3103, Donderdag A». 1870. 24 Maart. LEIDSCH PRIJS DKZER COUR INT. Voor Leiden per 3 maandenƒ3.00. Franco per post3.85. Afzonderlijke Nommers0.05. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVKRTKNT1KN Voor iederen regel0.15. Grootere letter naar de plaatsruimte die zij beslaan. Lelden, S3 Maart. BUITENLANDSCH OVERZICHT. De politiek in Frankrijk wordt steeds door een opvallende kalmte lieheerscht. De omstandigheid dat het Wetgevend Lichaam doorzijn bekwaamste leden overstelpt is met vruchten uit het recht van iniatief gerijpt, doch die onmogelijk zouden verteerd kunnen worden indien men den tijd verspilde, met nuttelooze en doellooze oppositie, manoeuvres tegen een bewind dat hoe langer zoo meer blijkt de vurigste wenschen van het Fran- sche volk met bedaarden maar zekeren stap te willen bevredigen, heeft in de vorige week het Wetgevend Lichaam er toe geleid om de openbare zittingen voor eenigen tijd te schorsen, om zich in de afdeelingen naar hartelust, een weg te baneu door de stapels wetsontwerpen en die voor de openbare behandeling geschikt te maken. Op deze wijze kan het een gedeelte van den tijd goed maken, die in het oog der natie verloren is gegaaneen gedeelte, want het is ver van ons af te beweren dat de orde van zaken zooals die in den jongsten tijd vooral zich heeft voorgedaan, van belang ontbloot, noch ijdel was; neen, wij doelen op dat tijdperk waarvan de ziel thans te Tours, laten wij hopen voor de laatste maal, een rol vervult in een drama, welks aanleiding in onmiddellijk verband staat tot het wroeten van dien enkelen mensch, voor wien wellicht alseenige verontschuldiging kan ingebracht worden, dat hij als zoovele anderen behoefte heeft om zich voorop te stellen, ten koste van wat ook; wien alles om het even is, als zij maar de aandacht trekken; de kraam van een kwakzalver, de plan ken, een troon of het schavot, het is hem onver schillig, mits het oog slechts op hem gericht zij. Een verblijdend feit was de welkomsgroet aan de afgevaardigden bij de hervatting der werk zaamheden, te verrassender omdat men wel verre van dit te vermoeden juist het tegendeel vreesde. En daarvoor waren geldige redenen aanwezig, want wie kon verwachten, dat, na de liberale her vormingen, de vijandige gezindheid van den senaat, welk lichaam men dan terecht of ten onrechte beschouwde als de alter ego van den keizer, als de door hem in hinderlaag verschanste legermacht die op een gegeven oogenblik Ollivier zou toe roepen tot hier en niet verder, Keizer Napoleon gisteren zijn, gelijk het nu blijkt, veelbeteekenend stilzwijgen zou afbreken met een officieel schrij ven aan zijn eersten Minister, waarin aan het volk een van de heiligste rechten, dat van het uitoefenen van grondwetgevend gezag, een pre rogatief tot dusver het uitsluitend erfdeel van den senaat, in vereeniging met dat lichaam wordt toegekend. Nog vóór veertien dagen, men her- innere zich slechts de redevoeringen van de heeren Jules Favre en den Minister Ollivier bij de interpellatie over Algerië, lag deze nieuwe vrijheid nog zoo aan ketens, dat in de zitting van Maandag, toen het schrijven van den Keizer nog niet in het Journal Official was verschenen, een verzoek werd gedaan namens tweeëndertig leden om de Regeering te mogen interpelleeren over hare bedoelingen en voornemens met de Kamer omtrent het punt in quaestie Wanneer wij de jongste wendingen in Frank- rijks binnenlandsche politiek aandachtig gade slaan, dan heeft het al den schijn alsof al dat interpelleeren, al dat op liet tapijt brengen van nieuwe hervormingen door de invloedrijkste leden van de liberale linkerzijde in overeenstemming geschiedt met den Keizer en het Ministerie, zoo dat, na alle menschelijke berekening wij hij lange na nog niet aan den mijlpaal zijn van het betreden gebied. Niet of wel een dwarskijker op het concilie; niet of wel een krachtig protest van de Fransche en andere Regeeringen tegen het onfeilbaarheids- dogma of andere leerstellingenniet of wel on- eenigheid tusschen Ollivier en Daru over dit godsdienstig-staatkundig vraagstuk.; ziedaar het manna waarmede de Fransche pers en in na volging van haar de geheele Europeesche jour nalistiek de bevolkingen de maag overlaadt, en het zal er met die indigestie niet beter op worden, zoolang Rome niet