voor de geheele ordonnantie van dit feest, dat op den naam van vorstelijk mocht aanspraak maken voor de goede orde, die er heerschte bij binnen komen en heengaan en die, niettegenstaande de onafzienbare menschen-massa, geen oogenblik werd verstoord. Dit alles te zamen genomen kan men zich voorstellen, dat zij, die dit feest hebben bijgewoond, den indruk daarvan niet zullen ver liezen en steeds zich met erkentelijkheid zullen herinneren getuigen te zijn geweest van de waar dige wijze, waarop de aansluiting der residentie aan het groote spoorwegnet op de eigen rails van den spoorweg werd gevierd. Terwijl daar binnen de feestmuziek in rui- schende accoorden zich liet hooren, was daar buiten groote deelneming onder een talrijk op gekomen publiek merkbaar, dat zich als 't ware verdrong in de onmiddellijke nabijheid, in den vierhoek tusschen bosch en stad en de beide singels die aan weerszijden van het eene einde tot het andere, wellicht over eene lengte van 3- a 400 meters, guirlandesgewijze van boom tot boom geïllumineerd waren, hetgeen met de beide bogen aan de twee bruggen die aau de uiteinden van den Z.-O.-Buitensingel en den Zwar ten weg geplaatst zijn, een zeer schoon effect maakte. De kolossale en smaakvolle eerepoort aan den ingang der Rijnstraat was mede sierlijk ge ïllumineerd. De muziekkorpsen van de schutterij en de jagers aan den Bezuidenboutschen weg geplaatst, lieten zich gedurende den geheelen avond hooren. Eene ontelbare menigte bevond zich op de been en nam in ruime mate deel aan de vreugde van den dag. Bij die gelegenheid valt o. a. nog op te merken, dat van vele particuliere gebouwen de vlaggen waren uitgestoken en bij den boekhandelaar den heer Couvée eene zeer gepaste uitstalling was aangebracht, die des avonds net was verlicht. De extra-trein waarmede de Koninklijke fami lie zich heden naar de hoofdstad begaf ten einde het jaarlijksch bezoek af te leggen, trok heden middag te kwartier voor tweeën in vliegende vaart onze stad voorbij. Hedenmorgen te 8 uren vertrok het reserve- en depot-eskadron van het 4de regiment huzaren, onder kommando van den luit.-kolonel A. O. H. Baron Gansneb, genaamd Tengnagel, uit deze stad om naar Zutfeu te marcheeren alwaar het in garnizoen komt. Voorafgegaan door de muziekkorpsen der dienst doende schutterij en van het 4de regiment in fanterie, die beurtelings marschmuziek uitvoerden, werd het eskadron uitgeleid door de hoofd- en verdere officieren van bovengeneemde korpsen. Ook merkte men op den kolonel Booms, chef van den generalen staf, in zijn nieuwe uniform, on der de militaire autoriteiten. Even buiten de Hoogewoerdspoort werd halt gekommandeerd en riepen de officieren elkander het vaarwel en het tot weerziens toe. Van de kazerne tot aan het punt van uiteen gaan, stonden overal talrijke en dichte groepen inwoners, terwijl eene groote menigte medeliep, waaraan een aantal üksche vertegenwoordigsters van het zwakke geslacht niet ontbrakeD. Aan alles kon men ontwaren dat het eskadron, zoowel meerderen als minderen, een aangenamen, bij velen misschien een onvergetelijken indruk achterliet. aangekomen, werd hij door de dienstmeid zeer slecht ontvangen, die het niet verdragen kon dat men haar meester wilde spreken op een Zondag, terwijl hij op het punt stond zich naar de kerk te begeven. De knaap hield echter met zooveel tact aan, dat hij er toch in slaagde tot den heer des huizes toegelaten te worden. De gevatheid en het zelfvertrouwen van den knaap behaagden den heer De Wit van der Hoop, die voor de schilderij de dertig gulden betaalde welke er voor gevraagd werden. Het is wellicht aan die om standigheid te danken, dat de aanzienlijkste ga lerijen van Europa zich in zoovele meesterstuk ken van Schelfhout mogen verheugen door den heer De Wit van der Hoop afgewezen, zou Schelf hout misschien aan zijn eigen toekomst hebben getwijfeld." Wij herinneren onze lezers dat overmorgen (Donderdag 28 April) de laatste dag is, waarop het kohier der