poli-
tigeu
ij ot
aken
nieti
en
leeld
i apo-
altijd
mijn
mijn
mijn
weer
van
oken
heb!
gege-
r bij
tuin
t; ik
29.1.0
iteuil
Vic-
Toen
i had
dit:
leug-
1 het
eu.
selte,
heeft
heelt
niet
spro-
in de
zeg-
st dal
men binnen gaat, want een ieder die er komt
wordt neergeschoten," herkende ik de stem die
de zoo straks bedoelde woorden had uitgesproken.
Oei. Mourtgoin, architect: Fonvielle heelr mij
medegedeeld toen ik hein in de richting van bet
politiebureau ontmoette op twee gaten in zijn jas
opmerkzaam maakte, en ik hem vroeg: Zijtgenood?
„Neen ik niet. Wij waren bij Bonaparte
om hem een brief te overhandigen. De prins na
hem gelezen te hebben zeide: „lk onderhandel
met de patroons, niet met de ondergeschikten."
Victor Noir antwoordde. Wat verstaal gij daar
onder 't De prins antwoordde, dat moet je zélf
weten: Dus omgekochte lieden? Ja, antwoordde
de prins. Toen heeft Victor Noir hem een slag
gegeven of stond op hel punt dit te doen."
Gel. Fonvielle zegt dat die verklaring valsch is.
Die woorden kan ik onmogelijk uitgesproken
hebben.
Tot zoover loopt het- uitvoerig verslag van de
tbuitenlandsche bladen.
Het wordt aangevuld door het telegram, dat
wij gisteren reeds mededeelden en dat wij ter
wille van het geheel thans eenigszins meer aan
gevuld zullen herhalen:
Het getuigenverhoor wordt voortgezet met de
getuigen van de civiele partij.
Rochefort verklaart dat Mellière hem den 10deu
Januari een brief bracht van Bonaparte, waarin de
besch. hem op grove manier en tegen de regels
van het duel heeft uitgedaagd. Hij droeg Ïlellière
op met Arnould te gaan spreken om alles voor
het duel in gereedheid te brengen. Hij vermoedde
het gebeurde niet. De afgev. Arago waarschuwde
hem voor Bonaparte omdat dit een woest meusch
was.
Mevrouw Noir verhaalt zeer aangedaan dat
haar zoon zeer nauw passende handschoenen
droeg, die zeker zouden gescheurd zijn als Vic
tor Noir een klap had gegeven, terwijl aan die
handschoenen geen steek los werd bevonden.
De getuigen Cavaliers, Sauton, Millière, Habe-
neck en Claretie gaven inlichtingen over het
karakter van het slachtoffer. Hij was altijd zacht
en gematigd.
Rochefort gevoelt zich ongesteld en bekomt
[verlof om zich te verwijderen.
De architect Legrand heeft den secretaris van
[den commissaris van politie hooren zeggenDat
rapje van Auteuil levert mij eene bevordering
P-
Na schorsing van de zitting wordt met de
.etuigeu, van de zijde der verdediging gedag-
<aard, voortgegaan.
De heer Clary geeft op dat de besch. altijd
,en wapen bij zich droeg.
De advocaat Leroux, verdediger van den besch.,
eeft te kennen dat de prins daartoe verlof had.
Al de getuigen zijn gehoord. Morgen is waar-
chijnlijk de advocaat Floquet aan bet woord
De zitting eindigt te vijf uren.
Engeland.
Londen, 23 Maart. In de zitting van het Lager
huis is nopens de bill op de veiligheid van per-
ionen en goederen in Ierland, met eene meer-
erheid van 425 tegen 13 stemmen tot de tweede
lezing besloten. De paragraaf tegen de uitspattin-
;en der drukpers van Ierland, ondervond de
eftigste tegenkanting. Alle Iersche leden zonder
nderscheid van politieke richting, beschouwden
leze bepaling als een krenking van de heiligste
[echten van dat land.