een krachtige bruispoeder toedient, die alleen daarop eene onfeilbare uitwer king zal hebben. Na deze quaestiën is er wel geen die meer aandacht trekt dan de schrikbarende uitbreiding van het Fenianisme in Ierland. Het Engelsch Ministerie wordt in de beide Huizen met inter- pellatiën bestormd, telkens wanneer er tijdingen van de vele agrarische misdrijven in Londen be kend worden deputatie op deputatie maakt hare opwachting bij Gladstone om hem te bewegen geduchte maatregelen in het werk te stellen, eu ot' hij nu al een bill heeft ingediend ter bescher ming van den eigendom en op de veiligheid van personen in Ierland, het baat niet; men wil tort et a travers maatregelen van geweld. Dit blijkt ook al te duidelijk uit de discussiën, die het I Lagerhuis over de bovenbedoelde bill voert. Dat die toestand treurig is, wie zal het ontken nen, maar wie durft de verdediging vau Enge land op zich te nemen, dat eerst sedert de laatste jaren een begin heeft gemaakt met de banden te slaken, waarin het dat zwaar geteisterd Ier- sche volk zoovele eeuwen gekneld hield Kan de levendige herinnering aan eeuwenlanggeleden smaad en onrecht wel zoo spoedig worden uit- gewischt, al is door de opheffing van de Iersche staatskerk een reden van groote verbittering weggenomen, al zal de Iersche landbill de treu rige overblijfselen van vroeger wanbestuur aan merkelijk lenigen? En is het niet zoo dikwijls opgemerkt, dat rebellie zelden uitbreekt wan neer de onderdrukking het hevigst is, maar schijnt het niet vaak alsof de eerste poging tot verbete ring des toestands steeds het sein is tot het begin van onlusten, en of het spel er mede speelt, de Iersche ontevredenheid neemt schijnbaar toe naar mate er minder onrecht gepleegd wordt. Een onder de vele bewijzen dat Engelnad in dit opzicht nog dagelijks harde verwijten moet hooren, is de brief, dien de talentvolle schrijver Louis Blane dezer dagen over den oorsprong der ellende in Ierland aan het Fransche blad le Temps schreef. Louis Blanc vvenscht het niet te beslissen, of de Iersche landbill aan Ierland de eeuwenlange onderdrukking zal doen vergeten, welke de treu rige geschiedenis van zijn verbinding met Enge land kenmerkt. Hij komt er rond voor uit, dat de ellende van den landbouw in Ierland hoofd zakelijk zulk een sclirikbarenden omvang heeft genomen, omdat Engeland vroeger den Ierschen uitvoerhandel en de Iersche lakenfabrikatie vernietigd heeft, zoodat het plekje akker alles was hetgeen den Ier overbleef. De geschiedenis van deze grove onbillijkheid en ongerechtigheid beschrijft Louis Blane aldus: Een besluit van Koningin Elisabeth verbood den uitvoer van Iersch vee naar Engeland. Een ander besluit be lastte. den invoer van gezouten vleesch binnen Engeland met een hoog invoerrecht; en daar nu den Ier nog de huid overbleef, zoo verbood een derde besluit den invoer van Iersch leder. Toen legde Ierland zich toe op de wolindustrie. Maar niet lang duurde het en door Ivarel II werd de Iersche wol tot oorlogscontrabande ver klaard. Toen vervolgens Ierland de lakenfabri katie begon uit te oefenen, hieven de Engelsche fabrikanten klachten aan, en door Willem III werd de uitgebreide lakenfabrikatie verboden en geheel opgeheven, hetgeen 40,000 mannen broo deloos maakte. 20,000 fabriekarbeiders verlieten hun vaderland en zochten werk op het vaste land. Nu ving men in het zuster-koninkrijk met de zijdefabrikatie aan, maar ook daartegen kwam een verbod uit Londen. Dit ontzettend stelsel, zegt Louis Blanc, was drie en een halve eeuw van kracht. Het kon dus niet uitblijven, dat de geheele natie zich op het eenig middel van be staan dat de landbouw aanbood wierp, en dit gaf aanleiding tot groote overbevolking en de grootste ellende. Zij die van. een en ander meer wenschen te weten, lezen de uitstekende verhandeling van den heer Chs. Boissevain „Ierland en de oorzaken van het Fenianisme," een deel dat in aangena- men en onderhoudenden stijl, het lijden van het Iersche volk onder Engelands tirannie op grond van ernstige studie en eigen ervaring beschrijft. Een ander vraagstuk, dat de hartstochten van het Engelsche volk in de afgeloopen week den vrijen teugel liet, was het belangrijk debat bij de tweede lezing van de schoolwet. De oppositie kwam ditmaal van de liberale zijde