De raad der gemeente Hattem, de tijdsomstan digheden in aanmerking nemende, heeft besloten de op 8 Augustus invallende kermis en de daar opvolgende paardenmarkt dit jaar niet te doen plaats hebben. Door wijlen mejufvrouw B. W. Schoonhoven te Workum, is aan de Vereeniging voor Chris telijk nationaal schoolonderwijs eene som van 2000, vrij van successierecht, vermaakt. Uit Voorst wordt van 21 Juli gemeld: In den afgeloopen nacht liepen hier en in het naburig Wilp eenige weinig bekende personen rond, die de boeren uit hun bed klopten, hetgeen natuur lijk in deze dagen niet weinig sensatie veroorzaakte. De bedoelde personen gaven voor in last te heb ben de boeren uit te noodigen hedenmorgen met hunne eenigszins geschikte paarden te Zutfen te komen, waar zij voor Pruisische rekening zouden worden aangekocht. Onze boertjes, in de veron derstelling dat er voor hen goede zaken te maken zouden zijn, gaven voor een groot gedeelte aan die roepstem gehoor, en trokken vroegtijdig met hunne paarden naar Zutfen. Maar wat gebeurt? In de stad gekomen, vernamen zij dat zij waren misleid; althans zij konden onverrichter zake terugtrekken, omdat, naar men hun verzekerde, de uitvoer van paarden was verboden. Aan de zwem- en badinrichting Rhymigt zijn gedurende deze week 1755 baden genomen. Gedurende deze week zijn dagelijks in het werkhuis alhier opgenomen van 119 tot 128 vol wassen personen en van 44 tot 55 kinderen. 's-Gravenhaqe, 23 Juli. Z. M. de koning heeft in den vroegen morgen van gisteren het regi ment grenadiers en jagers in de kazerne geïn specteerd. De troepen zijn vervolgens uitgerukt om zich te oefenen; de grenadiers in de Maliebaan, de ja gers naar de duinen om er te tirailleeren. De geoefende scherpschutters hebben zich evenzeer in het duin bezig gehouden, terwijl de recruten van het korps in de Koekamp onderricht in de handgrepen en de soldatenschool ontvingen. In de Maliebaan onderhield zich Z. M. de ko ning met verschillende officieren, onder-officieren en manschappen, terwijl hij ook sommige burgers met de meeste innemendheid aansprak. Z. M. reikte den kapitein van het regiment gre nadiers en jagers H. E. J. Heymans, het ridder kruis van de orde der Eikenkroon uit, onder toe voeging van eenige hartelijke woorden. Twee batterijen rijdende artillerie, ter ver- vaugiug van de 8ste en 10de batterij veld-artillerie, die gisterenmorgen de residentie verlieten, zijn gisterennamiddag hier binnengerukt. Spoedig daarop is Z. M. de Koning, vergezeld van een adjudant en ordonnance-officier, naar de Alexander-kazerne gereden om de batterijen welkom te heeten. Hedenmorgen te 9 uren hebben al de troe pen uitmakende het garnizoen van de residentie, zich in de Maliebaan vereenigd. Z. M. de koning, te paard gezeten, in generaals-uniform, inspec teerde en commandeerde de troepen, die vervol gens voor den koning defileerden. Toen te half- tien H. M. de koningin de Maliebaan voorbijreed, deden de troepen haar de gewone eerbewijzen. Zwolle, 22 Juli. Te Almelo, Enschedé en Olden- zaal beklaagt men zich zeer, dat de miliciens, die dezer dagen zijn opgeroepen, hoezeer voorzien van plaatskaartjes 3de klasse, met beestenwagens werden vervoerd. Kampen, 22 Juli. Men verneemt alhier, dat de burgemeester van Zwolle, die naar de Hooge Regeering was afgevaardigd om de bezwaren van den Zwolschen gemeenteraad tegen het voor nemen der genie, om in en bij die stad 7 batte rijen met 2 stukken geschut te leggen, kenbaar te maken, gisteren van 's-Hage is teruggekeerd en in de 's avonds gehouden vergadering heeft medegedeeld, dat de Minister van Oorlog genegen i3 het getal batterijen te verminderen, echter slechts met 2 in de stad, en die alzoo op 5 te brengen. De raad zal zijn genomen