plaatselijke belasting op de ge meente-secretarie ter lezing ligt. Ook de be zwaren moeten uiterlijk op dien dag ingediend worden, later komen zij niet in aanmerking. B. en Ws. der gemeente Amsterdam heriuneren aan alle schippers of gezagvoerders van binnen- land6che stoombooteu, van beurt-, veer-, markt en volksschepen of volksschuiten, door het gemeen tebestuur aangesteld of geadmitteerd, die aaneen vast jaargeld voor het recht van havengeld zijn onderworpen, dat de betaling der jaargelden, ver schuldigd van den l1'"1 Januari tot en met 31 December, verplichtend is vóór 1 Juni van elk jaar. De Chronique Beige behelst een korte levensschets van den schilder A. Schelfhout, waarin een feit voorkomt dat wij hier mededeelen /Schelfhout legde reeds als kind eene onver zettelijke neiging voor de schilderkunst aan den dag. De vrije tijd, dien zijn vader hem liet, werd door den knaap op den zolder der ouderlijke woning doorgebracht, waar hij dan met koorts- achtigen ijver het penseel behandelde. Zijn eerste schilderij dagteekent van het jaar 1802 en wordt op dit oogenblik nog altijd met vereering bewaard door de familie De Wit van der Hoop, te Rot terdam. Schelfhout zelf heeft verhaald, dat hij in zijne jeugd wel eens van den heer De Wit van der Hoop had hooren spreken als van een lief hebber, die van tijd tot tijd eene schilderij kocht. Schelfhout nam op zekeren Zondag den eeni- gen dag waarop hij zich uit den Haag verwij deren kon zijn eersteling onder den arm en vertrok met de trekschuit naar Rotterdam. Aan de woniug van den heer De Wit van der Hoop Omtrent de Pauselijke Zouaven vindt men in het verslag, dat dezer dagen verschenen is, van den graaf De Villermont over den toestand van dit korps o. a. de volgende bijzonderheden: In 1866 hebben 656 Nederlanders als Zouaven dienst genomen, waarbij zich later in dat jaar nog 300 Nederlanders voegden. Na den slag van Mon tana zijn 1320 Nederlanders Zouaaf geworden. In 1868 kwamen weder 335 Nederlanders als Zouaven te Rome aan, en in 1869 weder 502. Van daar zijn teruggekeerd in 1869, toen de dienstneming voor het meereudeel eindigde, een getal van 602 Nederlandsche Zouaven, en in Jan uari 1S70 alleen 171. Gedurende de 9 eerste maanden van 1869 zijn 18 Nederlandsche Zouaven overleden. Het blijkt, dat van de ontslagenen in 1869 ongeveer '/j weder dienst genomen heeft, terwijl toen een getal van 68, dat reeds naar Holland vertrokken was, weder teruggekomen is. Onder de in 1869 weder aangeworven Zouaven zijn zeer velen, die slechts weder voor 1 jaar geteekend hebben. Het geheele korps heeft in 1869 4300 man ge teld, thans telt het 3000. Doch zij, die voor een jaar weder dienst hebben genomen, u orden in 1870 ontslagen. Volgens het varslag zou eenjaar- lijksche toezending van 1200 man, waarvan Ne derland altijd een zeer groot deel moet leveren, noodig zijn om het korps te houden op het cijfer, dat het thans telt. Uit Eisenach wordt bericht, dat in de vergadering der Commissie van de Duilsche Protestanten-veree- niging, den 20,t*ndezer op den Wartburg vergaderd, besloten is: dat de vijfde Duitsche Protestantendag in het laatst van September of het begin van October te Darmstadt zal gehouden worden. Aan de orde zal worden gesteld: 1". Wat Duitschland te doen staat tegenover het Concilie en de orde der Jezuïeten. Referent: Dr. Bluntschli van Hei delberg. 2°. Welke is de taak der Protestanten, lidmaten der Duitsche Evangelische kerken, tegen over het Pausdom? Referent: Prof. Dr. Baumgar- ten, van Rostock. In dezelfde Comité-Vergadering werd eene door Baumgarten ontworpen oproeping aan de Duitsche Protestanten goedgekeurd en vastgesteld, die dezer dagen door de drukpers zal openbaar gemaakt en verspreid worden. De heer F. A. Hartsen deelt in het Ulr. Dagbl. mede, dat men hem van veelvermogende Duit sche zijde voorgeslagen heeft, zijne pen in dienst van de Bismarcksche politiek te stellen. Onmid dellijk, zoo voegt de schr. er evenwel bij, heb ik het aanbod van de hand gewezen, schoon zeer ten uadeele van mijue beurs en mijne ijdel- heid. Gisteren werden de personen, die verzocht heb ben als leerling-telegraphist in aanmerking te komeu, aangeschreven, om zich voor het verge lijkend onderzoek aan het gebouw op den Flu- weelen Burgwal n°. 