die van 1864- liepen van 216.50 tot 228, die van
1866 van 212 tot 220.50. Van de Spoorweg-
waarden mochten de meeste soorten een voordeel
behalen op de prijzen van den 21""de Groote
Spoorweg-maatsch. b. v. van /217.50 tot ƒ221,
Poti Tiflis van 851» tot S6M», Jetez. Orel van 85
tot 86 a 85% pCt. enz.
Zelfs Oostenrijk ondervond a ricochet de uit
werking van de willige Beurs en kwam eene
fractie vooruit: 5 pCt. in zilver, coup. Januari
van 55% tot 55j/„ in papier, coup. Mei, van 48
tot 48% pCt. lléer echter avanceerden de Loten,
vooral die van 1860 welke het van 459 tot 468
brachten, en de Theissspoor welke van 224 tot
227 klotn. Ondertusschen is en blijft de finan-
lieele zoowel als de politieke toestand van Oos
tenrijk alles behalve geruststellend.
Doch hetzelfde zou men ook mogen zeggen van
Italië en toch wonnen de inscriptiën 2 pCt., van
52% tot 54% pCt., hetzelfde van Turkije, en de
oude 5 pCt. liepen van 47'h's tot 49K», de Obli-
gatiën 1869 van 151.50 tot 153, de Spoorweg-
loten van 77.50 op 78.75 om heden 78.25 te
sluiten. Rumaansche spoorweg bleef op den ouden
prijs, niettegenstaande de uitgifte van de rest der
leening te wachten is, daar deze door een syn
dicaat is overgenomen. Egypte won meer dan
1 pCt., van 47'tó> tot 49% pCt. waarop zij heden
sluiten.
Meerdere kooplust in het fonds deed de Ame-
rikaansche Staatsfondsen weder eenigszins rijzen.
De 1874er liepen van 91% tot 93%, 1882er van
94% tot 95hie, 1885er van 94% tot 94Ke. Wat de
spoorwegwaarde betreft, heerscht er meer kalmte
dan vroeger. Hoeveel lust er evenwel voor die
fondsen bestaat, maar tevens hoe men meer en meer
voorzichtig wil zijn met het speculeeren daarin,
blijkt uit de uitgifte der 4d" serie groot 1,000,000
van certificaten Vereenigd bezit van Amerikaan-
sclie hypothecaire spoorweg-obligatiën, waarin
wij de deelneming wel durven aanbevelen. Se
dert geruinren tijd zagen wij geen nieuwe Spoor-
wegleeniug aangekondigd, doch thans annoncee
ren de heeren Holjé en Boissevain alhier en A. J.
en M. Milders te Rotterdam eene hypotheek-
leening groot 8,400,000, rentende 7 pCt. tot den
koers van 72 pCt., ten laste van de .Mar Well
Land-Grant, and Railway-Company.
De prijzen der oudere Noord-Amerikaansche
Spoorwegfondsen liepen over het geheel eerder
terug dan dat zij avanceerden, en werkelijk ver
keerden, noemenswaardig althans, in het laatste
geval alleen Aand. Pittsburg-Chicago die van
81% tot 82 en Erie die van 19% tot 20% pCt.
liepen, terwijl daarentegen Atlantic-Ohio sectie
7 pCt. na van 67% tot 69% te zijn geklommen,
heden voor 67% a 68 pCt. gedaan werden.
Prolongatie 4 pCt. met goed voorziene markt.
Gemengde Berichten.
Aan de kanaalwerken in de nabijheid van
Beverwijk had gisterenmorgen een verschrikke
lijk ongeval plaats.
Zekere Gray, opzichter over de locomotieven,
een jongmensch van 24 jaar, zag dat de locomo
tief, waarop zijn broeder machinist was, bij het
aankomen zijn stoom liet vliegen en de machine
dus niet in orde was. Zooals men dit veelal doet,
wilde hij, terwijl de locomotief nog in gang was,
daarop springen, toen juist een der vlampijpen
sprong en alles in een wolk van stoom werd ge
huld. Dientengevolge stapte hij mis, viel tusschen
de wielen, en werd zijn lichaam overreden en
verpletterd. De ongelukkige was natuurlijk dade
lijk een lijk. Het ongeluk geschiedde in het bij
zijn van zijn vader, wiens wanhoop onbeschrij
felijk was.