van het Lagerhuis, die in de bill geen genoegzame waar borgen zag, dat op de school niets onderwezen werd dat in strijd is met de kerkleer, waartoe de kinderen van alle godsdienstige gezindheden behooren en dat hun ergenis zou kunnen geven. Integendeel vreesde meo, dat de zorg, die de re geering aan de gemeentebesturen over de open bare school opdroeg, volstrekt geen waarborgen opleverde dat onder die besturen er niet gevon den zouden worden, die wel degelijk het gods dienstloos karakter der school zouden aanranden. Vandaar het amendement van den heer Dixon, dat, om de volkomen onzijdigheid der school met uitsluiting van alle godsdienst-onderwijs te be schermen, alle zorg, die de wet hen opdroeg, aan de gemeentebesturen wilde onttrekken. Toen echter de heer Gladstone al die vrees- achtigen geruststelde door te laten doorsohemeren dat alles van de toepassing der wet afhing en men daaromtrent gerust kon zijn, trok de heer Dixon zijn amendement in, dat, van andere zijden weder aangevat, moest ondervinden welk gewicht men aan Gladstones woorden hechtte, want het werd met een verpletterende meerderheid ver worpen. Daarop is de bill bij de tweede lezing aangenomen. Zeker hebben tot een en ander veel bijgebracht de overige uitmuntende, elementen van de wet, waaronder in het hoofd de school plichtigheid onder bedreiging van straften prijkt. De Noord-Duitsche Rijksdag in Pruisen hield zich bijna onafgebroken bezig met liet ontwerp- wetboek van strafrecht. liet is nog altijd niet uitgemaakt, welke maat regelen de Bondsraad zal nemen ten opzichte van de leemte in het ontwerp-wetboek, ontstaan door de verwerping van liet behoud der doodstraf. Naar alle waarschijnlijkheid zal dit lichaam de bekrachtiging van het wetboek weigeren, zoodra liet in zijn geheel aangenomen is. De beraadsla gingen in de afgeloopen week liepen hoofdzakelijk over de straften voor hoogverraad en landverraad. Het debat, dat uit den aard der zaak meerendeels aan de juristen werd overgelaten, was bijwijlen zeer levendig. Ten slotte werd vastgesteld dat tuchthuisstraf en vestingstraf alternatief zijn be dreigd voor hoogverraad en eenvoudige gevan genisstraf voor landverraad. Voorts keurde de Rijksdag goed het tractaat van uitlevering met België en evenzoo eene wet tot uitgifte van bank papier. De Zuid-Duitsche Staten en voornamelijk Bele ren en Wurlcmberg roeren de trom de trom des vredes, om alle voorstanders op te roepen van bezuinigingen in de oorlogsuitgaven. In de Ka mers van beide koninkrijken is het oorlogsbudget het mikpunt van eene oppositie, die met den dag veld wint: men heeft daar genoeg van de Prui sische legerorganisatie. In het groothertogdom Baden heeft de Eerste Kamer opnieuw het bewijs geleverd, dat die staatslichamen hoe langer zoo meer dammen zijn tegen de practische gevolgen van den voor uitgang onzer eeuwde groothertogelijke senatoren hebben hun adhesie geweigerd aan de verklaring der Tweede Kamer omtrent de afschaffing der doodstraf. Het Ministerie in België heeft onlangs drie wetsontwerpen ingediend, die het gansche land, en vooral hen die in het Kabinet een zekere indommeling op behaalde lauweren meenden te bespeuren, aangenaam verrassen, en die in hooge mate geschikt zijn om den Minister van Financiën, den heer Frère-Orban, in de gunst van het volk te doen stijgen. Het zijn wetsontwerpen vol be- teekenis: afschaffing van de zoutbelasting, af schaffing van het invoerrecht op viscli eu een vormige brief belasting van vijf centen port. Als aequivalent voor de verliezen, die de schat kist door de opheffing dezer belasting zal lijden, heeft de Belgische regeering eene verhooging van de belasting op den brandewijn voorgesteld. Voor zeker heeft het volk meer belang bij de afschaf fing van zoutbelasting en bij goedkoope visch, en de handel meer belang bij laag briefport dan bij goedkoopen brandewijn. Men mag deze maatregelen als een gevolg be schouwen van krachtige uiting der openbare meening. de onschuldige oorzaak is geweest van dit ge rucht; want toevallig ontdekte zij dat op den scheurkalender bij den datum van Zaterdag 11., 19 Maart, staat vermeld dat op dien dag in het jaar 1702 overleden is Willem III, stadhouder van Holland en Koning van Engeland. Ten overvloede verneemt men, dat Z. M. a. s. Vrijdag