De Engelsche leden billijkten deze wet in hooge
late, want de agrarische misdrijven moesten
et. geweld tekeer worden gegaan. Lord Manners
ionde uit officieele opgaven aan, dat in het
fgeloopen jaar 767 agrarische misdaden in Ier-
nd plaats hadden gevonden.
Gladstone, heeft vervolgens op eene tot hem
riehte interpellatie te kennen gegeven, dat
let telegram in de Times, als zoude Engeland
iet Spanje onderhandelen over den afstand aan
land van Gibraltar, geheel uit de lucht ge-
repen was.
Oosteuryk-Houg. Monarchie.
De afgevaardigde Mayrhoffer diende dezer da
bij de begrootingsdiscussie in den Rijksdag
n voorstel in, geheel in denzelfden geest als die
tins in Beieren en Wurtemberg eene zoo groote
'Mning veroorzaken. Het strekte tot aanmer
lijke vermindering van de militaire uitgaven
drong bij de Regeering aan om bij de ver
killende mogendheden pogingen aan te wenden
eene algemeene ontwapening.
Een bewijs dat in den Rijksdag de denkbeel-
i) van den voorsteller veel bijval vonden, is,
dat zijn voorstel slechts met 64 tegen 53 stemmen
nvorpen werd.
He Minister van Binnenl. Zaken, Dr. Giskra,
:eft Woensdag 11. den Keizer mondeling zijn
tslag aangeboden. De Keizer heeft daarin, al
iens naar Olen te vertrekken, bewilligd. De
pi' Giskra behoudt evenwel nog de portefeuille
ua de sluiting van den Rijksdag.
'e aanleiding tot dit ontslag is gelegen in on-
mgheid met de overige Ministers over de spoe-
bij den Rijksdag in te dieuen herziene kies-
[Wtt voor het geheele Rijk.
Beljjfië.
De aandacht wordt aanmerkelijk van hel pro
ces te Tours afgeleid, door liet rechtsgeding dat
thans voor liet Prov Gerechtshof van Henegouwen
gevoerd wordt tegen een tweeden Troppinaun, de
persoon van Desous-le-Moustier, beschuldigd van
vijf moordendiefstal en valschheid in ouder-
handsche geschriften. Men herinnert zich dat deze
besch. de drie gebroeders Thirion achtereenvol
gens te Hornu verinoord heeft, 0111 zich van hun
geld te berooven, waarmede zij te dezer plaatse
vee kwamen koopen, en ook zijn schoonvader en
vrouw om het leven heeft gebracht.
Het Hof houdt zich voortdurend bezig met het
getuigenverhoor.
TELEGRAiMMEN.
Parijs, 24 Maart Er loopt een gerucht dat de
quaestie van het komplot van Februari verwezen
zal worden naar het hoog gerechtshof te Tours.
Blijkens eene particuliere correspondentie uit
Rome van gisteren, is het antwoord des pausen
op de jongste dépêche van het Fransche kabinet
gisteren verzonden.
Het concilie beraadslaagt over de schemata be
treffende de wijsbegeerteen de onrechtzinnigheid.
De derde openbare zitting, waarbij men tot
een resultaat zal komen over deze quaestiën, zal
niet voor Paaschinaandag plaats hebben.
De rechtbank van koophandel heeft den
afgevaardigde Marion veroordeeld om aan het
syndicaat van wisselagenten 613,000 franken te
betalen.
Ledru Rollin vertrekt heden uit Londen
Daar Frankrijk.
In het Wetgevend Lichaam zijn de wets
ontwerpen eenstemmig aangenomen, door welke
de wet op de algemeene veiligheid en de wet
van Juli 1852 worden afgeschaft. De voorstellen
van de heeren Bizoin en Girault betreffende de
toepassing van gerechtelijke straffen op afgevaar
digden werden verworpen.