De burgemeester van Arnhem is Zondag-och
tend, toen hij eene morgenvisite wilde gaan ma
ken, bij het uitstappen uit zijn rijtuig gestruikeld
en heeft een arm gebroken.
Men schrijft uit Appingadam van S0 Mei:
Werd onlangs uit andere gedeelten van de
provincie Groningen medegedeeld, dat er juist
weder gevallen van dolheid onder de honden zich
hadden voorgedaan, ook uit dit gedeelte van ons
gewest moeten wij daarvan thans gewag maken.
In de nabijheid toch van deze gemeente was
vóór ruim 2 maanden de hond van een landbou
wer gebeten. Deze nu werd in den nacht van
26 op 27 dezer dol, viel op de kalveren aan, beet
die en poogde verder binnen te dringen. Met veel
jnoeite wist men dat te beletten en gelukte het
Ben hond buitenshuis te dooden.
3 Uit Zutfen wordt van 30 Mei gemeld: In de
afgeloopen week heeft eene verregaande baldda-
digheid, om niet erger te zeggen, groote sensatie
en ontsteltenis bij de burgerij verwekt. Des na
middags tusschen 12 en 2 uren werden er twee
kogels in een der lokalen van de hoogere bur
gerschool geschoten. Twee vensterruiten werden
verbrijzeld en de kogels zijn in het lokaal gevon
den. Gelukkig bevond zich toevallig op dat oogen-
blik niemand in het bewuste lokaal. De politie
heeft dadelijk onderzoek gedaan; doch, naar wij
vernemen, tot heden zonder gewenscht gevolg.
Een paar staaltjes van redeneertrant bij de
nltramontanen.
Men ontleent die aan het stichtend ultramon-
taansche weekblad Het Huisgezin:
„Een moderne dame. Mijnheer, heeft u
George Sand gelezen?
„De katholiek. lk lees nooit zulke romans,
jufvrouw, want ze zijn aanstootelijk en kwet
send voor het zedelijk gevoel.
„De moderne dame. Wat is u teergevoelig
en kieskeurig! Ik lees die romans zonder dat het
mij in het minste stoot of hindert.
„De katholiek. Och, 't is waar, ieder zijn
meug: zoo neem me niet kwalijk wentelt
zich het varken ook in vuiligheid zonder aan
stoot of hindernis, uiaarhet is dan ook een
varken."
„Katholiek. Wat springen de staatslui te
genwoordig wonder met rechten om.
„Liberaal. Hoe zoo?
„Katholiek. Wel van de ouders hebben ze een
recht gestolen en van den staat gooien ze een
recht over boord.
„Liberaal. Welke rechten bedoel je?
„Katholiek. De opvoeding en de doodstraf."
In een der nummers van de maand April
komt een gesprek voor tusschen twee boeren
over de qualiteit der aardappels.
Om aan zijn buurman Piet het verschil tus
schen zuivere en bedorven waar recht duidelijk
voor oogen te stellen, bezigt onze brave land
man de volgende vergelijking:
„Een zuivere, onbedorven aardappel een
katholiek, een aangestoken een liberaal en
een rotte vrucht een vrijmetselaar.''
BUITENLAND.
Franlrryii.