besluit, om voor het aanleggen dier batterijen geen gemeentegrond af te staan, blijven handhaven en daarover, des noo- dig, eene procedure tegen den Staat voeren. Enschedé, 21 Juli. In eene buitengewonee ver gadering der Kamer van koophandel en fabrie ken alhier is gisteren besloten tot het onverwijld indienen van een adres aan de regeering, waarbij dringend hare krachtige tusschenkomst verzocht wordt bij het Pruisische gouvernement, opdat weder verlof gegeven worde tot den uitvoer van kolen uit Westfalen naar Twente. Met ieder uur neemt het gebrek aan die brandstof hier toe; Engelsche kolen blijven te lang onderweg om in de behoefte van het oogenblik te voorzien, be halve dat zij 150 percent hooger dan Duitsche komen. Moeten de fabrieken stilstaan, dan zijn alleen in Enschedé 2000 arbeiders zonder werk en brood, en wordt dus de toestand zorgwekkend. Ootaiarsum, 21 Juli. Gisterenavond laat heeft alhier een dubbele moord plaats gehad. De schil der H. K.heeft namelijk zijne vrouw, alsmede zijn dochtertje, een meisje van zeven jaren, dat bij de moeder te bed lag, terwijl beiden in slaap waren, met een scheermes den hals afge sneden. Terstond daarna heeft hij de nacht wacht hiervan kennis gegeven en is, na door den burgemeester gehoord te zijn, in verze kerde bewaring genomen. Men gist dat armoede en valsche schaamte hem tot dezen verschrikke- lijken stap hebben gebracht. Groningen, 22 Juli. In eene gisterenavond ge- houdene buitengewone raadsvergadering is, met het oog op het feit, dat morgen hier nog twee bataljons infanterie en eene batterij veldartillerie zullen aankomen, de inkwartiering bij de burgers geregeld, vermits hier geene publieke gebouwen zijn, geschikt tot herberging van meer militairen dan zich nu reeds hier bevinden. De Curatoren van het gymnasium hebben als leeraar in de staathuishoudkunde voorgedra gen de heeren J. Oppenheim en J. Ebbinge, can- didaten in de rechten. Achtkarspklkn, 21 Juli. Zijn onderscheidene landbouwers ten gevolge van de oproeping der lichtingen in ongelegenheid geraakt, en moet menigeen zich wegens het gemis zijner dienst baren vrij wat behelpen, in de Twijzelerheide staat het onderwijs op de lagere school stil, daar de hoofdonderwijzer aldaar zijn post heeft moeten verlaten, om als milicien zijn plicht te doen. 60 leerlingen der school zijn nu van alle onder wijs verstoken. Harlingen, 19 Juli. De Hirondelle is door de sleepboot Magnet weder in diep water gebracht en ligt op de reede, gereed om zee te kiezen. 1NGEZOND EIV. Aan de Redactie van het Leidich Dagblad. Niet zonder leedwezen heb ik Uw Woord aan ome Fabrikanten in Uw blad van gisteren 22Julij gelezen. Gaarne breng ik hulde aan de goede bedoelingen die aan het schrijven van dat Woord ten grondslag liggen, maar ik kan en mag niet nalaten ook mijn woord daartegenover te spre ken. Ofschoon Uw Woord ook ter loops gerigt is aan allen die invloed hebben op den werkenden tland, zoo worden speciaal de Fabrikanten toegesproken om hunne werklieden aan te manen zich bij de aanstaande kermis van bandeloosheid en jeneverflesch te onthouden. Ik maak daaruit de gevolgtrekking en ik geloof teregt dat door U het dwaal begrip gedeeld wordt dat hier ter stede, en ook elders, helaas zoo algemeen is, dat de walgelijke tooneelen van dronkenschap, liederlijkheid en woeste dierlijke uitspattingen bij gelegenheid onzer kermissen en andere feesten, op rekening mogen gesteld worden der fabriekarbeiders. Ik protes teer daar ten sterkste en ten ernstigste tegen. Ik aarzel niet hier de verklaring af te leggen, dat ik geen gevolg aan Uwe opwekking zal ge-I ven omdat dit onnoodig is en ik tot niemand mijner arbeiders zoodanige vermaning zou durvern rigten zonder ieder hunner het regt te geven