Het gerucht, dat de heer Rouher zijn ont
slag zou hebben genomen als president van den
senaat, wordt tegengesproken. Men verzekert dat
de generaal Leboeuf benoemd is tot maarschalk
van Frankrijk.
Stuttgart, 24 Maart, Bij Koninklijk rescript is
de zitting der Kamer voor onbepaalden tijd ver
daagd en het budget van Financiën ingetrokken,
om nieuwe bezuinigingen, vooral ten opzichte
van het Departement van Oorlog, te kunnen in
voeren.
De Ministers Von Golther, You Gessier en
baron V011 Wagner hebben op hun verzoek ont
slag verkregen. Het grootkruis van de kroonorde
is hun verleend.
De kwartiermeester-generaal Succow is tot
Minister van Binnenlandsche Zaken ad interim
benoemd en de staatsraad Scheurleu tot Minister
van Eeredienst, mede ad interim.
Creuzot, 24 Maart. De nacht is zeer rustig
voorbijgegaan. Drie smeden zochten in den nacht
door te dringen in de smederij 0111 den arbeid
te verstoren, maar werden teruggedreven. Zes
personen werden des morgens gearresteerd.
Tours, 24 Maart. De rechtzitting begon ruim
teelf uren. Ferrien, een commissaris van politie,die
den prins kort 11a de gebeurtenis heeft gezien,
constateert, dat het aangezicht van den prins
sporen droeg van een ontvangen slag en dat de
prins hem gezegd had dat hij geslagen was. Ver
scheidene koffiehuis- en restauratie-houders leg
gen de verklaring af dat Victor Noir, ten hunnen
huize meermalen twist heeft gehad. De prins consta
teert nadrukkelijk dat Fonvielle hem terzelfder-
tijd met een pistool bedreigde toen hij van Noir
een slag ontving. De heer Delasalle, oud-kolo
nel, verklaart dat' hij in een koffiehuis had hoo
ren zeggen, dat Noir deze gelegenheid niet zou
hebben laten glippen om den muil van een Bo
naparte te vermorzelen.
G'et. Devillers, scheikundige, had twee personen
even voor het gebeurde te Auteuil in een rijtuig
hooren zeggenGij hebt een revolver en ik een
degenstok.
Bij de voortzetting van de behandeling der zaak
van prins Pierre Bouaparte voor het Hoogge
rechtshof hebben de generaal Plombain en twee
kapiteins getuigenis afgelegd van den moed, door
den Prins in Afrika aan den dag gelegd.
De Prins verwijt daarop den advocaten, met
den laatst gehoorden getuige den spot te drijven
en zegt, dat de getuige meer moed heeft dan de
factie tot welke de advocaten der tegenpartij be-
hooren.
De Fonvielle staat van zijn bank achter in de
zaal op en roept uit: „Gij hebt wel lafhartig Victor
Noir vermoord!" Er ontstaat een onbeschrijfelijk
tumult en De Fonvielle, die steeds in zeer opge
wonden stemming verkeert, wordt door de gen
darmes weggevoerd. De zitting wordt voor een
poos geschorst. De procureur-generaal, de heer
Grandperret, verzoekt dat akte worde genomen
van de door De Fonvielle gesproken woorden,
zoo noodig zal hij later zijn requisitoir nemen.
De advocaat Laurier verzet zich hiertegen. Na
zich gedurende ongeveer 40 minuten te hebben
beraden, heeft het Hof, overeenkomstig het voor
stel van den procureur-generaal, bepaald dat zoo
noodig later over het incident uitspraak zal wor
den gedaan. De president neemt vervolgens liet
woord en maant den beschuldigde tot kalmte aan;
hij verzoekt hem de verschuldigde achting jegens
de advocaten niet uit het oog te verliezen en zegt,
dat het incident hiermede gesloten is. Niettegen
staande de aanmerkingen van den advocaat Leroux,
wordt door den advocaat Laurier geconstateerd,
dat hij geen enkel oogenblik aan de welvoeg
lijkheid is tekort gekomen. De president zegt dit
te erkennen.