Naar men verhaalt, zeide de keizer voor eenige
dagen tot den minister van oorlog, den maarschalk
Le Boeuf, die zich bij Z. M. beklaagde, dat de
commissie vau rapporteurs voor de begrooting
van oorlog,de uitgaven zoo aanmerkelijk besnoeide:
„Cela ne me regarde plus. Le corps législatif est
le uiaitre absolu. Je ne suis plus responsable mon
cher maréchal, chacun a son tour." Deze woorden
van den keizer, aangenomen dat zij gebezigd zijn,
moeten niet te erg au sérieux genomen worden,
daar de keizer toch zijn wil bij alle gewichtige
vragen nog altijd zeer goed weet te doen gel
den. Getuige de wetsontwerpen betreffende de
wijze van benoeming der maires en de verklarin
gen door den minister Ollivier in de Kamer af
gelegd betreffende art. 291 Code Pénal, in verband
met de toestemming tot het bestendigen van het
comité voor het plebisciet. In beide vraagstukken
trad de minister van justite meer op voor de denk
beelden van den keizer als van de zijnen. Ollivier
gaf dit niet onduidelijk te kennen in de bijeen
komst van de commissie van rapporteurs, die be
last is met het onderzoek van het wetsontwerp
tot afschaffing van dit artikel.
Wat het wetsontwerp betreft nopens de bezol
diging van de nieuw te benoemen Senatoren,
dit ondervindt zoowel in het Wetgevend Li
chaam als in den Senaat groolen tegenstand.
De commissie die met het onderzoek van
het wetsontwerp is belast, moet met 8 stem
men tegen 1 besloten hebben, tot verwerping te
concludeeren. Evenwel is dit niet van zoo groot
belang, dat daaruit een kabinetsvraag kan ont
staan.
Oosteui'ijlc-HoiiÉ». Monarchie.
De ouderhandelingen van den graaf Potozki
met de Polen schijnen volgens de jongste berichten
nog niet afgeloopen. Den Sisten Mei moest weder
eene conferentie plaats hebben, waarin door den
graaf Potozki aan de Poolsche afgevaardigden de
zienswijze van den ministerraad zou worden me
degedeeld ten aanzien van de vorderingen in de
bekende Gallicische resolutie nedergelegd. Naar
de Presse meent te weten, zou Potozki hun in
zooverre tegemoetkomen, dat spoedig een „mi
nister voor Gallicië", die in den ministerraad de
Gallicische belangen behartigen en de voor Gal
licië bestemde verordeningen en besluiten contra-
signeereu zou, benoemd zou wordendat de behan
deling der overige punten, die tot de bevoegd
heid van den Rijksraad behooren, uitgesteld moest
worden totdat dit lichaam weder bijeengeko
men is, en dat het ministerie die vorderingen,
mits daarin eenige gewichtige wijzigingen ge
bracht wierden, in den Rijksraad zou ondersteu
nen. Zeer bepaald zou de minister zich echter
verklaren tegen de vordering dat de gewestelijke
regeering van Gallicië verantwoordelijk jegens
den Landdag verklaard zou worden.
In den boezem van het ministerie zou echter
omtrent een en ander verschil van gevoelen heer-
schen, daar de baron Petrino zich in den minis
terraad tegen het bewilligen van afzonderlijke
concessiën aan Gallicië verklaard zou hebben en
daarom waarschijnlijk zijn ontslag zou nemeD.
Men wil dat bij die gelegenheid ook de minister
van oorlog, baron Widmann, zou aftreden.
Kei-keiyke Staat.
Het Concilie heeft, blijkens officieele berichten,
op 25 Mei zijne negenenvijftigste zitting in co
mité-generaal gehouden. In die zitting hebben drie
Britsche prelaten het woord over de voordracht
betreffende 's Pausen oppergezag en onfeilbaarheid
gevoerd, namelijk de aartsbisschop van Westmin
ster er voor, de bisschop van Clifton en die van
Gal way er tegen. De voortzetting der beraadslaging
over dat onderwerp werd uitgesteld tot 28 Mei,de
wijl op 26 en 27 Mei groote kerkelijke feestdagen
invielen.
In de Gazette de France, een katholiek dagblad,
leest men een schrijven uit Rome, waaraan hoofd
zakelijk het volgende ontleend is: „In de zitting
van het concilie van heden, 20 Mei, heeft Mgr. Dar-
boy, de aartsbisschop van Parijs, het woord
gevoerd.