22 te 's-Graveuhage aan te melden, op Maandag deu 2de» Mei aanstaande, des voormiddags te halfelf. Zr. Ms. raderstoomschip de Valk, onder bevel van den kapitein-luitenant ter zee N. M. J. Kroef, is, volgens een bij het Departement van Marine ingekomen telegram, den 24s,en dezer te Vigo aan gekomen en zou van daar naar Plymouth ste venen. Bij beschikking van 23 April 1870 n". 197, 12de afdeeling, is de aan G. J. Van Leeuwen te Alk maar voor het tijdvak van Donderdag 31 Maart tot en met Vrijdag 29 April 1870 verleende ver gunning voor een stoombootdienst, bestemd voor zeevervoer, van het stoomgemaal de Lynden langs de ringvaart van de Haarlemmermeer naar Leiden, met veertien dagen en mitsdien tot en met Vrijdag 13 Mei verlengd. Z. M. heeft goedgevonden, met ingang van den lsten Mei a. s., den kapit.-luit. ter zee A. A. 's Graeu- wen, ter zake van ongeschiktheid voor den militairen dienst wegens in en door den dienst ontstane lichaams gebreken, op zijn verzoek op pensioen te stellen, onder toekenning van een jaarlijksch pensioen van f 1400; en te bevorderen lot kapit.-luit. ter zee, den luit. ter zee der 1ste kl. M. O. Do Kanter; tot luit. ter zee der 1ste kl., den luit. ter zee der 2de kl. C. De Klopper; en tot luit. ter zee der 2de kl., den adel borst der 1ste kl. A. G. J. baron van Plettenberg. Z. M. heeft den adelborst der lste kl. C. O, Heintz, thans te Bombay, op zijn verzoek, eervol uit den zee dienst ontslagen, en wel met den 25sten dezer. Z. M. heeft goedgevonden behalve de reeds giste renavond door ons medegedeelde benoemingen, bij het wapen der artillerie te benoemenbij het reg. veld-art. tot kapit. van de 3de kl. (naar ouderdom van rang), den lsten luit. G. A. Ramaer; en tot lsten luit. (n. o. v. r.) den 2den luit. R. Van Dam, beiden van het korpsbij het lste reg. vest.-art., tot kapit. van de 3de kl. (n. o. v. r.), den lsten luit. H. Zegers Veeckens, van het reg. veld-art.bij het 2de reg. vest.-art., tot kapit. van de 3de kl. (n. o. v. r.) de lste luits. G. A. Brunings, L. J. Risseeuw en J. Badon Ghijben, de beide eerstgenoemden van het 3de reg. vest.-art. en de laatstgemelde van het korps; bij het 3de reg. vest.-art. tot lsten luit. (n. o. v. r.) den 2den luit. G. A. baron Van Till, van het reg. veld-art.bij bet reg. rijd. art., tot kapit. van de 3de kl. (n. o. v. r.), den lsten luit. H. A. Woortman Spandaw, van het wapen, thans op non activiteit; bij het korps pontonniers, tot lsten luit. (n. o. v. r.), den 2den luit. P. C. De Wilde, van het korps. Amsterdam, 25 April. Het adres, om aan het voorplein van het Paleis voor Volksvlijt den naam van Sarphati-plein te geven, was, naar wij vernemen, hedenmiddag reeds door 927 personen geteekend. De leening door de Maatschappij voor den werkenden stand voor hare afdeeling „Kosthui zen" uitgeschreven, is meer dan volteekend. In de groote gehoorzaal van 't gebouw dei- beide Amsterdamsche departementen der Maat schappij tot Nut van 't Algemeen aanvaardde he den j te 1 uur de heer J. G. D. Martens het hoogleeraarsambt aan het Evangelisch-Luthersch Seminarie. Uitgaande van de stelling, dat zonder Godsopenbaring godgeleerdheid niet mogelijk is en derhalve Godsopenbaring 't levensbeginsel en de levensvoorwaarde dier wetenschap moet ge acht worden, waarom zij ten volle den eerenaam van heilige verdient, wees hij uitvoerig aan wat hij onder Godsopenbaring verstond en welken invloed dit begrip op den godsdienst heeft. Ter aanbeveling van zijn betoog ontwikkelde hij, hoe dit eerst de ware grenzen leert afbakenen tus schen godsdienstwetenschap en godgeleerdheid, zooals 't ook de juiste waarde bepaalt van 't O. Testament, vooral van den arbeid der profe ten