in de residentie wordt terugverwacht. Men verneemt, dat de heer Ruyssenaers, onze consul le Alexandrië, benoemd is tot groot-officier der orde van de Eikenkroon; en dat de heer Anslijn, onze vice-consul aldaar, het ridderkruis dierzelfde orde heeft ontvangen. Het gerucht nopens ongesteldheid, ja zelfs het plotseling overlijden van Z. M. den Koning, dat reeds Zaterdag te Rotterdam en Zondag te 's-Gra ven hage verspreid was, schijnt heden in Leiden rond te waren. Reeds Zondag hebben wij omtrent dit bericht stelligeinformatiën ingewonnen, ten gevolge waar van wij kunnen verzekeren dat deze geruchten geheel uit de lucht zijn gegrepen. De Maasbode is geneigd te gelooven dat hier de scheurkalender Wij vestigen in het bijzonder de aandacht op de gelegenheid door het Gezelschap Vermaak door Toonkunst alhier aangeboden, om ook hen, die niet het concert in den Schouwburg bijwoonden, in de Stads-Gehoorzaa! kennis te laten maken met het nieuw opgericht muziekkorps der dienst doende schutterij onder directie van den heer Müller. Het bal, waardoor dit concert gevolgd zal worden, kan voorzeker voor velen de aanlokke lijkheid ran den avond van Woensdag 30 Maart a. s. verhoogen. De advertentie, die hierachter voorkomt,-deelt de bijzonderheden mede. De werkende leden der Leidsche Vrouwen- vereen iging hebben het jaarlijksch verslag van haren arbeid gedurende den afgeloopen winter liet licht doen zien. Uit de toelichting van de daarnevensgaande rekening en verantwoording blijkt, „dat de jaar- lijksche contributiën iets, ofschoon weinig, meer dan in het vorig jaar hebben bedragen. De bui tengewone giften zijn tot een hooger bedrag ge klommen door een gehouden Soirée Musicale. Misschien is de zachte winter oorzaak geweest, dat er veel minder gemaakte goederen verkocht zijn dan anders, zoodat de vereeniging thans be zwaard is met een voorraad, ter waarde van f 1450. Zij maakt daarop hare vrienden en be gunstigers opmerkzaam, in het vertrouwen, dat zij zullen medewerken om dien voorraad te doen verminderen. Een gift in kleederen is aan ar men, die hulp verdienen, nooit onwelkom. Nog altoos blijft de kring, waarin de vereeni ging werkt, ten gevolge van de beperktheid dei- middelen, waarover zij te beschikken heeft, klei ner dan zij wenscht. Opnieuw worden de belangen der vereeniging aan alle weidenkenden dringend aanbevolen." Van harte hopen wij, dat de vereeniging voort durend mag blijven rekenen op de hulp van alle weidenkenden, die door giften of anderszins daar van blijk zullen kunnen geven, door in te schrijven op het aan de ingezetenen rondgezon den inschrijvingsbiljet, of door trouw op te ko men bij de letterkundige voordracht van den lieer Ds. R. Koopmans van Boekeren, door de Vrouwen-vereeniging op 31 Maart in de Stads- Gehoorzaal vastgesteld. De Leidsche Iioraal-Vereeniging hield gisteren avond in het gebouw der Maatsch. „Tot Nut van 't Algemeen" eene openbare uitvoering, die tot de best geslaagde, sedert haar kort bestaan, mag ge rekend worden. De verschillende nummers van het programma werden door het vrij talrijke publiek met belangstelling aangehoord en meermalen moch ten de leden zich verheugen in de luide bijvalsbe tuigingen der aanwezigen. Eere kointeene vereeni ging toe, die op zulk eene, in betrekking tot hare krachten, voortreffelijke wijze het koraalgezang in onze stad zoekt te verbeteren. Eere niet minder den bekwamen directeur, den heer K. De Jong, die door zijne bezielende leiding zooveel tot het welslagen der uitvoeringen weet bij te dragen. Mochten vele onzer stadgenooten deze inderdaad nuttige vereeniging door hunne'geldelijke bijdra gen, als donateuren, steunen en, wat wij vooral zouden wenschen, mochten velen zich opgewekt gevoelen door hunne medewerking de krachten der Leidsche Koraal-Vereeniging te vermeerderen en daardoor bevorderlijk zijn aan den bloei van het protestantsche kerkgezang. In de tweede helft der maand Februari zijn aan het postkantoor alhier bezorgd de volgende brieven, die wegens onbekendheid der adressan ten niet bezorgd zijn kunnen worden: K. v. Lee- wenhoven te Achthoven; D. Van Dijk, J. De Wilde, Van der Horst, J. L. Bross, allen te Am sterdam; Gebr Clerwort te Eschwege, v. d. Kok

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1870 | | pagina 1