„Zijne rede was een doorwrocht geheel; het
was niet mogelijk, zeide een bisschop bij het ver
laten der zitting, met meer regelmatigheid, logica
en duidelijkheid te spreken. Er was daarin geen
overbodig woord; alles strekte zonder omwegen
naar het doel des sprekers. Eerst protesteerde hij
nadrukkelijk tegen de onregelmatigheid en ver
krachting der regelen, waardoor het vraagstuk
der onfeilbaarheidsleer aan de orde van den dag
was gesteld, zoodat alle sedert vijf maanden aan
gevangen werkzaamheden deswege afgebroken
waren geworden.
„Vervolgens heeft Mgr. Darboy de voordracht
zelve, en inzonderheid het hoofdstuk betrekkelijk
de onfeilbaarheid bestreden. Hij heeft betoogd
dat de vraag verkeerd gesteld was, dat zij dub
belzinnig was gesteld en hij heeft de ontwerpers
uitgenoodigd om zich nader te verklaren. Er wordt
in de voordracht geen gewag van de bisschoppen
gemaakt; er wordt alleen van den Paus gespro
ken; en evenwel, zoo zou Mgr. Darboy hebben
gezegd, zijt gij niet voor eene afzonderlijke on
feilbaarheid van den Paus; zelfs het woord per
soonlijke onfeilbaarheid" was niet naar uwen zin;
dit hebt gij ons verklaard. Welnu, wij dienen te
weten waaraan ons te houden verklaart u nader;
gelden de bisschoppen, geldt het katholieke epis-
kopaat niets of iets bij het vaststellen der geloofs
begrippen Dit is de eigenlijke vraag.
„Daarop beschouwde Mgr. Darboy de voordracht
uit een ander oogpunt, namelijk het oogpunt der
tijdigheid; en grondig bekend als hij is met zijn
tijd en met zijn land, heeft hij aan de Vaders
verklaard dat de aanneming der voordracht in
zijn oog enkel vooruitzicht op gevaren en rampen
jZOtt opleveren."
W urtemberQ;.
De minister van staat, vrijheer Karei v Hügel,
is den 29"" Mei te Stuttgart overleden. De afge
storvene was van 29 Octot er 1S55 tot 21 Sep
tember 1864 minister van het Huis des Konings
en van Buitenlandsche Zaken; in laatstgenoemd
jaar werd hij door den tegenwoordigen minister
v. Vambiiller vervangen. Alvorens minister te
worden was vrijheer v. Hügel gezant van Wur-
temberg te 's-Gravenhage, Parijs, Londen, Ber
lijn en te Weenen. Hij bereikte den leeftijd van
65 jaren.
België.
De Echo du Parlement bericht dat de Court of
Chancery de maatschappij voor het credit Foncier
international tot eene verplichte liquidatie ver
oordeeld heeft. De rechtbank van koophandel
te Brussel heeft reeds eenigen tijd geleden deze
maatschappij failliet verklaard. Hetzelfde blad
zegt, dat de pauselijke graaf Langrand-Dumon-
ceau de gewichtigste papieren van de maatschappij
de International in Engeland en die voor het
grond-krediet in Nederland in veiligheid gebracht
heeft; ook zijne roerende bezittingen heeft hij
buiten slands gebracht, zoodat hij in België
niets meer bezit. Langrand-Dumonceau en familie
zijn volgens zekere berichten te Brazilië aange
komen. De procureur-generaal De Bavay schrijft
aan de Echo, dat hij zijn ontslag niet ingediend
heeft, noch daartoe het voornemen heeft.
TELEGRAMMEN.
Genua, 1 Juni. Er loopt een gerucht dat een
nieuwe bende is verschenen in de Terra di
Labora.
In Calabrië zijn 35 Grieksche roovers geland.
Parys, 1 Juni. Men verzekert dat de heer
Prevost Paradol benoemd is tot gezant te Was
hington en de heer Berthemy tot gezant bij het
hof van Brussel.
Beriyn, 1 Juni. De Koning van Pruisen is
heden naar Ems vertrokken, vergezeld van graaf
Von Bismarck, om den Keizer van Rusland aldaar
een bezoek te brengen. Z. M. zal er tot den 4d"
Juni verblijven.