zich persoonlijk beleedigd te gevoelen. Sedert -10 jaren heb ik in de naauwste betrekking tot die klasse der maatschappij gestaanik heb dus ge legenheid gehad ze te leeren kennen in hare ge breken en goede hoedanigheden, en meen dus regt te hebben een woord mede te spreken wan neer zij zoo bij algemeenen maatregel veroordeeld wordt en haar als klasse een smaad wordt aan gedaan dien zij niet verdient. Ik verklaar plegtig dat gedurende die 40 jaren mij slechts 4gevallen zijn voorgekomen dat ik dronkenschap heb moe ten straffen, terwijl ik meen dat indien men de statistiek van de veroordeelingen bij het Kantonge- regt en de ArrODdissements-regtbauk raadpleegde, alsmede die van het gevangeniswezen, deze niet ten Dadeele van de zedelijkheid in het algemeen der fabriekarbeiders zouden getuigen. Onze fa briekarbeiders verdienen geenszins alzoo bij uit zondering met den vinger te worden aangewezen als zouden zij zich schuldig maken aan wange drag en zedeloosheidmijne ondervinding heeft mij een geheel anderen dunk van die klasse gegeven, en ik betreur het zeer dat zoo weinigen door dagelij kschen omgang met onze fabriekarbeiders in staat zijn hen te leeren kennen en waar- deeren. Niet dat het ontbreken zou aan wei willenden in den lande die ui< de verte op hen letten en waarlijk goed gemeende pogiDgen voorslaan om hen te leiden en te onderrigten derzulken zijn er bij menigte! maar te groot is het getal dergeDen die, van verre staande, menschen, zaken en toestanden miskennen en door hunne oppervlakkige beoordeelingen aan leiding geven tot zulke scheeve voorstellingen als waarvan Uw Woord getuigt. UEd. zult mij verpligten door aan deze regelen een bescheiden plaatsje in Uw geacht Dagblad te geven. Met de meeste achting noem ik mij, Uw Dienstwilligen Dienaar, J. v. HEUKELOM Jr. Leiden, 23 Julij 1870. Een paar opmerkingen, naar aanleiding van 't bovenstaande schrijven. De heer Van Heukelom beweert, dat wij slechts ter loops 't woord gericht hebben tot allen, die invloed hebben op den wer kenden stand, dat wij derhalve speciaal de fa briekarbeiders van losbandigheid en verkwisting beschuldigen, en bun daardoor een onverdienden smaad aandoen. Dit nu is onjuist. Onze woorden zijn algemeen. Wij spreken van arbeider, dagloo- ner, werkenden stand etc., 't geen toch niet alleen op den fabriekarbeider ziet. Ons artikel bevat eene opwekking aan de fabrikanten en allen die in vloed hebben op den werkenden stand, en de reden daarvan is, dat een zeer groot deel vaD den Leidschen werkenden stand zijn onderhoud vindt in den fabriekarbeid. Indien we nog meer hadden willen specialisee- ren, hadden we zooveel personen moeten opnoe men: timmerlieden, ververs, schippers etc., etc. Deze allen liggen opgesloten in de benaming van: allen die invloed hebben op den werkenden stand. Niet ter loops, maar in éen adem met de fabrikanten, worden zij genoemd. Gaarne brengen we hulde aan de voortreffelijk heid van de werklieden van den heer v. H.; gaarne gelooven wij ook, dat de fabriekarbeidersklasse vele goede hoedanigheden bezit, en niet verdient gestigmatiseerd te worden, maar dat er onder haar toch ook individuen gevonden worden, voor wie bij een naderende kermis, eene kleine op wekking tot spaarzaamheid en zuinigheid niet geheel onnut is, zal de heer v. H. wel willen toegeven. Indien 'tden heer v. H. ergert, willen we gaarne 't woord fabrikanten weglaten, maar we blijven bij allen die op den werkenden stand invloed hebben, (en daaronder behooren dan ook de fabrikanten) aandringen op 't in 't nummer van 22 Juli gezegde. Onze bedoeling is hen, die metden werkenden stand in betrekking staaD, op te wekken om hunne onderhoorigen (diegenen natuurlijk uitgezonderd, welke huns inziens zulk eene