Daarop wordt het getuigenverhoor voortgezet.
Twee getuigen verhalen het gebeurde op den
spoorweg van Marseille in het jaar 1849, en zeggen
dat de tegenstander des Prinsen zijn ongelijk er
kende, De heer Bousquet verhaalt dat Victor Noir
gedreigd had iemand in het aangezicht te zullen
slaan, ten einde een duel uit te lokken. Drie
andere personen leggen getuigenis af van de
bedaarde levenswijze en gewoonten des prinsen.
Servoni beschuldigtde Fonvielle. van ambtsontrouw
tijdens hij zich bij het korps Garibaldianen be
vond. Ivergomand en Blouet logenstraffen deze
verklaring. De advocaat Laurier zegt dat Servoni
in Frankrijk is veroordeeld wegens desertie.
De zitting wordt gedurende een half uur ge
schorst.
Bij de hervatting der zitting neemt de advocaat
van Noir (de vader) het woord. De pleiter heeft
in deze zitting zijne rede niet ten einde gebracht.
Op voorstel van den president, zal hij zijn plei
dooi morgen voortzetten. De beschuldigde ver
wijdert zich.
Op verzoek van den procureur-generaal, den
heer Grandperret, treedt het hof in een onder
zoek van het incident-De Fonvielle en hoort
de getuigen. Sommigen verklaren dat De Fon
vielle geroepen heeft„ter dood met den moorde
naar!" Anderen hebben alleen het woord „moor
denaar" gehoord. De Fonvielle ontkent te hebbeu
geroepen: „ter dood!" maar erkent het woord
„moordenaar" te hebben gebezigd. Hij zegt dat
woord te betreuren. De procureur-generaal eischt
veroordeeling. Het hof heeft, na beraad, den heer
De Fonvielle tot 10 dagen gevangenisstraf veroor
deeld. De zitting wordt te halfzeven opgeheven.
Berlijn, 24 Maart, De Noord-Duitsche Rijks
dag heeft bij de behandeling der wet op het
bankpapier het voorstel aangenomen, krachtens
het welk de bank van Reuss-Greiz geen meerder
papier zal mogen uitgeven. Voorts heeft graaf
Von Bismarck zich vereenigd met een voorstel
tot berisping der Regeering van dien Staat.
I* 1* O 111 O t i 11.
Leiden, 25 Maart. Bevorderd tot doctor in de
rechten de heer F. H. G. Van der Hoeven, geb.
te Vlaardingen, met Stellingen.
IR echtzake 11.
In de correctioneele zitting d r rechtbank te
Leiden van Vrijdag 25 Maart 1870, zijn veroor
deeld
J. B., H. T. en J. P. S., allen te Leiden, we
gens mishandeling, de 1ste en 2de ieder tot 2
d. en de Sde tot 5 d. gev. J. v. D. te Noord-
wijk, wegens idem, tot eene cell, gev, van 15 d.,
eene geldb. van f 8 of subsid. gev van 1 d
J. B. te Mijdrecht, wegens beleediging, vrijge
sproken.
Gewezen vonnissen in strafzaken, door het kan
tongerecht te Leiden, dd. 19 Maarl 1870.
•3 wegens ua bezetten tijd- een stof verspreidend
voorwerp te hebben uitgeklopt.
asch te hebben opgehaald in een 011-
overdekten wagen,
i, asch op straat te hebben geworpen,
i/ buiten een daargestelde waterplaats
(urinoir) datgene te hebben verricht
waarvoor «lie inrichtingen bestemd zijn.
op de openbare straat met centen te
hebben gepleid.
over de klinkerstraat te hebben ge
reden
y vuilnis iu het water te hebben ge
worpen.
y in den Rijn te hebben gebaggerd zon
der consent van HH. Hoogheemraden
van Rijnland.
STATEN-GENERAAL.