in Iraël. Eindelijk, bij het beantwoorden van de vraag hoe die Godsopenbaring heeft plaats gehad verklaarde hij een krachtig voorstander te zijn van de meening, dat ze den menschen is ten deel gevallen op geheel bijzondere, geheim zinnige en bovennatuurlijke wijze. Een woord van hulde aan prof. Domela Nieu- wenhuis, van dank aan curatoren, van aanbeve ling aan zijn ambtgenoot prof. Loman, aan de overige hoogleeraren en aan de studenten be sloot tegen 3 uren de plechtigheid. Daaraan namen verschillende ledeD der Luthersche gemeente, ook dames deel, voor wie zeker de nu en dan zeer stichtelijke en practicale beschouwingen over de ware godsdienstigheid en het leven der Is- raëlietische profeten eene gewenschte verpoozing aanboden van wat in andere gedeelten een meer wijsgeerige tint droeg. (IV. v. d. D.) 's-Gravenhage, 23 April. Na de laatste opgave der afgelegde examens voor de provinciale com missie in Zuid-Holland is de uitslag in deze week als volgt: gisteren zijn van 18 candidaten 5 als huipond. toegelatenen heden van 19 candidaten 14; van de 9 adspiranten voor wiskunde slaagden 6; en de 5 voor gymnastiek voldeden allen. 's-Gravenhage, 24 April. Unze gezant bij het Hof van België, die hier eenige dagen doorgebracht heeft, is dezen morgen naar Brussel teruggekeerd. Hij was, zegt men, herwaarts gekomen ter pre sideering der Commissie voor het afnemen der diplomatische examens, die raadplegen moest over eenige voorgestelde wijzigingen in het reglement. Men meent dat het voornamelijk gold eenen door den Minister raadzaam geachten proeftijd aan het Departement doorgebracht, alvorens te kunnen worden benoemd tot attaché. Bij den aandrang, die er thaus voor den diplo- matischen dienst bestaat, wil men slechts eene keur van candidaten toelaten en de meest moge lijke waarborgen van geschiktheid erlangen. Wijders moet de heer Gericke voorzien geworden zijn van delinitieve iustructiën ter zake van door de Belgische Regeering aau de Belgische Kamers voorgestelde verhooging van den accijns op het gedistilleerd en de daarmede gepaard gaande ver hooging van het recht op den invoer uit Nederland. Men meent te weten dat die instructiën geheel overeenkomen met de verklaring, eenige weken geleden, ter gelegenheid der interpellatie van den heer Viruly, door onzen minister van buitenland- sche zaken afgelegd. 's-Gravenhage, 26 April. Het bestuur en de directeur van den Zoölogisch-Botanischen tuin van acclamatie alhier hebben zware ruzie. Laatst genoemde heeft zijn ontslag gevraagd en verkre gen, maar in den weinig eervollen vorm, dat het bestuur berustte in zijn plotselinge terugtre ding, op een tijdstip waarop het toezicht en de leiding van een directeur het meest noodig zijn, ofschoon er niet in zal kunnen gezien worden een blijk dat de belangen des genootschaps bij hem op den voorgrond zijn geplaatst. De directeur publiceerde alle tusschen hem en het bestuur gewisselde stukken. Het bestuur heeft nu tegen den 2den Mei alle ten mei r/Ve Z ïaa Voll ite C lot iim red A !ur: )nt koe we riei el na ite :n Ie pr nn jut lis mi le bai da; k vat nie get ter zoi de [ie Rc de lat vo lat wi leden-aandeelhouders tot eene vergadering op» roepen ten einde opening van zaken te geve en eene uitspraak tusschen de geschilvoeren partijen te doen. Naar de door den directeur publiek gemaak stukken te oordeelen, had hij niet berekend de zaak zoo ver zou gaan, maar dat het bestn hem zou bidden en smeeken om te blijven. Dj juist het tegenovergestelde het geval was, hij zich door valsche schaamte weerhouden hoofd in den schoot te leggen en wendt nu, dt de gewisselde stukken te commentarieeren, n alleen alle mogelijke pogingen aan om de led jen op zijn hand te krijgen, maar maakt reeds voo en ongehoord de mededeelingen verdacht, die bestuur aan de aandeelhouders zal doen. De Hooge Raad heeft gisteren o. a. belli deld het beroep in cassatie ingesteld door c procureur-generaal bij het Hof in Noord-Hollai len tegen een arrest van