Londen, 2 Juni. De politie houdt streng toe
zicht op de scheepvaart op de Theems, alsmede
op het arsenaal van Woolwich, omdat men een
aanslag der Fenians vreest.
Madrid, 1 Juni. De aanhangers Van Espartero
hebben een manifest publiek gemaakt, waarin zij
aandringen op de verkiezing van Espartero tot
Koning en het regentschap bestrijden. Vermoede
lijk zal, niettegenstaande hevigen tegenstand, het
regentschap worden gehandhaafd.
IPromotiën.
Leiden, 2 Juüi. Bevorderd tot doctor in de
bespiegelende wijsbegeerte en letteren de heer
J. Van Bolhuis van Zeeburgh, geb. te Warffum,
met een academisch proefschrift getiteld Over de
"geschiedenis der eerste Graven uit het Hollandsche huis
'en tot doctor inde heelkundedeheer J. L. Veendam,
med. et art. obst. doctor, geb. te Paramaribo,
met Stellingen.
Utrecht, 1 Juni. Bevorderd tot doctor in de rech
ten de heer E. A. E. Van der Kemp, geb. te
Naarden, na verdediging van een academisch
proefschriftIets over de onwaardigheid naar het Ne-
derlandsch recht.
Gemeenteraad.
Vergadering van den Gemeenteraad vao Leiden,
op Zaturdag 4 Junij 1870, 's namiddags te twee uren.
Onderwerpen1*. Benoeming van een gemeente
apotheker. 2°. Verzoek van J. G. van den Bosch,
hulponderwijzer 2de klasse aan de openbare school
voor meer uitgebreid lager onderwijs lste kl. voor
jongens, om ontslag uit zijne betrekking. 3°. Voor-
dragt om de gunstige bepaling vau den 22 Maart
1866 mede toe te passen op die ambtenaren wior
bezoldiging uit de kas van aan den Gemeenteraad rekeu-
pligtige gemeente-instellingen wordt vohJaan. 4°. Beke
ning van de stedelijke gasfabriek 1869. 5°. Voordragt om
trent den verkoop van inschrijvingen op bet Grootboek
2 pc. 6*. Voordragt omtrent het aan het Bijk ver
strekken van een locaal voor den ijk. 7'. Voordragt
tot onderhandsche verhuring van de arbeiderswoning
bij het Blaauwe Hek aan de Haarlemmer-trekvaart.
8°. Verzoek van Gebr. van Wijk Co. tot het leg
gen van een 2den duiker uit hunne fabriek tot in
den Nieuwen Bijn. 9°. Verzoek van M. van den Dop
tot onderhandsche huur van een stukje teelgrond
buiten de Morsc-hpoort. 10*. verzoek van J. H. Wil
link, tot het voor hem alleen pachten van het jagt-
regt op de Vroonwateren dezer gemeente. 11*. Ver
zoek van aangelanden, tot demping van een gedeelte
singelsloot tusschen de Zijl- en voormalige Heeren
poorten. 12°. Bekeningen over 1869, van a. den
Schuttersraad der dienstdoende Schutterij, b. het
Werkhuis, c. het Evangelisch Luthersch Wees- en
Oudeliedenhuis, d. Oud-Regenten van het Minnehuis.
STATEN-GENERAAG.
TWEEDE KAMER.
Zitting van heden.
Aan de orde zijn de algemeene beraadslagingen
over het wetsontwerp houdende bepalingen omtrent
den accijns op den wijn.
De algemeene beraadslagingen worden gesloten na
eene korte discussie tusschen den minister van finan
ciën en den heer Pijls.
De 45 artikelen dezer wet worden, nadat eukele
tot beraadslaging hadden aanleiding gegeven en op
art. 4 een amendement van den beer Pijls was ver
worpen, achtereenvolgens goedgekeurd en daarna de
wet met algemeene stemmen aangenomen.