vermaning niet behoeven, iets, dat alleen zij, niet wij kunnen beslissen) te wijzen op de ook voor hen zoo na- deelige gevolgen van den oorlog en hen daardoor tot spaarzaamheid en matigheid aan te zetten. Red. BUITENLAND. De Noord-Duitsche Rijksdag heeft reeds de door de omstandigheden aan de orde gestelde onder werpen afgedaan, waarna gisteren het tegen woordig buitengewoon zittingjaar is gesloten. Graaf Von Bismarck heeft vóór het uiteengaan namens Z. M. den Rijksdag den warmsten dank betuigd voor den spoed en de eensgezindheid waar mede de nationale maatregelen toegestaan zijn. De president, de heer Simson, sloot de verga dering in de volgende bewoordingen: De volks vertegenwoordiging heeft thans hare taak vol bracht; thans is de beurt aan onze wapenen. Moge Gods zegen ook in dezen heiligen oorlog op ons volk rusten. Lang leve de opperbevel hebber van het Duitsche Bondsleger, koning Wilhelm 1 Koning Lodewijk van Beieren heeft op een telegram van den kouing van Pruisen dat hij het opperbevel over het leger van den Noord- Duitschen Bond had aanvaard, het volgend tele gram teruggezonden Uw telegram heeft bij mij weerklank gevon den. Vol geestdrift zullen mijne troepen naast uwe met roem gekroonde soldaten voor het recht en de eer van Duitschland strijden. Dat dit tot welzijn van Duitschland en tot heil van Beieren strekke. Uit Saarbrücken wordt van 20 Juli des avonds (van Duitsche zijde) gemeldHedenmiddag schoot een soldaat van het 40,u regiment infanterie, die op voorpost stond, een Fransch soldaat dood, en wel op een afstand van 300 passen. De Fransche jagers te paard gaven daarop vuur uit hunne karabij nen, doch trokken terug, toen onze ulanen-pa trouilles van het 174' regiment ulanen tegen hen oprukten. Er hebben nog meer kleine voorposten gevechten plaats gevonden en nog hedenavond werden hier 2 FraDsche soldaten gevankelijk bin nengebracht. De hitte is ontzettend en verzwaart zeer den dienst van onze brave soldaten. UitForbach wordt van Fransche zijde geschreven Er hebben hier reeds eenige schermutselingen tusschen de Fransche en Pruisische voorposten plaats gehad. Bij een van die schermutselingen is een kolonel van het 5dt regiment jagers door een kogel licht aan den arm gewond. De keizerlijke garde heeft Parijs verlaten. Men weet dat dit de keurbende van het FraDsche leger is. Voor de vervulling van vijf vacatures van ka pitein bij de mobiele garde te Parijs, zijn 5832 aanvragen ingekomen. Een ooggetuige bij de aankomst vaD een ba taljon zouaven te Neuilly, verhaalt het volgende: ledereen juichte hen toe. Men hoorde leve Frankrijk! Weg met Pruisen 1 Maar vooral trok de aandacht en was het voor werp van de geestdrift een zouaaf, die op zijn ransel een papegaai had zitten, die uit al zijn macht schreeuwde: Naar Berlijn! Naar BerlijnI In den Figaro lezen wij heden: Het gerucht van een zeeslag aan de Holland- sche kusten heeft zich niet bevestigdslechts vijf kanonschoten hebben alles in rep en roet gebracht. De Pags verhaalt de toedracht van een en ander aldus: Een Fransche oorlogsboot, de Hirondelle, die op verkenning was uitgezonden, heeft een Prui. sisch schip ontmoet dat op haar vuurde. De Hirondelle heeft dit met vier schoten beam, woord, en is vervolgens teruggekeerd om van hare bevindingen verslag te geven. De Avenir National bericht dat op een banket it Berlijn, deze toast is gedronken: „Op Napoleon III, stichter van de Duitsche eenheid." In hetzelfde blad leest men: Op de muren van Berlijn is deze proclamatie aangeplakt „Het vaderland verwacht dat alle vrouwen haat plicht zullen doen. Voor alles, is hulp aan den Rijn noodig. De Koningin." De behandeling van het proces voor het Hoog. gerechtshof te Blois, in zake het komplot tegen het leven