dat Hof, waarbij de spot de weg-wachter aan de Noord-Hollandsche spa weg-maatschappij, J. H. Splinter, met vernietigi van een vonnis der rechtbank te Alkmaar, veroordeeld tot een jaar eenzame opsluiting eene boete van f 25 wegens het onwillekeut doen ontstaan van de nederlaag van drie pert nen der familie Bakker te Alkmaar. Het betr ten deze het algemeen bekende ongeluk do den spoortrein nabij Alkmaar veroorzaakt op dl ogston Augustus 1869. Het openbaar minister bij het Hof heeft tot bestrijding van dat arre. eene memorie ingediend, waarbij éen midd van cassatie wordt voorgesteld, betreffende niet toepassen der straf van geldboete bij eeni artikelen der spoorwegwet tegen het gepleeg feit bedreigd. De adv.-gen. Romer Zal den 3' Mei in deze zaak conclusie nemen. Harderwijk, 25 April. De lste luit. G. P. Zimmerman, tijdelijk gedetacheerd geweest bij he leger in West-Indië, is weder bij het leger hit te lande bij het 4de reg. inf. ingedeeld. Gameren, 23 April. Hoe noodzakelijk het krankzinnige menschen onder een behoorlijk e voldoend toezicht te plaatsen en onder goed leide te vervoeren, leerde een treurig voorn hedenochtend. Bij het afvaren der Tielsct stoomboot Admiraal De Bugler zag men tegenov: den steenoven alhier een vrouw over boord sprii gen en aanstonds spoorloos in de diepte verdtv nen, zoodat alle aangewende pogingen tot reddin tevergeefs waren. Later vernam men, dat noemde vrouw uit Zoelen kwam en sedert eeni» maanden aan krankzinnigheid leed. Paseenjai gehuwd, zou haar echtgenoot haar tot hersfc naar het gesticht te Dordrecht brengen en wi daartoe met haar op de Tielsche boot. Geen kw denkende, wandelde hij met haar op het dek d' boot, toen ze eensklaps, zonder iets te zegge| over boord sprong en verdronk. Groningen, 23 April. In de Raadszitting vi| heden is eene belangrijke quaestie behandel De Raad had, naar aanleiding van eene opme: king van een der leden vroeger gemaakt, del 19deB Februari jl. eene verordening vastgestel regelende de benoeming van leden van besture van gasthuizen en andere instellingen van liefd digheid. Toen nu in de vorige week bij den Ra: een voordracht van B. en W. was iDgekome: om, overeenkomstig de genoemde verordenin; over te gaan tot de benoeming bovenbedoel: kwamen daartegen bij den Raad in verzet voogdeD van 7 gasthuizen, omdat zij de bevoeg: heid van den Raad betwistten, om zich met c| benoeming der besturen van hunne instelling: in te laten. Hun bezwaar is in hun adres uij voerig gemotiveerd. In de vergadering nu vi heden heeft de Raad aangenomen het voorsl:| van Mr. J. J. Cremers, om aan eene commissi op te dragen het nader onderzoek aangaande dei) zaak. Tot leden dezer commissie werden benoen de wethouders Feith en Modderman en de h Oudeman. Overigens werd bepaald, hangende ói onderzoek, niet tot de benoeming van voogdd over te gaan. Wij voegen hierbij, dat de bedoel: gasthuizen enz. tot dusverre buiten den Raad o: werden beheerd. Winschoten, 23 April. Gisterenavond vergi derde ons plaatselijk Nut, ten huize van d« logementhouder Ruibing. Er werd mededeel! gedaan van den inhoud eener, door de com miss. voor 't tot stand brengen van het nieuwe gedenl teeken te Heiligerlee, ingezonden missive, ho; dende dat de onthulling van 't monument jaar niet kon plaats hebben; die commissie druk: daarbij tevens den wensch uit, dat de gedenkdi van den slag bij Heiligerlee te Winschoten tv der, evenals ten vorigen jare moge geviel] worden. Na langdurige discussie werd echter met tegen 11 stemmen besloten de feestviering jaar niet op den 238ten Mei, maar op Pinkstermasi) dag te doen plaats hebben, daarvoor f 56 uit kas van het Nut beschikbaar te stellen en 0] commissie voor de harddraverij uit te noodige1 ook dien dag de gewone jaarlijksche harddraver te doen plaats hebben. Gemengde Berichten. Men weet dat dezer dagen de laster-procedurj eener oliekoeken bakster tegen een ridder vo°fj

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1870 | | pagina 2