Vervolgens komt in behandeling: a. het wetsontwerp
betrekkelijk verstrekkingen voor de Marine over 1870.
Dit ontwerp wordt zonder discussie met algemeene
stemmen aangenomen b. het wetsontwerp tot onteige
ning ten behoeve van den aanleg door de Duin
water Maatschappij te Amsterdam van een nieuw aan
voerkanaal onder de gemeente Zandvoort.
De Minister v. Binnenl. zaken beantwoordt de vra
gen in het eindverslag gedaan. Hij schetst de noodza
kelijkheid der voorgestelde onteigening, en herinnert
dat Amsterdam volstrekt nog niet over zooveel drink
water beschikken kan, als de staatscommissie, belast
met het onderzoek van 't vraagstuk nopens het drink
water, wenschelijk en noodzakelijk heeft geoordeeld
Hij vestigt daarbij de aandacht dat de Duinwater
maatschappij niet alleen in de behoefte van Amster
dam, maar ook van elders moet voorzien.
Hij acht den voorgestelden maatregel de mee3t doel
matige, en ziet geen mogelijkheid op andere en be
tere wijze in de behoefte te voorzien, tenzij men tot
onteigening van duinen overging, waardoor men door
bebouwde gronden zou moeten gaan, hetgeen nog
meer moeielykheden zou opleveren.
De discussie wordt hierna te halfvier gesloten.
Vóór de pauze zijn nog ingekomen twee kon.
boodschappen, ten geleide van het Wetsontwerp:
1° tot verhooging van Hoofdst. VIII (Oorlog) voor
1870 en materieel der genie2° vau zeven ontwerpen
van naturaliSatiewetten. Verzonden naar de af
deelingen.
Na de pauze worden de beraadslagingen voortge/.et
Daaraan nomen deel do heeren r. Goltstein, de
minister van binnenl. zaken en de lieer De Lange.
Nadat de beraadslagingen gesloten waren is het
wetsontwerp aangenomen met 42 tegen 11 stemmen
Te gent de heeren: v. Naamen, Dumbar, Kien.
v. Sypesteyn, v. Goltstein, Taets van Amerongen,
Hoftraan, Begram, v. Kerkwijck, y. Akerlaken en
Heemskerk Azn.
Ten slotte zijn verschillende conclusie» nopens
rapporten op adressen of verslagen aangenomen.
Niets meer aan de orde zijnde wordt de vergade
ring tot Woensdag aanst. te 11 uren gescheiden, zul
lende' alsdan beraadslaagd worden over het wetsont
werp nopens de brievenpostenj
LAATSTE BERICHTEN.
's-Gravenhage, 2 Juni. H. M. de Koningin, be
nevens Z. K. H. prins Alexander hebben heden
in de Kloosterkerk de plechtige huwelijksinzege
ning bijgewoond van den graaf Van Randwijk
met jonkvr. Van Hogendorp.
Het Prov. Gerechtshof in Zuid-Holland heeft
heden uitspraak gedaan in het hooger beroep
van een vonnis der rechtbank te Leiden, waarbij
J. V. was veroordeeld wegens diefstal van twee
jachtgeweren en een ganglooper, ten nadeele van
de familie B. te Oegstgeest. Het hof heeft dit vonnis
vernietigd, doch den app. en geïnt. wegens ge
brek aan overtuigend bewijs vrijgesproken.
Z. M. heeft den heer Van Koetsveld vau
Ankeren op zijn verzoek, eervol ontslagen uit
zijne betrekking van directeur van het postkan
toor te Giuda, behoudens aanspraak op pensioen.
Z. M. heeft na afgelegd examen, benoemd
tot surnumerairs bij het vak der posterijen, als:
S. A. Meijer, te LeerdamA. Van Raab van Caui-
stein, te Elburg; H. J. Mahieu, te's-Gravenhage;
W. G. Krusemann, te Haarlem; H. A. Hoxel, te
Veenendaal (Utrecht); W. F. Harmsen, te Elburg
M. C. Hennequin, te sluis (Zeeland); J. Tak, te