AFSCHAFFING VAN DB DOODSTRAF.
Uit het voorloopig verslag over het wetsontwerp
tot afschaffing der doodstraf (rapporteurs de heeren
Van Lijnden, Aran Akerlaken, Cornelia, Dam en
'3 Jacob) blijkt dat aan de overweging in de al'dee-
liugen der Kamer van het wetsontwerp tot afschaf
fing der doodstraf door 49 leden werd deelgenomen.
Door zeer velen werd op den voorgrond gesteld,
hoe men ook over dit gewichtig vraagstuk denkeu
mocht, dat de deswege Iner te lande bestaande toestand
op den duur niet houdbaar is. De tegenwoordige
toestand is onverdedigbaar uit het oogpunt der hand
having van den eerbied voor rechterlijke uitspraken,
van het prestige, dat de rechter omgeven moet. Ook
tegenstanders van het regeeringsvoorstel deelden in
dit gevoelen. Slechts eenige leden beweerden, dat
zulk een diepingrijpende maatregel niet partiel moest
worden ingevoerden wat het hoofdbeginsel der voor
dracht, betreft, een groot aantal leden beantwoordt
de vraag of dit aannemelijk is, toestemmend. Naar
hunne innige overtuiging is de afschaffing der dood
straf niet slechts wenschelijk, maar ook mogelijk en
daarom noodzakelijk. Enkele leden gingen verder eu
achtten de doodstraf in eene bestaande Christen
maatschappij onbestaanbaar. De groote meerderheid
der voorstanders van de afschaffing plaatste zich
echter op het standpunt der niet-noodzakelijkheid
Verscheidene leden konden deze beschouwingen
niet deelen. Zij beriepen zich, hetzij op de leer des
Bijbels, hetzij op het ware strafbegrip, dat herstel
van het door de misdaad geschokt vertrouwen op
het recht ten grondslag heeft, hetzij op de volks
overtuiging. Zij vreesden toeneming der zware mis
drijven tengevolge van de afschaffing en herinnerden
aan de toeneming der gevallen van kindermoord
en brandstichting sedert 1854, welke de voorstanders
der wet echter aan geheel andere oinstandighedeu
meenden te kunnen toesehrijven.
In éene der al'deelmgen had men ernstige beden
king tegen de levenslange tuchthuisstraf, die niet
voor alle veroordeelden een even streng karakter
heeft. Verscheidene leden hadden aan de opneming
der deportatie de voorkeur gegevenzij achtten de
bezwaren tegen de toepassing der deportatie in de
Memorie van Toelichting te breed uitgemeten. Aan
het voorloopig verslag is eene nota toegevoegd van
den heer Heemskerk Azn., eene doorloopende kritiek
of liever aanvulling behelzende van de ook door hem
verdienstelijk genoemde Memorie van Toelichting en
besluitende met eene aanbeveling om de doodstraf
te behouden, doch ook wanneer op het misdrijf de
doodstraf gesteld is, verzachtende omstandigheden
toe te laten.
TWEEDE KAMER.
Zitting van heden.
De volgende wetsontwerpen worden met algemeene
stemmen aangenomen.
1°. Het ontwerp tot regeling van credieten wegens
onverevende vorderingen ten laste der begrooting
voor Ned, Iudiè dienst 1867.
2°, Ontwerp tot bekrachtiging van credieten door
den Gouverneur-Generaal van Ned. Indié geopend
boven de begrooting voor 1869.
3*. Ontwerp tot intrekking van 't keizerlijk decreet
van 16 Dec. 1811, conteuant reglement de police des
polders dans les départements de l'Escaut.
4°. Ontwerp tot onteigening van perceelen ten be
hoeve vau de verbreeding en verbetering van de rooiing
der Prins Hendrikstraat te Leeuwarden, in verband
met den toegangsweg naar 't station van den Staats
spoorweg aldaar.
