij geen deel daaraan genomen had; niemand had zich in het kasteel vertoond en de pluimgraaf en de jager waren den dood te nabij geweest, om toe te zien wie aan hunne mishandeling geen deel genomen had. De pogingen, die de Herculoërs met Harmen en Henna aan het hoofd voortdurend in het werk stelden, wekten meer eD meer de aandacht der ruiters: deze moesten noodzakelijk tot de boos wichten behooren: een onzijdige zou zooveel be lang niet stellen in éen gevangene. Zouden zij hen vervolgen? Zij hadden te goéd ondervonden, dat die maatregel vruchteloos zou zijn: de Herculoërs zouden aaustonds weder de vlucht kiezen en zich verbergen in de diebbe- groeide, voor het krijgsvolk ontoegankelijke bos- schen. Een krijgslist werd bedachtde krijgsknechten zouden deels naar Zwolle terugkeéren én het gerucht van hun vertrek verspreiden: éeo kléin

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1870 | | pagina 1