der keizers, wordt steeds voortgezet met het getuigenverhoor en het ondervragen van de beschuldigden. De heer Thomas, notaris te Parijs, dezelfde, die, zoolang de oorlog duurt, dagelijks 100 frankeD aan de schatkist contribueert, heeft het volgende be- kend gemaakt: „Ik verwed 200,000 franken tegen 100,000 franken, dat het Fransche leger tegen 15 Augustus a. s. Berlijn zal binnentrekken." De Times spoort Frankrijk ten krachtigste aan, om even liberaal als Pruisen te handelen ten opzichte der handelsschepen, en dus particulier eigendom ter zee te eerbiedigen. De vereeniging van wissel-makelaars heeft den baron Rothschild, thesaurier van het comité tol ondersteuning van de militairen en zeelieden, die in den oorlog gekwetst worden, eene som van 60,000 franken ter hand gesteld. De wissel-makelaars hebben buitendien persoonlijk voor 25,000 fr. geteekend; de keizerin voor 50,000 fr.; de baron Rothschild voor 40,000 fr.; de hertog van Vicenza voor 15,000 fr.; het Journal des Débats (evenals de Temps) voor 1000 fr.; de heer Koenigswarter voor 1000 fr., de ministers elk voor 5000 fr., enz. De luitenant-overste Stoffel, Fransch militair gemachtigde, heeft toch eindelijk Berlijn verlaten. Bij zijn vertrek heeft de politie met de sabels op het volk moeten inslaan, om hem uit de handen zijner aanvallers te redden. Te Trier zijn de hoogste klassen van het gymna sium en der Reaalschool tijdelijk ontbonden, om dat al de leerlingen vrijwillig dienst hebben ge nomen. De graaf d'Abboville, zoon van den beroemden generaal der artillerie, heeft zich bij het comité der vereeniging tot verpleging der gewonde en zieke soldaten, als eenvoudig ziekenoppasser in de ambulances laten inschrijven. De Times gedenkt in warme bewoordingeu den heer Prevost-Paradol, die voor eeDige dagen te Washington overleed. Het blad roemt hem als een hoogst talentvol man, en maakt hem bekend als schrijver van de geestige en critische arti kelen over Fransche politiek, die, tot voor kor ten tijd, elke week in den Times werden opge nomen. In éen dag hebben zich te Parijs 13,000 vrij willigers aangemeld. De toeloop aan de werf- bureaux is zoo groot, dat men uit voorzichtigheid het hek voor de bureaux heeft moeten sluiten. Onder de vrijwilligers bevinden zich 200 genees- heeren, 500 studenten in de geneeskunde, 50 apo thekers en 150 studenten in de pharmacie. Het te Parijs gevestigde dames-comité van de internationale vereenigiQg tot verpleging van de gewonde en zieke militairen en zeelieden in tijd van oorlog, heeft opnieuw een beroep op de menschlievendheid der Franscben gedaan. „Lateu wij niet vergeten" wordt onder anderen in de oproeping gezegd „dat de Amerikaansche vrou wen gedurende den burgeroorlog in de Unie meer dan 65 millioen fr. hebben bijeengebracht, eu dat zij er in mochten slagen, om van de 100 ge wonden 95 te redden. Mevr. Vilbort, lid van het dames-comité, heeft bovendien eene oproeping tot de Fransche vrou wen gericht, om zich aan te bieden tot het ver- leenen van hulp in de ambulances. Een groot aantal dames hebben zich hierop reeds bij mevr. Vilbort aangemeld. Ze zijn allen gereed om op de eerste aanzegging te vertrekken, ten einde de gewonde militairen te verplegen en te verzorgen. Het zou niet onmogelijk zijn dat de oorlog begon met een zeestrijd. De Fransche schepen maken althans jacht op de Pruisische, die naar de Oostzee terugkeeren. De Elbe is feitelijk ge blokkeerd. De ingang, die 20 mijlen breed is, is ondiep op de meeste plaatsenop die welke toe gang verleenen heeft men 120 schepen met stee- nen laten zinken. De Rumeensche Moniteur deelt mede, dat in het plaatsje Rimnick een individu is gevangen geno-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1870 | | pagina 2