Daarna komt in behandeling het wetsontwerp tot
verhooging der Staatsbegrooting over 1870, Hoofdstuk
VIII C, (kotten van het toezicht op het kerkelijk beheer
bi/ de Hervormden).
De heer Van Lynden verklaart zich bij eene uit
voerige rede tegen dit ontwerp.
De heer Van Nispen betwijfelt of deze post gerecht
vaardigd is, en vraagt of dit ontwerp de laatste editie
is van de denkbeelden die te dezer zake bij de Regee
ring bestaan.
De heer Moens verdedigt het ontwerp. Hoe groot
voorstander hij ook is van volkomen scheiding van
Kerk en Staat, kan dit beginsel volgens hem niet
zoo worden opgevat, dat de subsidie bij het wetsontwerp
verleend op eenmaal ban ophouden.
De heer Van Houten wenscht alleen te betoogen
dat afbreuk gedaan wordt aan het liberale beginsel,
van vrijheid van Kerk en Staat als de voordracht
wordt aangnomen. Mocht de Kamer afwijken van het
vroeger votum, dan wordt het beginsel van de vrij
heid der Kerk verkracht. Hij blijft er bij, dat subsidie
aan kerkelijke collegiën niet leiden kan tot bereiking
van scheiding tusschen Kerk en Staat.
De heer Van Loon bestrijdt het wetsontwerp.
De heer Rombach is 't niet eens met den heer
Van Houten als zou hier een liberaal beginsel in 't
spel zijn. Het geldt hier niets dan een maatregel
van overgang. Hij is een voorstander van de schei
ding van Kerk eu Staat, en tegen overheerschiog
der Kerk in den Staat, maar daar dit ontwerp den
weg tot scheiding vergemakkelijkt, zal hij er voot
stemmen.
De heer Dumbar acht dit ontwerp in strijd met
de begrippen der. constitutioDeele verhouding, welke
moet bestaan tusschen de Regeering en de Kamer,
en dan meent hij, dat de Minister berust moest heb
ben in de beslissing die genomen was, afgescheiden
van wat later in de andere Kamer is geschied.
De Minister van FinaDtiën, die den laatsten spr.
het eerst beantwoordt, hecht zeer veel aan de be
trachting van constitutioneele beginselen en aan goede
verhouding met de Kamer, maar hij wijst er op dat
het hier geldt niet eene groote zaak, maar een amen
dement, dat als 't ware bij verrassing aangenomen
is. Hij laat nu het votum der Eerste Kamer geheel
daar, maar verzekert dat de handeling der Regeering
volkomen zelfstandig is, zonder eenige geringschatting
van de opinie der Kamer. Wat de zaak zelve betreft,
treedt hij in eene breedvoerige verdediging.
Per Telegraaf Na langdurige discussie is het wets
ontwerp nopens de vroeger afgestemde subsidie voor
hel college van toezicht op het kerkelijk beheer der
hervormde gemeenten, aangenomen met 33 tegen 28
stemmen. Morgen zijn de drie aangekondigde inter-
pellatieu aan de orde vervolgens het wetsontwerp der
grondbelasting en daarna komen in behandeling de
wetsontwerpen op het onderwijs in de beeldende kun
sten en nopens de wijziging der armenwet.
LAATSTE BERICHTEN.
's-Gravinhage, 25 Maart. Z. K. H. de Prins
van Oranje heeft heden wederom de zitting van
den Raad van State bijgewoond.
Het diner door den voorzitter der Tweede
Kamer, gisteren gegeven, werd door al de aan
wezige leden en de ministers, benevens door den
griffier der genoemde Kamer bijgewoond. De
voorzitter der Eerste Kamer, de lieer Pliilipse,
kon wegens ongesteldheid bij dit diner niet te
genwoordig zijn. De eerste heildronk werd door
den beer Dullert uitgebracht op Z M. den Ko
ning. Daarna nam de lieer Storm van 's Gra-
vesande het woord en stelde een toast in ter